Met de FLAL op het Pieter- en Drenthepad vanuit Gees.
Op zaterdag 20 november 2004 organiseerde de FLAL een wandeltocht vanuit Gees. Gees ligt in Drenthe tussen de plaatsen Hoogeveen en Emmen en behoort tot de gemeente Coevorden. De start was vanuit restaurant partycentrum De Zwerfkei. Omdat wij daar met het openbaar vervoer op zaterdagochtend niet tijdig bij de start konden komen, waren wij hier op de voorgaande vrijdag naar toe gereisd. De dichtbijzijnde bushalte lag in Zwinderen op ongeveer 2½ km. In Gees was ook wel een bushalte, maar deze was nu buiten gebruik vanwege wegwerkzaamheden. Daardoor reed de bus tussen Zwinderen en Oosterhesselen niet door Gees maar via een andere route. Er was een tekst op het bushaltehokje te Zwinderen geschreven. Deze tekst luidde “ik wist niet dat het zo saai in een gat kon zijn”. Dat was dus niet bepaald opbeurend voor ons.
Maar wij troffen een goed overnachtingadres. De eigenares haalde ons van de bushalte op en bracht ons na afloop van de tocht weer naar de bushalte in Zwinderen. ’s Avonds werden we naar Geeserbrug met de auto gebracht om te dineren.
Gees, een kei van een dorp
Halverwege Hoogeveen en Emmen, aan de weg Zwinderen-Oosterhesselen, ligt Gees op een rug van dekzand en keileem. Het is een esdorp te midden van fraai natuurschoon. De trots van Gees is een enorme zwerfkei van dertigduizend kilo, die begin jaren zestig in een akker op de es werd gevonden. Het dorp Gees is waarschijnlijk de oudste nederzetting in de voormalige gemeente Oosterhesselen, nu gemeente Coevorden. Vroeger was het de belangrijkste nederzetting en er woonden veel ambachtslieden. Gees en het verderop gelegen Oosterhesselen liggen aan de oude Coevorderweg, destijds de enige verbinding door het veen van Coevorden naar Friesland.
Onvruchtbaar gebied
De naam Gees wordt voor het eerst aangetroffen in een acte uit 1208 van het bisdom Utrecht. Het is naar alle waarschijnlijkheid afgeleid van gies, dat onvruchtbaar betekent. Gees ligt op een langgerekte zandhoogte van een vroeger inderdaad onvruchtbaar gebied. De lager gelegen veldgronden, die omzoomd worden door houtwallen, vormen de hooi- en weilanden in het stroomdal van het Loodiep. Behalve door het Loodiep wordt de marke van Gees ook omsloten door het stroomdal van het Drostendiep, dat zich uitstrekt tot Oosterhesselen. Rondom deze stroompjes heeft zich in de loop der jaren een prachtig landschap ontwikkeld, waarvan het natuurreservaat de 'Hooge Stoep' ten westen van Gees het meest tot de verbeelding spreekt.
Op 1 januari 1998 vond de gemeentelijke herindeling van Drenthe plaats. De oude 33 Drentse gemeenten hielden op te bestaan, 12 nieuwe kwamen er voor in de plaats.
De gemeente Coevorden is toen gevormd uit de voormalige gemeenten Coevorden, Dalen, Oosterhesselen, Sleen, en Zweeloo. In totaal wonen hier nu 35.000 mensen op een oppervlakte van 30.000 ha.
De plaats Gees behoorde voor 1 januari 1998 bij Oosterhesselen.
Na de start sloegen we spoedig een zijstraat in. Deze volgde min of meer parallel de weg van Gees naar Zwinderen. Bij de Verlengde Hoogeveense Vaart aangekomen volgden we deze tot voorbij de brug te Zwinderen. Tot hier hadden we min of meer zonnig weer. Maar toen kwam een flinke bui aangezet. Eerst viel er wat natte sneeuw uit de bui en hagelde het wat. Daarna ging het over in regen. We trokken de regenbroek aan, want het ging ook harder waaien.
We sloegen af over een zandweg. Deze lag vol met plassen en was ook flink modderig. Dit soort trajecten hadden we deze dag trouwens verschillende keren. Bij een T-splitsing staken we het Loodiep over. Op een verharde weg uitgekomen volgden we deze naar boswachterij Gees. Na een eerste bospassage bereikten we de Hooge Stoep, een heuvelachtig heideveld. Bij het betreden en verlaten van de Hooge Stoep was een veerooster met daarnaast een hekwerk. Gemakshalve was het hek naast het veerooster door iemand opengezet.
Nadat we boswachterij Gees weer hadden verlaten, betraden we nu een open gebied. We kruisten de Marsstroom en liepen langs het Mepperveld, de Mepper Hooilanden en de Mepperweiden. We liepen zuidelijk langs het plaatsje Meppen en staken even later de N854 (Meppen-Dalen) over. Op 14 km was een wagenrust. Deze was gevestigd in een schuur bij een woonhuis.
We vervolgden ons pad weer na een rust van zo’n 10 minuten. Bij Aalden staken we de Westerstroom over. Later zouden we er nog een stuk langs lopen. Bij een verkeersweg aangekomen was het nog 600 meter lopen naar Zweeloo. Maar de FLAL-pijlen wezen een andere richting op.
Nadat we langs de noord- en oostkant van Benneveld waren gelopen zagen we in de verte een molen staan. Dit was de Albertina molen die in Noord-Sleen staat. In Noord Sleen kwamen we echter niet. Wel in Sleen. Vlak voor Sleen kwam een zijweg van links met de naam Groningerweg. Voor veel wandelaars was dit een bekende weg, want over deze weg komt het Pieterpad de plaats Sleen in.
Ontstaan van de gemeente Sleen
Voor de instelling van de gemeenten was Drenthe verdeeld in zes dingspillen. Sleen was destijds de hoofdplaats van het 1e dingspil Suydevelt ( Zuidenveld). Dingspil Zuydevelt, een rechtsgebied dat omvatte de kerspelen: Emmen, Odoorn, Roswinkel, Schoonebeek, Dalen, Oosterhesselen, Zweeloo en Sleen. ( kerspel wil zeggen, het kerkdorp, de kerkelijke gemeente). Het kerspel was in oorsprong niet een strikt kerkelijke organisatie maar ook burgerlijk, schultambten genoemd. In 1518 is Sleen een zelfstandige schultambt. De functie van Schulte is enigszins vergelijkbaar met die van burgemeester en notaris samen. We kenden in Sleen ook de functie van bannerschulte. De schulte van Sleen was bannerschulte van het dingspil Zuidenveld.
Het dorp Sleen is een van de meest originele brinkdorpen in de provincie Drenthe. Uit een groot aantal vondsten uit prehistorische tijden blijkt dat de streek rondom Sleen al vroeg door mensen werd bezocht. De aanwezigheid van een drietal hunebedden duidt er op dat hier ca. 4500 jaar geleden al mensen woonden die min of meer een vaste woonplaats hadden.
In Sleen was een grote rust op 30 km in café Zwols. Hier is ook vaak een grote rust tijdens de Drentse Wandelvierdaagse.
Langs molen De Hoop verlieten we Sleen weer. We volgden een tijd het parkoers van het Drenthepad. Regelmatig zagen we de geel/rode markeringen van dit pad. We kwamen weer bij de Westerstroom uit. Nu volgden we deze over een graspad parallel.
We zagen in de verte de bebouwing van het plaatsje Oosterhesselen. Daarop bereikten we een nieuwbouwwijk van Gees. We liepen hier over een bemodderde weg met plassen. Er kwam een man in een jeep aangereden. De bestuurder verminderde wel wat vaart, maar niet voldoende om de opspattende modder te ontwijken als we niet flink opzij waren gegaan. Even later kwam hij weer teruggereden. Toen liep er ook een dame van middelbare leeftijd voor ons. We hadden wel gedacht dat hij hier rekening mee zou houden. Hij minderde wel wat vaart maar niet voldoende. We hadden niet verwacht dat ook in het zo mooie Drenthe dit soort toestanden voorkomen.
Alles bij elkaar was het een mooie tocht geworden. De totale afstand bedroeg ongeveer 38 km. We hadden 3 buien van ongeveer 10-15 minuten gehad. Dat viel dus reuze mee. Want er was veel slechter weer voorspeld. De slechte weersvoorspelling was ook de oorzaak, dat slechts rond de 300 wandelaars waren komen opdagen. We hadden deze dag wel veel over modderwegen en grintwegen met plassen gelopen. Bij de start lag de temperatuur rond het vriespunt. De wegen waren wat wit van de vorst en hagel. Bovendien waren er op de wegen gladde plekken. De parkoersbeschrijving was dit keer beter dan in Vlagtwedde, maar is nog niets in vergelijking met die bij WS78 tochten.