Vorig 
WS78 verslag Volgend 
WS78 verslag Terug 
naar de overzicht van alle WS78 wandeltochten Terug naar de 
homepage van Henri Floor Met WS78 vanuit Harderwijk, 6 weken later
Dit is het wapen van 
Harderwyk. 
Dit wapen is te vinden 
op de lokatie www.ngw.nl/indexgb.htm  
Deze site is mogelijk gemaakt 
door de Bank Nederlandse Gemeente te Den Haag Op zaterdag 10 april 2004 liepen wij de WS78 wandeltocht vanuit Harderwijk na. Deze tocht werd op 28 februari 2004 georganiseerd. We reden met de trein naar Harderwijk. We kwamen hier om 10 minuten over 8 aan.
Harderwijk bezit een rijke erfenis. Ook in het stadsbeeld kunt u tal van herinneringen uit bijna 800 jaar stadsgeschiedenis aantreffen, zoals op de Vischmarkt. De gehele historie van Harderwijk ligt besloten binnen de stadsmuren, waarvan gedeelten alsmede de Vischpoort en de Smeepoort nog altijd fier overeind staan.
Al op 11 juni 1231 verleende Graaf Otto van Gelre en Zutphen stads- en marktrechten aan 'Herderewich'. De handelslui die hun zaken deden nabij het agrarisch centrum Selhorst ontvingen daarmee erkenning en stimulans tegelijk. Harderwijk groeide uit van agrarische nederzetting tot handelsplaats, die zelfs eeuwen lid was van het Hanze-verbond. Bovendien was er rond 1500 de belangrijkste vismarkt aan de Zuiderzee te vinden. In 1584 kreeg Harderwijk de provinciale munt van Gelre binnen haar muren.
Van 1647 tot 1811 was Harderwijk universiteitsstad. Studenten met bekende namen als Linnaeus en Boerhaave volgden hier hun opleiding.
De visserij werd sterk teruggedrongen door de afsluiting van de Zuiderzee in 1932 en de aanleg van de IJsselmeerpolders. Handel, industrie en toerisme kwamen echter snel op. Daaraan vooral dankt Harderwijk zijn snelle groei.
De komst van het koloniaal werfdepot in 1844 veranderde Harderwijk in een garnizoenstad. De vijf kazernes die daarna nog in de stad kwamen werden de thuisbasis voor vele militairen.
De gemeente waarborgt boven alles het historische karakter van de stad. Bijvoorbeeld door bij het ontwikkelen van nieuwe plannen voor de binnenstad ook oog te hebben voor de oude kenmerken.
We liepen langs de spoorlijn en pakten het parkoers op bij punt 1 van de routebeschrijving op een honderd meter voorbij de start. Na een asfaltfietspad volgden we een pad door een parkje, Slingerbos genaamd. Verderop liepen we over een weg waar links huizen stonden en rechts de A28-snelweg liep. Je kon de snelweg hier zeer goed horen. Door het vroege uur voor velen, sloten nog talrijke gordijnen de ramen van huizen af.
We liepen door een tunnel onder de A28-snelweg. Spoedig daarna betraden we een bosgebied. We liepen langs een Trafostation. Even later passeerden we een witte slagboom, waarbij een bordje opengesteld stond. Ook zagen we een verwijsbord naar de Cooper-baan. Even later volgden we trajecten van deze Cooper-baan.
De Amerikaanse legerarts Kenneth Cooper ontwikkelde in de zestiger jaren een testmethode om de conditie van militairen in de leeftijdsklasse van 17-52 jaar te kunnen beoordelen. De deelnemers werden zowel onderworpen aan een 12 minuten looptest als aan een maximale inspanningstest in het laboratorium ter bepaling van de maximale zuurstofopname. Met dit onderzoek werd aangetoond dat er bij een groep militairen van voornamelijk jonge leeftijd een sterke samenhang bestond tussen hun maximale zuurstofopname en de door hen in 12 minuten afgelegde afstand.
We passeerden een bord van het Waterbedrijf Gelderland. Nu volgden we een fraai smal bospad dat ook intensief gebruikt werd door fietsers. Niet dat we nu zoveel fietsers zagen, maar dat was duidelijk aan het bospad te zien. Wel passeerden ons éénmaal vier ATB-fietsers. Het was deze dag zo rustig omdat de dag somber was begonnen met zwaar bewolkt weer, waaruit hele fijne regendruppeltjes vielen, genoeg om mooi weer sporters binnen te houden.
We passeerden de achterkant van een bordje met de tekst "Leuvenumsebos" en weldra sloegen we door een klaphekje af. Er stond hier geen informatie waarom dit terrein was afgerasterd, maar het WS78 infobulletin van 28 februari 2004 meldde dat hier schapen en runderen graasden. Ik voelde mij hier niet zo op mijn gemak, want in een terrein met runderen voel ik me meer een held op sokken. Coos was er deze dag niet bij. Zij ging naar Oudergem bij Brussel om daar deel te nemen aan een 125 km Euraudaxtocht. Na het uitlopen van die tocht zou zij haar tweede gouden arend behalen. Het traject door het afgerasterde terrein met (loslopende) runderen was gelukkig maar 600 meter lang. En zonder één exemplaar gezien te hebben, verlieten we het terrein weer door een klaphekje. Dit gebied wordt ook aangeduid met het Cyriasische Veld, een heideterrein waarvan een klein deel levend stuifzand gebied is.
We zetten nu koers naar de kapschuur van de Vereniging tot behoud van Natuurmonumenten te Leuvenum, gemeente Ermelo. Er brandde wel licht binnen, maar buiten stond een gemakkelijk bank met leuning. Hierop stond de tekst "1947 Het Roode Kooper 1997". Ik haalde mijn regenbroek te voorschijn en legde deze op de bank. We kwamen hier net na half elf aan en hadden hier onze lunch. We hadden per slot van rekening al om half zeven ontbeten. De afgelegde afstand bedroeg 11 km. Even later kwam de boswachter naar buiten en we begroetten hem. We zeiden tegen hem dat we een wandeltocht naliepen, die zes weken te voren werd georganiseerd. Hij zei tegen ons dat op deze plaats toen een post was. Daarna zei hij dat toen het een en ander mis was gegaan. Dit was een eufemistische uitdrukking voor het feit dat hij het toen helemaal vergeten was. Op 28 februari heeft men toen op ongeveer 100 meter verderop de soeppost ingericht in een melkbussen-schuur van een welwillende veehouder.
Na zo'n 20 minuten vervolgden we ons pad in noordelijke richting en dwaalden verder door het Leuvenumse bos. We passeerden Hotel Restaurant "Het Roode Koper". We zagen hier een wit/rode markering van de LAW8 - Zuiderzeepad. We sloegen af en staken de sterk meanderende Leuvenumse beek enige malen over via vlonders. Daarna volgden we de Leuvenumse Beek enige tijd parallel. Het Leuvenumse bos ging over in de Leuvenhorst. Daarbij kruisten we wel driemaal De Poolseweg. Zo enorm slingerde ons parkoers. Bij bosgebied "Stille Eenzaamheid" maakte het parkoers een scherpe bocht naar rechts. Na het Hertenbosch, Gelle Gat en Koopmansbos bereikten we het voormalige militaire terrein Beekhuizerzand. Dit was een prachtig, maar zanderig natuurgebied. We zetten nu koers naar Café De Woudstee en kruisten daarbij de A28-snelweg en de spoorlijn Harderwijk-Zwolle. Vlak voor de geplande rust besloten we het café toch niet in te gaan. We waren al 5 uur onderweg en een binnenrust kon de boel nog meer vertragen. We merkten het echter wel spoedig dat we geen grote rust hadden genomen, want in de korte tijd hadden we een rust op bankjes onderweg.
Dit is het wapen van 
Nunspeet. 
Dit wapen is te vinden 
op de lokatie www.ngw.nl/indexgb.htm  
Deze site is mogelijk gemaakt door de 
Bank Nederlandse Gemeente te Den Haag De volgende 2½ km na de grote rust waren asfaltwegen, maar daarna voerde het pad weer fraai door bossen en langs beekjes. Dat was op landgoed Hulshorst in de gelijknamige plaats Hulshorst. We passeerden een bordje met de tekst "gemeentebos van Nunspeet". We begaven ons weer naar een oversteek over de spoorlijn en dat was in de buurt van het voormalige station Hulshorst. Tegenwoordig is dit stationsgebouw een particuliere woning en passanten wordt gevraagd om de privé-sfeer te eerbiedigen. Bij de spoorwegovergang stond voor een huis een heel oude stoomlocomotief op een rails.
We betraden opnieuw bosgebied Leuvenhorst overgaand in het Beekhuizerzand. We kruisten hier op 26 km het zelfde parkoers, waarbij we toen 20 km hadden afgelegd. Het parkoers door het Beekhuizerzand was moeilijk te volgen. De parkoersbeschrijving gaf meerdere keren aan wat we een onduidelijke zandweg moesten volgen. En aangezien er in dit gebied talloze onduidelijke zandwegen liepen, waren we spoedig van de officiële route afgedwaald. We kwamen uit op een kaarsrechte weg langs een bosgebied. De fotokopie van de routebeschrijving gaf uitkomst. En met hulp van deze kaart kwamen we weer op de officiële route uit.
Beekhuizerzand wordt levend stuifzandgebied
Op het Beekhuizerzand wordt tot medio 2004 gewerkt aan het herstel van stuifzand. Het is een natuurgebied van circa 200 hectare. Tijdens de werkzaamheden is circa 45 hectare bos gekapt. Vervolgens werd 10 cm van de bodemlaag verwijderd. Een deel van de bomen was van goede kwaliteit voor de houtindustrie. Zeker 650 kubieke meter hout werd met het FSC keurmerk op de markt gebracht. Het niet bruikbare hout is verspaand tot houtsnippers en afgevoerd naar de energiecentrale in Cuijk. Circa 50.000 m3 zand wordt afgevoerd naar een tijdelijk depot. Dit zand is goed bruikbaar als ophoogzand voor bouwterreinen of ondergrond voor wegen.
Het Beekhuizerzand vormt samen met het Hulshorsterzand en het Kootwijkerzand een uniek landschap in West Europa. Het herstel geeft zeldzame planten en dieren weer een kans
Opnieuw konden we genieten van een smal pad door de bossen, dat vooral door ATB-fietsers in stand wordt gehouden. We liepen nog langs een uitkijktoren, maar ik vond de trap te steil om me op de uitkijktoren te wagen. Voordat we Harderwijk weer betraden liepen we nog over de Galgenberg. Daarna passeerden we nog een oude ronde watertoren, die in 1895 gebouwd was. Bij een voormalige militaire kazerne, waarbij nog wel een hekwerk omheen stond, troffen we nog een achtergebleven genummerde WS78-pijl (nummer 135.2). Op de internetsite van Harderwijk lazen we dat de gemeente al zijn 5 kazernes wil ontmantelen.
Vlak voor de koffiepost, die op 32½ km was, zagen we dat we zo'n 100 meter moesten teruglopen. Deze afstand bespaarden we ons door meteen het vervolg na de koffiepost op te pakken. We staken de A28-snelweg over. We kwamen langs drie flats. Hierbij viel het op dat op de balkons van bijna elke flat een grote schotelantenne hing. Bovendien hing er veel was buiten te drogen. We volgden na oversteek van de geëlektrificeerde spoorlijn, een spoorlijn die niet meer in gebruik was. Dit was op weg naar het oude centrum van Harderwijk, waar we nog een bezoek aan brachten. Op 36 km kwamen we langs een snackbar. We besloten hier een frietje te pakken en nog wat blikjes fris te kopen. Onze meegenomen voorraad van 4 blikjes was opgeraakt.
Molen De Hoop te 
Harderwijk 200 meter verderop kwamen we bij molen de Hoop. Hierna moesten we over een ophaalbruggetje voor het gemeentehuis verder lopen. Maar de ophaalbrug was gesloten. De brug stond open en bleef open. We liepen om en vervolgden het parkoers over de Havendam. Daarop kwamen we op de Boulevard en volgden deze met gezellige kraampjes en stalletjes. Het grote restaurant IJsselmeer stond helemaal leeg en het onderhoud leek ook achterstallig. Harderwijk, 
Vischpoort Door de Vischpoort bereikten we de Vischmarkt. Daarna kwamen we door het Vleeshouwersteegje. Aan het einde van dit steegje stond aan de linkerkant een straatnaambord met de naam Vleeshouwersteeg en aan de rechterkant stond een straatnaambord met de naam Vleeshouwersteegje. Daarna kwamen we nog over de Markt, langs de Linnaeus kerk en door de Paradijspoort. Vervolgens kwamen we nog door de tuin van het voormalig "Koloniaal werfdepot".
Daarop bereikten we het Wolderwijd, een breed merengebied en was een deel van de vroegere Zuiderzee. Hierlangs liepen we nog een km. Daarna sloegen we af en volgden het geasfalteerde Zuiderzeepad. 100 meter verderop verlieten het parkoers, waar we diezelfde ochtend op het parkoers waren gekomen. Dezelfde weg als heen liepen we terug naar het station. Daarbij liepen we door een straat met zogenaamde stadsboerderijen. Nu waren dit twee onder één kap woningen en op de gevel hing een bordje met het gemeentewapen van Harderwijk en de tekst monumentaal gebouw. Vlak voor het station verhoogden wij het tempo nog enigszins. We zagen namelijk veel mensen op het perron staan ten teken dat er spoedig een trein zou aankomen. Dat bleek ook het geval te zijn. Toen we om 18.15 uur bij het station aankwamen, bleek dat de trein van 18.18 nog moest aankomen, die ons rechtstreeks naar Utrecht bracht.
Het was een mooie tocht geworden. Rond een uur of twaalf was het geleidelijk aan droog geworden. Een paar maal zagen we nog even de zon.
naar de top 
van deze pagina

Henri Floor