Herfstdagtocht van de LAT op zaterdag 12 oktober 2013

Op zaterdag 12 oktober 2013 or­ga­ni­seer­de de LAT haar herfstdagtocht over de afstanden van 25, 40 en 60 km vanuit Berg en Dal. De start was vanuit de kantine van clubhuis "De Triepel", ge­le­gen op het tennispark "Berg & Dal". Wij gingen op voor de 40 km.

Met de trein waren we naar Nij­me­gen gereden. Op het station van Nij­me­gen was de overstaptijd op bus acht 24 minuten. In Berg en Dal stapten we uit bij bushalte "Golden Tulip Hotel Val Monte" en niet bij bushalte "Prins A­lex­an­der­laan", zoals dat al jaren op de website van SV De LAT staat. Wij wisten echter, dat je beter een halte verder mee kon rijden.

Toen wij om 9 uur bij de start aankwamen hoor­den we luid zeggen: vier, drie, twee, een, start. De ultralopers begonnen aan hun 60 km tocht. Wij telden 67 ultralopers die om 9 uur startten. Later volgden meerdere ultralopers. Sommige wan­de­laars waren verlaat omdat het behoorlijk mistig was. Toen wij om tien minuten na negen uur op pad gingen was het nog steeds mistig. Toen we met de trein naar Nij­me­gen waren gereden hadden we de zon al een keer gezien en we hadden goed hoop dat we de zon vaker zouden zien deze dag.

Het par­koers was dit jaar hetzelfde als voor­gaan­de jaren. Maar het par­koers is zo mooi, af­wis­se­lend en heuvelachtig, dat ook een oud par­koers hier mooi blijft. Al na een paar honderd meter daalden we over een steil pad met trappetjes een bos in. Rond 10 uur brak de zon door en bleef enige uren schij­nen. Nabij Beek Ubbergen kregen we uitzicht op de oude grens­paal "Laat vriendschap heelen – Wat Grenzen deelen". Maar we liepen er niet vlak langs. Je moest wel weten waar die paal stond, anders zag je hem niet.

Tijdens de beklimming van de Duivelsberg liepen we over talrijke op de grond gevallen tamme ka­stan­jes. We kwamen bij een splitsing waar de officiële route naar rechts liep, maar waar naar links een trap omhoog ging, de 75,9 meter hoge Duivelsberg op. Toen wij op de top kwamen, kwamen even later nog meer wan­de­laars naar boven gelopen, waaronder de voorzitter van de LAT met zijn vriendin.

Voor het pannenkoekenrestaurant de Duivelsberg sloegen we af en volgden de N70 verder. Meteen na de grens met Duitsland zagen we markeringen van de X7 en E8 (Europäischer Fernwanderweg 8). We kregen nog uitzicht op de kerktoren van Zyff­lich. We passeerden het bord van de Duitse plaats Wy­ler. Aan de overkant van de weg stond een bord dat onder andere verwees naar Nimwegen (Nij­me­gen).

Coos werd hier aangesproken door een Pieterpad wan­de­laar. Hij vroeg of Coos ook het Pieterpad liep. Coos zei dat ze het Pieterpad nu niet liep, maar in het verleden wel had gelopen. De man had een grote kaart in zijn hand en probeerde zich te oriënteren om te zien welke richting hij moest oplopen. Hij had al wel een wit/rode markering gezien, maar kon dat niet goed interpreteren. Coos zei op een gegeven moment, loopt u eens mee naar die lantaarnpaal. Daar wees zij de man op een wit/rode markering met pijl punt. U moet dus die kant op en de markering die u zag is als u de andere kant op moet.

Spoedig verlieten we Wy­ler en Duitsland weer. Daarop werd de eerste wagenrust op 12 km be­reikt. Het was maar goed dat we ons eigen brood hadden meegenomen, want al het brood was door wan­de­laars voor ons opgegaan. Er was wel brood besteld, maar dat arriveerde toen wij deze ver­zor­gings­post verlieten.

Na een welverdiende rust zetten we onze tocht voort. Meteen na een bocht in de weg passeerden we een houten paaltje met bovenop een dwars­balk met de tekst "Kiekuutklaef". Later troffen we gelijksoortige paaltjes aan waarmee de veld­we­gen in dit gebied werden aangegeven. Ver­der­op kwamen we bij Veehouderij en trek­kers camping De Hoge Hof. Hier liepen we over particulier terrein. Een struik langs ons pad had prachtige bladeren in herfstkleuren en dat moesten we beslist op de foto zetten.

We volgden hier weer een traject van het Pieterpad. We kwamen bij Groesbeek. Hier liepen we door de noord- en noordwestkant van het dorp. Na weer een bospassage werd de zuidwestkant van Groesbeek nabij een vijver verlaten. We liepen achter de Canadese oorlogsbegraafplaats langs. Op een bankje stond de naam van het Aerbornepad vermeld. Na nog een vennetje werd Breedeweg bereikt. We kwamen langs een tuincentrum met een heel mooi aangelegde tuin (Japanse showtuin). Spoedig daarop werd de grote rust be­reikt. Deze was ge­le­gen in de kantine van RKVV Rood Wit te Breedeweg. De afgelegde afstand bedroeg hier ruim 20 kilometer.

We verlieten Breedeweg over een straat met de naam Klein Amerika. We betraden nu bosgebied Sint-Jansberg van Natuurmonumenten. Opnieuw ging ons pad weer flink op en neer.

We kwamen bij een meertje (Molenvijver) en be­slo­ten, net als een voor­gaan­de keer even van de route af te gaan en naar de watermolen (De Bo­ven­ste Plasmolen) te lopen. Op 28,785 km werd wagenrust Zevendal be­reikt. Deze was op de­zelf­de plaats als de voor­gaan­de jaren. Deze ver­zor­gings­post ligt aan een dalend fietspad. En er zijn van die fietsers, die met een snelheid van 30 km per uur of harder zonder bellen rakelings langs de wan­de­laars rijden. Deze ver­zor­gings­post ligt or­ga­ni­sa­to­risch ideaal, maar misschien moet toch eens naar een andere en veiliger op­los­sing worden gezorgd.

Op weg naar de laatste wagenrust op 33½ km volgden nog enige fraaie brede boswegen en paden. Sommige daarvan waren omzoomd met grote, dikke bomen. Omdat we ver in de achterhoede liepen was bij de laatste wagenrust niet veel keus meer. Warme dranken waren allemaal uitverkocht. Een snee krentebrood, een plak koek of dropjes, heel veel was niet meer te krijgen.

We vervolgden ons pad en dwaalden wederom door boswachterij Groesbeek. We liepen nu een eind op met een wan­de­laar van 70 jaar. Hij had al 25 maal Amsterdam Leeuwarden gelopen, maar vond het tempo van 7 km nu aan de te hoge kant. Hoewel sinds 7 jaar ook met een snelheid van 6 km kan worden gelopen, had hij daar nog niet aan mee­ge­daan. We werden meerdere keren opgeschrikt door moun­tain­bi­kers. Onder de bomen begon het al te schemeren en de moun­tain­bi­kers hadden geen ver­lich­ting op en konden meestal alleen opgemerkt worden door het geluid dat hun fietsen maakten of door steeds zeer goed op te letten. Nabij het Afrika museum begon het wat te regenen. Het was nu niet ver meer naar de finish.

De finish werd om 18:50 uur be­reikt. We hadden dus over deze 40 km toch 9 uur en 40 minuten gedaan. Het geeft mede aan hoe zwaar de tocht was (of hoe lang we getreuzeld hebben). Het was een mooie, maar zware tocht geworden. Eerder in de week was voor deze dag een kans van 90% op regen voorspeld. De regen kwam wel, maar gelukkig heel laat.

Bij het afmelden kregen we een wandelplaatje en een diploma. We willen de or­ga­ni­sa­tie met alle vrijwilligers hartelijk danken voor het mogelijk maken van deze tocht. Deze tocht was voor Gerard en Evelien hun laatste optreden. Wij willen hen ook heel hartelijk danken voor hun lange tomeloze inzet.

Henri Floor