
Op zaterdag 7 juli 2012 ging de wekker om 5 uur in de ochtend. Even na 6 uur reden we met de auto naar NS Breukelen. Hier pakten we de eerste trein naar Rotterdam. In Rotterdam stapten we over op de trein naar Vlissingen en stapten even voor half negen uit de trein te Bergen op Zoom.
Hier begonnen we aan de tweedaagse wandeling Wouwse Plantage van de NS. We verlieten het station aan de achterzijde. We kwamen langs de Rooms Katholieke Heilig Hart van Jezus kerk. Langs de Ericalaan lag op een gegeven moment aan beide zijden een grote vijver, te weten de Vijver-Noord en Vijver-Zuid. Wij liepen langs de Vijver-Zuid.
Verderop kwamen we langs het Lievensberg ziekenhuis en liepen we onder de A4-snelweg door. Daarna werd de bushalte aan de Balsedreef bereikt.
Naar deze bushalte reed ik op 28 augustus 2010 met twee vriendinnen naar toe. Dat was het zogenaamde meidenweekend. Ik had hierbij de plaats van Coos ingenomen. Coos was toen geblesseerd aan haar rug na een val tijdens de Kempische Wandeldagen. Die twee vriendinnen voelden er toen niet voor om het traject door de buitenwijk van Bergen op Zoom te lopen. Coos en ik zijn zo fanatiek dat we de hele route wilden lopen.

Coos had deze route ook al eens gelopen. Maar dat was toen na de grote heidebrand op de Kalmhoutse Heide. Toen Coos de route alleen liep, was ze niet op de hoogte dat de Kalmhoutse Heide was afgesloten. Sinds juli 2011 is de Kalmhoutse Heide weer opengesteld. En nu deed de mogelijkheid zich voor om deze route op deze dag te lopen. Coos, die een 2e klas vrij reizen kaartje heeft, kocht een overgangsbewijs 1e klas zodat we samen 1e klas met een vrij reizen kaartje konden reizen.
Bij de Stayokay aangekomen besloten we een kop koffie te drinken. Het was inmiddels zo warm geworden dat we de korte broek aan konden doen. Een wandelwegwijzer gaf aan, dat het nog 2172 km naar Nice was, maar dat was (nog) niet ons doel. We liepen eerst langs Landgoed Lievensberg. Verderop kwamen we door bosgebied Boslust. Bij Ruitersportschool Manege Molenzicht sloegen we af. We staken de Boslustweg over en volgden een pad dat min of meer parallel aan de Boslustweg liep. We staken de Molenzicht over en liepen nu door bosgebied Zurenhoek.
Na een golfterrein werd het bosgebied Wouwse Plantage betreden. We staken de grens van Bergen op Zoom over en bevonden ons toen in Wouwse Plantage, gemeente Woensdrecht. We liepen langs de noordkant van Plantage Centrum. Toen we het plaatsje Wouwse Plantage betraden staken we eerst het kanaaltje De Zoom over. Er vielen twee dingen in Wouwse Plantage op. Het eerste was een standbeeld van de Houthakker dat voor een heel fraai huis stond. Het tweede was de grote kerk.

Er waren twee café's en een cafetaria in het zicht. Op één van de café's zat een stikker van Wandelaars welkom. Maar dit café was gesloten. We besloten in het cafetaria annex Chinees restaurant wat te gebruiken. Er was net een grote groep fietsers hier neergestreken. Net toen zij hun bestelling hadden gedaan, kwamen wij het terras opgelopen en konden wij aansluitend opgeven wat wij wilden hebben. En we kregen daarna als eerste de koffie.
Zowel bosgebied, landgoed als nabij gelegen dorp dragen de naam Wouwse Plantage. Op de zandrug, ontstaan tijdens de laatste ijstijd, werd bos aangeplant. Kampementen van soldaten en huurlingen richtten tijdens de 80-jarige Oorlog (1568) grote verwoestingen aan. In 1839 kwam het gebied in bezit van de rijke, Antwerpse bankiersfamilie De Caters en verrees een groot herenhuis, (monumentale) boerderijen, een herberg (later jachthuis) en een boswachterswoning. Sinds 1987 is het landgoed gedeeltelijk open voor publiek.
We liepen weer terug naar het kanaaltje De Zoom en volgden dit nu steeds tot aan de grens met België.
Het kanaaltje De Zoom werd al gegraven in de 14e eeuw en tot in de 16e eeuw gebruikt om de turf – die in de veengebieden ten noorden en ten zuiden van de huidige rijksgrens gestoken werd – af te voeren naar de stad Bergen op Zoom. Tevens diende De Zoom om helder water voor de laken- en wolnijverheid en voor de middeleeuwse wasserijen te onttrekken aan de vennen. In oorlogstijd werd het kanaaltje gebruikt om het lage land rond de stad onder water te zetten. In een droge periode kan het kanaaltje droog staan.
We volgden hier een traject van de Plantage fietsroute van de ANWB. Bij de grens aangekomen volgden we de grens aanvankelijk aan de Nederlandse zijde. De huizen begonnen al wel op Belgische huizen te lijken. Bij een grenspaal stond een houten handwijzer met verwijzingen naar Bergen op Zoom, Veldhoven, GR5 en de LAW 503.
Toen bij het verdrag van 1838 de Belgisch-Nederlandse grens definitief vastgelegd werd, werden genummerde grenspalen geplaatst. Paal nummer 1 staat bij het Drielandenpunt bij Vaals en paal nummer 369 in het Zwin bij Knokke.
We volgden de Grensstraat tot aan de rand van Essen. Hier sloegen we af en kwamen langs de Quarantainestallen. Langs de kant van de weg stond een betonnen hekwerk.
station Essen was ooit het belangrijkste grensstation tussen België en Nederland. Via een speciale loskade werd het vee naar de quarantainestallen gebracht om het te controleren op besmettelijke ziekten. Het grote monumentale complex uit 1896 telt 45 stallen. Elke zondag is er een rommel- en antiekmarkt (entree € 1,50). station Essen heeft veel sporen, die waren nodig om de douaneformaliteiten af te handelen. Het stationsgebouw en de douaneloods ernaast dateren uit 1901.
We kwamen in Essen langs De Kiekenhoeve. Hier was een rijtuigenmuseum, waarvan de toegang gratis is. Als we in Essen hadden overnacht, dan hadden we hier warm kunnen eten. Maar we liepen deze tweedaagse nu in één dag en hoefden hier dus niet te dineren.
Boerderij De Kiekenhoeve uit 1767 is de enige nog bewaarde abdijhoeve van Tongerlo. De gemeente Essen kocht het gebouw in 1960. Onder impuls van Alfons Tirelieren, onderwijzer en heemkundige, kwam het karrenmuseum tot stand. De verzameling omvat naast oude landbouwvoertuigen, koetsen en landbouwwerktuigen ook een smidse, bakhuis, wagenmakerij en een zadel- en tuigmakerij.
Bij een bakker besloten we een beker koffie te drinken. Buiten op het terrasje konden we in de schaduw zitten. Net toen we een hap van onze eigen boterhammen hadden gezet kwam de eigenares van de bakker naar buiten. Eerst dachten we, dat ze zou zeggen dat we hier ons brood niet mochten opeten. Ze kwam naar buiten met een appel/kersen taartje, dat in vieren was gedeeld. De bakker ging binnenkort dicht en de appel/kersentaartje bleef niet goed tot maandag en daarop bood zij het ons aan plus nog twee andere bezoekers van het terras. Hoewel wij zelf gezegd hadden, dat we niets ectra's zouden eten voordat ons brood op was, was dit natuurlijk overmacht. Het smaakte prima.
We verlieten Essen over de Velodreef. Daarna kwamen we door een wijk met duurdere huizen. Het viel op dat hier veel houten huizen stonden. Na kruising met de Huybergsebaan kwamen koeien van links, in hun weiland, aangelopen. Aan het eind van het weiland lag een grote plas water, maar daar liepen ze ook in. Even later hoorden we plons-plons ten teken dat een koe, in de plas water, haar behoefte deed.
Tussen de Nolse Duinen en De Boterbergen werd koers gezet naar het Stappersven. Hier besloot ik op een bankje de korte broek te verwisselen voor de lange broek. Mijn rechterbeen werd te rood. Voor het Stappersven sloegen we af. Nu kregen we de gevolgen van de grote brand te zien. Ook voor de Drielingsvennen sloegen we af. Nu volgden we een asfaltfietspad. Bij de splitsing waar een omleiding voor mensen die met een hond liepen was, besloten we de hondenroute te volgen. Bij de info op eropuit.nl/wandelen bij deze tocht stond namelijk:
Gevolgen van de heidebrand De Kalmthoutse Heide is na een grote brand weer volledig toegankelijk. De gevolgen van de brand zijn op de hoofdroute nog duidelijk zichtbaar. Wil je daar niet mee geconfronteerd worden, kies dan het alternatief voor wandelaars met hond.
De Kalmthoutse Heide is een gebied met droge en natte heide, stuifzanden, vennen en als geheel omringd door bos. Het gebied maakt deel uit van het grensoverschrijdende Grenspark De Zoom-Kalmthoutse Heide. In Nederland behoort dit Grenspark tot de 20 Nationale Parken. Door kappen, plaggen en begrazen wordt bebossing tegen gegaan en de heide behouden. Tussen half augustus en half september toveren de bloempjes van de struikheide de heide om in een paars tapijt. Het uitzicht vanaf de uitkijktoren is de moeite waard.
Nu volgden we de asfaltweg een eind verder en sloegen verderop af. Deze route was ook nog best aardig, We kwamen nog langs een uitzichttoren, maar deze lieten we links liggen. Aan het eind van de Kalmthoutse heide kwamen zes meisjes aangelopen, die met heel veel verbeelding, bijen voorstelden. Ze waren op zoek haar hun koningin. Die zou er nog mooier uitzien.
Taverne Heidehoeve en het naastgelegen Bezoekerscentrum liepen we voorbij. Wel maakten we nog een foto van de houten standbeelden op het parkeerterrein van Suske in Wiske. We volgden nog een traject van de 32 km lange Grenspark fietsroute.
We kwamen in Heide bij het station uit. We liepen om het stationsgebouw heen op zoek naar een kaartjesautomaat maar vonden deze niet. Het was 16.20 uur toen we op het station van Heide aankwamen. We wisten dat de uurtrein om 3 minuten over het uur vertrok. Van een Nederlandse man hoorden we dat de trein van 16:03 uur vertraging had en nu kwam aanrijden. Wat hadden we een geluk.
In Roosendaal werd omgeroepen, dat er geen treinverkeer van Gouda naar Utrecht was. In Roosendaal namen we de trein naar Breda. Daar stapten we over op de trein naar Den Haag. Vanuit Den Haag wilden we de trein naar Schiphol nemen om dan via Amsterdam-Bijlmer naar Breukelen te reizen om onze auto op te halen. Maar in Den Haag bleek er weer treinverkeer naar Utrecht te zijn. In Gouda stapten we tenslotte over op de doorgaande trein naar Breukelen. Daarna reden we met de auto huiswaarts.
Het was een mooie route geworden met heel mooi en droog weer. De maximum temperatuur bedroeg 23 graden.