Hatertse Vennentocht
Op zaterdag 20 januari 2018 organiseerde WS78 de Hatertse Vennentocht. De start was vanuit de Jan Massinkhal te Nijmegen. We waren al op de voorgaande vrijdag in Nijmegen gearriveerd en hadden ons intrek genomen in een hotelletje dat op ongeveer 1 km van de start lag. Zodoende waren we tijdig bij de start. Deze wandeling was door de Gouden Kruis Dragers vereniging uitgeroepen tot "Powered by GKD", een soort tocht van de maand idee. Hierdoor waren er meer deelnemers op de wandeltocht als normaliter.

De start werd verlaten in zuidelijke richting over de Nieuwe Dukenburgseweg. Na een km staken we het Maas-Waal kanaal over. We sloegen af over het Duckenburgpad en kwamen daarna door het Uilenbosje. Daarna kwamen we door Wijkpark Meijhorst. Vervolgens zetten we koers naar de A73-snelweg. Daarop werd het natuurgebied Berendock bereikt met het gelijknamige meer. Bij het Wijchense ven staken we De Vendam over.

Het gebied De Berendonck ligt in de Gelderlandse gemeente Wijchen, tegen gemeente Nijmegen aan. Het gebied is ongeveer 160 hectare groot en werd in 1976 aangelegd. De Berendonck bestaat uit een grote plas van 45 hectare en meerdere zandstrandjes en ligweides.

De Berendonck is in gebruik als recreatiegebied en staat onder beheer van Leisurelands. Het noordelijke deel is bedoeld voor waterrecreatie en het zuidelijke deel is een natuurbestemming, wat aansluit op het natuurreservaat Wijchense Ven. Het recreatiegebied wordt ook regelmatig gebruikt als evenementenlocatie

Het Wijchens Ven is eigenlijk geen ven, maar een rivierarm uit de voorlaatste ijstijd (± 100.000 jaar geleden). De gletsjers en stuwwallen in het noorden dwongen Maas en Rijn tot een zuidelijkere loop dan nu. Samen persten ze zich onderlangs de stuwwal en sleten bijvoorbeeld ook het huidige brede dal van de Niers bij Gennep uit. Ook het Wijchens Ven is een deel van deze oerrivier. Na de ijstijd slibde de rivier geleidelijk dicht met veen, dat de plaatselijke boeren in de afgelopen eeuwen hebben gestoken als brandstof. 'Wijchens Ven' is dan ook een verbastering van 'Wijchens Veen'. In de 18e eeuw was er een speciale regeling voor de inwoners van Wijchen, zodat het turfsteken zonder al te veel ruzie zou verlopen. Het gat vulde zich weer met water, zodat de ‘rivier’ weer teruggekomen lijkt in het landschap.

Het Wijchense Ven blijkt al bewoond sinds de steentijd, zo'n 7000 jaar geleden, met name de duinen op de zuidelijke oever. Zowel in de bronstijd als in de ijzertijd stonden hier een of twee houten boerderijen. Opvallend is dat de bewoning stopt in de Late ijzertijd, ongeveer bij de komst van de Romeinen. Dat gebeurt ook op andere plekken in de directe omgeving, zoals op de Berendonck, op de Broekkant in Overasselt en op de Woord in Wijchen-Zuid. De reden voor het verdwijnen van de bewoning is een mysterie. Misschien zijn de oorspronkelijke bewoners verdreven, maar het is ook mogelijk dat ze uit vrije wil zijn verhuisd, bijvoorbeeld omdat hun akkers onklaar waren geworden door stuifzand.

In 2005 is het ven nog een keer uitgediept, maar ditmaal om een heel andere reden. Omdat het ven werd gebruikt als overstort van rioolwater, was het slib op de bodem flink vervuild geraakt. In acht maanden tijd is ruim 100.000 kubieke meter slib uit het ven gehaald. Ook werd munitie uit de Tweede Wereldoorlog gevonden en onschadelijk gemaakt. Daaronder bevond zich ook een Duits vliegtuig dat tijdens de Tweede Wereldoorlog in het ven is gestort. Het overtollige rioolwater gaat voortaan niet meer rechtstreeks het Wijchens Ven in, maar wordt eerst geleid naar bezinkbassins. Daardoor is het water in het Wijchens Ven sinds 2006 weer schoon. Het terrein is een belangrijk natuurreservaat waar onder andere Galloway-runderen zijn uitgezet. Op de noordoever is een golfterrein aangelegd.


In buurtschap Heiveld liepen we langs een weiland waar een duiventil op hele hoge poten midden in het weiland stond. Via De Rakenberg kwamen we bij de Hatertse Vennen, een prachtig natuurgebied. Het was deze dag een bewolkte dag. Hoe mooi zou het hier zijn geweest als de tocht een dag later was georganiseerd toen we een stralende blauwe dag hadden. Aan de andere kant waren we vooralsnog blij dat het droog was. Op 10½ km werd de soep/koffiepost bereikt bij Kaas- en Zuivelboerderij De Diervoort te Wijchen.

De Overasseltse en Hatertse Vennen is een bijzonder gebied met glooiende rivierduinen, vele vennen en uitgestrekte heidevelden. Ook al liggen de rivieren Maas en Waal nu ver van dit gebied vandaan, zij zijn de makers van dit landschap. Na de laatste ijstijd, zo’n 10.000 jaar geleden, was Nederland een poolwoestijn. Zand uit de bedding van de Maas werd hier door de heersende zuidwestenwind tot hoge duinen opgeblazen. De Waal had voordien al een laag klei afgezet dat werd samengedrukt tot een ondoordringbare laag. Daardoor bleef het regenwater staan in de vorm van vennen. Vanaf de 19e eeuw werden hier grove dennen aangeplant voor de Limburgse mijnbouw. Omdat de vennen dreigden te verdrogen is een deel bos in 2013 omgevormd naar heide. Hierdoor blijft unieke flora en fauna die afhankelijk zijn van deze vennen behouden.

Hier was de splitsing met de 20 km. Wij vervolgden op de 40 km route. Verder dwaalden we door de Overasseltse- en Hatertse vennen natuurgebied. Ik werd ingehaald door een trouwe lezer van mijn (WS78) wandelverslagen op mijn website. Deze persoon had mij in het verleden een compliment gegeven over het feit dat in mijn wandelverslagen zo weinig taalfouten staan. Hij had een paar onjuistheden geconstateerd op mijn website en die gaf hij nu door; ik dank hem daarvoor, opnieuw, heel hartelijk.

Bijna ongemerkt ging de wandeling door natuurgebied de Overasseltse- en Hatertse vennen over in het Heumense bos. Nadat we de A73-snelweg waren overgestoken kwamen we weer bij het Maas-Waalkanaal. Aan de overzijde van het kanaal zagen we bebouwing van de plaats Malden. We werden ingehaald door een wandelaar uit Zwolle. Zij had vertraging met de trein gehad, waardoor ze pas om half tien kon starten. Net voorbij de Heumense Sluis stond een standbeeld met als titel "Moeder van Smarten". Over het Toppenbergpad werd Heumen bereikt. Hier was op 21½ km de grote rust. Omdat wij deze rust pas om 13:20 uur bereikten, besloten we door te lopen. Voor de rust hadden we de pijlophalers gezien en daar bleven we liever ruim voor te lopen.

Het Maas-Waal kanaal komt bij Heumen en Molenhoek uit in de Maas. Nu volgden we een tijdlang de Maas over de winterdijk. We werden door twee wandelaars ingehaald. Een van hen zei net toen hij ons inhaalde, dat zijn gezichtvermogen 25% is. Na 3 km werd de winterdijk nabij Overasselt verlaten. Via buurtschap Worsum werd de Walrick ruïne bereikt. We wilden eigenlijk een foto van elleen de lapjesboom maken, maar er stond net een groep Fransen bij de boom. Die hebben we toen maar mee op de foto gezet. Met de Nijmeegse 4-daagse kom je hier ook langs. Het zit dan vol met wandelaars. Maar nu was het rustig en liepen we de Walrick ruïne in en zagen daar twee nissen met beelden staan.

Middenin de bossen van de Hatertse en Overasseltse Vennen ligt de merkwaardige kapel van St.-Walrick met de bijbehorende koortsboom. De plek is een bedevaartsplaats geworden waar al eeuwenlang mensen lapjes in de boom hangen om van een ziekte te genezen.
Legende van de koortsboom
In de 8e eeuw nam de roverhoofdman Walrick per ongeluk de grote prediker Willibrord gevangen. Willibrord kreeg Walrick zover dat hij zich zou bekeren tot het christendom, maar dan moest Willibrord wel diens zieke dochter genezen. Dat gebeurde inderdaad, mede doordat de dochter een lap van een kledingstuk in de boom bij de kapel hing.
De 'koortsboom' heeft niet het eeuwige leven - het moge dan ook duidelijk zijn dat de genezende rol om de zoveel tijd moet worden overgenomen door een nieuwe boom. De huidige eik is zo’n honderd jaar oud.
Het stuk grond waar de kapel op staat, is waarschijnlijk in 855 geschonken aan de Benedictijner abdij van Keizersweerd bij Düsseldorf. Later kwam het in handen van het Benedictijner klooster in Valéry-sur-Somme (boven Parijs). Waarschijnlijk is daar ook de naam 'Walrick' van afgeleid. Het kloostergoed bestond verder uit twee boerderijen. De huidige kapel stamt uit de 15e eeuw.
Honderd jaar geleden stond er nog een veel grotere ruïne overeind. Juist toen er opgravingen werden gedaan en de ruïne gerestaureerd zou worden, brak WOII uit. De Geallieerden gingen niet zo netjes om met de ruïne, waar weinig meer van overbleef. Na de oorlog is de kapel deels weer opgemetseld met oude stenen van het voormalige kasteel van Balgoij.
Bouwhistorisch onderzoek maakt duidelijk dat de kapel een zolder heeft gehad. Vermoedelijk heeft het gebouw daarom niet alleen gediend als Godshuis, maar ook als ’kluis’. Dat was het onderkomen van een kluizenaar, die zich afsloot van de rest van de wereld om in contact te komen met God.

Op 32 km was de koffiepost. Omdat dit 's ochtend ook de soeppost was, stond hier een WS78-pijl met een verwijzing naar de soeppost. Dit was nog niet veranderd in koffiepost. We lieten ons de koffie daardoor niet minder lekker laten smaken. We kruisten de A73 snelweg nu voor de vierde en laatste keer. Nu dwaalden we door de wijk Wezenhof van Nijmegen en kwamen nog door een naamloos bos. Op 36 km was nog de fruitpost. Hier kregen we een mandarijn. Het Maas-Waal kanaal werd weer bereikt en volgden deze over een zand/graspad, waarbij een asfaltfietspad vlak langs liep, hetgeen voor verschillende wandelaars reden was om op dit pad verder te lopen. Nu was het niet ver meer naar de finish, die om 16:55 uur werd bereikt.

Het was een hele aardige tocht geworden. Er zaten relatief veel verharde trajecten in. Maar dat kwam nu goed uit omdat de talrijke modderpaden, waarover deze dag de route voerde, meer dan genoeg waren. Bovendien waren er omleidingen in het parkoers opgenomen, omdat een hele harde storm een paar dagen tevoren veel bomen had doen omwaaien. Er waren 476 deelnemers. Het IVV-nummer was 16623.

Klik HIER voor de betekenis van de buttons die boven aan dit verslag staan.

Henri Floor