NS-tweedaagse De Meinweg, eerste dag, zaterdag 29 juli 2006
In maart 2006 maakte Coos met drie vriendinnen de afspraak om eind juli een 2-daagse NS tocht te maken. Dit weekend kreeg dan ook de naam Vriendinnen-weekend. Maar een maand voor dato meldde één van de vriendinnen af vanwege een komend ziekenhuis-opname. Die vriendin die afhaakte bood mij toen aan om haar plaats in te nemen. De tocht had plaats op de zaterdag meteen na de Meerslag van Bolsward, een driedaagse wandeltocht, waar ik dit jaar eindelijk eens aan mee wilde doen. De hitte besloot mij op het laatst af te zien van die driedaagse, nog voordat bekend werd gemaakt dat die driedaagse werd afgelast. Eén dag voor vertrek meldde een tweede vriendin af. Er waren verschillende belangrijke redenen voor haar om niet mee te gaan.
In Utrecht troffen we op vrijdag 28 juli 2006 Lydia. Met z´n drieën reden we met de trein naar Roermond en verder met bus 79 naar Herkenbosch. Hier overnachtten we op een adres van de Stichting Vrienden op de Fiets. We konden hier bij aankomst lekker buiten in de schaduw zitten. Het was namelijk het laatste weekend aan het einde van de tweede hittegolf.
Na een goede nachtrust begaven we ons zaterdag 29 juli op pad. Het overnachtingadres was ruim een km van het beginpunt van onze NS wandeltocht. Het was trouwens aanvankelijk mistig tot nevelig, waardoor er aanvankelijk geen mooie vergezichten waren.
We liepen door bosgebied Zandbergen over mooie en smalle paden. Bij Venhof hadden we een café rust. We waren weliswaar maar pas 2 km onderweg, maar het zou het enige café onderweg zijn. Het café restaurant Venhof was tevens een manege. We dronken onze koffie op buiten op het terras onder een grote parasol. De zon scheen weliswaar niet, maar de stoelen onder de parasol waren droog.
We staken de spoorlijn IJzeren Rijn over en betraden opnieuw Nationaal Park De Meinweg.
Spoorlijn IJzeren Rijn
In 1879 werd de IJzeren Rijn in gebruik genomen: een spoorlijn
van Antwerpen naar het Ruhrgebied. De lijn diende vooral voor
de aanvoer van katoen voor de Duitse textielindustrie. Omdat het
goederenvervoer zich in de loop van de 20e eeuw steeds meer
verplaatste naar de weg, werd de IJzeren Rijn in 1991 opgeheven.
Nu het drukke wegverkeer tot ernstige vertraging leidt, heeft
België in 1998 voorgesteld om de IJzeren Rijn weer in gebruik te
nemen, om goederen van de Antwerpse haven snel naar het Duitse
achterland te kunnen vervoeren. Nederland is verdeeld: een deel
van het traject loopt dwars door het Nationaal Park. Een milieu-effect-
rapportage heeft uitgewezen dat reactivering van de IJzeren
Rijn ernstige schade zal aanbrengen aan de natuur. Andere onderzoeken
wijzen uit dat hergebruik van de bestaande spoorlijn de
beste optie is voor het goederenvervoer. De tijd zal het leren….
Nationaal Park De Meinweg
Het Nationaal Park De Meinweg ligt ten oosten van Roermond en
strekt zich uit tot aan de Duitse grens. Het meest opvallend voor De
Meinweg is het reliëf. Vanuit Herkenbosch zult u merken dat het
pad voortdurend licht omhoog gaat richting Duitse grens.
Het hoogteverschil bedraagt zo’n vijftig meter. Tijdens vroegere
ijstijden zakten delen van het Maasplateau weg, terwijl andere
delen van de aardkorst juist omhoog werden gestuwd. Zo ontstonden
allerlei breuken in het landschap met daartussen verschillende
terrassen. Dit terrassenlandschap is geologisch gezien uniek voor
Nederland. Het heide- en bosgebied, afgewisseld met enkele
vennetjes, wordt doorsneden door twee beken, de Boschbeek en
de Roode Beek. Deze laatste dankt zijn naam aan het ijzer in de
bodem dat het water roestig kleurt.
We volgden nu een zandweg van 5˝ km lengte. Ondanks deze lengte was het een zeer mooie weg lopend door bossen en regelmatig omzoomd door heide en varens. In het tweede deel van deze weg zagen we diverse vennetjes waarvan er vele er akelig droog uitzagen.
Een gedeelte van de wandeling ging door een afgerasterd gebied. We zagen hier in de verte paarden. We kwamen nog langs het Elfenmeer, maar ook dit meer zag er vrij droog uit. De afbeelding op de voorkant van ons routeboekje leek op dat van het Elfenmeer. Er stond nog wel water in het Elfenmeer.
We kwamen op korte afstand langs de voormalige Staatsmijn Beatrix volgens de kaart. Maar door het bosgebied rondom de voormalige Staatsmijn was hier niets van te zien.
Staatsmijn Beatrix
Proefboringen rond 1900 wezen uit dat er meerdere kolenlagen
aanwezig waren in het Meinweg gebied. Dat leidde in 1955 tot de
aanleg van De Beatrixmijn. Er werden twee schachten van een paar
honderd meter diep aangelegd. De omliggende dorpen, waaronder
Herkenbosch, verheugden zich al op een toenemende economische
bedrijvigheid. Een besluit in 1962 van de Nederlandse overheid stak
daar een stokje voor: de steenkoolwinning werd definitief gestaakt.
Zodoende is De Beatrixmijn nooit in gebruik genomen. Men liet de
schachten vol met water lopen en ze werden afgedicht. In 1969
werd het terrein van de mijn in gebruik genomen door een hoofdkwartier
van de NAVO, die er grote antenne-installaties op plaatste.
Een deel van het Beatrixplateau is opgenomen in het Nationaal
Park. Het mijnterrein is nog steeds eigendom van DSM.
Ons pad voerde hier langs een aantal grensstenen. We hadden echter mooiere grensstenen verwacht, zoals je die wel ziet op de grens met België.
We liepen onder een verkeersweg door en volgden weer eens een asfaltweg, één van de weinige asfaltwegen deze dag. We kwamen bij een huis waar de doorgaande weg naar links voerde. Maar de routebeschrijving en de ingetekende route gaf aan dat we naar rechts moesten. We passeerden een boerderij met een grote binnenplaats. Tegen de witgeschilderde muur van een grote schuur stonden talrijke fraai gekleurde bloemen. Er bij stonden twee dames. We liepen de binnenplaats op en vroegen aan de dames of we een foto mochten maken. De dames zeiden ja en enthousiast vroegen ze of ze ook op de foto mochten. We zeiden ja, graag. Maar noch voordat we de foto konden maken had een mannenstem iets tegen hen gezegd en verlieten de dames de plek zodat ze toch niet op de foto kwamen.
In buurtschap Steinkenrath liepen we een paar honderd meter langs een verkeersweg over een fietspad, maar spoedig sloegen we weer af en volgden een lang bospad. Hier waren vliegen, muggen en zelfs steekvliegen, die ons niet goed gezind waren, maar we konden de schade beperkt houden.
We kwamen in Brüggen uit bij een brug. We dachten dat dit de brug over de Swalm was, maar later bleek dat de Swalm een stuk breder was. We volgden de op de kaart ingetekende route naar HCR Borner Mühle, ons overnachtingadres. Later bleek dit niet de beschreven route in het NS-boekje van de heenweg te zijn, maar de alternatieve terugroute. Rond 14.45 uur arriveerden we bij het overnachtingadres.
Zonder Lydia liepen we nog naar het centrum van Brüggen en bewonderden de burcht, de St. Nicolaskerk en het voormalige Kreuzherrenklooster, thans stadhuis.
Burcht van Brüggen
In oude geschriften wordt voor het eerst melding gemaakt van de
burcht in 1289. Bekend is ook dat de burcht in 1350 is uitgebreid tot
een echte grensvesting met vier torens. Drie eeuwen lang - van
1494 tot 1794 - was Burg Brüggen eigendom van het geslacht Jülich.
De gemeente Brüggen pachtte de burcht in 1974 om plaats te bieden
aan het jacht- en natuurkundemuseum dat zich hier vijf jaar
later vestigde. In het museum kunt u ook het raderwerk bezichtigen
van de ernaast gelegen 13e-eeuwse korenmolen, die nog op
volle toeren draait.
Ook kwamen we nog langs een café met op de voordeur een afbeelding van Tijl Uilenspiegel. ´s-Avonds aten we in Hotel Restaurant Borner Mühle warm. We bleven wel 3 uur tafelen. We lieten ons de rode wijn goed smaken en gebruikten deze later als een slaapmutsje.