
Als eersten liepen we na het ontbijt naar een Billa voor de dagelijkse inkopen.
Daarbij kwamen we langs een opgezet treintje . We verlieten
Ernnstbrunn, staken een spoorlijn over en volgden een paar honderd meter een
drukke verkeersweg. Daarna sloegen we af en volgden veldwegen. Eerst liepen we
naar Gebmanns, later naar Hipples. Hier hadden we een rust.
Het tempo zat er bij
Coos niet zo in. Even voorbij Hipples volgden we een alternatieve route naar
Großrußbach. Hierdoor konden we asfaltwegen mijden. Toen we de korte broek
aantrokken, kwam er net een traktor aangereden. Omdat we geen verkeer
verwachtte, hadden we het een en ander midden op de grasweg uitgestald, dat we
nu even gauw moesten opruimen.
In Großrußbach dronken we wat bij een supermarkt. Na Großrußbach verlieten we
opnieuw de hoofdroute. Hierdoor meden we opnieuw een flink stuk asfalt en het
plaatsje Hornsburg. Vlak voor Untenoberndorf beklommen we de 365 meter hoge
Glockenberg. Van een echte beklimming was echter geen sprake. Het pad was hier
zo vlak, dat een markering de top moest aangeven. Vlak nadat we weer een
asfaltweg hadden bereikt, die ons naar Mannhartsbrunn zou leiden over een asfaltweg, sloegen we weer af.
Over veld- en grintwegen
bereikten we Pfösing. Ons pad daalde om ten slotte weer naar Manhartsbrunn te
stijgen. In Pfösing hadden we van een vrouwtje al gehoord, dat we hier in
Mannhartsbrunn konden overnachten. Het 3-sterrenhotel had donderdags rustdag.
Dus daar hadden we geen problemen mee.