Op zaterdag 8 februari 2014 organiseerde WS78 de Hoevelakense Valleitocht. De start was vanuit sportcafé De Slag te Hoevelaken. We liepen eerst naar station Hoevelaken. Op weg daarheen staken we de Hoevelakense beek over. Daarna staken we de A1 snelweg en de spoorlijn van Amersfoort naar Apeldoorn en Ede Wageningen over.
Toen ik de gedetailleerde kaart bestudeerde viel het mij op dat voor de snelweg de gemeentegrens van Amersfoort loopt. Station Hoevelaken, dat valt onder de Gelderse gemeente Nijkerk, staat dus op het grondgebied van Amersfoort dat in de provincie Utrecht ligt. Een vergelijkbare situatie heb je met station Veenendaal de Klomp. Dit station staat op het grondgebied van de Gelderse gemeente Ede terwijl Veenendaal in de provincie Utrecht ligt.
Het was deze dag aanvankelijk regenachtig. Door de lange duur van de regenbui (3 uur en een kwartier) zette dit echter een zeer grote stempel op deze tocht. Ikzelf maak tijdens wandeltochten graag foto´s, maar niet als het regent.
We liepen door buurtschap Stoutenburg Noord tot aan de ingang van natuurgebied Heerlijkheid Stoutenburg. In dit gebied kwamen we langs twee oude eiken, Adam en Eva genaamd.
In het oostelijk deel van landgoed Heerlijkheid Stoutenburg staan twee enorme eiken. Volgens overlevering zouden deze zijn geplant ter nagedachtenis aan Oldenbarnevelt. Of deze overlevering historisch juist is, wordt betwijfeld door de bewoonster van de naburige tuinwoning, tevens voormalig eigenaresse van het terrein: ze vertelde dat boomchirurg Jorn Copijn de eiken heeft onderzocht en de leeftijd heeft geschat op zeker 700 jaar. Gezien de omvang en de toestand van de eiken denken anderen echter dat een aanplant in de loop van de 17e eeuw veel waarschijnlijker is. De leeftijd zou dan 300 tot 380 jaar kunnen zijn.
De eiken worden al decennia lang Adam en Eva genoemd. De iets forsere rechterboom is Adam, de slankere links Eva. Adam had in 1991 een stamomtrek van 660 cm, Eva zal daar niet veel voor onderdoen. De bomen worden al sinds de jaren 70 met regelmaat behandeld door de nestor van de Nederlandse boomverzorgers, Jorn Copijn. In de loop van de tijd zijn er van beide bomen verschillende grote takken afgebroken en zijn de stammen onderaan hol geraakt. In de 70-er jaren is de kroon al eens behoorlijk ingenomen om het risico van meer beschadiging te voorkomen. Inmiddels is de kroon weer fors uitgegroeid, de bomen zijn meer dan 20 m hoog. Desondanks hebben de eiken de storm van 18 januari 2007 onbeschadigd doorstaan.
De achterzijde van de bomen laat iets heel anders zien: een enorm gat vol stalen ankers! Het is ongelooflijk dat de boom door deze constructies overeind gehouden kan worden.
Laag vanuit Adam's stam groeit een zeer lange horizontale tak die met twee stutten wordt ondersteund. De kronen van beide bomen zijn onderling door staalkabels verbonden en ook aan de bodem verankerd.
Het gedeelte rond de eiken Adam en Eva was sinds de 40-er jaren eigendom van de familie Rodrigo. Tegenwoordig is Utrechts Landschap hier eigenaar. Het streeft naar uitbreiding van het landgoed en herstel van de landschappelijke en natuurlijke kwaliteiten. De vroegere eigenaren wonen nog op het terrein en zijn bang dat Utrechts Landschap het gebied te veel open kapt waardoor Adam en Eva meer last van stormen zullen krijgen. Ook maken ze zich zorgen over het teveel open stellen van het terrein voor wandelaars waardoor de rust voor dieren achteruit gaat. Hopelijk is hun vrees ongegrond en gaat Utrechts Landschap zorgvuldig om met dit waardevolle gebied. De eiken staan overigens op afgesloten terrein en zijn alleen te zien vanaf de openbare weg van achter het hek of over een vaart heen.
Op de routebeschrijving stond bij punt 5 deze bomen ook aangekondigd. Door de regen keken niet veel wandelaars op de routebeschrijving en vielen Adam en Eva bijna niet op.
Na het verlaten van de Heerlijkheid werd de Barneveldse beek bereikt en even gevolgd. Over de Emelaarsweg en ´t Jannendorp werd Achterveld bereikt. Na het bord van de bebouwde kom van Achterveld verlieten we het dorp vooralsnog om later over de Schoonbekerweg, dat onderdeel is van het Snorrenhoefklompenpad, Achterveld definitief te verlaten.
We kwamen bij de Moddersloot. Hier was de splitsing met de 20 km. Hoewel de start van de 20 km om half tien was, waren er toch al wandelaars die voor de 20 km gingen. We liepen langs de Moddersloot over het Glindhorsterklompenpad.
De Moddersloot meandeerde in het verleden zeer sterk. Dat is heel duidelijk te zien in het grilligge verloop van de gemeentegrens aldaar. Bij de Postweg werd het Glindhorsterklompenpad definitief verlaten voor een bezoek aan de soeppost. Eigenlijk zouden we het Glindhorsterklompenpad vervolgen en langs Burgstede naar de soeppost lopen. Maar vermoedelijk wegens een onbegaanbaar pad was hier een alternatieve route ingelast. De soeppost werd bereikt over het Appie Melissen paadje.
Langs het Appie Melissen paadje staan kunstwerken met een knipoog naar het verdwenen boerenleven. De constructies zijn opgebouwd uit landbouw attributen, die gebruikt werden in de tijd dat de boer met hand en paard werkte. De maker herkent zich met zijn werkstukken in het Dadaïsme. Dit is een kunststroming, die ontstaan is uit het verlangen om de bedrieglijke orde, die de mens denkt te scheppen, te vernietigen en de natuurlijke chaos zijn gang te laten gaan. Appie Melissen begon met deze kunstwerken rond 2008 omdat hij toen werkloos raakte.
Op Landgoed Scherpenzeel stond een volgend klompenpad op het programma. Ditmaal was dat het Dashorster klompenpad en liepen daarbij over de fraaie Roffelaarskade.
De Roffelaarskade is onderdeel van de Grebbelinie. Aan dit verdedigingswerk is vanaf 1744 gebouwd. Met gecontroleerde overstromingen probeerde men binnendringers tegen te houden. In de strenge winter van 1794-1795 hadden de Fransen weinig moeite met deze bevroren barrière. Tot laat in de 19e eeuw werd de Grebbelinie onderhouden. In 1939 is de in onbruik geraakte linie nog één keer in werking gesteld. Bij de Duitse invasie werd hier enkele dagen door het Nederlandse leger standgehouden. In 1951 is de Grebbelinie als verdedigingswerk opgeheven.
We kwamen uit bij het Valleikanaal. Het Dashorster klompenpad volgde verder langs de westzijde van het Valleikanaal terwijl wij langs de oostzijde verder liepen. Op het punt waar het Dashorsterpad ons weer tegemoet kwam en afsloeg een weiland in, daar kwamen we met de WS78 tocht vanuit Maarn op 6 februari 2010 uit.
Er kwam nu een kentering in de tocht. Het werd nu droog. Veel zin om te fotograferen had ik nog niet. De eerste foto was van de watertoren van Woudenberg die in het Valleikanaal weerspiegelde.
In Partycentrum Schimmel te Woudenberg was op 21½ km de grote rust. Na de rust liepen we aanvankelijk parallel aan en later over het voormalige spoorwegtracé Amersfoort-Rhenen. Voor de fanatieke WS78er was het hier volop genieten. We liepen hier over een smal heuvelachtig pad waarbij we regelmatig moesten bukken voor laagzittende takken van bomen.
De voormalige spoorlijn werd in 1886 geopend en liep tussen Amersfoort en Kesteren. Vanwege de vernielde spoorbrug bij Rhenen zijn na de Tweede Wereldoorlog alleen nog maar delen van deze lijn korte tijd gebruikt. Rails en bielzen zijn opgeruimd. De natuur heeft dit deel van de lijn overgenomen. Verderop, tussen Amersfoort en Leusden, is de Ponlijn nog in gebruik voor goederenvervoer.
Nu liepen we 3 km over het prachtige landgoed Den Boom en kwamen langs de Heiligenbergerbeek. 2 km van deze route liepen we ook met de WS78 tocht vanuit Maarn op 6 februari 2010.
Landgoed De Boom is ruim 1000 hectaren groot en omvat een afwisselend en gaaf gebleven cultuurlandschap tussen Leusden, Woudenberg, Achterveld en De Glind. De landbouw is hier belangrijk, er zijn 20 pachtboerderijen op het landgoed. Deze liggen in een afwisselend landschap van houtwallen, singels, grote en kleine stukken bos en natuur.
Het landgoed is gesticht door mr. Arnoud Jan de Beaufort (1855 – 1929), destijds burgemeester van Leusden. Vanaf 1929 werd het landgoed beheerd door Anna Aleida de Beaufort. Juffrouw Annie, zoals ze werd genoemd, bleef ongetrouwd en kinderloos. Ze was een intelligente vrouw met een groot sociaal gevoel. In 1948 bracht zij het landgoed onder in een stichting, die het beheer voert in de geest zoals door juffrouw Annie bedoeld. De Stichting De Boom heeft tot doel “Het bevorderen van de geestelijke en stoffelijke belangen van personen en instellingen in de gemeenten waar het landgoed haar bezittingen heeft.”
De boerderijen en woningen van landgoed De Boom zijn herkenbaar aan de (Beaufort)blauwe luiken, meestal met een witte spiegel.
Over de Langbroekerweg werd het Valleikanaal weer bereikt. Dit Valleikanaal werd ongeveer 6 km gevolgd over weer een heel mooi smal pad dat door de zware regenval flink bemodderd was. Ons pad langs het Valleikanaal werd onderbroken voor een bezoek aan de koffiepost te Leusden.
Nu kwamen we in een mooi natuurgebied, De Schammer. Op een splitsing stond verhard/nat. Wij kozen het natte parkoers. We vonden het terecht dat hier een alternatieve route was, want het was echt nat. Want na een lange vlonder kwamen we in een gebied waar we even van graspol naar graspol moesten lopen om niet met onze bergschoenen water te scheppen. Nu liepen we langs de oever van de hier brede Barneveldse beek.
Na de oversteek van een verkeersweg kwamen we opnieuw door een prachtig natuurgebied, Ditmaal heette dat Bloeidaal. Ook hier was een alternatieve route. Maar wij namen hier ook de natte route. In dit natuurgebied was ons pad lang niet zo nat als in De Schammer. Maar doordat weinig wandelaars deze route namen, konden we optimaal van de rust genieten.
Aan de rand van Amersfoort ontstaat iets bijzonders: natuurgebied
De Schammer. In de winter van 2010-2011 is het agrarisch
gebied ten oosten van de stad omgevormd tot natuur met
schraal grasland, rietmoeras, bosschages en poelen. Bij hevige
regenval wordt het gebied gebruikt om het te veel aan water in
het Valleikanaal en de Barneveldse Beek op te vangen.
Het aangrenzende natuurgebied Bloeidaal is in 2007 ingericht.
Dit gebied heeft zich in korte tijd ontwikkeld tot een trekpleister
voor vogels als kleine plevieren, witgatjes, boerenzwaluwen,
grutto’s, de wulp, tureluur en wintertaling. De verwachting is
dat De Schammer zich op een vergelijkbare manier ontwikkelt.
Het Utrechts Landschap heeft in 2000 voor het gebied tussen
Amersfoort, Leusden en Hoevelaken de visie ‘Venster op de
Vallei’ opgesteld. Doel was om het gebied landelijk te houden.
De beste manier om de dreigende verstedelijking af te wenden,
is om naast landbouw ruimte te geven aan natuur, recreatie en
waterberging. Het is niet bij een visie gebleven. Bloeidaal en De
Schammer zijn ingericht als natuur- en recreatiegebied met de
mogelijkheid om er water te bergen, het Valleikanaal door de
stad Amersfoort is ingericht als ecologische verbindingszone en
Heerlijkheid Stoutenburg krijgt steeds meer van zijn historische
karakter terug. Het gebied vormt nu daadwerkelijk een venster
op de Vallei: inwoners van Amersfoort kunnen er hier op uit
trekken richting de Gelderse Vallei.
De Barneveldse Beek voert water af uit de Gelderse Vallei.
Bij hevige regenval mag deze beek in Bloeidaal en De
Schammer buiten zijn oevers treden. Hiermee voorkomt
het waterschap dat het stedelijk gebied van Amersfoort
wateroverlast krijgt. Langs de Barneveldse Beek is een
paaiplaats voor vissen aangelegd. Deze zijarm van de
beek heeft veel aantrekkingskracht op steltlopers,
tureluurs, wintertaling en de ijsvogel.
De laatste 2 km waren verhard. Na kruising van de spoorlijn en de A1 snelweg was het niet ver meer naar de finish. Het was een schitterende tocht geworden. Jammer was het dat het tot 12:15 uur had geregend waardoor we flink nat waren geworden. Door de regen begon ik ook pas laat met fotograferen. Mijn eerste (buiten)foto was pas na 24 km. Er waren 324 deelnemers op de 40 km en 198 op de 20 km. Het totaal aantal deelnemers bedroeg dus 522.
We willen de organisatie hartelijk danken voor deze tocht. Op Facebook las ik dat er plannen zijn om deze tocht met een aantal medewandelaars na te lopen. Ik heb daar ook belangstelling voor.
Klik HIER voor de betekenis van de buttons die boven aan dit verslag staan.
|