Op woensdag 30 januari 2013 besloten we rond 12 uur toch te gaan wandelen. We hadden de voorgaande dag al het plan opgevat om de geplande wandeling te lopen. Maar omdat het deze dag aanvankelijk erg regenachtig was, zagen wij daar aanvankelijk vanaf. Nadat het vanaf een uur of tien zonnig was geworden, begon het wandelvirus weer toe te slaan. Na onze lunch thuis genuttigd te hebben, begaven we ons met de auto naar de parkeerplaats van station Rhenen. Er was hier echter geen plaats. Op diverse fout geparkeerde auto's zagen we gele briefjes onder de ruitenwisser zitten. Daarop besloten we de auto te parkeren aan de rand van Rhenen waar dat gratis kon en waar de wandelroute ook langs liep. Hierdoor volgden we de wandeling eerst het laatste traject van de beschreven route naar het station.
We verlieten het station van Rhenen en staken de doorgaande weg van Veenendaal naar Kesteren over. Eerst liepen we door wat buitenwijken maar spoedig kwamen we in het centrum van Rhenen. Nabij de Binnenmolen daalden we af naar de doorgaande weg van Rhenen naar Amerongen. We kregen nog zicht op de Cuneratoren.
We verlieten de bebouwde kom van Rhenen aan de westzijde en liepen door bosgebied naar Landgoed Roghairsparren en Landgoed De Tang. We staken een asfaltweg over met de mooie naam Autobaan. Daarop werden de Stadsbossen Rhenen betreden. Daarbij liepen we eerst langs De Leemkuil.
Na camping De Thijmse Berg kwamen we op landgoed Remmerstein en liep langs de achterzijde van Huize Remmerstein. We kwamen uit op de Oude Veensegrindweg. Hierover lopend kwamen we langs de hoofdingang van Huize Remmerstein. Het was inmiddels zwaar bewolkt geworden en we keken uit naar een geschikte plek om wat uit de regen te staan. Het waaide ook flink en dat zorgt er voor dat je natter wordt. We stonden korte tijd in de luwte zijde achter een paar grote bomen.
Toen we de Geertesteeg overstaken moesten we over een landweg lopen. Deze weinig gebruikte landweg viel vrijwel niet op omdat deze geheel begroeid was met gras. Beter zou hier, op dit moment van het jaar, gesproken kunnen worden over het volgen van een grasstrook.
We kwamen uit op de Bovenweg en volgden deze naar de N233. We staken deze drukke verkeersweg over en liepen iets verder door een tunnel onder de spoorlijn door. Over de Cuneraweg liepen we naar het centrum van Achterberg. Daarbij kwamen we langs een relatief nieuw winkelcentrum. We liepen Achterberg uit over de Achterbergsestraatweg.
Aan de dorpsrand sloegen we af en volgden veldwegen over het Grift en Graften-klompenpad naar de Laarsenberg. Inmiddels was het onbewolkt geworden en hadden nu, mede door de zonneschijn prachtige vergezichten op Veenendaal en Ede. In Rhenen werd de auto opgezocht en reden we huiswaarts.
Het was weer een hele aardige tocht geworden, die een lengte had van 11½ km.