terug naar het overzicht 
van de startplaatsen 
op de alternatieve homepage van WS78 
door Henri Floor gemaakt Terug naar de alternatieve homepage van WS78 40 km WS78 wandeltocht vanuit Schagen op 24 februari 2007

datum 24 februari 2007 plaats Schagen
provincie Noord-Holland naam wandeltocht De Zwanenwater tocht
starttijd 9.00 - 10.00 uur postcode start: 1741 ZP
parcoursbouwer: Nico van Etten.
startadres: Sporthal Groeneweg, Wilgenlaan 1a, 1741 ZP Schagen, ( 0224-212028.
bereikbaar met de trein vanaf NS Schagen:
RA vanuit het station, Stationsweg; bocht naar links volgens, heet nu Beethovenlaan; RA 1e weg, Frans Halsstraat; LA einde weg, Wilgenlaan; RD naar Sporthal Groeneweg; totale afstand 1400 meter.
bereikbaar met de auto:
Vanaf de N245 afslag Schagen wordt de route naar het startbureau met borden van WS78 aangegeven.
route info vooraf route info na afloop informatie omgeving nabeschouwing verslag fotoreportage

















naar de top van deze pagina
De Zwanenwater tocht, startplaats Schagen, datum 24 februari 2007, route-informatie vooraf:

DE ZWANENWATER TOCHT”
Beste wandelvrienden en -vriendinnen!
Zo noordelijk in Nederland als vandaag zijn we met WS 78 nog niet eerder geweest. Twee keer waren we in het zuidelijker gelegen Alkmaar en even zoveel keren in het zuidoostelijk gelegen Hoorn. Maar als het aan de parkoersarchitect van deze dag Nico van Etten had gelegen dan was WS 78 al vele jaren geleden vanuit Schagen gestart. Door het uitblijven van een beslissing op de door Nico aangeboden tocht, besloot deze zijn tocht aan te bieden aan onze Friese wandelbroeders van de FLAL. Onder de naam ‘Het Oude Slot Tocht’ werd deze wandeling op 7 januari 2006 gehouden. Wij prijzen ons nu dan ook gelukkig dat wij met de ‘Zwanenwater tocht’ Schagen als 111e startplaats aan ons totaal kunnen toevoegen.

DE GESCHIEDENIS VAN SCHAGEN
De plaats Schagen wordt al rond het jaar 975 genoemd in diverse teksten, zoals bij een telling van het inwonertal. Er woonden toen 43 mensen. Schagen wordt dan als Scagha vermeld en verder wordt in de documenten opgetekend dat Scagha rond 989 zes hoeven overmaakt aan de Abdij van Egmond. Scagha was toen al de grotere kern van de diverse andere terpen (woonheuvels). Rondom de plaats bevond zich veel water. Mogelijk verwijst de naam Scagha daar ook naar. Het kan betekenen ‘uitstekende punt’. Pas een hele tijd later zou er een kustlijn nabij Schagen liggen.Toen de zee zich weer terugtrok aan het eind van de 13e eeuw konden de plaatsen in het gebied groeien. Voornamelijk de grond rondom Schagen was vruchtbaar en zo bleef het de belangrijkste plaats in het gebied.
In 1415 verleende Willen VI stadsrechten aan het toen al flink gegroeide Schagen. In 1463 kreeg de stad het recht op het houden van een veemarkt waarmee men de stad als handelscentrum op de kaart zette in de omringende regio.
In 1603 kreeg Schagen bovendien van de Staten van Holland en West Friesland toestemming tot het houden van een jaarlijkse paardenmarkt. Deze markt moest ieder jaar op 17 juni worden gehouden als die datum tenminste op een maandag viel. Anders werd het de maandag na de genoemde datum.
Deze markt wordt nu nog steeds gehouden en is een toeristische trekpleister van de eerste orde. In tegenstelling tot steden als Alkmaar, Enkhuizen en Hoorn kende Schagen in de Gouden Eeuw en ook daarna nauwelijks bloei. In 1856 werd de spoorlijn tussen Alkmaar en Den Helder in gebruik genomen wat een opleving betekende voor de plaatselijke nijverheid. Schagen telde toen 2.060 inwoners. Sinds 1960 maakt de stad een enorme groei van inwoners door. Op 1 mei 2006 telde de gemeente 18.883 inwoners.

DE ROUTE
Het is vandaag alweer de tiende tocht die Nico voor WS 78 heeft ontworpen en het is ook meteen een tocht waar je alle ingrediënten die je maar voor een wandeltocht kunt bedenken, terug kunt vinden. Hij kent inmiddels de kneepjes van het vak als geen ander en heeft in het vlakke Noord-Hollandse landschap eruit gehaald wat deze omgeving te bieden heeft. Polders, dijken, graspaden en asfalt in de buitengebieden, bossen en duinen in het natuurgebied ‘Het Zwanenwater’en 1.310 meter strand.
Vanuit de startlocatie ‘Sporthal Groeneweg’ verblijven we de eerste kilometers in de bebouwde kom. In de buurtschap Nes, sinds 1990 een groeikern van Schagen, lopen we langs een meertje. Tijdens het voorlopen werd men een beetje huiverig omdat men elk moment het monster (Loch) van Nes uit het water dacht te zien oprijzen.
Het parkoers leidt ons vervolgens over fietspaden en na het passeren van de ‘Maria Kapel’ in de buurtschap Keinze, komen we op de Westfriese Dijk.
In Keinze staat een kapel die sterke aantrekkingskracht uitoefent op gelovigen. Dit omdat in 1510 een cultus is ontstaan over het daarvoor aangespoelde houten Maria beeld. Dit was in een put geraakt en schoon gespoeld. Gereinigd, zoals gelovigen dat zien. Er werd op de plek een kapel gebouwd. Maar tussen 1573 en 1585 verdwenen zowel de kapel als het beeld. De put bleef echter altijd gelovigen trekken. Het duurde pas tot 1954 toen er een plan kwam voor een nieuwe kapel. Deze werd in 1956 ingewijd.
Slingerend vervolgen wij onze weg over de Omringdijk, welke de scheiding vormt tussen twee soorten landschappen. Rechts in de verte een molen waar vroeger de Zuiderzee was en links een ‘wiel’, een uit een dijkdoorbraak rond 1700 ontstane waterplas. Langs de route imposante boerderijen, in Noord-Holland van het type ‘stolpboerderij’. Voordat we de soeppost bereiken, moeten we eerst nog met goed gevolg een grasdijkje van ruim anderhalve kilometer langs het Noord-Hollands kanaal zien door te komen. In de verte zien we dan de duinen al opdoemen.
In de grote loods van de firma Groot in Schagerbrug bevindt zich na elf kilometer de soeppost. Daarna vervolgen we de route in de richting van de eerder waargenomen duinen. Zo komen we in het natuurgebied ‘Het Zwanenwater’. Een uniek gebied met vochtige duinvalleien welke ontstaan zijn aan het einde van de 16r eeuw, toen aan de oostzijde de Zijper Zeedijk werd aangelegd. De naam Zwanenwater herinnert aan de tijd dat hier zwanen werden gefokt. Deze komen hier nu in mindere mate voor. Wel zijn er nu zo’n honderd andere soorten voor in de plaats gekomen waarvan de lepelaar kolonie het bekendste is.
Over een smal pad kijken we enerzijds uit op een duinvallei en aan de andere kant over de nu nog kale bollenvelden, verscholen onder het stro. Het is nu net berg en dal, heuveltje op, heuveltje af. Langs duincamping ‘De Lepelaar’ gaan we de Pettemer Duinen in. Ook hier is het weer klimmen en dalen wat de klok slaat. In deze duinen lopen we de kans een kudde Schotse hooglanders tegen te komen. Wees op je hoede dat je niet tussen het oude en jonge vee terecht komt. Dan willen de oudjes nog wel eens lastig doen.
Dan stappen we het strand op in zuidelijke richting en gaan er na 1.310 meter, bij de tweede strandopgang, weer af. Na een pittige klim en een zanderige afdaling moeten waarschijnlijk eerst de schoenen geleegd worden voordat de wandeling kan worden voortgezet. We werpen een blik op een deel van de Kerncentrale van Petten en verlaten na 19.5 km het duingebied. We steken het Noord-Hollands kanaal over middels de ‘Sint Maartensvlotbrug’ en bereiken na 22.540 meter de grote rust in Dorpshuis De Uijtkijk in Sint Maartensbrug. Een ruime gezellige locatie en een alleraardigste bediening staan je te wachten.
In de laatste 17 km krijgen we te maken met het vlakke maar prachtige Noord-Hollandse landschap met een grote verscheidenheid aan architectuur. Het ene huis is nog mooier dan het andere. Let in dorpjes als Sint Maarten, Stroet en Dirkshorn eens op de diverse soorten dakpannen. De ‘Oud Hollandsche’, ‘Verbeterde Hollandsche’ en ‘Friesche’ dakpannen zijn in alle soorten en maten aanwezig. Via de wandelroute met de naam ‘Valkkoog’ komen we bij de koffierust in de manege van de familie Hetteling. De nu volgende zes kilometer is een open gebied.
De contouren van Schagen zijn al in de verte zichtbaar en na het fruit op 35 km precies komen we in het buitengebied van Schagen. We verlaten het wijde landschap en komen terug in de drukte van de binnenstad met zijn oude pandjes en unieke topgeveltjes. We lopen over de Markt en langs ‘Het Oude Slot’, de restanten van het in 1440 door Willem VI betrokken kasteel. In één van de torens is nu een klein oorlogsmuseum gevestigd. We gaan verder door de binnenstad en via het Piet Mondriaanpark wordt na 39.610 meter de finish bereikt.

naar de top van deze pagina































naar de top van deze pagina
De Zwanenwater tocht, startplaats Schagen, datum 24 februari 2007, route-informatie na afloop:

DE ZWANENWATER TOCHT”
Zo noordelijk in Nederland als deze dag waren we met WS 78 nog niet eerder geweest. Twee keer waren we in het zuidelijker gelegen Alkmaar en even zoveel keren in het zuidoostelijk gelegen Hoorn. Maar als het aan de parkoersarchitect van deze dag Nico van Etten had gelegen dan was WS 78 al vele jaren geleden vanuit Schagen gestart. Door het uitblijven van een beslissing op de door Nico aangeboden tocht, besloot deze zijn tocht aan te bieden aan onze Friese wandelbroeders van de FLAL. Onder de naam ‘Het Oude Slot Tocht’ werd deze wandeling op 7 januari 2006 gehouden. Wij waren dan ook heel gelukkig dat wij met de ‘Zwanenwater tocht’ Schagen als 111e startplaats aan ons totaal konden toevoegen.
DE GESCHIEDENIS VAN SCHAGEN
De plaats Schagen wordt al rond het jaar 975 genoemd in diverse teksten, zoals bij een telling van het inwonertal. Er woonden toen 43 mensen. Schagen wordt dan als Scagha vermeld en verder wordt in de documenten opgetekend dat Scagha rond 989 zes hoeven overmaakt aan de Abdij van Egmond. Scagha was toen al de grotere kern van de diverse andere terpen (woonheuvels). Rondom de plaats bevond zich veel water. Mogelijk verwijst de naam Scagha daar ook naar. Het kan betekenen ‘uitstekende punt’. Pas een hele tijd later zou er een kustlijn nabij Schagen liggen.Toen de zee zich weer terugtrok aan het eind van de 13e eeuw konden de plaatsen in het gebied groeien. Voornamelijk de grond rondom Schagen was vruchtbaar en zo bleef het de belangrijkste plaats in het gebied.
In 1415 verleende Willen VI stadsrechten aan het toen al flink gegroeide Schagen. In 1463 kreeg de stad het recht op het houden van een veemarkt waarmee men de stad als handelscentrum op de kaart zette in de omringende regio.
In 1603 kreeg Schagen bovendien van de Staten van Holland en West Friesland toestemming tot het houden van een jaarlijkse paardenmarkt. Deze markt moest ieder jaar op 17 juni worden gehouden als die datum tenminste op een maandag viel. Anders werd het de maandag na de genoemde datum.
Deze markt wordt nu nog steeds gehouden en is een toeristische trekpleister van de eerste orde. In tegenstelling tot steden als Alkmaar, Enkhuizen en Hoorn kende Schagen in de Gouden Eeuw en ook daarna nauwelijks bloei. In 1856 werd de spoorlijn tussen Alkmaar en Den Helder in gebruik genomen wat een opleving betekende voor de plaatselijke nijverheid. Schagen telde toen 2.060 inwoners. Sinds 1960 maakt de stad een enorme groei van inwoners door. Op 1 mei 2006 telde de gemeente 18.883 inwoners.

DE ROUTE
Het was deze dag alweer de tiende tocht die Nico van Etten voor WS 78 had ontworpen en het was ook meteen een tocht waar je alle ingrediënten die je maar voor een wandeltocht kunt bedenken, terug kon vinden. Nico kent intussen de kneepjes van het vak als geen ander en had er in het vlakke Noord-Hollandse landschap dan ook uit gehaald wat deze omgeving te bieden heeft. Polders, dijken, graspaden en asfalt in de buitengebieden, bossen en duinen in het natuurgebied ‘Het Zwanenwater’en 1.310 meter strand.
Vanuit de uitstekende startlocatie ‘Sporthal Groeneweg’ verbleven we de eerste kilometers in de bebouwde kom. In de buurtschap Nes, sinds 1990 een groeikern van Schagen, liepen we langs een meertje. Tijdens het voorlopen werd men een beetje huiverig omdat men elk moment het monster van (Loch) Nes uit het water dacht te zien oprijzen.
Het parkoers leidde ons vervolgens over fietspaden en na het passeren van de ‘Maria Kapel’ in de buurtschap Keinze, kwamen we op de Westfriese Dijk.
In Keinze staat een kapel die sterke aantrekkingskracht uitoefent op gelovigen. Dit omdat in 1510 een cultus is ontstaan over het daarvoor aangespoelde houten Maria beeld. Dit was in een put geraakt en schoon gespoeld. Gereinigd, zoals gelovigen dat zien. Er werd op de plek een kapel gebouwd. Maar tussen 1573 en 1585 verdwenen zowel de kapel als het beeld. De put bleef echter altijd gelovigen trekken. Het duurde pas tot 1954 toen er een plan kwam voor een nieuwe kapel. Deze werd in 1956 ingewijd.
Slingerend vervolgden wij onze weg over de Omringdijk, welke de scheiding vormt tussen twee soorten landschappen. Rechts in de verte een molen waar vroeger de Zuiderzee was en links een ‘wiel’, een uit een dijkdoorbraak rond 1700 ontstane waterplas. Langs de route imposante boerderijen, in Noord-Holland van het type ‘stolpboerderij’. Voordat we de soeppost bereikten, moesten we eerst nog met goed gevolg een grasdijkje van ruim anderhalve kilometer langs het Noord-Hollands kanaal zien door te komen. In de verte zagen we de duinen al opdoemen.
In de grote loods van de firma Groot in Schagerbrug bevond zich na elf kilometer de soeppost. In de loods was gelukkig voldoende ruimte om de soep droog te verorberen. De dames konden luxueus gebruik maken van het toilet. Daarna vervolgden we de route in de richting van de eerder waargenomen duinen. Zo kwamen we in het natuurgebied ‘Het Zwanenwater’. Een uniek gebied met vochtige duinvalleien welke ontstaan zijn aan het einde van de 16e eeuw, toen aan de oostzijde de Zijper Zeedijk werd aangelegd. De naam Zwanenwater herinnert aan de tijd dat hier zwanen werden gefokt. Deze komen hier nu in mindere mate voor. Wel zijn er nu ongeveer honderd andere soorten voor in de plaats gekomen waarvan de lepelaar kolonie het bekendste is. Over een smal pad keken we enerzijds uit op een duinvallei en aan de andere kant over de nu nog kale bollenvelden, verscholen onder het stro. Het werd nu net berg en dal, heuveltje op, heuveltje af. Langs duincamping ‘De Lepelaar’gingen we vervolgens we de Pettemer Duinen in. Ook hier was het weer klimmen en dalen wat de klok sloeg.
Vervolgens stapten we het strand op in zuidelijke richting en gingen er na 1.310 meter, bij de tweede strandopgang, weer af. Na een pittige klim en een zanderige afdaling kon de wandeling worden voortgezet. We wierpen een blik op een deel van de Kerncentrale van Petten en verlieten na 19.5 km het duingebied. We staken het Noord-Hollands kanaal over middels de ‘Sint Maartensvlotbrug’ en bereikten na 22.540 meter de grote rust in Dorpshuis De Uijtkijk in Sint Maartensbrug. Een ruime gezellige locatie en een alleraardigste bediening stonden ons te wachten.
In de laatste 17 km kregen we te maken met het vlakke maar prachtige Noord-Hollandse landschap met een grote verscheidenheid aan architectuur. Het ene huis was nog mooier dan het andere. In de dorpen Sint Maarten, Stroet en Dirkshorn waren het vooral de diverse soorten dakpannen die de aandacht trokken. De ‘Oud Hollandsche’, ‘Verbeterde Hollandsche’ en ‘Friesche’ dakpannen waren daar in alle soorten en maten aanwezig. Via de wandelroute met de naam ‘Valkkoog’ kwamen we bij de koffierust in de manege van de familie Hetteling. Ook hier weer één en al Noord-Hollandse gastvrijheid en ook hier waren er toiletten beschikbaar voor de dames. De hierna volgende zes kilometer was open gebied.
De contouren van Schagen waren al in de verte zichtbaar en na het fruit op 35 km precies belandden we in het buitengebied van Schagen. We verlieten het wijde landschap en kwamen terug in de drukte van de binnenstad met zijn oude pandjes en unieke topgeveltjes. We liepen over de Markt en langs ‘Het Oude Slot’, de restanten van het in 1440 door Willem VI betrokken kasteel. In één van de torens is nu een klein oorlogsmuseum gevestigd. Via het Piet Mondriaanpark werd na 39.610 meter de finish bereikt.

naar de top van deze pagina































naar de top van deze pagina
De Zwanenwater tocht, startplaats Schagen, datum 24 februari 2007, informatie omgeving.
Schagen is een stad en gemeente in de regio West-Friesland in de Nederlandse provincie Noord-Holland, en ligt daar in het oude gewest Westflinge. De gemeente telt 18.785 inwoners (1 januari 2006, bron: CBS) en heeft een oppervlakte van 19,32 km². De gemeente ligt in het noordwesten van West-Friesland, nog net binnen de Westfriese Omringdijk.

Overige plaatsen binnen de gemeente

Gehuchten:
Keinse
Tjallewal
Tolke

Buurtschappen:
't Wad
Grotewal
Lagedijk
Nes

Geschiedenis
De plaats Schagen werd rond 975 al genoemd in diverse teksten, zoals bij een telling van het inwoneraantal; er woonden toen 43 mensen. Schagen wordt dan als Scagha vermeld en verder wordt in de documenten opgetekend dat Schagen zes hoeven overmaakt aan de abdij van Egmond, rond 989. Schagen was toen al de grotere kern van de diverse andere terpen (woonheuvels). Om Schagen heen lag veel water. Mogelijk verwijst de naam Scagha daar ook naar: het kan betekenen "uitstekende punt". Pas een hele tijd later zou er een kustlijn nabij Schagen liggen. Toen de zee zich weer wat terugtrok aan het eind van de 13e eeuw konden de plaatsen in het gebied groeien. Met name de grond rondom Schagen was vruchtbaar en zo bleef het de belangrijkste plaats in het gebied.
In 1415 verleende Willem VI stadsrechten aan het toen al flink gegroeide Schagen. In 1427 'schonk' Filips II Schagen aan Willem en Maria van Bronckhorst. Daarmee werd het een heerlijkheid en kreeg het nog meer rechten dan stadsrechten en kreeg het de mogelijkheid zeggenschap te hebben over de diverse andere kleinere plaatsen rondom Schagen. Willem liet een slot bouwen en trok er in 1440 in. In 1460 werd de kerk van Schagen ingewijd, de kerk was gewijd aan St. Christoforus. In 1463 kreeg Schagen het recht op het houden van een veemarkt en daarmee zette men de stad als handelscentrum op de kaart in de omringende regio. In 1603 kreeg Schagen een jaarlijkse paardenmarkt, men kreeg daar toestemming van de Staten van Holland en Westfriesland, die over dat soort zaken besliste.
In het begin van de Gouden Eeuw kende Schagen in tegenstelling tot steden als Alkmaar, Enkhuizen, Medemblik en Hoorn nauwelijks een bloei. Pas later kon de stad profiteren van de toegenomen welvaart, maar het haalde nooit de bloei die de genoemde steden doormaakten. Ook na de Gouden Eeuw bleef een doorgroei uit. Mede door de inpoldering van het omliggende gebied kon Schagen in de 19e eeuw economisch weer tot bloei komen. Met name de veemarkt speelde daarbij een belangrijke rol. Toen in 1856 de spoorlijn tussen Alkmaar en Den Helder in gebruik werd genomen ontstond er een groot afzetgebied van en voor de ambtelijke nijverheid. Schagen had toen ongeveer 2.060 inwoners. In de loop van de 20e eeuw zakte de welvaart langzaam in.
Vooral na de Tweede Wereldoorlog liep de agrarische sector sterk terug. Maar omdat Schagen niet alleen daarvan afhankelijk was, was de sterke achteruitgang hier een mindere last dan in andere agrarische gemeenten. Rond 1960 ging Schagen weer langzaam floreren; het inwonertal lag nog onder de 5.000. Met name in jaren zeventig maakte Schagen een enorme groei van inwoners door. Begin jaren negentig werd die groei langzaam minder maar hij bleef nog altijd vrij sterk in vergelijking met omliggende kernen en gemeenten. In 2005 kende de plaats Schagen zelf ca. 17.000 inwoners.

Wijken
Schagen bestaat uit de wijken Centrum, Groeneweg (gebouwd jaren 60 & 70 van de twintigste eeuw), Waldervaart (jaren 70 & 80), Muggenburg (jaren 80), Hoep Zuid (eind jaren 90) en Hoep Noord (heden). Verder zijn er de industrieterreinen Lagedijk en Witte Paal.

Bezienswaardigheden
Markante herkenningspunten van Schagen zijn de Grote Kerk aan de Markt, een zeldzaam protestants voorbeeld van neogotiek en de, eveneens neogotische Rooms-Katholieke Christoforuskerk naar ontwerp van Alfred Tepe. Bij het naderen van Schagen zijn zij reeds vanaf grote afstand te zien. Verder zijn het herbouwde Slot Schagen (met authentieke slottorens), de Markt, het Regionaal Museum 1940-1945 Schagen, de museumboerderij Vreeburg en de in 2005 geopende Recreatiehaven Schagen interessant. Gedurende de zomermaanden is er de Westfriese Folklore.

Bekende (oud-)inwoners van Schagen
Gerard Joling, zanger en presentator
Herman Berghuis, zanger en danser, Idols-deelnemer
Karin Bloemen, zangeres en cabaretière
Carlo Boszhard, presentator
Ron Boszhard, presentator
Saskia en Serge, zangeres en zanger
Gijs Staverman, dj/presentator

Geboren in Schagen
Cees Geel (13 maart 1965), Nederlands acteur
Eric van der Linden (17 april 1974), Nederlands triatleet

Westflinge was in de Middeleeuwen, de hoge Middeleeuwen en begin late Middeleeuwen, een gewest of gouw van West-Friesland.
Het gewest omvatte grofweg de huidige regio West-Friesland binnen de Westfriese Omringdijk en grondgebied waar tegenwoordig de gemeenten Zeevang en gedeeltes van de gemeenten Zijpe, Schermer en Beemster liggen.
Westflinge was het belangrijkste gewest van West-Friesland, vooral omdat het de vruchtbaarste grond had. Uit opgravingen wordt verder opgemaakt dat het vermoedelijk de oudste bewoning had (met uitzondering van Wieringen) en, mede door de wat hogere ligging, ook de belangrijkste woonkernen.
Tegen het eind van de 13e eeuw was het gewest, door stijging van de zeespiegel, een soort eiland geworden. De eerder voltooide ringdijk hield de gebieden binnen de dijk nog droog. Uit dit gebied is de huidige regio West-Friesland ontstaan.


De Westfriese Omringdijk is een groot dijkstelsel van allemaal korte dijken die met elkaar verbonden zijn midden in het historische regio West-Friesland. De Westfriese Omringdijk omringt van oorsprong eigenlijk niets anders dan het merendeel van het oude gewest Westflinge. Daaruit is door aantal verschillende redenen de huidige benaming van het gebied dat het omringt, de regio West-Friesland ontstaan. De Omringdijk loopt via de bekende steden Enkhuizen, Hoorn, Alkmaar, Schagen, Medemblik en opnieuw Enkhuizen.
De ontstaansgeschiedenis
De Rekerdijk (een onderdeel van de Westfriese Omringdijk) bij het Noordhollandsch Kanaal in Alkmaar.West-Friesland kent een lange traditie van dijken bouwen om gebieden droog of juist nat te laten houden. Dit gebeurde in het begin, in de 10e eeuw, meestal niet echt gestructureerd over het hele gebied, het betroffen erg kleine en lage dijken. Maar in de 12e eeuw, terwijl West-Friesland drukker bewoond raakte door de oprukkende Hollanders, rukte ook het water op. Door de langzame maar gestage stijging van het water in de zee en rivieren was er meer algehele structuur nodig om alle gebieden droog te houden om de bewoners te voeden en te laten wonen in het gebied. De eerste gestructureerde dijkjes tussen behoorlijk aantal opgehoogde stukken grond, terpen, verschenen toen in het gebied. Men bouwde echter nog altijd de erg lage dijken; deze werden regelmatig doorbroken en zo ontstonden allerlei meren in West-Friesland.
Zo ontstond uiteindelijk het grote meerstelsel bij Texel en Vlieland, wat uiteindelijk de Waddenzee zou worden, en liep het eerste gedeelte onder van de Wieringermeer. Maar ook de al gekende watergebieden in Waterland werden een stuk groter. De Westfriezen begonnen steeds betere dijken te bouwen. Dat voorkwam evengoed niet dat de rivier 't Vlie, die West-Friesland en Friesland qua land al scheidde, land innam en zo de Zuiderzee deed ontstaan. Halverwege de 13e eeuw begon men steeds meer gebieden met elkaar te verbinden met dijken. En zo ontstond langzaam een netwerk van dijken o.a. Poolland over het hele Westfriese gebied. Door het gebruik van tussendijken binnen het gebied ontstonden er allerlei rondjes van, die omringd werden door dijken. In de loop van de tijd verdwenen er diverse dijkverbindingen en zelfs hele terpen met dijken, en zo ontstond het grote met elkaar verbonden dijkenstelsel, dat nu bekend staat als de Westfriese Omringdijk.
In het begin van de 16e eeuw kwamen de dijken vaster op hun huidige ligging te liggen, doordat men de dijken ging verstevigen en hoger maken. Vanaf de droogleggingsperiode, die werd ingezet met het droogleggen van de Zijpe in de latere periode van de 16e eeuw, verdween langzaam de zeewerende functie van het dijkstelsel. Door de eeuwen heen brak de zee regelmatig nog de ring van dijken en daardoor verdronken er vaak nog mensen. Pas in de 20e eeuw met de komst van de Afsluitdijk had het zeewater geen grip meer op de Omringdijk, maar het betekende tevens dat de Omringdijk z'n zeewerende functie verloor. Toch wordt het dijkstelsel altijd nog onderhouden als een zeeweringsdijkstelsel.


De Recreatiehaven Schagen werd in juli 2005 geopend. Daartoe werd de oude, in verval geraakte, beroepshaven van Schagen omgebouwd tot een haven waar pleziervaartuigen hun aanlegplaats vinden.
Het beheer van de recreatiehaven is door de gemeente Schagen uitbesteed aan de watersportvereniging Jan van Ketel, die ook de aloude ligplaatsen aan de rand van de wijk Groeneweg beheert.
Vanuit de haven is het een klein stukje varen naar het Noordhollandsch Kanaal en naar het kanaal Schagen - Kolhorn.

Het Zwanenwater is een 604 hectare groot natuurgebied van de Vereniging Natuurmonumenten ten zuiden van Callantsoog.

Het kent vochtige duinvalleien, duinen met duingraslanden,duinheide en duinmeren. Aan fauna zijn de lepelaar, dodaars en zomertaling en een honderd andere vogelsoorten aanwezig. Er groeien 450 verschillende soorten planten en 900 soorten paddestoelen. Voor meer informatie is er ook de Zwanenwater blog van de boswachters van het Zwanenwater, Zwanenwaterblog

Het gebied is gratis toegankelijk voor de leden van Natuurmonumenten en donateurs van het Landschap Noord Holland, niet leden kunnen bij de ingang een dagkaart kopen á €1,50. Het gebied is niet toegankelijk met de hond.

Schagerbrug is een dorp in de gemeente Zijpe, in de provincie Noord-Holland. In het dorp is het gemeentehuis gevestigd van de gemeente
Schagerbrug is vlak na de droogmaking van de Zijpe ontstaan, de kern van toen begon bij het kruispunt van Groote Sloot en de Schagerweg. In 1708 stonden er in het dorp 39 huizen in het dorp. Schagerbrug was toen al de de hoofdplaats van de gemeente.
Bezienswaardig is het Zijper Museum, dat gevestigd is in het gemeentehuis. Het museum laat de geschiedenis zien van de Zijpe. Iets verderop in het dorp is er ook nog een Zijper Oudheidskamer, dit museum is vooral gespecialiseerd in oude kaarten. Verder is er nog de hervormde kerk, deze is in Waterstaatstijl, Constructeur was H.H. Dansdorp. De kerk zou komen uit 1843, maar in het Provinciaal Verslag spreekt men over 1851. De kerk is later wel vergroot.
Ook is er nog een galerij van Katinka Krijgsman in het dorp gevestigd. In de polder staat nog een molen, Zijpe Molen D, maar deze is niet meer inwerking. De molen is uit 1840 en gerestaureerd in 1980 en 1990. En verder de vele stolphoeven in de polder zijn erg bezienswaardig.


Sint Maartensvlotbrug is een dorp in de gemeente Zijpe, in de provincie Noord-Holland. De naam van het dorp wordt ook wel geschreven als St. Maartensvlotbrug.
Sint Maartensvlotbrug is als kern ontstaan nadat een vlotbrug was neergelegd in het Noordhollandsch Kanaal. Het is in de 20e eeuw uitgegroeid tot een klein dorpje.
Het dorpje ligt vlakbij Sint Maartenszee en op de grens ervan ligt het natuurreservaart Het Wildrijk. Dit is bekend om de duizenden wilde hyacinten die er bloeien en om het "Duinrellenproject", dat het gebied van schoon water uit de duinen voorziet. Op de grens met Sint Maartenszee ligt ook een aantal campings en bungalowparken.


Sint Maarten is een dorp dat sinds 1990 deel uitmaakt van de gemeente Harenkarspel, in de provincie Noord-Holland. Sint Maarten was tot 1990 een zelfstandige gemeente. Het dorp kende in 2005 ongeveer 907 inwoners. Het dorp wordt ook wel geschreven als St. Maarten
De bewoners van Sint Maarten waren van oorsprong vissers, ook wel blauwboeren genaamd. De naam Sint Maarten komt voor het eerst voor ongeveer in 1250 in de annalen. Ondanks het werk aan de dijken kon het gebied rond om het dorp niet worden drooggehouden. Het dorp was daarom ook wat later een zeedorp geworden. Dit was het geval tot aan de drooglegging van Zijpe in de 16e eeuw.
Langs de dijken in de omgeving van Sint Maarten zijn door diverse dijkdoorbraken kleine meertjes ontstaan. Waar gaten in de dijken werden geslagen, vormden de kolkende watermassa's diepe plassen. Deze zogenaamde wielen waren te diep om leeg te malen of te dempen. Na een dijkdoorbraak werd daarom een nieuw stuk dijk om het ontstane gat aangelegd.
Verder is van Sint Maarten bekend dat de bevolking de vestingwerken bouwde van de stad Alkmaar in de strijd tegen de Spanjaarden. Alkmaar had toen bepaalde zeggenschap over het gebied waar Sint Maarten in lag. Zo was het aan Alkmaar belastingplichtig.
In 1806 werd de kerk van Sint Maarten in puin geschoten door Franse en Russische troepen, waarna het opnieuw werd opgebouwd.
Aan de rand van het dorp liggen een aantal watergebiedjes/plassen. Ten oosten van Sint Maarten ligt tussen Valkkoog en Schagen de "Schager Wiel", waar in de zomer van 2006 een zwemstrandje en een wandelpad is aangelegd.
In het dorp staat een kerk, welke verbouwd is tot woonhuis en het dorpshuis "De Klimop".
Aan de rand van het dorp ligt Camping & Bungalowpark 'De Wielen'.
Stroet is een dorp in de gemeente Harenkarspel, in de provincie Noord-Holland. Het dorp kende in 2005 ongeveer 356 inwoners.


De naam Stroet komt van de benaming stroet, dat voor een veld stond dat in de winter onder water werd gezet. Stroet is een echt lintdorp, dat van Dirkshorn naar de richting van Sint Maarten loopt. Het dorp kent een aantal grote bollentelers en er is een grote orchideeënkwekerij gevestigd.


Dirkshorn is een dorp in de gemeenten Harenkarspel, in de provincie Noord-Holland. Het dorp kende in 2005 ongeveer 1597 inwoners.
Het dorp is landelijk bekend van de commune Het Bedoeninkje, die ertussen oktober 1974 en juli 1976 gevestigd was.
De monumentale Nederlands Hervormde kerk midden in het centrum van het dorp stamt uit 1868 en ook zijn er een aantal antieke boerderijen. Op het bedrijventerrein van Dirkshorn zijn een ambachtelijke koffiebranderij en een galerie gevestigd.
Elk jaar in het tweede weekend van september wordt er een straatfestival gehouden in het dorp.
Er is veel viswater, een surfmeer, een openluchtzwembad, en het dorp kent drie bungalowparken.
In 2007 staat de opening gepland van een golfclub, de baan van de club zou moeten gaan bestaan uit achttien holes, het project kent ook nog een plan voor een Kuuroord.


Harenkarspel is een gemeente in de regio West-Friesland in de Nederlandse provincie Noord-Holland, en ligt daar in het oude gewest Westflinge. De gemeente telt 15.902 inwoners (1 november 2006, bron: CBS) en heeft een oppervlakte van 54,84 km² (waarvan 9,30 km² water).
De gemeente is op 1 januari 1990 ontstaan door de oude gemeenten Sint Maarten, Warmenhuizen en de oude gemeente Harenkarspel samen te voegen.


Plaatsen binnen de gemeente

Dorpen/Gehuchten:
't Rijpje
Dirkshorn
Eenigenburg
Groenveld
Kalverdijk
Krabbendam
Schoorldam (gedeeltelijk)
Sint Maarten
Stroet
Tuitjenhorn, hier is het gemeentehuis gevestigd
Valkkoog
Waarland
Warmenhuizen

Buurtschappen:
De Banne
De Dijken
De Weel (gedeeltelijk)
Kerkbuurt
Ring
Schagerwaard

Tot in de 20e eeuw was Harenkarspel ook een plaatsnaam, rond 1295 werd er een terp opgeworpen nabij Tuitjenhorn, Het land waarop de terp stond was in handen van Abdij van Egmond maar gaven het in leen aan de Heren van Egmond, deze verklaarde echter niet veel later dat het gebied vrij was om in te gaan wonen. En werd het een hering. Er kwam daarna op de terp een kerkje te staan met enige bebouwing, later verloor het weer zijn kerk. De woonplaats zelf werd in de 20e eeuw omgedoopt naar Kerkbuurt. De naam van de gemeente is ontleend aan de hernoemde woonplaats.

Het Oude Slot
Blijkens archeologisch onderzoek heeft op de plek van het latere slot Schagen al omstreeks 1200 een houten curtis gestaan, omgeven door een wal en een gracht. Mogelijk werd dit gebouwencomplex later in de 13e eeuw vervangen door een stenen woontoren. Albrecht van Beieren zou deze toren hebben verbouwd tot een stenen huis. Op 29 juni 1427 werd Willem, bastaardzoon van graaf Albrecht van Beieren, door Filips de Goede beleend met de heerlijkheid Schagen. Op 24 augustus 1426 was hij reeds door Filips de Goede aangesteld tot baljuw van Kennemerland en West-Friesland en tot kastelein en baljuw van Medemblik, als opvolger van de Kennemer edelman Ghijsbrecht van Rietveld. Hij zou dit ambt bekleden tot 1438. Het is aannemelijk dat hij in deze periode voornamelijk op het kasteel van Medemblik verbleef.
Op 4 maart 1430 bevestigde Jacoba van Beieren het in 1427 door Filips uitgegeven leen en werd dit leen vermeerderd met renten, tienden en toebehoren. In 1435 werd de gift van de kappellerij en de kerk en visserij van de Schager- en Niedorper Kogge aan het leen toegevoegd. Op 30 januari 1452 volgde het huis ('getimmerd' door Willem) met de hofstede en 6 geersen land. Willem droeg toen het huis uit eigen goed over aan de grafelijkheid en werd er vervolgens direct mee beleend. Vanaf deze tijd is het slot van Schagen een onderdeel van het gehele leen. In 1466 werd het leen nogmaals vermeerderd met 5 geersen land gelegen bij het huis en in 1592 volgde de 'oosterhofwoning en boomgaard', de 'westerhofwoning', het 'noorderhofwoninkje', de 'boomwoning' en 27 snezen land rond het huis

Willem genoot veel aanzien en bekleedde veel vooraanstaande functies. Ondanks al zijn drukke bezigheden ging hij tweemaal naar het Heilige Land, vanwaar hij twee marmeren zuilen meebracht, die in de schouw van de grote zaal in het kasteel te Schagen werden gemetseld.

Willem stierf in 1473 en werd in hetzelfde jaar opgevolgd door zijn zoon Albrecht van Schagen. Albrecht had een twijfelachtige reputatie omdat hij in zijn eigen kasteel belegerd werd. Omdat hij weigerde aan zijn eigen broers hun erfdeel uit te keren, werd er een uitspraak gedaan door het Hof van Holland. Dit vonnis werd door Albrecht genegeerd, waarop Philips van Wassenaar met een leger naar het Schager Slot trok. Het kasteel werd zonder slag of stoot ingenomen, waarna Albrecht gearresteerd werd en gevangen werd gezet in Gevangenpoort in 's Gravenhage, daarna werd zijn gevangenisstraf in Medemblik voortgezet totdat hij daar in 1480 stierf.

Gedurende vele generaties bleef het Slot Schagen in het bezit van het geslacht (van Beieren) van Schagen.

Na de dood van Albrecht in 1480 werd zijn dochter Josina beleend met de heerlijkheid van Schagen. Zij heeft een jaar voor haar dood in 1543, Schagen overgedragen aan haar neef Jan van Schagen. Jan stierf vrijwel direct na zijn belening, zodat Josina hem net overleefde.

Jan's zoon: Willem van Schagen erfde de heerlijkheid Schagen en het slot maar genoot niet lang van zijn bezit want ook hij stierf vroeg (1548).
Zowel Willem en zijn zoon Johan van Schagen kozen partij voor de Spaanse bezetters. Nadat de Spaanse vloot in 1573 tijdens de slag op de Zuiderzee (waaraan ook Johan meedeed) werd verslagen, werd het kasteel in Schagen bezet door Diederic van Sonoy, de plaatsvervanger van Willem van Oranje in de noordkop van Holland.

Bij de komst van Diederic van Sonoy in het Schager Slot brak er een bloedige episode aan in de geschiedenis van het kasteel. Sonoy had van de Staten van Holland opdracht gekregen om streng op te treden tegen uitingen van het katholieke geloof. Net zoals Alva hield hij er een waar schrikbewind op na. Eerst stelde hij een rechtbank in Alkmaar, die later gevestigd werd op het Slot van Schagen. Deze Noordhollandse 'Bloedraad' sleepte vele Westfriezen naar de martelkamer. Velen moesten hun katholieke geloof bekopen met de de dood. Na ingrijpen van Willem van Oranje werd hier een einde aan deze praktijken gemaakt. De prins benoemde een commissie van onderzoek, die de zaak voorlegde aan het Hof van Holland, die in een vonnis de nog in leven zijnde beklaagden vrijsprak. Ook vanwege zijn wreedheid verloor Sonoy de steun van stadhouder Maurits en vertrok naar Engeland.

De sloteigenaar Johan van Schagen koos uiteindelijk partij voor Oranje en kreeg daarna een hoge functie bij de Staten van Holland. Hij stierf in 1618, waarna hij werd opgevolgd door zijn zoon Albrecht van Schagen, die op zijn beurt de heerlijkheid Schagen naliet aan zijn zoon Willem van Beieren van Schagen, die daarmee de laatste van de familie was, die Schagen bezat. Vanwege grote schulden was hij genoodzaakt om de heerlijkheid Schagen te verkopen. Deze verkoop vond plaats in Den Haag in 1658 voor een, destijds gigantisch, bedrag van f 263.000.

Willem van Schagen overleed twee jaar later in september 1660. De nieuwe eigenaar van het Slot te Schagen was George van Cats. Vanwege zijn huwelijk met Justina van Nassau had hij ooit de eer om prins Willem III en zijn gevolg op zijn kasteel te mogen ontvangen. George liet het kasteel min of meer verwaarlozen. Ook de stenen poorten werden afgebroken en vervangen door houten poorten.

Ten tijde van George Cats was het kasteel geheel omringd door een gracht, gelegen tussen boomgaarden en royaal aangelegde tuinen en beplante lanen. De voorburcht bevond zich aan de noordzijde.

In 1675 werd de heerlijkheid Schagen, inclusief het slot openbaar in Schagen geveild. De hoogste bieder was Pieter Cornelisz. Gortmolen die een bedrag wilde neertellen van f 57.000 . Toch ging de koop niet door, waarna, in 1676 opnieuw werd geveild in Den Haag. Voor het bedrag van f 170.000 werd een nazaat van de oorspronkelijke familie: Floris Carel van Beieren, graaf van Warfusé de nieuwe eigenaar.

Floris' zoon en opvolger Dirk Thomas sneuvelde in 1706. Zijn zuster Maria Isabellas was getrouwd met Jan Frans Paul Emil, comte d'Outremont et Han sur Lesse. Deze Jan Frans Paul Emil erfde de heerlijkheid Schagen en het kasteel. Omdat het echtpaar niet het Slot van Schagen bewoonden maar verblijf hielden in België, raakte het kasteel in verval.


Tijdens de inval van de Russen en Engelsen in 1799 had een deel van de troepen intrek genomen in het kasteel. Dit had tot gevolg dat het kasteel werd vernield. In 1820 werd het vernielde kasteel gesloopt. De marmeren zuilen uit de schouw, die ooit door Willem de Bastaard uit Afrika waren meegenomen werden gered en naar Brussel overgebracht. Andere (vierkante) zuilen werden in de kerk van Schagen bewaard. Nadat de graaf van Merode deze in 1821 opeiste, werden ook deze naar Brussel afgevoerd. Een stuk marmer van de schoorsteen, die door de Engelsen in elkaar was geslagen was in Schagen achtergebleven. Dit stuk marmer is echter verdwenen. Ook het archief verdween naar Brussel. Pas nadat de eigenaars er geen belangstelling meer voor hadden werd het aangekocht door het Rijksarchief in Noord-Holland.

In 1827 werden de restanten van het kasteel gesloopt. Dankzij het ingrijpen van de gemeente Schagen bleven de twee ronde hoektorens gespaard. De westelijke toren werd (tot zelfs in de eerste wereldoorlog) in gebruik genomen als passanten-gevangenis , terwijl de oostelijke toren werd verbouwd als cipierswoning. Cornelis Bok (1777-1836) was omstreeks 1830 cipier in de passanten-gevangenis en woonde in de oostelijke slottoren. Hij heeft als schilder en tekenaar veel in Schagen en omgeving getekend.

Op het kasteelterrein werd een begraafplaats aangelegd en op het voorplein een kolfbaan. De beide torens zijn in 1931 gerestaureerd. Ze zijn beide voorzien van een rondboogfries en zijn voorzien van spitsen met leien gedekt.

In de negentiger jaren van de vorige eeuw is het plan geopperd tot de herbouw van het Slot Schagen. De burgemeester van Schagen, J. van de Langenberg heeft bij deze plannen een voortrekkersrol vervuld. Deze herbouw betekent geen complete restauratie van het oorspronkelijke kasteel, wel zal het oorspronkelijke uiterlijk tot basis dienen. Architect Wil Schagen, uit Nieuwe Niedorp, heeft op verzoek van de Initiatiefgroep 'Slot Schagen' een ontwerp gemaakt met een verwijzing naar het verleden. Hierbij is gebruik gemaakt van een neostijl, die bewust verwijst naar de gotiek en een robuust materiaalgebruik. Bij het geheel worden beide oorspronkelijke hoektorens in het geheel geïntegreerd.

Naast de Gemeente Schagen werd dit project mede gefinancieerd door de Provincie Noord-Holland, het Economisch Stimuleringsprogramma Kop & Munt, alsmede met fondsen en bijdragen. Het doel van dit project bestond uit de reconstructie van het voorplein en de slotgracht en het opnieuw optrekken van het slotgebouw.

Overigens werden er veel bezwaren geuit, vooral door oudere Schagenaars. Het voornaamste punt van kritiek was, dat het voorgestelde bouwplan geen recht deed aan de historie van het kasteel. Veel mensen wensten dan ook dat het kasteel in oorspronkelijke glorie zou worden herbouwd.

In 2001 is een begin gemaakt met de bouwactiviteiten. Gedurende de beginfase hiervan zijn op het slotterrein door oudheidkundigen van de Archeologisch Diensten Centrum (ADC) uit Bunschoten opgravingen verricht. Talloze scherven van gebruiksvoorwerpen en serviesgoed uit de 17e werden gevonden. Men ontdekte ook dat de slotgracht zich zeker tot twee meter onder de huidige Torenstraat uitstrekte. Daar zijn nóg oudere scherven gevonden, maar ook sporen van riet en beschoeiing.
Naast deze vondsten zijn in 2002 ook de funderingen van de brugpijlers van de kolossale boogbrug gevonden, alsmede een oude kademuur en een keldertje onder de oostelijke hoektoren.

De realisatie heeft uiteindelijk in september 2002 plaatsgevonden. Slot Schagen werd op 5 september 2002 officieel geopend door de Commissaris van de Koningin van Noord-Holland de heer mr. H.C.J.L. Borghouts.

In het slotgebouw is plaats voor publiekstoegankelijke ruimten, het VVV-kantoor, alsmede 15 hotel-appartementen.


naar de top van deze pagina































naar de top van deze pagina
De Zwanenwater tocht, startplaats Schagen, datum 24 februari 2007, nabeschouwing:


HOE HET WAS
Het mag een wonder heten dat er ondanks de slechte weersvooruitzichten nog 397 deelnemers naar Schagen waren gekomen. Want het was nat toen de meute om negen uur werd gelost, het werd natter naarmate de tocht vorderde en in de middag was het op zijn natst. En dan word je daar in het vlakke Noord-Hollandse land ook niet vrolijk van, de korte opklaringen ten spijt. Wel moeten we parkoersbouwer Nico van Etten een grote pluim geven want organisatorisch had hij het goed voor elkaar. De startgelegenheid in Sporthal Groeneweg was voor de deelnemers ruim zat. Alleen voor het thuisfront achter de inschrijftafels was de grote hal een beetje te hoog en dus niet behaaglijk. De eigen verzorgingsposten waren uit de kunst ondergebracht. Een en al lof van onze cateringchef Gerard van der Hulst. De soeppost in een grote loods waar bijna alle deelnemers tegelijk in konden en droog hun soep tussen de tractoren en andere agrarische hulpmiddelen konden verorberen. Voor de dames was er zowel bij de soep- als bij de koffierust voor toiletgelegenheid gezorgd. En na afloop was er gelegenheid om te douchen. Lekker even die kouwe nattigheid met warm water van je afspoelen.
Leuk waren de reacties van die vele Westfriezen die op plaatsen kwamen waar zij het bestaan niet van wisten. Nostalgie ten top voor Afra Neuhuijs uit Ede. Voor haar kon de tocht helemaal niet meer stuk toen zij voorbij Dirkshorn opeens langs het schooltje kwam waar zij in haar jeugdjaren zeven jaar op school was geweest.

DE CIJFERS
Onder de 397 aanwezigen bevonden zich 81 eerstelingen. Het grootste deelnemersaantal kwam ditmaal, hoe kan het ook anders, uit Noord-Holland met maar liefst 162 personen. Daarvan waren er 68 voor het eerst bij WS 78. De plaatselijke media had flink zijn best gedaan want Schagen, ’t Veld, Waarland, Nieuwe Niedorp, Zijdewind en Warmenhuizen waren veruit favoriet. De overige deelnemers kwamen uit Zuid-Holland – 88 (6), Gelderland – 66 (3), Utrecht – 46 (2), Noord-Brabant – 18, Flevoland – 10 (1), Overijssel, Zeeland en Limburg – 2 en Friesland -1 (1).
Onder de deelnemers bevonden zich 227 leden (= 57 %) en liepen 133 deelnemers (= 33 %) voor een herinnering. De eerste drie wandelaars klokten af om 13:35 uur, de laatsten om 17:35 uur.
De ledenwerfactie had een ledenwinst van 9 tot gevolg. WS 78 heeft nu 601 leden ! Het 600e lid bleek mevrouw Marie Grootwassink uit Broek in Waterland te zijn. Zij ontving uit handen van Willem Ruis een fraaie bokaal.

naar de top van deze pagina






























naar de top van deze pagina
De Zwanenwater tocht, startplaats Schagen, datum 24 februari 2007, verslag.

Henri Floor
Quirinus
Roland Weyers
Elly Noordover
Monique van der Slot