Cuneratocht

Op zaterdag 13 juni 2015 organiseerde de stich­ting Cunera Wandeltocht-Rhenen deze tocht. De start was vanuit Alleman Welzijn te Rhenen. E­ven voor negen uur begaven wij ons op pad. De stad werd in westelijke richting verlaten. Aan­van­ke­lijk volgden we de provinciale weg N225. Na het bord van de bebouwde kom troffen we het toegangsbord van Nationaal Park Utrechtse Heu­vel­rug. Toen we bij de Stokweg afsloegen zei Coos dat ze haar stok, die aan haar rugzak zat, erbij zou halen. Maar toen bleek dat we voor­als­nog verder over een asfaltweg liepen, werd het moment van de stok pakken uitgesteld.

Nadat de Stokweg werd verlaten, volgden we een traject van de Midden Nederland MTB fiets­rou­te. Gelukkig troffen we hier nog geen fietsers aan. We staken een asfaltweg met de naam Autoweg over en volg­den nu de Defensieweg door het Remmersteinse bos. Hier was de splitsing met de 10 en de 15 km. Wij volgden de 30 km route. Via een klaphek betraden we het beschermde natuurgebied Remmerden. Toevallig waren we hier twee da­gen tevoren ook geweest met de NS wandeling Elsterberg. Toen hadden we hier prachtig (foto)weer. Nu druppelde het af en toe.

In de fotoreportage treft u van dit gebied dan ook de foto's die op 11 juni werden gemaakt. In dit natuurgebied was volgens de rou­te­be­schrij­ving op een kruising met een bankje een afslag naar rechts. Maar omdat op dit punt een pijl ont­brak en de meeste wandelaars de pijlen volg­den, waren hier heel veel wandelaars verkeerd ge­lo­pen. Op dit kruispunt stonden hier ook tal­rij­ke paarden. Gelukkig hadden ze geen be­lang­stel­ling voor ons en sommige paarden wel voor el­kaar.

Natuurgebied Remmerden werd nabij de voor­ma­li­ge jeugdherberg van Elst verlaten. Daarop werd het zuidelijkste deel van landgoed Prat­ten­burg doorkruist. Nu werd koers gezet naar res­tau­rant 't Berghuis te Amerongen dat aan de voet van de Amerongse berg lag. We lieten ons een beker Latte Mac­chi­a­to goed smaken. Net na 't Berghuis ligt een kunstmatige grafheuvel waar een wandelpad doorheen loopt.

Na een flinke klim werd een open plek in het bos bereikt dat het "venster op de Betuwe" heet. Maar door het re­gen­ach­ti­ge weer viel dat zicht bar tegen. Later in de route kreeg we nog wel een mooi uitzicht op de Betuwe, maar daar­o­ver later meer. Verder liepen we naar de Eenzame Eik. Deze eik stond in het bos in het midden van een soort wa­gen­wiel. Acht lanen komen hierop uit waaronder de Amerongselaan, Doornselaan, Elsterlaan, Leersumselaan en O­ver­berg­se­laan.

Nu volgden we een lange rechte laan, de O­ver­berg­se­laan die overging in de Hooilaan. Daarbij kwa­men we nog wandelaars van de 15 km route te­ge­moet. We kwamen bij het Egelmeer uit.

In de Romeinse tijd heette dit gebied Aegil Marum. Deze naam is later verbasterd tot Egelmeer. In deze scho­tel­vor­mi­ge laagte blijft lang water staan dankzij een slecht door­laat­ba­re leemlaag in de bodem. Het gebied is ech­ter geleidelijk verdroogd. Om verdere verdroging tegen te gaan heeft Staatsbosbeheer in 2008 ruim 9 ha bos rond het Egelmeer gekapt en zijn delen van het terrein ge­plagd. Men hoopt hiermee te kunnen bereiken dat ka­rak­te­ris­tie­ke soorten van vochtige heide weer toenemen, zo­als veenmos, zonnedauw, klokjesgentiaan en dop­hei­de.

Als u bovenstaande achtergrond informatie ge­le­zen heeft, dan zou u ver­wach­ten dat 7 jaar later er toch water in dit meer moest zitten, maar niets van dit alles is waar. We volgden nu de half­ver­har­de weg naar landgoed Prattenburg. We zagen nu verschillende keren pijlen van de wan­de­ling Vrouwen lopen voor Vrouwen. Eenmaal zagen we een groepje van 4 die deze tocht liepen. Trots zei een van hen dat ze maar liefst 20 km liepen. Wij zeiden toen dat onze tocht maar 30 km lang was. Ze wensten ons daarop suc­ces met de tocht en wij hen.

Bij de Cunera Hoeve verlieten we de ge­as­fal­teer­de Cuneraweg en dwaalden nu een tijdlang berg­op door landgoed Prattenburg. Verderop sta­ken we de doorgaande weg van Veenendaal naar Elst over en zette nu koers naar Kwin­te­loo­yen.

Het dagrecreatieterrein Kwintelooyen ligt in de drie­hoek Rhenen - Veenendaal – Elst. Het ligt ingesloten tus­sen drie particuliere landgoederen: Prattenburg, de Dik­ken­berg en Remmerstein. Daaraan grenzend liggen de Stadsbossen van Rhenen en de Plantage Willem III, van Stichting Het Utrechts Landschap. Het gehele ge­bied strekt zich uit van de noordoever van de Rijn tot de Gel­der­se Vallei.

Karakteristiek in het gebied zijn de diepe erosiedalen, de prehistorische grafheuvels, wallen, beukenlanen en de overgangen tussen heuvelrug en valleien. Opvallend is het grote hoogteverschil van vijftig meter op Kwintelooyen; van zeer nat (ven en moeras) naar droog (heidevelden).

Deze voormalige zandafgraving is gedeeltelijk ingericht voor recreatie. Het laag gelegen gedeelte van Kwintelooyen is bijzonder van­we­ge de aanwezigheid van natte vegetaties en een grote poel. De vennen herbergen een aantal zeldzame of bedreigde plant- en diersoorten. Het poelenproject houdt dit in stand.

25 jaar geleden werd Kwintelooyen aangelegd. Wij weten dat nog zo goed omdat wij voor WS78 een tocht vanuit NS station Veenendaal-West hadden uitgezet en door dit gebied voer­de. Toen was hier nog geen begroeiing, maar bul­do­zers stuwden zand op om er datgene van te ma­ken zoals het nu is geworden.

Hier was nog een verzorgingspost. We lieten ons de sinas en twee wandelkoeken goed smaken. Ook een appel smaakte goed bij het verlaten van de post. We troffen hier nog een bekende wan­de­laar uit Eindhoven. Over de Oude Veen­se­grind­weg werd koers gezet naar Achterberg. Hier was in het Dorpshuis nog een laatste rust. Daar­na liepen we naar de Larsenberg. Bij de Mi­li­tai­re Erebegraafplaats De Grebbeberg hadden we nog een rust op een bankje.

Daarna werd beschermd natuurgebied De Grebbeberg betreden. We liepen hier naar het voormalige Ringfort op het Greb­be­berg-plateau. Hier vandaan hadden we enige fraai vergezichten de Betuwe in. Bij de Ringwalburcht moesten we vol­gens de routebeschrijving over een stalen trap steil naar beneden lopen. We waren inmiddels flink vermoeid en za­gen deze steil trap in dit gedeelte van de route niet zitten. Verschillende ander wandelaars liepen hier ook niet naar be­ne­den omdat ook hier een pijl.

We bleven de bovenrand van de Grebbeberg vol­gen. Daarbij kregen we nog een keer een mooi uit­zicht op het meer van de nabij gelegen voor­ma­li­ge kalkzandsteenfabriek en de brug over de Rijn en Rhenen. We kwamen uit bij de door­gaan­de weg van Rhenen naar Wageningen ter hoogte van het Pannekoekhuis de Grebbeberg. We volg­den de Grebbeweg tot aan bushalte NS en reden met de bus huiswaarts. Vanuit de bus belden we naar de finish en meldden ons telefonisch af.

Het was een prachtige tocht geworden en be­slist voor herhaling vatbaar. Wij danken de or­ga­ni­sa­tie hartelijk voor deze tocht.

Klik HIER voor de betekenis van de buttons die boven aan dit verslag staan.

Henri Floor