Op zaterdag 1 november 2014 werd de Maarten Luther wandeltocht georganiseerd. De start was vanuit restaurant 't Berghuis te Amerongen. Toen wij onze auto op een parkeerplaats parkeerden, kwamen uit een andere auto twee wandelaars die gekleed waren in een groene blouse van sportief wandelen uit Zoetermeer. Toen ik tegen hen zei dat ik dacht dat alle wandelaars van sportief wandelen uit Zoetermeer bij de wandelvereniging RS80 zouden lopen, reageerden ze met "er komt zo een bus vol met sportief wandelaars uit Zoetermeer". Er werd deze dag namelijk een RS80 tocht vanuit Moordrecht georganiseerd. Toen ik van mijn auto naar de start wilde lopen hoorde ik mijn naam noemen. Het was een bekend echtpaar uit Maarn. Ze boden mij een zak met lekkere appels aan die ik dankbaar aanvaardde. Daarna liep ik naar de startlocatie, een afstand van ongeveer één km.
Bij de startlocatie aangekomen, was het behoorlijk druk. We zagen verschillende bekende wandelaars. Na het invullen van het inschrijfformulier en het wachten van 10 minuten in de rij maakten we ons gereed voor vertrek. Rond half tien begaven we ons op pad.
Vlak naast de start lag een kunstmatig opgeworpen grafheuvel waar een pad doorheen was gemaakt. Na ruim een halve km kwamen we bij een uitzichtpunt met de naam "Venster op de Betuwe". Ons pad steeg naar een grote ronde plek in het bos met in het midden een vrijstaande boom waaromheen banken stonden. Hier sloegen we af en volgden de Elsterlaan, een zandweg. We kwamen uit op de Veenseweg, waar overheen hier een traject van het Let de Stigter fietspad liep. Bij het Egelmeer, waarin momenteel geen water stond, volgden we de Cuneraweg naar Rhenen.
In tegenstelling tot wat de naam doet vermoeden is het Egelmeer een laaggelegen heidegebied op de Amerongse Berg en je vind hier natte heidevegetaties met bijzondere planten. Struikheide en dopheide vormen de voornaamste begroeiing. In de bodem van het meer ligt op ca 30 cm diepte een laag die slecht doordringbaar is voor water, een "oerlaag". Hierdoor blijft er regenwater in de "schotel" staan (vandaar de naam Egelmeer). De waterstand in deze "schotel" is veel hoger dan de grondwaterstand in de bodem ernaast, waar het regenwater zo weg kan zakken. Daar kan het grondwater meters lager staan dan de bodem van het meer.
De grondwatermeter laat deze diepe waterstand onder het Egelmeer zien. De waterstand in het meer en ook de diepe grondwaterstand komen in de winter omhoog en dalen weer in de zomer omdat er dan meer verdamping is.
Het meer wordt normaal gesproken gevoed door regenwater. Soms komt het diepe grondwater zo hoog dat het over de rand van de oerlaag in het meer kan stromen (dat gebeurt in de groene zone van de meter).
Het diepe grondwater bevat opgeloste stoffen uit de bodem, waaronder kalk. Stoffen die niet in regenwater voorkomen. Daarom komen er in en om het meer bijzondere plantensoorten voor. De laatste keer dat het diepe grondwater boven de oerlaag uitsteeg was in de natte winter van 1994 -1995. Waar de naam Egelmeer precies vandaan komt is niet bekend, we weten wel dat de Romeinen zo’n tweeduizend jaar geleden hier al kwamen. Zij noemden het Aegil Marum. Maar Aegil heeft niets met egels te maken. Egelmeer kan dus een verbastering van die naam zijn. Een andere verklaring kan zijn dat het genoemd is naar de bloedzuigers die er zaten, want in de Middeleeuwen werden bloedzuigers, egels genoemd.
Bij landgoed Prattenburg sloegen we af en volgden de Brederodelaan, eerst als fietspad en later werd het een asfaltweg. Het grondgebied van Rhenen werd ingewisseld voor Veenendaal. Voor station Veenendaal-West sloegen we af en even later staken we de spoorlijn over.
Voordat de eerste controlepost in de Westerkerk werd bereikt, kwamen we langs winkelcentrum Veenendaal-West. Hier besloten we een bezoek te brengen bij een supermarkt, die beweert op de kleintjes te letten, en kochten er een pak Optimel. Want we hadden enigszins dorst gekregen en ook trek. En deze drank zorgde voor beiden. In de Westerkerk aangekomen zagen we geen herkenbare controleur(s) en besloten daarop verder te lopen.
Nu kwam een minder aantrekkelijk stuk. De nu volgende 8 km van de route was helemaal verhard en grotendeels niet autovrij. Na de bebouwde kom van Veenendaal liepen we door het buitengebied van Overberg dat tot de voormalige gemeente Amerongen behoorde en thans, samen met onder andere Amerongen tot de gemeente Utrechtse Heuvelrug behoort. In Overberg was bij de Efrathakerk de tweede controlepost volgens de routebeschrijving. Hier troffen we alleen vrouwelijke wandelaars aan, die voor het toilet wachtten, maar we zagen geen controleur(s).
Na de laatste 5 km van de hiervoor genoemde 8 km asfalt werd het Leersumse Veld met de Leersumse Plassen bereikt. Dat was voor ons wel het hoogtepunt van de tocht. De 30 km route had hier een lus doorheen. Het viel wel op dat de route zodanig was uitgezet dat veelal de grotere boswegen en paden werden gevolgd en fietspaden. Dat zijn makkelijk te beschrijven routes.
Het Leersumse Veld ligt in een natuurlijke laagte. Het gebied werd in de ijstijd uitgesleten door smeltwater in de stuwwal die nu Utrechtse Heuvelrug heet. Ontbossing en overbeweiding hebben in de loop van eeuwen de grond uitgeput. Het Leersumse Veld werd een gebied van stuifzand en heide, die op natte plaatsen ging vervenen. Rond de 18e eeuw werd het veen afgegraven voor brandstof. Zo ontstonden de Leersumse Plassen.
Vanaf eind 19e eeuw werden rond Leersum op grote schaal naaldbomen als larix, douglas en grove den aangeplant voor houtproductie. Ook de hei op het Leersumse Veld werd bebost. Particuliere grondeigenaren legden een statige eiken-lindenlaan aan en plantten rododendrons.
Tegenwoordig zorgt uitgekiend terreinbeheer ervoor dat de productiebossen weer gevarieerd worden. Ook heeft Staatsbosbeheer bos gekapt om het areaal heide op het Leersumse Veld weer te vergroten. De Leersumse Plassen, die waren dichtgeslibd en verzuurd, zijn hersteld. Het water trekt talloze libellen en vogels aan. Als het hard genoeg vriest kan er worden geschaatst.
Vlak voordat de bebouwde kom van Leersum werd bereikt, bleek dat de aangekondigde verzorgingspost vervallen was. Leersum werd bij de Uilentoren bereikt. Daarna kwamen we bij de Johanneskerk, die aan de Lomboklaan was gelegen. Verder werd in Leersum ook nog de Sint Michaëlkerk en de RK Andrieskerk bezocht.
De Uilentoren heette oorspronkelijk Pyramide Lombok. Het is een uitkijktoren en folly. De toren staat op het hoogste punt van de Lombokheuvel. Vroeger behoorde het tot het landgoed Lombok. In de buurt staat nog een andere folly, namelijk een tuinkoepel. Maar deze staat op particulier terrein.
Deze toren werd in 1904 gebouwd. Hij had een heideterrein aangekocht waarop hij de toren en de nabij gelegen koepel liet bouwen. De beide bouwwerken stonden op het landgoed Lombok dat tegenwoordig verdwenen is. Sinds 1926 is de toren in het bezit van de gemeente Utrechtse Heuvelrug. Op de hoeken van de toren zijn vier uilen aangebracht, waaraan de toren zijn huidige naam heeft ontleend.
Leersum werd verlaten. Bij het betreden van landgoed Zuylestein liepen we even een iets andere routewaardoor we langs een schaapskooi kwamen. Op landgoed Zuylestein werden we ingehaald door een aantal 60 km lopers, die 2 x 30 km liepen. We kwamen weer in Amerongen. Na Herberg Den Rooden Leeuw liepen we langs kasteel Amerongen. Bij de Andrieskerk aangekomen stond bij de ingang vermeld dat wegens een bruiloft deze kerk kon worden overgeslagen. Toen we toch de kerk inliepen, zagen we dat op kerkbanken witte bloemen waren aangebracht. Het was ons niet duidelijk of de bruiloftdienst al voorbij was. Gezien het gevorderde uur dachten we van wel.
De voorlaatste kerk, waar we langs kwamen was de Rijnkapel, maar deze was gesloten. Ernaast was de Ark. Nu was het niet ver meer naar de finish. Na het afmelden spraken we nog een wandelaar die 6 weken tevoren aan de 160 km lange Nijmegen-Rotterdam Mars had meegedaan. Hij had de 60 km gelopen door eerst de 30 km route te lopen en vervolgens de 15, 10 en 5 km route. Want naast 2 x 30 km konden 60 km lopers voor de 2e 30 km 20+10, 2 x 15 of 15,10 en 5 km lopen.
Parkoerstechnisch viel mij deze tocht tegen. Er zaten flinke asfalttrajecten in en als onverhard werd gelopen dan waren dat veelal de grotere wegen en paden. Door het zonnige en warme weer, met een temperatuur van rond de 20 graden, was het voor 1 november uitzonderlijk warm. Mede door het mooie weer was het erg druk op de fietspaden. Het wandelplaatjes na afloop was wel aan de hele kleine kant, maar wel in kleur.
Klik HIER voor de betekenis van de buttons die boven aan dit verslag staan.
|