Waterliniepad, trajekt: Culemborg-Leerdam.
Met de trein reden we op donderdag 30 april 2009 naar Culemborg. Rond kwart voor acht vertrokken we van het station in Culemborg. De aanlooproute bedroeg ongeveer een half uur. Daarbij liepen we door het centrum van Culemborg. Langs de aanlooproute door de stad werden langs de kant talrijke stalletjes ingericht vanwege koninginnemarkt. Bij de pont pakten we de vervolgroute van het Waterliniepad op.
We liepen onder de spoorbrug door en kwamen toen in het uiterwaardengebied. Verderop passeerden we een informatiebord over de Goilberdinger- en Baarsemwaard.
De Goilberdinger- en Baarsemwaard zijn gelegen langs de Lek in de gemeente Culemborg, tussen Fort Everdingen en de spoorbrug Culemborg. Fort Werk aan 't Spoel vormt de scheiding tussen de Goilberdingerwaard en de oostelijker gelegen Baarsemwaard. Ongeveer gelijktijdig met de Steenwaard is in beide waarden een natuurontwikkelingsproject uitgevoerd. Een aantal oude strangen is opnieuw uitgegraven waarbij in de Goilberdingerwaard is getracht om de cultuurhistorie van Fort Everdingen en de Nieuwe Hollandse Waterlinie tot uiting te brengen. In korte tijd is er een natuurgebied ontstaan, waarvan de kwaliteit echter onder druk staat door de hoge recreatiedruk en met name de vele loslopende honden. Toch is er in het gebied veel te zien aan bijzondere vogels en planten. In het voorjaar zijn grote hoeveelheden rugstreeppadden te horen. Het gebied wordt begraasd met Gallowayrunderen. Het gebied is vrij toegankelijk en er lopen verschillende paden. In het voorjaar is een gedeelte afgesloten in verband met broedende vogels.
Er stond op de Lekdijk een standbeeld van een vrouw met paraplu met een kind. Ernaast stond een hele hoge schop waar bovenop een vogel zat. Deze vogel was een onderdeel van het beeldhouwwerk. Even volgden we nu de geasfalteerde Lekdijk, hier Goilberdingerdijk genoemd. In het Waterliniepadboekje troffen we nog een onjuistheid, die we nog niet bij de wijzigingen hadden aangetroffen. Op blz 66 regel 8 van onderen staat "huisnummer 3" dit moet zijn "huisnummer 36". Ook was de route hier op een punt verkeerd ingetekend. We moesten voor een inham met water haaks LA. Op de kaart was hier RD langs de Lek getekend, hetgeen hier onmogelijk is.
We betraden opnieuw de uiterwaarden. Nu moesten we ook dwars door een kudde runderen heenlopen. Voor een kanaaltje met een stuw sloegen we af en even verder liepen we langs Fort Everdingen. Ook hier was van het Fort vrijwel niets te zien, waarschijnlijk mede door de bladeren aan de bomen. Maar het was hier wel heel mooi. We kwamen weer op de Lekdijk uit, die hier nog steeds Goilberdingerdijk heette. We sloegen af over de Breedsteeg, die na een kruising overging in de Zoowijkseweg. Aan onze linkerhand lagen enige eendenkooien.
Een eendenkooi (soms kortweg kooi genoemd) is van oorsprong een plek waar diverse soorten in het wild levende eenden werden gevangen voor consumptie.
De eendenkooi bestaat uit een flinke vijver waar enkele smalle sloten op uitkomen, de zogenaamde vangpijpen. Eenden die uit een ander kouder wordend gebied getrokken zijn om in een warmer gebied te overwinteren zoeken vaak plekken uit waar ze kunnen uitrusten van de reis. Om overvliegende eenden te lokken, heeft de kooiker, de beheerder van de kooi, op de kooiplas een groot aantal staleenden die hij dagelijks voert. Zij zijn gewend aan de kooiker en zijn hond.
Als het jachtseizoen geopend is laat de kooiker zijn hond, de kooikershond, langs de pijp lopen om de rustende vreemde eenden te lokken. De pijp is aan weerszijden voorzien van rietschermen zodat de eenden de kooiker niet zien. Het hondje laat hij voor en achter langs de schermen lopen. De eenden, nieuwsgierig geworden door het verstopgedrag van het kooikerhondje met zijn opvallende, grote witte pluimstaart, die steeds weer verdwijnt en een eindje verder weer te voorschijn komt, zwemmen achter het hondje aan de steeds nauwer wordende pijp in. Dan komt de kooiker achter de schermen vandaan en jaagt de eenden op. De eenden vliegen dan verder de pijp in het licht tegemoet. Het kooibos rond de kooiplas wordt namelijk aan het eind van elke pijp opengehouden. De eenden vliegen uiteindelijk tegen de zogenaamde spiegel, een schuin gespannen net aan het einde van de pijp. Ze vallen dan naar beneden en kruipen naar de enige schijnbare uitweg namelijk het einde van de pijp, het vanghokje. De kooiker laat het vanghokje dichtvallen zodat de eenden gevangen zitten en niet meer terug kunnen.
Tegenwoordig worden er nog maar weinig eenden voor consumptie gevangen. Het aantal eenden dat jaarlijks geschoten wordt is veel groter. In Nederland zijn er nog ongeveer 119 eendenkooien geregistreerd. Ze zijn op kaarten te herkennen aan het typische roggeneimodel in de vorm van een H.
Rondom een eendenkooi geldt van oudsher het kooikersrecht, waardoor de pachter van dit recht het alleenrecht op de eendenvangst heeft binnen een straal van 1130 meter. Dit bevorderde het ontstaan van natuurgebieden bij eendenkooien.
De uitdrukking "de pijp uit gaan" is afkomstig van deze vorm van eendenjacht evenals het gezegde "binnen vallen"; de wilde eenden "vallen binnen" op de kooiplas. De uitdrukking "het hoekje omgaan" refereert aan het passeren van de knik in de vangpijp waarna de eend zijn lot niet meer kan ontgaan.
Daar waar aan de linkerkant een hek met de naam "De Wildschut" stond sloegen we af over een zeer weinig begaand graspad. We kwamen bij een brede sloot waarover een stevige, niet al te smalle stevige plank zonder leuning lag. Voor mensen met watervrees en/of hoogtevrees is dit niet te doen. Helaas hoort ondergetekende onder die groep. Coos zag het wel zitten om over de plank verder te lopen. Coos zei nog tegen mij, dat ik toch niet wilde beweren dat we dat natte graspad weer terug moesten lopen. Maar ze wilde ook weer niet verder alleen lopen. Daarop liepen we het natte graspad weer terug en volgden verder de asfaltweg naar de brug over de A2-snelweg.
Aan de rand van het viaduct was een klein plateautje gemaakt met daar in nog een mogelijkheid om te zitten. Omdat de twee banken, waar we tot nu toe voorbij waren gelopen in zo'n slechte staat waren, besloten we hier te rusten. Deze dag was opnieuw een schitterend mooie en zonnige dag geworden. Pas in de avond, zo rond kwart voor zeven, lazen we op nu.nl het bericht over de aanslag op de koninklijke familie.
Na het viaduct over de A2 volgden we een paar km een asfaltweg over een dijk en kwamen langs meer De Waai. Onder langs de dijk stonden weer diverse mooie boerderijen. We liepen nu oostelijk langs Schoonrewoerd en op korte afstand van Wiel van Bassa of Schoonrewoerdse Wiel. Het Wiel zelf zagen we echter niet. Een volgend wiel, Het Wiel, dat we passeerden, was gelegen langs de spoorlijn te Leerdam. Hierna verlieten we de hoofdroute. De in het Waterliniepadboekje aangegeven route volgden we naar het station. Met de trein van 12:50 reden we huiswaarts. 's-middags brachten we nog een bezoek aan de koninginnemarkt in ons dorp aan de Utrechtse Heuvelrug.

Henri Floor