Vorig verslag van het Pelgrimspad (I) Volgend verslag van het Pelgrimspad (I) terug naar het overzicht van het Pelgrimspad (I) Terug naar het overzicht van de LAW's, streek- en NWBpaden op de homepage van Henri Floor Terug naar de homepage van Henri Floor Het Pelgrimspad (I)

datum zaterdag 21 september 2002
traject Brakel - Drunen
afstand 26½ km
21 september 2002 was een zaterdag. Omdat we met het openbaar vervoer naar Brakel minimaal 2 uur en 40 minuten onderweg zouden zijn om de startplaats te bereiken, besloten we met de auto te gaan. Na afloop van de wandeling zouden we de auto dan weer ophalen. Zodoende konden we deze dag om 7.55 uur startten. Indien we met het openbaar vervoer hadden gereisd, hadden we niet voor 9.45 uur kunnen beginnen. Het was een bewolkte dag met een voorspelde maximum temperatuur van 17°.
De gemeente Zaltbommel is op 1 januari 1999 ontstaan door een samenvoeging van de voormalige gemeenten Brakel, Kerkwijk en Zaltbommel. Door de gunstige ligging van de gemeente in het hart van Nederland, aan de A2, het spoor en de rivieren de Maas en de Waal, biedt de gemeente goede woon- en werkmogelijkheden. De gemeente vormt een onderdeel van de Bommelerwaard, en ligt in het Gelderse Rivierengebied. Naast de stad Zaltbommel telt de gemeente nog 12 kernen die verspreid liggen in het omvangrijke buitengebied te weten: Aalst, Bern, Brakel, Bruchem, Delwijnen, Gameren, Kerkwijk, Nederhemert (noord en zuid), Nieuwaal, Poederoijen en Zuilichem. De gemeente strekt zich uit vanaf Slot Loevenstein in het westen, waar de Maas en Waal samenvloeien tot voorbij de stad Zaltbommel in het oosten.
Meteen na het marktplein van Brakel doken we het Brakelse Bos in. De parkoersbeschrijving klopte hier niet meer geheel en markeringen waren er even niet meer. Daardoor liepen we even verkeerd. We kwamen langs de tuin van Huis te Brakel met het ruïneuze oude slot van Brakel omgracht, overwoekerd en al. Omdat er nog te weinig licht was, was dit niet het moment om hier een foto van te maken. Na het Brakelse Bos volgden enige lange asfaltwegen. We liepen nu naar Aalst. Ongeveer een km voor Aalst kwamen we langs een Dijkgraaf uit 1935. Een honderd meter verder stonden in een tuin een heleboel kaboutertjes en enkele (kunst-) sneeuwpoppen.
Aalst wordt in de negende eeuw Halosta genoemd. Volgens een akte uit het jaar 814/815 schenkt een zekere Baldericus, een Frank, enige stukken grond uit Halosta aan het Benedictijner klooster Lauris­heim bij Mainz. De naam van een cafetaria in Aalst herinnert nog aan de oude benaming. Later leest men Aloste (983) en Aelst(1133). Het Belgische plaatsje Aalst heet in het Frans nog steeds "Alost".
Gedurende de vijftiende en het grootste deel van de zestiende eeuw was Aalst in het bezit van de familie van Aalst. Door huwelijk erfde de familie Torck de bezittingen, daarna ging alles over in het bezit van het geslacht van Lynden. Aalst had ook een kasteel waarvan de laatste resten aan het eind van de negentiende eeuw zijn gesloopt.
Aalst is alleen van 1812 tot 1817 een zelfstandige gemeente geweest. Samen met Poederoijen vormde het tot 1955 één gemeente, maar vanaf dat jaar behoort Aalst samen met Poederoijen , Zuilichem en Brakel tot de gemeente Brakel (tot 1 januari 1999).
Toen we Aalst binnenliepen waren de wegen fraai versierd. In tuinen stonden talrijke zelfgemaakte voorstellingen, zoals een echtpaar in bed, een vrouw die de afwas moest doen, een echtpaar die aan het ontbijt zit en een man die bezig is met een jukebox. Het bleek dat hier in Aalst één maal in de twee jaar een 3-daags verlichtingsfeest wordt georganiseerd. En hier komen ook veel bezoekers op af.
pont bij nederhemert Buiten Aalst verlieten we na een kleine km een asfaltweg en dwaalden nu weer een tijdlang onverhard verder. Ruim 2 km volgden we een graspad langs de Eendenkade. We kregen weer asfalt onder de voeten en naderden nu Nederhemert-Noord (gemeente Zaltbommel). In Nederhemert-Noord staken we met een pont de Afgedamde Maas over. De pont lag al klaar toen we aan kwamen lopen. De pontbaas zei dat we nu even het tempo moesten inhouden, want we kwamen met een fors tempo aanlopen. Het was een kleine pont waar maximaal 3 personenauto's op pasten.
We liepen over de kasteellaan langs kasteel Nederhemert.
Het in 1945 geheel uitgebrande kasteel Nederhemert is het laatste grote oorlogsschadegeval van ons land. Het ligt schilderachtig verscholen in het groen te wachten op restauratie die het middeleeuwse gebouw moet redden van verder verval. Gedurende een zes eeuwen durend groeiproces ontwikkelde Nederhemert zich van een verdedigbare woontoren tot een veelhoekig bewoond complex. Het oudste gedeelte van Nederhemert, een rechthoekige woontoren uit omstreeks 1300, bevindt zich in het zuidoostelijke deel van het kasteel. In de kelder is een zeldzaam Boheems gewelf bewaard gebleven; daarboven bevond zich de begane grond en de verdieping, onderling verbonden door muurtrappen. De ingang bevond zich aan de tegenwoordige achterkant van het gebouw. Tijdens het tweede kwart van de viertiende eeuw werd een binnenplaats ommuurd met de genoemde woontoren op de zuidoosthoek, een rechthoekige toren op de noordoosthoek en een ronde toren op de noordwesthoek.
Het kasteel werd gerenoveerd en zou in 2005 klaar zijn. Voor een speeltuin sloegen we af en liepen over een pad van Staatsbosbeheer naar een Oude Schans, welke we overstaken. Over een zand/grintweg liepen we nu naar buurtschap Bern. Opnieuw staken we een water met een pont over. Ditmaal was dat de Bergse Maas. Ook hier waren we op dat moment de enige twee passagiers. Vanaf de pont maakten we een foto van de haven van Nederhemert-Noord met daarachter een molen. Aan de overzijde van de Bergse Maas stond een bank. We lieten ons hier verleiden tot een rust.
dorpspomp te Heusden Na het veer liepen we over een fietspad langs een industrieterrein en bereikten vervolgens Heusden. Heusden is een heel leuk oud vestingstadje. We liepen onder de Waterpoort door. Daarna liepen we onder een vestingmuur langs de jachthaven. We bestegen een trap en hadden nu uitzicht op de binnenhaven met daarachter eetcafé Havenzicht. Verder kwamen we langs de Visbank en het Kommiezenhuis. Na de plaatselijk kerk liepen we door de Wittebroodstraat. Tijdens onze wandeling door dit oude plaatsje keken we natuurlijk ook in alle fraaie zijstraatjes.
Drunen-Idstein wapen van Idstein De gemeente Heusden bestaat uit de plaatsen Drunen, Elshout, Vlijmen, Nieuwkuijk, Haarsteeg en Heusden. De voormalige gemeente Vlijmen had sinds 1972 een officiële jumelage met de Duitse gemeente Idstein, een stadje, dat gelegen is in het Taunusgebergte bij Frankfurt. De raad van de gemeente Heusden heeft besloten de jumelage met Idstein voort te zetten. In Idstein waren wij van 10 op 11 september 2001 met het lange afstandspad E1.
Daarna doorkruisten we Oudheusden. We staken een verkeersweg over en na een km bereikten we natuurgebied De Hooibroeken met eendenkooi. Hier doorheen liep een rustig asfaltfietspad. We kwamen uit op een dijkje, Zeedijk genaamd. Nu liepen we langs talrijke wielen (meertjes) zoals het Koppelwiel en verder kleinere naamloze wielen. Na de westkant van het plaatsje Elshout werd Drunen bereikt. Hier liepen we 1 km van de route af om verder met de bus naar Den Bosch te gaan. Vandaar met de trein naar Zaltbommel en opnieuw met een bus naar Brakel. Daarna reden we met de auto huiswaarts.
naar de top van deze pagina

Henri Floor & Coos Verburg