NS-wandeling Belmonte


Op zaterdag 26 december 2015 reden we naar NS station Ede-Wageningen. Daar begonnen we aan de NS-wandeling Belmonte. Deze wandeling loopt van NS station Ede-Wageningen naar Busstation Wageningen. Het eerste traject liep op korte afstand langs de spoorlijn Ede–Arnhem. Daarbij liepen we langs een voormalige kazerne. We waren hier al vaker geweest. Het viel ons nu op dat het hekwerk om de voormalige kazerne gedeeltelijk verwijderd was en dat een nabij gelegen parkeerplaats was ingericht als P&R parkeerplaats bij station Ede-Wageningen.

Spoedig werd natuurgebied De Sysselt betreden. Dit natuurgebied is weer onderverdeeld in kleinere bospercelen met namen als Noorderbos, Zandgat, Boddegat, Zuiderbos, Kamp, Plantage, Maanderbos, Hertenbos, Bennekomse Bos en Doornbos. Onze wandeling voerde door de laatste vier genoemde bospercelen. Aan de rand van de Ginkelsche Heide sloegen we af. We liepen door een tunnel onder de A12-snelweg (Utrecht-Arnhem). Deze tunnel was recentelijk gerenoveerd en verlengd. Even later staken we de spoorlijn Ede-Arnhem over. Aan de andere kant van de spoorlijn was een verhoging aangebracht die met een stenen trap kon worden beklommen.

We volgden nu de Panoramaweg. Bij een heideveld sloegen we af. Op een informatiebord lazen we bijzonderheden over dit gebied. Het ging hier om Celtic Fields. Er was hier een nieuw uitkijkpunt gebouwd van hout. Het was niet hoog , maar we beklommen het wel. Het uitkijkpunt lag ongeveer twee meter boven de grond.

Celtic Fields werden reeds in de IJzertijd, zo’n 2500 jaar geleden, bewoond. Omwalde, vierkante ‘raatakkers’ of Celtic Fields en grafheuvels zijn hiervan het bewijs. De Celtic Fields zijn ontstaan doordat bij het ontginnen en bewerken van de grond takken, stobben, wortels en stenen langs de rand van de akker werden gegooid. Door stuifzand en onkruid vormden zich walletjes, die nu nog herkenbaar in het landschap aanwezig zijn.

Verderop sloegen we af en volgden nu de Bosbeekweg. We kwamen nu bij het NIVON huis de Bosbeek. Toen Coos hier enige tijd geleden met een vriendin koffie had gedronken, waren zijn meteen naar het koffieapparaat gelopen. Toen kwam er iemand van het NIVON-huis naar hen toe gelopen en zeiden dat het toch wel netjes was geweest als ze gemeld hadden dat ze koffie kwamen drinken. Nu meldden we ons meteen bij de balie en vroegen of we hier koffie konden drinken. De meneer achter de balie was heel vriendelijk en zei: "maar natuurlijk. Daar zijn we toch voor". Later werd nog geïnformeerd of de koffie goed smaakte. Want recentelijk was een nieuwe koffieautomaat geplaatst. Ook werd nog gezegd dat we volop reclame mochten maken dat je koffie bij het NIVON-huis kon drinken.

Na een langere rust, waarbij we ook nog wat van ons lunchpakket hadden genuttigd, vervolgden we ons pad. Het was voor de tijd van het jaar met 14 graden behoorlijk warm. Het zonnetje liet zich af en toe wat zien. Even volgden we de Bosbeekweg. Maar spoedig sloegen we af en liepen nu langs een diepgelegen beek door natuurgebied Oostereng, de Bosbeekspreng. Verderop liepen we langs de Paradijsspreng en de Bosbeek. We kwamen weer op de Bosbeekweg uit en staken de Bosbeek en de Molenbeek over.

De beken op de Veluwe zijn ontstaan in de IJstijd, toen het smeltwater zich een weg zocht in de permanent bevroren bodem. De meeste beken in deze streek zijn echter sprengenbeken, die van oorsprong door de mens zijn gegraven. In de 16e en 17e eeuw ontdekte men, dat in de oude smeltwaterdalen bij de hellingen van de Veluwse heuvels het grondwater kon worden aangeboord. Het uit de sprengenkop (de kunstmatige bron) stromende water werd opgevangen in een gegraven sloot. Het werd gebruikt als drinkwater, maar ook als krachtbron voor de aandrijving van watermolens, maalderijen en oliepersen. Zo heeft ook de grote papierfabriek Parenco, die u verderop in Renkum kunt zien, haar ontstaan te danken aan de Veluwse sprengenbeken.

Daarop kwamen we langs huize Quadenoord, waar in de open lucht een beeldententoonstelling was. Verder liepen we langs de Molenbeek. Er liepen hier twee paden parallel langs de Molenbeek. Het bredere pad liep wat verder van de Molenbeek. Wij volgden het smalle pad dat vlak langs de beek liep. Daardoor zagen we verschillende malen langs de beek staande bomen fraai in het water weerspiegelen. Na een klaphekje en een bruggetje over de Molenbeek, dat we rechts lieten liggen, volgden we opnieuw het smalle pad langs de beek. Na een omgevallen boom over het pad liep dit pad echter dood. Daarop liepen we terug en volgden verder over het bredere pad.

Net voordat we een verkeersweg overstaken liepen we langs een plek waar ik ongeveer 60 jaar geleden bij warm weer met mijn ouders kwam. Ik woonde toen in Wageningen, mijn geboortestad. En achterop een zitje van mijn ouders reden zij hier op de fiets naar toe. De genoemde verkeersweg was toen een zandweg met naastliggend fietspad. We zochten hier destijds verkoeling bij de Molenbeek. Nadat we de verkeersweg waren overgestoken kwamen we langs Everwijnsgoed, een voormalige boerderij die gerestaureerd is en opvalt met zijn blauwe luiken. Opnieuw liepen we langs een mooie beek. Ditmaal was dat de Oliemolenbeek. Na een grasveld kwamen we bij restaurant Nol in ’t Bos te Wageningen-Hoog. We lieten ons de Latte Macchiato goed smaken. Wel was de bediening aan de trage kant.

Het volgende bosgebied, waar onze wandeling doorheen voerde, was Oranje Nassau’s Oord, genoemd naar het voormalige buiten van koningin Emma. Voordat we dit bosgebied verlieten, liepen we over een zandweg waar koningin Wilhelmina nog gespeeld heeft in haar jonge jaren. Vanaf deze zandweg hadden we nu uitzicht op Renkum met een natuurijsbaan. We staken de N225 (Wageningen-Arnhem) over en volgden deze tot net voorbij een waterpompstation aan de voet van de Wageningse berg. We volgden nu een bospad over de hellingen van de Wageningse Berg en hadden daarbij meerdere keren fraaie panorama’s op de Rijn en de Betuwe in. Op het hoogste punt van ons pad over de Wageningse Berg werd arboretum Belmonte (mooie berg) bereikt en tevens naamgever van deze wandeling. Hier voerde de wandeling door de rand van het arboretum.

De Wageningse Berg is onderdeel van de stuwwal tussen de Rijn en de Lunterse Goudsberg. Het bodemmateriaal bestaat ook vooral uit gesteenten die door de rivieren zijn aangevoerd. U hebt hier een mooi uitzicht op de Rijn en het vlakke Betuwse landschap.
Op de Wageningse Berg ligt het voormalig landgoed ‘Belmonte’. In 1951 realiseerde de Wageningen Universiteit en Researchcentrum er een arboretum met rododendrons, magnolia’s, azalea’s en meidoorns. De tuin is vrij toegankelijk.

We daalden over een trap af tot aan de Westbergweg te Wageningen. Hier liepen we even omhoog om vervolgens een grintpad, het Bergpad, naar het centrum van Wageningen te volgen. We kwamen uit op het begin van de Veerweg. We volgden nog even de Grebbedijk, de winterdijk die Wageningen beschermt bij hoge waterstand van de Rijn. Over het Spijk, de Bergstraat en de Bevrijdingsstraat werd het busstation bereikt. Met de bus reden we terug naar station Driebergen-Zeist en met de auto reden we huiswaarts.

Klik HIER voor de betekenis van de buttons die boven aan dit verslag staan.

Henri Floor