|
|
|
|
Wind, natte sneeuw en 100 kilometer in Waterland.
|
Eigenlijk was ik nog niet van plan om zo vroeg in het jaar al een 100
kilometertocht te gaan lopen. Baankapitein Rolf Craanen maakt me echter
enthousiast voor deze Euraudaxtocht en zo kwam het er toch van. Behalve het
enthousiasme van Rolf was ik, en ik beken het eerlijk, nog nooit van mijn leven
in Monnickendam geweest. Wel ken ik deze plaats als de geboorte- en woonplaats
van ene Herman Steur.
Deze voormalig vermogend vishandelaar bezocht in de jaren
80 voor een zakentrip Sri Lanka (het vroegere Ceylon). De zakentrip verliep voor
hem geheel anders. Door een voorval werd hij persoonlijk betrokken bij en
geconfronteerd met de armoede die het land kende en nog kent. Door dit voorval
besloot hij zijn zakenleven op te zeggen en zich in te zetten voor de
allerarmsten van Sri Lanka. Zo stichtte hij midden in de jungle het zogenaamde
Holland Welkom Dorp, waarin 260 dakloze Srilankaanse bejaarden een dak boven het
hoofd hebben. Twee jaar geleden ben ik in het Holland Welkom Dorp geweest om les
te geven aan het verzorgend personeel. Behalve weldoener is Herman Steur ook een
'vreemde' kerel, want de huisjes in het Welkom Dorp zijn allemaal gebouwd
volgens Monnickendamse stijl!
Als ik dan op 5 maart 2004, midden in de nacht, met een kleine 70
medewandelaars door Monnickendam loop, is het een heel klein beetje alsof ik
door het Holland Welkom Dorp loop. Eén van de grote verschillen is de
temperatuur. Terwijl het in het Welkom Dorp op dit moment een graad of dertig
zal zijn, zo is de temperatuur op hetzelfde moment in Monnickendam om en nabij
het vriespunt.
Na een welkomst woord door Rinus Jordaan vertrekken we precies om 23.00
uur uit Cultureel centrum De Bolder. Doordat deze 9e Nacht van Waterland zal
bestaan uit 3 lussen van ongeveer 35 kilometer, komen we 2x terug in De Bolder,
één maal voor het ontbijt en één maal voor de lunch. De eerste lus voert door
Volendam, Edam, Middelie en Purmerend.
Op een zeker moment lijkt het erop alsof er sneeuwvlokjes in de lucht
dwarrelen. Even later wordt dit vermoeden bevestigd en is het voor menigeen het
moment zich te wapenen tegen de nattigheid. Het valt me iedere keer weer op dat
bij regen sommige wandelaars zich verschuilen onder een paraplu. Nu heb je er
bij een tocht als deze amper hinder van, maar wanneer er duizenden paraplu's
rondlopen, zoals bij de Nijmeegse Vierdaagse van 2001, dan is dat toch op zijn
zachtst uitgedrukt onaangenaam.
In Volendam lopen we in het donker langs de haven. Als we langs het
monument ter nagedachtenis van die afschuwelijke Nieuwjaarsbrand in Café Het
hemeltje van 2001 en het café zelf lopen, zie ik in gedachten weer die
verschrikkelijke beelden op de televisie. Evenals het leven gaan ook wij verder
en iets verderop, in een nieuwbouwwijk van Volendam, is de eerste wagenrust. Na
de verplichte 5 minuten rust vervolgen we onze weg. De eerste 5 wandelaars
hebben dan al bedankt voor verdere deelname. Deze wandelaars, vrienden van
elkaar, leefden in de overtuiging dat zij zonder noemenswaardige training wel
100 kilometer konden lopen. Het is natuurlijk zuur als je al na 10 kilometer
moet vaststellen dat het tempo waarin een Euraudaxtocht gelopen wordt, te hoog
gegrepen is.
Het aantal (ophaal) bruggetjes waar we overheen lopen bewijst maar
al te zeer dat we in Waterland wandelen. Op wegbewijzeringbordjes zie ik soms
namen staan waar ik nooit van gehoord heb. Zo strijken we om 02.11 uur in Het
Wapen van Middelie in het gelijknamige plaatsje Middelie neer. Precies 20
minuten nadat we in het café zijn binnen getreden, blaast baankapitein Rolf op
zijn fluitje. We krijgen nog 5 minuten om ons klaar te maken voor vertrek.
Na Middelie vervolgen we onze weg door het wonderschone Waterland, althans
voor zover ik kan zien in de duisternis. Via Kwadijk, ook zo'n plaats waar ik
eerder nooit van gehoord heb, wandelen we naar Purmerend. Bij de plaatselijke
voetbalvereniging is een wagenrust ingericht. We hebben 24 kilometer afgelegd.
De sfeer in de groep is uitstekend en er zijn amper tekenen van vermoeidheid. Om
deel te kunnen nemen aan een dergelijke Euraudaxtocht moeten toch aardig wat
euro's worden neergelegd, maar je krijgt er wel wat voor terug! Niet alleen het
drinken bij de verschillende wagenrusten is bij de prijs in begrepen, ook krijg
je er iedere keer iets lekkers te eten. Nadeel is misschien dat je niet echt de
tijd krijgt om te genieten van al dat lekkers. Vijf minuten schrijft nu eenmaal
de Union voor en als je dit te kort vind, tja dan moet je geen Euraudaxtocht
lopen!
Via een goed uitgedokterde route arriveren we om 05.08 uur in de Bolder
in Monnickendam. De eerste lus is geklaard en we laten ons het ontbijt goed
smaken. De 45 minuten voorgeschreven rust gebruikt men, naast het ontbijt, ook
voor persoonlijke (voet) verzorging en sommigen weten zelfs een hazenslaapje te
plegen.
Ietwat stijf in de ledenmaten maken we ons op voor de tweede lus. Tegen
07.00 uur wandelen we Broek in Waterland binnen en het begint heel voorzichtig
te schemeren. Typerend voor dit plaatsje is dat het houtwerk van de huizen,
authentiek en nieuw, allemaal grijsblauw\groenblauw geschilderd zijn. Dit maakt
het tot een genoegen om er doorheen te mogen lopen. Helaas is het nog steeds
niet droog en de neerslag, in de vorm van natte sneeuw, in combinatie met een
aantrekkende wind vormen zijn niet echt de ideale wandelomstandigheden.
Desondanks blijft de sfeer goed en het tempo strak.
De tocht voert ons over de
Broekermeerdijk richting Ilpendam. Een tweetal 'wandelfotografen' wordt op een
gegeven ogenblik vooruit gestuurd. Even verderop is namelijk een brug over het
water en waar vanaf kunnen groepsfoto's gemaakt kunnen worden. Als we de trap
opklimmen naar de brug worden de stijve kuit- en beenspieren op de proef
gesteld. Kort na de brug arriveren we bij een wagenrust waar we weer ruimschoots
gefêteerd worden. Ons wacht nu een oversteek met een pontje die, nadat we met
zijn allen aan boord zijn gegaan, vol is. Het tochtje duurt alles bij elkaar
slechts een paar minuten.
De route die we nu volgen is kortweg prachtig te noemen. Het voert ons
door het bijna ongerepte polderlandschap, waarin veel vaarten liggen. Dit maakt
dat we bruggetje op en bruggetje af lopen. Onderweg wordt bij het
Vliegeniersmonument een groepsfoto gemaakt. De sneeuwval maakt de foto enerzijds
spectaculair, maar aan de andere kant ook weer niet representatief. Zo belanden
we in het plaatsje Landsmeer alwaar weer een wagenrust is ingericht.
De tocht na
deze rust voert door het prachtige en waterrijke natuurgebied Het Twiske. Hier
wordt van ons verwacht dat we sloten oversteken via een brede plank, hetgeen
voor enige hilariteit zorgt. In Den Ilp wordt het Café De Drie Zwanen aangedaan
voor een langere rustpauze. Er zijn ondertussen 56 kilometer afgelegd en zo
langzamerhand beginnen voeten, beenspieren en knieën gevoeliger te worden. In
het Café worden door de EHBO'ers vakkundig enkele blaren geprikt en zorgvuldig
voeten en of delen ervan ingetapet. Als ook hier na 25 minuten het
onverbiddelijke fluitsignaal van de baankapitein klinkt wordt er wat gesteund en
gekreund. Het valt niet iedereen even gemakkelijk om weer in de benen te komen!
Net even buiten Den Ilp wordt de tocht weer onderbroken door een tochtje
met een pont. De pontbaas zet ons in een paar minuten over en zo zetten we voet
aan wal in Ilpendam. Ook Ilpendam kent een aardig historisch centrum en
kenmerkende huizenbouw. Tussen deze plaats en op route naar Monnickendam wordt
een kaasboerderij aangedaan voor een wagenrust. De vriendelijke kaasboerin of
kaasboer heeft een grote schaal vol heerlijke blokjes kaas voor ons neergezet en
Hollanders als we zijn, is deze ook snel leeg gepeuzeld.
Na deze aangename korte
stop volgt een deel langs het water en is het allerlaatste stukje naar De Bolder
niet echt spectaculair. Maar ja, het kan nu eenmaal niet altijd feest zijn! In
De Bolder hebben de organisatoren hun uiterste best gedaan om een heerlijke
Tortellinieschotel met tomatensaus te bereiden. De organisatie rondom het bord
pakken, opscheppen en wegwezen, verloopt eventjes niet gladjes. Als we allemaal
door hebben hoe men de stroomlijn wil, heeft iedereen snel een bord vol
koolhydraten. De tweede lus zit er op en we hebben een goede 70 kilometer in de
benen. Rolf verklapt me dat het laatste stuk met recht het stuk met de laatste
loodjes is. Ik zie wel en desnoods zet ik mijn verstand op oneindig.
Na 25 minuten rust vetrekken we vol goede moed aan de laatste lus en
alleen zij die deze tocht al eerder liepen, weten hoe zwaar deze is. Even buiten
Monnickendam krijgen we als voorproefje een stuk dijk. Een voorproefje slechts,
want na enkele kilometers verlaten we deze 'zeewering' weer en zetten we koers
richting Zuiderwoude. Deze keer doen we zo'n Waterlands plaatsje bij daglicht
aan en geniet ik er des te meer van. Het is werkelijk een heel leuk plaatsje,
waar ik zeer zeker op een ander moment nog eens naar terug zal keren. Na de
wagenrust in De Belmermeer (vogelmeerpolder met ganzencolonies), vervolgen we
onze weg die vooral lang en recht is.
Ondanks de wind en de vermoeidheid is en
blijft de sfeer in de groep geweldig en valt er zelfs nog genoeg te genieten van
de omgeving. De weidsheid van het landschap is enorm. Dit zijn nu van die
plekken in Nederland waarbij je je afvraagt of dit landje werkelijk zo dicht
bevolkt is. Aan de andere kant heeft deze weidsheid ook zijn nadelige kant. Zo
zien we al geruime tijd de kerktoren van Ransdorp. Dan weer recht vooruit, dan
weer links van ons en het lijkt maar niet dichterbij te komen. Als we nagenoeg
op de A2 lopen slaan we gelukkig linksaf en stevenen we recht op de kerktoren
af. In Ranswijk proppen we ons in het oergezellige Café De Zwaan, niet te
verwarren met de Drie Zwanen van enkele uren geleden. Een stappenteller geeft 85
kilometer aan.
Het valt menigeen nu behoorlijk zwaar om weer overeind te komen en moet
zelfs een wandelaar ondersteund worden door zijn wandelmaatjes. In de verte ligt
de dijk waarop we straks de laatste kilometers zullen afleggen. Na 88 kilometer
is het dan zo ver. De lang verwachte dijk ligt aan onze voeten en eenmaal
bovenop krijgen we de wind van voren. Neen, niet van onze baankapitein, maar van
Moedertje Natuur. Achtentachtig kilometer, dus 12 kilometer dijk tot aan
Monnickendam. Hoe ik ook mijn best doe om een glimp van deze plaats op te
vangen, het lukt me niet. Het tempo dat de voorlopers aangeven is niet voor
iedereen meer te volgen. Het gevolg is dat er grote gaten vallen in het peloton.
Omdat een Euraudaxtocht stipte tijden kent, lijkt het erop dat hier het gezegde:
'samen uit samen thuis niet opgaat!' Zeker op een dijk, waar je heel ver naar
voren en naar achteren kunt kijken, is de lange sliert zichtbaar.
In gedachten
ben ik bij hen die niet meer dan een stip aan de horizon zijn. Wat moet dit voor
hen afzien zijn. Helaas kent ook deze tak van sport geen mededogen. Gelukkig is
er in het prachtige plaatsje Uitdam nog een comfortabele wagenrust in een grote
schuur. Het geeft de achterblijvers en vergeef me deze betiteling, de
gelegenheid weer aan te sluiten. Genietend van de heerlijke erwtensoep, die naar
hartelust wordt uitgeschonken door de organisatoren, is de hele groep weer
compleet. Edoch, edoch ... het fluitje van Rolf is meedogenloos. Na ampele 7
minuten is het weer tijd voor vertrek. Eenmaal weer op de dijk zijn heel in de
verte de twee kerktorens van Monnickendam te zien. Althans, ik laat me dit
vertellen door een medewandelaar. Er moeten nog 7 kilometer worden afgelegd en
als ik zo naar de torens kijk, kan ik me dit niet voorstellen. In mijn beleving
liggen zij nog vele kilometers verderop.
Als de zon langzaam begint te zakken, wordt het ook een stuk kouder. Toch
is het een prachtig gezicht die ondergaande zon op het water van het IJsselmeer
en ik kan er zelfs na zo'n afstand als nu nog van genieten. De natuurlijke
elementen, de afstand en de tijd dat we al op de been zijn, begint zijn tol te
heffen. Binnen een paar kilometer is de groep weer geheel uiteen geslagen en is
de laatste wandelaar amper nog te zien. Ondanks dit blijft het tempo straf en er
wordt al een heel klein beetje gemopperd om me heen. "Moeten ze nou echt precies
om 19.00 uur binnen zijn?", vraagt een enkeling zich af. Baankapitein Rolf kan
dit niet gehoord hebben, maar heeft het kennelijk wel via telepathie vernomen.
Vanaf het moment dat we dijk verlaten is het alsof de handrem aangetrokken
wordt. Bijna stapvoets naderen we het verlossende einde.
Als we uiteindelijk 2
minuten 'te laat' aankomen is de groep wel nagenoeg weer compleet. Buiten het
Cultureel Centrum worden we met een warm applaus onthaald door de organisatoren
en familieleden en vrienden van wandelaars. Even later weet organisator Rinus
Jordaan de aanwezigen in de zaal te melden dat er slechts 7 uitvallers zijn. Zij
die voor de eerste maal de 100 kilometer hebben afgelegd krijgen naast het
diploma ook een bos bloemen en ik denk: "Da's nou eens leuk!" Afgezien van deze
extra aandacht die deze mensen verdiend hebben, wordt iedere wandelaar in het
zonnetje gezet door dat ieder persoonlijk het diploma overhandigd krijgt. Neen
ik vind deze afsluiting meer dan de moeite waard, want ik heb het wel eens
anders meegemaakt!!
Onder de aanwezigen worden de schijnwerpers ook op
verschillende personen in het bijzonder gericht. Zo ontvangt Johan Hut een
kolossale, maar prachtige Adelaar uit handen van Euraudax voorzitter Bertus van
Ginkel, namens de Franse Audax Organisatie. Hij krijgt dit bijzondere geschenk
omdat deze 9e Nacht van Waterland voor hem zijn tiende Adelaar opleverde. Als de
voorzitter opsomt wat dit inhoudt, duizelt het me door de vele kilometers die
ervoor afgelegd moeten worden. De man stijgt in ieders achting en zo komt er een
einde aan een lange, mooie, koude en vermoeiende tocht, die perfect
georganiseerd is en bovenal perfect geleid door Rolf Craanen en Peter Roelofsen
als assistent.
Rinus Jordaan, op naar je tiende Nacht van Waterland.
|
Wandelaar Hans Brongers |