Op 4 november 2017 organiseerde de FLAL de Gasbel wandeltocht. De start was vanaf restaurant De Boerderij dat pal naast de Fraeylemaborg ligt. We kozen deze dag voor de 40 k route. Als eerste liepen we een lus vaan 3 km door het Fraeylemaborg-bos. Wij hadden deze rondwandeling al een dag tevoren gelopen. Want de route was al bepijld. Daardoor namen we van dit gedeelte van de route geen foto's tijdens de wandeling op 4 november. Foto's hadden we op de voorgaande vrijdag gemaakt.
De Fraeylemaborg is gelegen op een landgoed van ruim 23 hectare. Het borggebouw ontstond meer dan zeven eeuwen geleden en kreeg aan het eind van de 18de eeuw haar huidige uiterlijk. Het park, deels naar ontwerp van G.A. Blum en L.P. Roodbaard, is aangelegd in Engelse landschapsstijl. Hierbij zijn restanten van de formele barokke aanleg bewaard gebleven, zoals de karakteristieke middenas. Op het voorterrein staat het schathuis waarin nu een restaurant is gevestigd. Er tegenover staat het koetshuis waarin zich de museumwinkel en de expositieruimtes bevinden. In het park staan 17de en 18de eeuwse zandstenen tuinornamenten.
De borg werd in de middeleeuwen als steenhuis gesticht en groeide uit tot een imponerend gebouw met invloedrijke bewoners. De laatste bewoners, de familie Thomassen à Thuessink van der Hoop van Slochteren, verkochten de borg in 1972 aan de Gerrit van Houten Stichting. Na restauratie werd de Fraeylemaborg museum. De vertrekken laten het tijdsbeeld tot het midden van de 20ste eeuw zien, de laatste fase van de particuliere bewoning. De Grote Zaal wordt gebruikt voor concerten en ontvangsten, terwijl de Kleine Zaal in gebruik is als trouwzaal.
Slochteren werd verlaten over de Noorderweg, die parallel aan de provinciale weg liep. Na de gemeentewerf liepen we langs de De Ruiten molen en molen De Groote Polder. We werden ingehaald door een groepje van vier wandelaars waaronder de voorzitter van de FLAL. We staken de Groote Wijk over. Daarna liepen we langs de Slochter Ae en staken deze even later over. In Woudbloem staken we de Scharmer Ae over. Op 10 km werd hier in Woudbloem Theaterboerderij Erf en Weide bereikt voor een eerste rustpost. Toen we hier rond 11 uur aankwamen was het net wat begonnen te regenen. We konden gelukkig binnen een plaatsje bemachtigen.
Woudbloem is een gehucht in de gemeente Slochteren. Het gebied waar het streekje ligt was tot aan het einde van de negentiende eeuw een ruig, ontoegankelijk deel van de provincie. Pas rond 1900 werd een begin gemaakt met de ontginning. In 1904 werd aan de Scharmer Ae een aardappelmeelfabriek gebouwd die Woudbloem werd genoemd. De fabriek is genoemd naar de eigenaar Woltjer, die zijn naam te Gronings vond en hem daarom vernederlandste. Eigenlijk is woltjer de tweede naamval van wold of woud, dus: iemand of iets uit het bos . Hoewel de naam Woudbloem in het Gronings Woldblom of Woldbloum zou kunnen zijn, spreekt iedereen ook in het Gronings van Woudbloem. In de campagne bood deze fabriek werk aan honderden mensen. In de loop van de tijd werden bij de fabriek huizen gebouwd. De fabriek is 1968 gesloten.
De naam Woudbloem wordt in 1904 voor het eerst genoemd. Niet als plaatsnaam, maar als naam van de coöperatieve aardappelmeelfabriek die in dat jaar door een aantal Slochter boeren werd opgericht tussen de Slochter Ae en de Scharmer Ae. Voordat met de bouw kon worden begonnen ondervond men nogal wat tegenwerking. Zo werd een bouwaanvraag in eerste instantie afgewezen en bestond de angst dat het milieu zou worden vervuild. Met name de hotelhouders en vissers dienden bezwaren in. Toch werd in april 1904 een hinderwetvergunning verleend onder voorwaarde dat het afvalwater moest worden gezuiverd. Hiervoor werden vloeivelden aangelegd, omzoomd door met wit zand gevulde kistdammen die dienden als filters. In oktober werd de fabriek in werking gesteld en een maand later werd geconstateerd dat het water in de Ae's was vervuild. Rijksveldwachters signaleerden dat het water door middel van 'geheimzinnige pompen' op de Ae's werd geloosd. De hinderwetvergunning werd ingetrokken, maar twee maanden later weer verstrekt. 'De Woudbloem' lag zeer gunstig. De aardappelen konden uit alle richtingen per schip worden aangevoerd en in de oogsttijd was het dan ook een drukte van belang op de waterwegen. De schepen voeren af en aan en langs de oevers bij de fabriek lagen de woonboten van de seizoenarbeiders. Ondanks alle gunstige factoren werd in 1966 besloten de werkzaamheden stop te zetten, want tegen de schaalvergroting in de aardappelmeelindustrie kon De Woudbloem niet op. Een jaar later sloot de fabriek haar poorten en in 1982 werd het hoofdgebouw gesloopt. Wat rest zijn de fabriekswoningen, een loods en de huizen van de boekhouder en de directeur. Het rijtje fabriekswoningen wordt de 'Tienborg' en in de volksmond ook wel de 'Langejammer' genoemd.
Het verlaten van Theaterboerderij Erf en Weide gaf voor mij persoonlijk wat problemen. Ik had mijn wandelstokken niet zo handig neergezet. Want de voorhoede van de 25 km lopers was inmiddels gearriveerd en stonden in een rij te wachten om hun startnummer bij de controlepost door te geven en daarbij stonden mijn wandelstokken. Vervolgens was ik mijn pet kwijt en die kon alleen nog liggen op de rustplek. Dus moest ik ook daar weer heen. Coos was inmiddels doorgelopen maar, ik haalde haar even later in.
Nu volgden we ruim twee km de Scharmer Ae. Deze mondden uit in het Slochterdiep in buurtschap Schaaphok. Na Schaaphok dwaalden we een tijdlang vlak door het achterliggende weilandengebied. In buurtschap Luddeweer werd weer een verharde weg betreden, de Slochtermeenteweg. Na oversteek van het Afwateringskanaal van Duurswold bevonden we ons in buurtschap Denemarken. Na nog een km verlieten we de Slochtermeenteweg en dwaalden nu fraai over natuurgebied 't Roegwold. 2 km verder werd op 18 km een rustpost voor alleen 25 km lopers bereikt. Bij de ingang was hierop geen controle, zodat wij er ook gebruik van konden maken. Coos besloot hier over te stappen op de 25 km route. Omdat we net voor deze post werden ingehaald door de pijlophalers van de 40 km besloten we snel verder te lopen.
Luddeweer is het kleinste dorp van de gemeente Slochteren. Lutteweer telt ongeveer 20 huizen en 80 inwoners en is eigenlijk meer een buurtschap dan een dorp. Luddeweer is vermoedelijk ontstaan uit de persoonsnaamn Ludde met de uitgang -weer. Het centrum van Luddeweer ligt aan een driesprong. In noordoostelijke richting gaat de Luddeweersterweg over in de Graauwedijk. De Graauwedijk werd in de middeleeuwen aangelegd door monniken van het klooster Bloemhof uit Wittewierum ter bescherming tegen de Fivel en liep van Schaaphok via Luddeweer naar Overschild. Ten zuiden van Luddeweer stroomt de Woltersumer Ae, die voor het graven van het Eemskanaal rond 1870 in open verbinding stond met het Lustigemaar bij Woltersum (Katerhalster Maar). Een zijkanaal van de Woltersumer Ae is de Smeerige Ae die vroeger langs Luddeweer stroomde. Ten noorden van de Smeerige Ae lag tot ver in de 19e eeuw het Westermeer. Luddeweer heeft tot in de jaren 1960 een tabakszaak gehad.
Na een paar honderd meter werd de Meenteweg/N865 verlaten en dwaalden weer mooi over vrij-liggende fietspaden door natuurgebied. We kwamen bij het Schildmeer en volgden deze ruim drie km tot aan Steendam. Daarbij kwamen we nog langs recreatiecentrum De Otter. In Steendam was een rustpost bij Podium café Peter en Leni. We lieten ons een Latte Macchiato goed smaken. Er zaten een aantal wandelaars binnen. Maar de meesten hadden we komende lus van 6 km er al op zitten. Ons wandeltempo is nou eenmaal niet meer zo snel.
Het Schildmeer is een L-vormig meer gelegen tussen de dorpjes Steendam, Overschild, Schildwolde, HelIum en Siddeburen. Het is een overblijfsel van het Woldjermeer. Het gebied hier rondom is vroeger rijk bebost geweest, daar wijzen namen als Woldstreek, Duurswold en Schildwolde op. Het Schildmeer heeft een oppervlakte van ongeveer 301 ha. en dient als boezem voor het waterschap Duurswold.
Het Schildmeer ligt het dichtst bij het dorpje Steendam. Dit dorpje maakt, evenals het Schildmeer, onderdeel uit van de gemeente Slochteren. Steendam schijnt in vroegere tijden nog tussen de diverse meren te hebben gelegen. Zodoende is de weg er naar toe erg drassig geweest. Om de weg te verstevigen heeft men dammen aangelegd van steen om het zodoende beter begaanbaar te maken. Hierdoor is waarschijnlijk de naam "Steendam" ontstaan
De lus van 6 km bestond maar uit vier wegen. Eerst volgden we de Damsterweg, Steendam uit. Daarna volgde de Hoofdweg naar Tjuchem. Daarbij liepen we nog onder de N33 door.
Tjuchem is een klein dorp, in het noorden van de gemeente. De naam Tjuchem is afgeleid van Tjuch of Tjucht, dat fokplaats betekend. In het verleden was Tjuchem een veeteeltgebeid.
In het begin van de vorige eeuw lag Tjuchem tussen vele meertjes; het Woldmeer, Klein Meer, Meedhuizermeer, Proostmeer. Al deze meertjes zijn nu verdwenen.
In het centrum van Tjuchem sloegen we af over de Koopmanslaan en aan de rand van Tjuchem staken we het Afwateringskanaal van Duurswold.Dit kanaal volgden we en na ruim twee km werd Podium café Peter en Leni weer bereikt. We lieten ons een Latte Macchiato opnieuw goed smaken. Steendam werd verlaten waarbij we nu aan de andere zijde van recreatiecentrum De Otter liepen. Het was wat heiig in het buitengebied. Daarop besloten we de reflectievest aan te doen. Hat was ons opgevallen dat in dit gebied veel auto's zonder verlichting rijden. Hellum werd bereikt.
Hellum is een klein dorp liggend tussen Schildwolde en en Siddeburen. Vroeger werd het dorp ook wel 'Helm' genoemd.
In het verleden stond er ten zuidwesten van Hellum de borg Menolda. De laatste bewoonster was vermoedelijk Anna Margaretha Ripperda-Rengers, die tot haar dood in 1663 de borg bewoonde en daarna in de kerk is begraven. De borg is rond 1700 afgebroken.
In de loop der tijden zijn in Hellum meerdere pre-historische vondsten gedaan. Door deze vondsten blijkt dat 4000 jaar voor onze jaartelling Hellum al bewoond moet zijn geweest. Vele grote veldkeien zijn er in de loop der jaren uit de grond gehaald.
Als zoveel andere dorpen in de Woldstreek heeft Hellum een fraaie kerk met een bijzondere geschiedenis. De parochie dateert van 1295. In de kerk hangen enkele van de oudste rouwborden van de provincie Groningen. De borden herinneren aan de familieleden van de familie Rengers. De familie bezat niet alleen de borg, maar ook de colla. Uiteraard herinneren die aan leden van het aloude geslacht Rengers dat sinds 1395 de borg Menalda bezat en daarmee de collatierechten van de kerk.
In Hellum volgden we de Hoofdweg. Daarbij kwamen we nog lang de Nederlands Hervormde kerk van Hellum. Bij het bereiken van de grens met Schildwolde bleef de straatnaam hetzelfde, maar de nummering begon opnieuw. Langs de Hoofdweg, zowel in Hellum als in Schildwolde stonden talrijke prachtige en statige huizen. Verschillende huizen werden dan ook op de gevoelige plaat vastgelegd. Schildwolde werd verlaten over de Schildwolderdijk. Nadat we het Slochterdiep waren overgestoken sloegen we ruim voor de Fraeylemaborgmolen af en volgden nu de Boslaan. Door het gevorderde uur, het was 5 uur, was het behoorlijk donker. We waren dan ook blij dat we een goede zaklamp hadden meegenomen.
Toen we in Slochteren aankwamen besloten we de route te verlaten. De route voerde nu officieel langs de haven en met enige watervrees zag ik dit nu met de donkerte niet zitten. Om 17:20 uur werd de finish bereikt. Het startbureau was vrijwel geheel opgeruimd. Toen ik vroeg hoeveel deelnemers er waren werd gewezen naar een inmiddels weggehaald bordje met het getal 386. Het was weer een hele mooie tocht geworden. Met de bus van 18:01 uur reden we met 7 minuten vertraging naar Groningen en verder met de trein huiswaarts.
Klik HIER voor de betekenis van de buttons die boven aan dit verslag staan.
Henri Floor |