Kempische Wandeldagen, zaterdag 4 augustus 2012, route richting Nuenen.
Op zaterdag 4 augustus 2012 stond de route richting Nuenen op het programma. Na de start vanuit sporthal De Kievit liepen we naar en door het Luchense Bos. Eigenlijk liepen we hier door bosgebied met de benaming Luchense Heide, maar veel heide was hier niet (meer) te bekennen.
We kwamen bij het Eindhovens kanaal. We volgden dit even om via een slinger weer bij het Eindhovens kanaal uit te komen. De voornoemde slinger was een wandelroute die we tegengesteld liepen in een van de voorgaande jaren.
Nadat we het Eindhovens kanaal hadden overgestoken werd buurtschap Het Broek bereikt. Hier was de eerste wagenrust. Opvallend deze dag was dat op alle verzorgingsposten geen toiletvoorziening was, terwijl dat de andere dagen in sommige gevallen wel het geval was.
We staken de spoorlijn Eindhoven-Helmond over. We liepen op korte afstand langs buurtschap Vaarle naar de A270 snelweg A270. Aan de andere zijde van de snelweg volgden we deze ruim een km parallel over een zandweg tegengesteld.
Nu dwaalden we achtereenvolgens over de aarlesche Heide, de Papenvoortsche Heide en de Stiphoutse bossen naar het Witven. Hier was de tweede wagenrust. Verder dwaalden we door de Stiphoutse bossen overgaand in bosgebied Geeneindsche Heide. Na het Kromven kwamen we bij het Wasven. Hier was het pad heel smal. Het gras stond hier tot lieshoogte hoog, zodat het flink aan onze blote benen kriebelde. Dit soort paden hadden we tijdens deze driedaagse vaker en iedere keer voelden we na afloop van zo'n pad of niet een teek zich op onze benen had genesteld.
Na het Kamerven en het onzichtbare 't Hoolven werd buurtschap Achterbos bereikt, gevolgd door het Wilhelminakanaal. We besloten hier een rust te houden. Er stond hier een bankje met een rugleuning. Op de wagenrusten heb je alleen maar banken zonder rugleuning.
Door natuurgebied Ruweeuwsels werd buurtschap Rullen bereikt. Door bosgebied Geeneindse Nuenense Broek werd Nuenen bereikt. Aan de rand van Nuenen staat windkorenmolen De Roosdonck.
De molen is in 1884 gebouwd door molenaar van Himbergen uit Woensel (Eindhoven) in opdracht van Marcellus van den Eijnden uit Dommelen. Deze wilde eerst een stellingmolen hebben, maar wijzigde noodgedwongen zijn plannen toen tijdens de bouw een groot ongeluk gebeurde: op 17 oktober 1883 stortte tijdens de bouw de op dat moment ruim 15 meter hoge romp in; hierbij was één dode te betreuren. Deze molen komt voor op verschillende schilderijen en tekeningen van Vincent van Gogh. In 1887 verleende de gemeente vergunning om de molen geschikt te maken voor het olieslaan.
In het centrum van Nuenen was de grote rust bij café Schafrath.
Hotel-café Schafrath is een typische dorpshotel met veranda en is omstreeks 1895 gebouwd in ambachtelijk traditionele trend. Bijzonder aan het gebouw is de architectonische gaafheid van het uiterst eenvoudig gedetailleerde exterieur. Daarbij is het gebouw van belang vanwege de markante ligging en de samenhang met de overige bebouwing bij het Park. Rond 1975 is de achterbouw vervangen door nieuwbouw die buiten de bescherming valt.
We verlieten Nuenen weer en liepen door een tunnel onder de A270 snelweg door. Daarna kwamen we langs de Eenode plassen. Na Eeneind staken we de spoorlijn Eindhoven-Helmond opnieuw over. Daarop kwamen we bij de Sint Antonius kapel. Alle vier de zitbanken waren bezet. Uitgebreide achtergrond informatie over deze kapel vindt u
HIER. In het kapelletje brandden talrijke waxinelichtjes.
Nu was het niet ver meer naar de Collse Watermolen.
De Collse watermolen is in de 13e eeuw gebouwd door kloosterlingen.
Later werd de molen feodaal bezit van de Hertog van Brabant.
De molen was tot de Franse tijd een ban- of dwangmolen.
De ingezetenen van een bepaald gebied waren op straffe verplicht hun graan te laten malen op de door de adel aangewezen molen.
Nu is de gemeente Eindhoven eigenaresse van de molen.
Het linker-molengebouw is de korenmolen en het rechter-molengebouw is de oliemolen.
De olieslaginrichting is in de twintiger jaren verdwenen.
In 1997 is een Europese subsidie ontvangen voor de reconstructie van het oliemolengebouw.
De watermolen heeft eeuwenlang een dubbele functie gehad.
De voormalige oliemolen heeft tot in het begin van de 20e eeuw olie uit koolzaad geslagen.
De koolzaadolie werd gebruikt voor verlichting en het bakken van aardappelen.
De korenmolen heeft veel voedergraan, zoals rogge, gerst en haver gemalen.
In de jaren 50 stopten de boeren met de teelt van eigen granen.
De molen verloor haar functie en kwam stil te staan.
De molen wordt nu door vrijwilligers elke zaterdagochtend in bedrijf gesteld voor het malen van tarwe voor bakkers en thuisbakkers.
Na de laatste wagenrust bij de Collse Watermolen volgden we het fraaie pad langs de Kleine Dommel. Nu was dit pad eigenlijk een brede grasweg. Toen we hier langs de Kleine Dommel voor de eerste keer kwamen, ruim 20 jaar geleden, was dit een heel leuk smal pad. In het verleden hebben we ook een keer meegemaakt dat dit pad onbegaanbaar was vanwege de hoge waterstand.
Het pad langs de Kleine Dommel kwam uit op het Eindhovens kanaal.
Het Eindhovensch Kanaal is in 1843 aangelegd door het stadsbestuur van Eindhoven en nog altijd eigendom van deze gemeente. Het kanaal is helemaal met de hand gegraven en aangelegd om de stad Eindhoven aansluiting te geven op de Zuid-Willemsvaart, die Maastricht met ´s-Hertogenbosch verbindt. De kanalen zijn erg belangrijk geweest voor de industriële ontwikkeling van deze regio. Met de komst van andere vervoermiddelen zoals trein en auto, raakte met name het Eindhovensch Kanaal in onbruik. Eind jaren zestig is het aan zijn bestemming onttrokken. Sinds die tijd heeft het 13 kilometer lange kanaal en zijn oevers zich ontwikkeld tot een waardevol natuurgebied dat zich uitstekend leent voor fiets-, wandel- of vaartochten.
Het Eindhovens kanaal volgden we tot aan de Hulsterbrug. Nu was het niet ver meer naar het eindpunt. Opnieuw hadden we weer genoten van een fraaie wandeling bij droog weer en met een temperatuur van boven de 20 graden. Het IVV-nummer was 11532.
|
Henri Floor |