NS wandeling Beukenburg

Op dinsdag 14 ok­to­ber 2014 lie­pen wij de NS wan­de­ling Beu­ken­burg. Met de trein reden we naar het startsta­tion NS-Bilthoven. Coos wist dat er op het sta­tion een Kiosk was zo­dat we daar koffie kon­den drinken. Maar toen we bij de Kiosk aankwa­men bleek dat de Kiosk sinds 6 ok­to­ber o­pen is van 6.30 - 9.30 uur. Het was rond 9.50 uur en de Kiosk was dus geslo­ten. Nu wisten we dat vlak­bij een winkelcen­trum is met een paar tenten om wat te drinken. Bij de eer­ste ge­le­genheid kwa­men we om 4 minuten voor 10 aan. Vol­gens aankondiging gin­gen ze om 10 uur o­pen. We zagen binnen mensen. Maar toen ze om 10.02 uur nog niet had­den o­pen gedaan, lie­pen we naar Brasserie Olivier en die was wel o­pen. Na 2 Latte Macchiato´s bega­ven wij ons rond 10.30 uur op pad.

We lie­pen te­rug naar het sta­tion om­dat de rou­te aan de an­de­re kant van het station begon. O­ver de Jan Steenlaan en de Dwarsweg werd Bilthoven ver­la­ten. Bij het Ver­lo­ren Kerk­hof sloe­gen we af en volg­den de Eijckensteinselaan.

Maartensdijkse natuurbeschermers hebben in 2002 het Verloren Kerk­hof weer gevonden. Op de begraafplaats hebben sinds 1874 zwervers, zelf­moor­de­naars, ver­schop­pe­lin­gen en een enkele Joodse on­der­dui­ker hun laatste rustplaats gevonden. Het Verloren Kerk­hof werd destijds op last van de provincie aan­ge­legd, omdat er in het hervormde Maar­tens­dijk geen al­ge­me­ne be­graaf­plaats was. Katholieken werden helemaal in Utrecht begraven.

Daklozen, veelal spiritus drinkers, met namen als Betje Bitter, Bram Hommesbart en Dirk de Korstkop kregen een eer- en naamloos graf in de bossen. Alleen een gemeentewerker en een veldwachter begeleidden hun laatste gang. In de boeken zijn ze niet meer terug te vinden.

"Op dit schooierskerk­hof zijn tot aan de oorlog zes a zeven mensen begraven", weet historicus Koos Ko­len­bran­der. Met een beetje fantasie zou je kunnen zeggen dat er een stukje mens zit in de bomen die boven de graven zijn gaan groeien. Ko­len­bran­der deed onderzoek naar de verhalen rond het bosperceel van veertig bij veertig meter. In stilte werden ze begraven. Een van hen had een schurftig hondje. Nadat zijn baasje was begraven, werd het dier doodgeschoten."

O­ver het Leyense Pad werd land­goed Beu­ken­burg be­reikt. Hiernaar is de­ze wan­de­ling ge­noemd.

Land­goed Beu­ken­burg ligt e­ven ten noor­den van de Groe­nekanseweg, op de grens van de Ut­recht­se Heu­vel­rug met het veenweidege­bied. Beu­ken­burg is eigendom van het Utrechts Landschap en om­vat ca. 85 hectare bos, ca. 100 hectare land­bouwgrond en en­ke­le woningen.

In de agrarische- en bospercelen van het land­goed is nog duidelijk de middeleeuwse strokenverkaveling te her­ken­nen waarmee de­ze omgeving ooit is ontgonnen. De bos- en parkaanleg bestaat uit hakhoutpercelen en parkbos met mo­nu­mentale beukenlanen. Er is geen historisch landhuis meer aanwezig. In 2005 is een moderne villa ge­bouwd, naar ontwerp van architectuurbureau Sluijmer en Van Leeuwen. De villa valt op door de lichte constructie en de na­tuurlijke bouwmaterialen.

Van de oor­spron­ke­lijke landgoedbe­bou­wing is wel het in neorenaissancestijl ge­bouwde koetshuis bewaard geble­ven. Beu­ken­burg is in de 17de eeuw ontstaan als he­ren­boer­de­rij met een uitgebreid landerijencomplex. In de 18de eeuw werd veel grond bebost voor de houtproductie. Rond 1810 maakte de he­ren­boer­de­rij plaats voor een landhuis; het park werd in Engelse landschapsstijl aan­ge­legd, met slingerende pa­den, vij­vers en bospartijen. In de periode 1890-1902 is het landhuis nog aanzienlijk vergroot. Na de Eer­ste We­reld­oor­log bleek dat de opbrengst uit het landgoed te gering was om het gro­te huis in stand te kun­nen hou­den. In 1925 werd het gesloopt.

Groe­nekan werd be­reikt bij de Groe­nekanseweg. E­ven werd de­ze ge­volgd en sta­ken we de spoor­lijn o­ver. Daar­na lie­pen we om de Hooge Kampse Plas. Hal­verwege de Plas zagen we in de verte de Domtoren te Utrecht. Aan het einde van het Hooge Kampsepad werd de Voordorpsedijk be­reikt. Hier lie­pen we om Fort Voordorp heen. Op een gege­ven moment zagen we langs de kant, bij­na in het wa­ter, 6 petflessen lig­gen. Coos, die geld spaart voor een goed doel middels het vinden van flessen, had hier­door een goede dag. Ze zag de­ze dag ook 4 flesjes bier lig­gen zo­dat het een totaal van Euro 1,90 opleverde.

Fort Voordorp is in al­le opzichten u­niek. Een historisch mo­nu­ment met moderne faciliteiten. Idyllisch ge­le­gen op 3 hectare grond, omringd door 4,5 hectare wa­ter, aan de rand van Utrecht en de uitvalswegen.

Het fort werd tus­sen 1867 en 1871 aan­ge­legd als on­derdeel van de Nieu­we Hollandse Wa­terli­nie ter be­scher­ming van de spoor­lijn Utrecht-Amersfoort. Dit is een verdedigingsli­nie van 85 km lang die loopt van het eiland Pampus tot aan de Biesbosch en bestaat in totaal uit 46 forten en 5 vestingsteden.

Om het fort geschikt te ma­ken voor e­venementen was ja­renlan­ge renovatie noodzakelijk. De restauratie en renovatie heeft geleid tot een prach­ti­ge multifunctionele e­venementenlocatie en is daarmee een perfecte basis voor e­venementen van 40 tot 2500 personen.

In 1990 heeft de fa­mi­lie Van Denderen het fort van de gemeente gekocht met het idee om de­ze bij­zon­dere locatie in ere te her­stel­len en zoveel mogelijk mensen ervan te la­ten ge­nie­ten.

Het hui­di­ge Fort Voordorp wordt gerund door de tweede generatie fa­mi­lie Van Denderen. Een rijksmo­nu­ment, waard om te ontdekken!

We kwa­men bij de A27-snel­weg en lie­pen er on­derdoor. Daarop lie­pen we de Voordorpse polder in. Dit was geen polder met grasland, maar het ge­bied heet­te zo. Bij een tennispark beslo­ten we koffie te drinken. Er viel de­ze dag af en toe een druilerige re­gen. Als we on­der de bomen lie­pen, dan viel het wel mee, maar op o­pen stuk­ken voelden we de lichte motre­gen wel.

Na krui­sing met de Biltsestraatweg betraden we het prach­ti­ge Park Bloe­yen­dael. Hierin lig­gen slo­ten met bruggetjes en is fraai aan­ge­legd. We lie­pen on­der de Wa­terli­nieweg door waar­bij ook de Biltse Grift on­der de Wa­terli­nieweg doorliep en waar­bij we e­ven on­der de wa­terspie­gel van de Biltse Grift lie­pen. Uiteraard zat er een muur tus­sen.

In de win­ter van 1975/1976 laat de gemeente Utrecht aan de oostkant van de stad in de vroe­gere Johannapolder een na­tuur­park en een volkstuinencomplex aanleggen, ontworpen door de gemeentelijke landschapsarchitect Hans Pemmelaar. Door bezuinigin­gen op het groenbe­heer gaat de kwaliteit van het park al gauw zienderogen ach­teruit. In 1990 verschijnt er een ambtelijke notitie die voorziet in de bouw van kantoorpanden op de­ze locaties. De­ze plan­nen wekken de woede op van de volkstuinders van ATV Stadion. Zij richten op 21 mei 1990 de actiegroep Bloe­yen­dael op en mobiliseren de bevolking van Utrecht Oost. De groep voert tal van acties: zij verzamelt handtekeningen, lobbiet bij de gemeenteraad en bestuurders, en start bezwaarprocedures. Ter on­dersteuning van de­ze strijd zet Dick Bruna Nijntje in als actievoerder, sindsdien het logo van Bloe­yen­dael.

Als gevolg van de acties bedenkt de gemeente zich en ontwerpt een planologische vi­sie op de oostrand van de stad (Structuurschets De Strook). Daarin kiest zij naast kantorenbouw in een deel van het ge­bied Rijnsweerd Noord, nadrukkelijk voor behoud van het Na­tuur­park Bloe­yen­dael en het volkstuinencomplex. De actiegroep vormt zich om tot de Stich­ting Bloe­yen­dael en gaat samen met de dienst Stadswerken van de gemeente het park beheren.

Na de koerswijziging van de gemeente is het gevaar nog niet geweken. In de periode 1995-2000 heeft het stich­tingsbestuur de handen vol aan het afwen­den van onheil dat het park bedreigt. Er zijn plan­nen om een trambaan dwars door het park aan te leggen. Er zijn on­wel­ge­val­li­ge ver­keers (auto) plan­nen en er staat hoogbouw op de gemeentelijke tekentafels. Niet al­les kan wor­den te­gengehou­den: zo verrijzen er wel degelijk hoge kan­toor­ge­bouwen in de onmiddellijke na­bijheid van het park. Ook is er in die ja­ren nog steeds veel strijd / me­nings­ver­schil / onmin met de gemeente van­we­ge het ach­terstallige on­derhoud van het park. Van­af 2000 komt Park Bloe­yen­dael in rustiger vaarwa­ter. Bloe­yen­dael wordt als na­tuur­park erkend en gewaardeerd door al­le partijen, en wordt in goede samenwer­king met Stadsbe­heer planmatig be­heerd.

Via de Emmalaan en de Museumlaan kwa­men we op de Maliebaan uit en volg­den de­ze. Bij Lepelenburg sta­ken we de Stadsbui­tengracht o­ver en volg­den de­ze bij­na tot aan het einde van de­ze wan­de­ling. Daar­bij kruis­ten we bij het Ledig Erf de NS-wan­de­ling Amelisweerd die we 7 da­gen tevoren had­den gelo­pen. Op station Utrecht troffen we nog drie zeer fraai geklede dames, dit ter ere van het 175 jaar bestaan van de Nederlandse Spoorwegen.

Het was een mooie wan­de­ling waar­bij het weer ech­ter te­gen viel.

Klik HIER voor de betekenis van de buttons die boven aan dit verslag staan.

Henri Floor