Op zaterdag 31 augustus 2024 reden we met de trein naar station Ede-Wageningen.
Daar begonnen we aan de NS-wandeling Belmonte.
Deze wandeling loopt van station Ede-Wageningen naar Busstation Wageningen.
Maar voordat we aan de wandeling begonnen dronken we nog koffie bij de stationshuiskamer.
Meteen na de start liepen we een trap op.
Na 50 meter bedachten we dat we nog moesten uitchecken.
Daarop weer teruggelopen en ons uitgecheckt.
De route voerde over landgoed Hoekelum.
We kwamen een vrouw tegen die vroeg of we regen hadden gehad.
Dat was niet het geval.
Maar toen wij Ede met de trein naderden zagen we wel dat het nat was.
De vrouw zei dat het deze ochtend al heel hard had geregend.
We volgden nu de Panoramaweg. Bij een heideveld sloegen we af. Op een informatiebord lazen we bijzonderheden over dit gebied. Het ging hier om Celtic Fields. Er was hier een uitkijkpunt van hout. Het was niet hoog, maar toch beklommen we het niet.
Celtic Fields werden reeds in de IJzertijd, zo'n 2500 jaar geleden, bewoond. Omwalde, vierkante raatakkers of Celtic Fields en grafheuvels zijn hiervan het bewijs. De Celtic Fields zijn ontstaan doordat bij het ontginnen en bewerken van de grond takken, stobben, wortels en stenen langs de rand van de akker werden gegooid. Door stuifzand en onkruid vormden zich walletjes, die nu nog herkenbaar in het landschap aanwezig zijn.
Verderop sloegen we af en volgden nu de Bosbeekweg. We kwamen nu bij het NIVON huis de Bosbeek. We lieten ons de koffie en de warme chocomelk goed smaken.
Even volgden we de Bosbeekweg. Maar spoedig sloegen we af en liepen nu langs een diepgelegen beek door natuurgebied Oostereng, de Bosbeekspreng. Verderop liepen we langs de Paradijsspreng en de Bosbeek. We kwamen weer op de Bosbeekweg uit en staken de Bosbeek en de Molenbeek over.
De beken op de Veluwe zijn ontstaan in de IJstijd, toen het smeltwater zich een weg zocht in de permanent bevroren bodem. De meeste beken in deze streek zijn echter sprengenbeken, die van oorsprong door de mens zijn gegraven. In de 16e en 17e eeuw ontdekte men, dat in de oude smeltwaterdalen bij de hellingen van de Veluwse heuvels het grondwater kon worden aangeboord. Het uit de sprengenkop (de kunstmatige bron) stromende water werd opgevangen in een gegraven sloot. Het werd gebruikt als drinkwater, maar ook als krachtbron voor de aandrijving van watermolens, maalderijen en oliepersen. Zo heeft ook de grote papierfabriek Smurfit Kappa Parenco, die u verderop in Renkum kunt zien, haar ontstaan te danken aan de Veluwse sprengenbeken.
Daarop kwamen we langs huize Quadenoord, waar in de open lucht een beeldententoonstelling was. Verder liepen we langs de Molenbeek. Er liepen hier twee paden parallel langs de Molenbeek. Het bredere pad liep wat verder van de Molenbeek.
Net voordat we een verkeersweg overstaken liepen we langs een plek waar ik bijna 70 jaar geleden bij warm weer met mijn ouders kwam.
Ik woonde toen in Wageningen, mijn geboortestad.
En achterop een zitje van mijn ouders reden zij hier op de fiets naar toe.
De genoemde verkeersweg was toen een zandweg met naastliggend fietspad.
We zochten hier destijds verkoeling bij de Molenbeek, die toen gemakthalve Renkumsebeek werd genoemd.
Nadat we de verkeersweg waren overgestoken kwamen we langs Everwijnsgoed, een voormalige boerderij die gerestaureerd is en opvalt met zijn blauwe luiken en verbouwd is tot café restaurant en nu de naam De Beekdalhoeve draagt.
Opnieuw liepen we langs een mooie beek.
Ditmaal was dat de Oliemolenbeek.
Na een grasveld kwamen we bij restaurant Nol in 't Bos te Wageningen-Hoog.
Het volgende bosgebied, waar onze wandeling doorheen voerde, was Oranje Nassau's Oord, genoemd naar het voormalige buiten van koningin Emma.
Na ongeveer 100 meter was over het pad een wit/rood lint gespannen.
Talrijke fietsers, veelal mountainbikers kwamen aangesneld.
Daarop besloten we om te keren en een alternatieve route door dit bosgebied te volgen.
Daarbij staken we meerdere keren de fietsroute over.
Voordat we dit bosgebied verlieten, liepen we over een zandweg waar koningin Wilhelmina nog gespeeld heeft in haar jonge jaren.
Hier reden weliswaar ook fietsers, maar hier was meer ruimte voor zowel fietsers als wandelaars.
Vanaf deze zandweg hadden we nu uitzicht op Renkum.
We staken de N225 (Wageningen-Arnhem) over en volgden deze tot net voorbij een waterpompstation aan de voet van de Wageningse berg.
We volgden nu een bospad over de hellingen van de Wageningse Berg en hadden daarbij meerdere keren fraaie panorama's op de Rijn en de Betuwe in.
Op het hoogste punt van ons pad over de Wageningse Berg werd het nieuwe (sinds 1951) arboretum Belmonte (mooie berg) bereikt en tevens naamgever van deze wandeling.
Op het oude arboretum was op een gegeven moment geen uitbreidingsmogelijkheid.
Hier voerde de wandeling door de rand van het arboretum.
De Wageningse Berg is onderdeel van de stuwwal tussen de Rijn en de Lunterse Goudsberg. Het bodemmateriaal bestaat ook vooral uit gesteenten die door de rivieren zijn aangevoerd. U hebt hier een mooi uitzicht op de Rijn en het vlakke Betuwse landschap.
Op de Wageningse Berg ligt het voormalig landgoed Belmonte . In 1951 realiseerde de Wageningen Universiteit en Researchcentrum er een arboretum met rododendrons, magnolia s, azalea s en meidoorns. De tuin is vrij toegankelijk.
Aan het eind van Belmonte voerde een trap steil omlaag.
Door vermoeidheid en bang om te vallen besloten we hier een alternatieve vervolgroute te nemen en af te dalen over de Holleweg.
Ook bij deze weg heb ik een jeugdherinnering.
Zoals eerder geschreven woonde ik vroeger in Wageningen en over de Holleweg ben ik naar beneden gegleden met sneeuw op de rug van mijn vader die op een slee lag.
Over het Bergpad liepen we naar het centrum van Wageningen.
Bij het busstation namen we bus 86 naar station Ede-Wageningen die al na 5 minuten vertrok.
Op station Ede-Wageningen hadden we 20 minuten overstaptijd en besloten daarop nog koffie te drinken in de stationshuiskamer.
Het was een mooie maar zware tocht geworden.
Klik HIER voor de betekenis van de buttons die boven aan dit verslag staan.
Henri Floor |