De WS78 Noord Veluwse Dorpentocht vanuit ‘t Harde.
Op zaterdag 26 november 2005 organiseerde WS78 een 40 km wandeltocht vanuit ‘t Harde. De start was vanuit “Het Posthuis”. Ruim voor 9 uur kon gestart worden. Wij vertrokken om 8.55 uur. Omdat de start tegen het bos aan gelegen was bereikten we de eerste bospassage al na 50 meter. We werden dus meteen het bos ingestuurd.
Het eerste traject tot de soeppost voerde grotendeels door het 287 ha grote natuurgebied “De Haere”. Daarbij liepen we veel door bossen, maar ook over heidevelden en zandvlakten, waaronder zandverstuiving “De Zoom”. Door de sneeuwval van de voorgaande dag zag het er allemaal heel mooi uit. Omdat het wel de hele dag bewolkt was, zagen we dit landschap niet op zijn mooist. Het had hier ongeveer 5 cm gesneeuwd. Het grootste deel van de dag was het vochtig weer. Het motregende af en toe licht tot matig. Andere keren was het relatief droog. De ene keer was het nevelig, dan weer mistig. Verschillende keren liepen we ook door klaphekjes. Hierdoor wisten we op een gegeven moment niet meer of we nu binnen een omheind terrein liepen of daarbuiten.
Op bijna 12 km was de soeppost in het buitengebied van de gemeente Nunspeet in buurtschap Grote Schootsbrugge. Liepen we het eerste deel relatief dicht langs de A28-snelweg en de spoorlijn Amersfoort-Zwolle, nu liepen we daar verder vandaan. Weliswaar liepen we nog steeds door natuurgebied De Haere en opnieuw ook door zandverstuiving De Zoom, maar nu liepen we verder van de snelweg vandaan.
We verlieten de bossen en betraden een wat meer open gebied. Daarbij dwaalden we door buurtschap Wessinge. Via Park Klarenbeek werd Doornspijk bereikt. Voordat we de grote rust in Doornspijk bereikten kwamen we langs de Nederlands Hervormde kerk met een hele mooie voorgevel. Rond 13.30 uur bereikten we de grote rust in Dorpshuis De Deel te Doornspijk. Vanwege het gevorderde uur besloten we door te lopen.
Even buiten Doornspijk volgden we een traject van het Zuiderzeepad dat wit/rood gemarkeerd was. Daarbij volgden we de Kerkdijk, een graspad. Deze voerde tussen de Waterlandspolder van Doornspijk en Het Goor door. We kwamen uit bij de restanten van wat voor 1825 de St. Ludgeruskerk is geweest. Tijdens een springvloed op 4 februari 1825 en een brand in datzelfde jaar werd de naar de evangelieprediker Liudger (742-809) vernoemde tufstenen kerk (anno 1100) volledig verwoest. Daar begon een alleraardigst graspad, namelijk de oude Elburger Zeedijk. Dit pad was door voorgangers “omgeploegd” in een modderpad.
Onder de wandelaars waren er nu talrijke “watjes’ die hier van de route afgingen en de naastgelegen asfaltweg volgden. Na een kruising met een asfaltweg liep het gras-kerkenpad verder. De “watjes” bleven de asfaltweg volgen, waar zij op liepen, totdat deze een bocht naar rechts maakte. Ze stapten daar over een prikkeldraad afrastering heen op weg naar de officiële route. Er was een wandelaar die hier met zijn poncho in het prikkeldraad verstrikt raakte. We hoorder hierover iemand zeggen ”eigen schuld, dikke bult”.
Even voor de vesting Elburg liepen we over het Bagijnendijkje met enige fraaie en luxe theehuisjes. Vlak voor een brug van de vesting Elburg sloegen we af en volgden we een smal pad langs een gracht die om de vesting Elburg lag. Even later betraden we de vesting Elburg alsnog. Het parkoers slingerde zo enorm door Elburg heen, dat het wel leek of we door alle straten van de vesting Elburg kwamen. Dit gedeelte door Elburg was wel het hoogtepunt van de tocht.
We betraden de vesting Elburg bij de Kazematten. De Kazematten behoren tot de oudste nog bestaande kanonkelders in Nederland. Voor de Vischpoort sloegen we af. Vlak voor het Bolwerk de Kibbulte, de plaats van de voormalige Eekmolen verlieten we de vestingwal. Daarop kwamen we door de Ellestraat. Voor de aanleg van de vesting Elburg was de Ellestraat het centrum van de stad.
Na het Munthuis liepen we naar de Vischpoort en sloegen hiervoor af. We waren al eerder voor de Vischpoort afgeslagen, maar de eerste keer was dat aan de buitenkant van de vesting Elburg. Daarop liepen we door de Noorderwalstraat. Een blik naar beneden bracht ons naar de oudste nog in werking zijnde touwlaan van Nederland in de voormalige binnengracht. Hier was de touwslagerij van de familie Deetman (sinds 1560) gevestigd. We kruisten de Ellestraat en kwamen daarop langs de Oude Smederij, die gerestaureerd was door de vereniging Hendrick de Keyser.
Na de kruising van de Beekstraat passeerden we de meisjes kostschool (1808-1889). Vervolgens kwamen we langs het Feithenhof. Deze hof was een schenking van Maria Cath. Feith aan de bejaarden van Elburg. Iets verderop kwamen we langs het Agnietenklooster. Hier is nu de VVV en het gemeentemuseum gevestigd. We kruisten de Jufferenstraat en kwamen langs het voormalige woonhuis van admiraal van Kinsbergen. Nu is dit café restaurant De Haas. Aan de overzijde lag de synagoge uit 1855 met karakteristiek poortje.
Na het Arent thoe Boecop huis sloegen we af. Dit huis was een versterkte edelmanwoning uit 1396. Tot 1954 was dit het stadhuis van Elburg. Langs het Weduwenhofje uit 1650 vervolgden we ons pad met uitzicht op de grote St. Nicolaaskerk uit 1397. We liepen de vestingwal weer op. Daarop kwamen we langs de Jodenbegraafplaats en we bleven nog even uitzicht houden op de St. Nicolaaskerk, nu met op de voorgrond de binnengracht met muur en muurtorens.
Op de achterkant van de ingetekende route was een plattegrond afgedrukt van de vesting Elburg. Hierop was de route ingetekend en er stond veel informatie op. Mede hierdoor is dit verslag over de vesting Elburg zo uitgebreid geworden.
Uiteindelijk verlieten we de vesting Elburg en dwaalden daarop door een drassig weiland. Hier waren bruggetjes met witte leuningen, maar verschillende keren maakte het niet uit of je de brug nam. Dit was het oude “Voetpad naar de Vrijheid”. In de volksmond noemen de Elburgers dit pad “De Zeuven Vlonders”.
Op 28½ km was er een kleine parkoerswijziging. De gepijlde route kwam hier niet overeen met de parkoersbeschrijving. Het was niet duidelijk waarom deze parkoerswijziging was ingesteld, omdat de oorspronkelijke route gewoon begaanbaar was. We werden door een collega wandelaarfotograaf vereeuwigd.
Als u dit verslag op internet leest, dan kunt u het resultaat van deze foto en andere foto’s van mij en Coos die eerder en later op de dag van ons gemaakt werden
HIER zien.
Op 30 km werd de koffiepost bereikt. Hier zag ik een hele bekende dame, namelijk Coos. De verzorgingspost was ten huize van een WS78 wandelaar. Zij was voor deze gelegenheid thuis gebleven en ze had buiten een open haard branden. Ze vond het wel leuk om al die wandelaars eens langs te zien komen. Er waren wandelaars die haar niet kende en vroegen of ze ook wel eens wandelde.
Buiten Elburg moesten we een drukke tweebaansweg oversteken. Deze dag hadden we verschillende keren grote trajecten zonder routebeschrijving gelopen. Dit was tegen onze gewoonte in. Vooral op de sneeuwtrajecten was het vrij eenvoudig om de route te volgen. Nu volgden we opnieuw alleen de bepijling en voorgangers. Ruim 100 meter na een afslag, die we niet hadden genomen, hoorden we een geschreeuw. We keken weliswaar in eerste instantie achterom. Maar omdat we in de verte niet scherp konden zien, konden we niet vaststellen wat er aan de hand was. Maar na een tweede geschreeuw bedachten we dat het wel eens voor ons kon zijn geweest. We raadpleegden de routebeschrijving. Daar stond bij punt 160: “r.a. 1e weg, Puttenerpad”. En dat straatnaambordje hadden we ook gezien. Bij de finish sprak de man ons aan, die ons gewaarschuwd had en we bedankten hem alsnog vriendelijk.
We passeerden Huize Old Putten en vingen daar een glimp van op. Daarna liepen we een eind langs de Puttenerbeek. Even later kwamen we langs Huize Schouwenburg. Tussen de punten 170 en 175 kon men de route waarschijnlijk niet goed op de kaart intekenen. Dit werd opgelost door hier maar de tekst van de Fruitpost op te plakken, omdat die vlakbij was.
Op een gegeven moment moesten we over een smal vlonderbruggetje van een redelijk diepe sloot. Twee dames passeerden ons. Ze boden ons hulp aan omdat ze zagen dat we er niet over durfden te gaan. We bedankten ze voor de hulp met de mededeling dat we het helemaal niet zagen zitten. We vervolgden nu ons pad langs een weiland en sloegen op een splitsing af. Aan het eind van die weg werd een verkeersweg (N309) bereikt met separaat een fietspad. Dit fietspad volgden we en weldra zagen we wandelaars de verkeersweg oversteken. Iets verderop werd de fruitpost bereikt. Deze was gelegen in zorgboerderij “Westbroek”. De afgelegde afstand bedroeg hier 35,4 km. We vroegen hier of er een alternatieve route naar de finish was omdat we de officiële route niet zagen zitten met de ingevallen duisternis. Het was zo rond half vijf. Maar een alternatieve route was niet bekend bij de aanwezige persoon op de fruitpost.
Daarop besloten we dan toch maar de officiële route te volgen. Over de laatste 4½ km deden we een kleine 1½ uur. Alleen kasteel Zwaluwenburg konden we nog onderscheiden. Bij elk zijpad was het een getuur naar een WS78 pijl. Het is de gewoonte bij WS78 om op een kruising, waar je rechtdoor moet gaan, de ondersteunende pijl wat voorbij de kruising te plaatsen. Maar als het zo donker is, dan zie je die pijl niet op de kruising.
Even voor zes uur werd de finish bereikt. Het was een loodzware tocht geworden waar 240 wandelaars op af waren gekomen. Wij vonden het eigenlijk onverantwoord om zo’n zware tocht te organiseren in een periode waar het daglicht gemiddeld genomen vrij kort is. Dat is vragen om moeilijkheden. Daarbij kwam nog het feit dat het laatste traject ook door bosgebied ging. In de periode dat oud-voorzitter Klaas de scepter zwaaide werd in vergelijkbare situaties voor de laatste 5 – 8 km meestal voor een alternatief parkoers gezorgd.
De relatieve lage opkomst van 240 deelnemers was niet te wijten aan de sneeuw, die 5 cm hoog lag, maar aan de chaos op de weg en het spoor op de dag voorafgaand aan de wandeltocht. Op de weg was de langste file 90 km (Amsterdam-Boxtel), terwijl de maximale totale afstand van alle files 802 km bedroeg. Verder waren de wegen naar Apeldoorn geheel volgelopen. Het treinverkeer was die dag in midden- en oost-Nederland vrijwel tot stilstand gekomen, mede door een frontale botsing tussen twee goederentreinen nabij Utrecht-Lunetten en door de gevallen sneeuw. In zo’n 10 steden werden treinpassagiers opgevangen door de plaatselijke gemeenten met hotels of verwarmde opvang lokaliteiten. He aantal treinpassagiers dat opgevangen werd, verschilde per plaats en lag tussen de 50 en 600 man.
Het IVV nummer was 11368. In het infobulletin stond dat het gemiddeld aantal deelnemers met de eerste drie tochten vanuit ’t Harde 398 bedroeg. Met deze tocht erbij is dit gemiddelde gezakt naar 357. Het is beslist de moeite waar om deze tocht nog eens in de zomer na te lopen.
Omdat dit verslag al zo lang is geworden, is dit keer afgezien van extra informatie in dit verslag. Bij onderstaande links vindt u meer informatie over de plaatsen ’t Harde, Doornspijk en Elburg.