Op zaterdag 3 november 2012 organiseerde de FLAL de Mallemoune tocht. De start was vanuit café De Klok te Harkema. Hoewel de startlocatie rond kwart voor negen te klein was, werd er toch niet veel eerder dan 9 uur gestart. 9 uur was ook de officiële starttijd.
We verlieten Harkema in noordoostelijke richting. Daarbij liepen we over steenslagpad Mellereed. Dat kwam mij bekend voor omdat mijn overnachtingadres aan deze weg lag. We kwamen bij de Feanstervaart en volgden deze zuidwaarts. Verderop staken we de Feanstervaart over. We kwamen langs een begraafplaats waarlangs oude beuken stonden die mooi door het toen nog aanwezige zonlicht werden beschenen. Een gebouwtje op de begraafplaats was zichtbaar. Dat was het baarhuis met een klokkenstoeltje.
Op de begraafplaats aan de Vierhuisterweg staat een baarhuis met een klokkenstoeltje. Het geheel is met riet gedekt en een fraai voorbeeld van Jugendstil in deze regio. Het rechthoekige terrein is omringd door fraaie beuken. Het baarhuisje is gebouwd door aannemer H.J. Kuipers te Surhuisterveen.
Het voormalige lijkenhuisje is een rechthoekig, wit gepleisterd gebouwtje op trasraam van schoon metselwerk in rode Groninger stenen. Het gebouwtje is gedekt door een schilvormig dak met rieten bedekking. Het klokkenstoeltje is aan de voorzijde open, waardoor de stoelconstructie met luidklokje zichtbaar is; de zijwanden zijn opklimmend gemetseld tot aan de noklijn. Het torentje is gedekt door een rieten helmdakje waarop een zinken piron staat met smeedijzeren bekroning. Het opschrift van de klok luidt: GEBR. VAN BERGEN, MIDWOLDA.
De vernieuwde houten deur met originele deurklink, onder het doorgetrokken deel van het dakschild op standvinken, geeft toegang tot het rechterdeel van het lijkenhuisje. De toegang tot het linkerdeel van het gebouw, waar voorheen de lijkwagen stond opgesteld, is gewijzigd: de vm. hoge dubbele deuren, waarvoor de rand van het dak is opgetild, zijn vervangen door een kleinere rondboogdeur. Aan drie zijden zijn lichtopeningen ingebroken in de vorm van een omgekeerde krakeling, voorzien van gebogen diefijzers.
Het baarhuisje uit 1908 naar ontwerp van de architect A. Velding is van cultuurhistorische en architectonische waarde:
- vanwege de tegepaste bouwstijl, waarin elementen van de Jugendstil zijn verwerkt,
- vanwege de hoge mate van belang voor het oeuvre van de architect,
- vanwege de zeer hoge mate van esthetische kwaliteit van het ontwerp,
- vanwege de hoge mate van architectonische gaafheid,
- vanwege de hoge mate van gaafheid van materiaalgebruik, detaillering en ornamentiek,
- als contemporain (hedendaags) en essentieel onderdeel van de begraafplaats,
- vanwege de visuele gaafheid met de aanleg van en ligging op de begraafplaats,
- vanwege de hoge mate van typologische uitzonderlijkheid.
De begraafplaats lag aan de rand van Surhuisterveen. We doorkruisten deze plaats en kwamen daarbij langs De Gereformeerde kerk met een fraaie muurversiering.
We verlieten Surhuisterveen over De Ketting. Daarbij liepen we langs een weiland waarin paarden draafden. Bij een hekwerk maakte ik een foto van de paarden. Een vrouw vroeg toen of ik een naam of een telefoonnummer van de organisatie had. Het bleek dat we op particulier terrein liepen. En de eigenaar was helemaal niet op de hoogte van de komst van de wandelaars. Ik gaf de dame het telefoonnummer dat op de routebeschrijving stond vermeld voor noodgevallen.
Even liepen we langs de N358 maar spoedig werd deze weer verlaten. We kwamen in Opende. We kregen dorst. In deze plaats was de eerste rustpost. We besloten om vlak voor deze rust bij een supermarkt naar binnen te lopen. De 25 en 40 km lopers kwamen tegelijkertijd op de rust aan. Het was dan ook niet verwonderlijk dat het hier zeer druk moest zijn. Na de supermarkt liepen we naar de officiële rust in MFA De Veste. Maar vlak daarvoor kregen we al te horen dat onze vermoedens inzake drukte bewaarheid bleken te zijn. Daarop vervolgden we ons pad zonder bij deze rust naar binnen te lopen.
We verlieten Opende langs de Gereformeerde Kerk. Via de Bosweg en de Kolonieweg liepen we naar natuurgebied Westerkwartier - Jilt Dijksheide. Dit was wel het hoogtepunt van de tocht. Achter een hekwerk zagen we een paar bruin gekleurde Schotse Hooglanders. In dit natuurgebied heb ik deze dag de meeste foto's gemaakt. Bij het tweede klaphekje besloot ik het klaphekje voor de achterliggers open te houden. Verwonderd vroegen ze zich af hoe lang ik daar bleef staan. Ik wist zo gauw niets anders te zeggen dan dat ik daar tot Sint Juttemus bleef staan. Ik liet de groep wandelaars voorbij gaan omdat je dan makkelijker even stil kan blijven staan om foto's te maken.
Het 42 ha grote natuurgebied Jilt Dijksheide tussen Opende en Trimunt, ten noordwesten van Marum, biedt het enig overgebleven heideveld in het Westerkwartier met het laatste stukje niet vergraven hoogveen. Dit meertje aan noordzijde van de Leidijk is een 'pingogat', een erfenis uit de laatste ijstijd. Pingogaten zijn een soort kraters die achterbleven na het smelten van grote ijsklompen in de bodem. De naam van het gebied is afkomstig van de laatste eigenaar-vervener.
De tweede rustpost was bij café Bos. Tot hier liep de 25 km lopers gelijk op. Nu konden we gelukkig wel een plekje vinden om te rusten, maar er stond voor de bar een hele lange rij wachtende wandelaars. Wij hadden geen zin om in de rij te staan. Nadat we een deel van ons lunchpakket hadden verorberd, lesten we onze dorst bij de kraan op het toilet.
Snel liepen we weer verder. Er was deze dag regen voorspeld. En als het aan het eind van de middag regent, dan wordt het al rond 5 uur donker. Enerzijds lopen we niet graag in het donker. Anderzijds wilden we wel de bus van half zes halen, anders zou het voor ons wel heel laat worden voordat we thuis zouden komen. Deze rust lag dicht bij een groot meer, zagen we later op de ingetekende route en het heette Strandheem.
Nu werd koersgezet naar een ander natuurgebied. Ditmaal was dat bosgebied Trimunt. Dit bosgebied werd optimaal benut, zo werd er in rond gelopen. We kwamen langs een terrein, waar gemotorcrost kon worden. Dat werd nu niet gedaan. We liepen hier ook heel dicht langs de A7-snelweg. Bij een gebouwtje langs de motorcrosbaan was een muur fraai met graffitti versierd.
Vraag een motorcrosser naar het circuit Trimunt en deze zal zeggen Dat is het circuit waar je langs en over de bunkers rijdt. Het clubhuis is gehuisvest in een bunker en de materiaal opslag maakt gebruik van de keukenbunker. In de 2e wereldoorlog was het gebied waar nu gecrossed wordt een terrein met de radarpost Löwe genaamd. Er hebben geen gevechtshandelingen plaatsgevonden. Toch is de naam direct verbonden aan een vreselijke gebeurtenis tijdens de Meistaking van 1943 waarbij 16 onschuldig burgers werden gefusilleerd. Elk jaar tijdens onze Nationale wedstrijd op 30 april brengen de motorcresseers een bezoek aan het monument en staan we even stil bij deze gebeurtenis.
verderop stond langs de kant, in een plat kastje een onderschepte liefdesbrief. De tekst van de brief was, ook na vergroting thuis, niet goed te lezen waar het om ging. Op het kastje stond ook de tekst Witte Nonnenpad. Het was inmiddels licht gaan regenen. Dat was rond half twee.
De onmogelijke liefde van een witte non
Er hangt een liefdesbrief aan de Kloosterweg in Marum. Opgeprikt aan een paal, ondertekend door Dolorosa (de Verdrietige) en gericht aan Querido (Geliefde).
Dolleroosje was een witte non. Ze leefde aan het begin van de Tachtigjarige Oorlog in het klooster Tribus Montibus (de Drie Bergen), beter bekend als Trimunt. Het nonnenverblijf lag een uur lopen van het 12de-eeuwse kerkje van Marum. Van een afstand zag je drie heuveltjes tegen de horizon -vandaar de naam. Het was een arm klooster op de heide. Wij leefden van het ritme der seizoenen, vertelt onze witte non in het lijkenhuisje. Maar veel zal dat niet geweest zijn, want de natuur bracht maar bitter weinig op. Uiteindelijk schoot de abt van het cisterciënzer klooster in Aduard de nonnen te hulp, wat ook betekende dat de tucht op Trimunt streng was. Gevoegd bij de armoedige omgeving was het verblijf voor de nonnen dus geen lolletje.
Dat verhaal over een liederlijk leven op Trimunt, was volgens ons Roosje dan ook niet waar. En dat het nabijgelegen café Bareveld z'n naam te danken zou hebben aan zwangere nonnen die er kwamen om te baren, klopte al helemaal niet. Trimunt was juist een klooster dat regelmatig door rondtrekkende soldaten werd geplunderd en beroofd -was het niet door de Watergeuzen, dan wel door Spaanse troepen. Je ziet nu nog een stukje kloostergracht, belooft onze witte non: die is gegraven om vreemd gespuis op afstand te houden..
Op een dag klopte een Spaanse soldaat aan de poort van het klooster. Hij was half bevroren en had een bloedende wond. Hij kreeg een liefdevolle verzorging van onze witte non, met de nadruk op liefdevol. Zijn ogen, zou ze later in haar brief schrijven, vroegen om di warmte ener vrouwenhand. Al snel begreep de vrouw dat het hemelse geluk waarvoor zij had gekozen, toch nog even moest wijken voor het aardse. Tussen die twee bloeide in het geheim een liefde op, die eindigde toen moeder-overste haar laatste liefdesbrief onderschepte. Querido werd overgeplaatst naar een ander klooster, Dolorosa werd tot tranen toe overmand de hei op gestuurd. Vaerwel, onvervult verlangen had ze de soldaat nog geschreven, zo kun je op de paal lezen.
Daarna werd Drachstercompagnie nog doorkruist. Bij café Sportlust te Houtigehage was de 3e rustpost. Door het regenachtige weer besloeg mijn bril bij binnenkomst. Bovendien was het donker in het café en er stond luide muziek aan. Dat is niet ideaal om tot rust te komen. Maar als organisatie ben je al blij dat je een rustgelegenheid kan krijgen.
Via buurtschap Luchtenveld werd het buurtschap Boelenslaan bereikt. In Amsterdam heb je een grote verkeersweg met de naam Boelenslaan, maar nu waren we dan in een plaats met deze naam geweest.
Bij Harkema liepen we nog door een tunnel met de naam Mallemoune. Deze tunnel was niet de naamgever van deze tocht. Op flal.nl lazen we het volgende over de naam van deze tocht:
Het huis Malle Moune werd in 1928 gebouwd aan de Bulten in Harkema. In het huis woonden de vier armste gezinnen, meestal met 6 a 7 kinderen, die geen onderdak hadden. Het eerste gezin werd gehuisvest in de noord-oostelijke kamer, dus de koudste, kamer. Als er dan een gezin verhuisde kwam het nieuwe gezin in de koudste kamer en de andere gezinnen draaiden door naar een meer gunstige kamer. Vandaar de naam Malle Moune.
De betekenis van de naam Malle Moune was mij aanvankelijk nog steeds niet duidelijk. Het Friese woord moune betekent molen. En als je dan denkt aan de zin de malle molen van het leven dat wordt de betekenis duidelijker.
Een paar honderd meter voor de start zag ik mijn bus van half vijf voorbij rijden. Ik moest nu dus bijna een uur wachten voordat de bus van half zes aan zou komen rijden. Maar even na half vijf kwamen twee hele aardige wandelaars aangelopen. Een van hen woont in Leeuwarden. En met hem ben ik naar Leeuwarden meegereden. Daardoor kon ik nog de trein halen, die ik ook gehaald zou hebben als ik de bus van half vijf uit Harkema had gehaald.
Het was best een aardige tocht geworden. Er had best wat meer onverhard in gemogen. Verder was het niet zo fijn dat de eerste twee rusten gelijk met de 25 km lopers was. We willen de organisatie en de parkoersbouwers hartelijk danken voor het mogelijk maken van deze tocht. Er waren 458 deelnemers. De totale afstand bedroeg 39,3 km.
Mijn overnachting in Harkema van vrijdag op zaterdag was geen groot succes. Ik had een overnachting gereserveerd bij een adres van de Stichting Vrienden op de Fiets. In het boekje van de Stichting stond niet vermeld dat de overnachting in een caravan was. Er zat in de caravan wel een kacheltje. Maar die kon de caravanruimte niet echt aangenaam verwarmen. Tot 9 uur in de avond zat ik in deze ruimte met veel kleren aan. Daarna ging ik naar bed. Maar na een uurtje stond ik toch weer op. Want het dekbed was niet al te warm. Daarna bleef ik met de kachel aan tot kwart over twee in de nacht zitten. Daarna viel ik vrijwel om van de slaap. Toen ging ik opnieuw naar bed en heb toen 3 uur geslapen. Om kwart over vijf werd ik weer wakker. Om zeven uur kreeg ik ontbijt in de caravan dat er wel goed uitzag en dat ook was.