Terug naar het overzicht van driedaagsen en vierdaagsen op de homepage van Henri Floor Terug naar de homepage van Henri Floor 1e lustrum van de 3 Zeeuwse Wandeldagen vanuit Goes

man leest boek Dit is het wapen van Goes.
Dit wapen is te vinden op de lokatie www.ngw.nl/indexgb.htm  
Deze site is mogelijk gemaakt door de 
Bank Nederlandse Gemeente te Den Haag Ontmoetingen met tientallen wollige dieren
Van 16 t/m 18 mei 1996 werd voor de vijfde keer de 3 Zeeuwse Wandeldagen vanuit Goes georganiseerd.

Eerste wandeldag, donderdag 16 mei 1996.
We verlieten de start in zuid-oostelijke richting. We staken de A58-snelweg over en liepen naar 's-Gravenpolder. Rond 8.50 uur liepen we deze plaats in en veel kerkgangers gingen op deze hemelvaartdag (voor de eerste keer deze dag) naar de kerk. Opvallend was dat alle meisjes en dames een hoed droegen. Later hoorden we dat velen die dag drie keer naar de kerk gingen.
De eerste grote rust hier was in de kantine van sporthal De Zwake op 8 km. Nu kwam de extra lus van de 50 km. Deze voerde in de richting van- en door Eversdijk. Heel mooi was in Eversdijk een grote beukenboom die solitair stond en waar om heen grafstenen stonden. Hier in Eversdijk was de eerste verzorgingspost. De tweede grote rust was dezelfde als de eerste rust.
We liepen 's-Gravenpolder over dezelfde weg weer het dorp in. Nu kwamen net de mensen uit de kerk. Veel meisjes en dames hadden hun hoed nu afgezet vanwege de sterke wind. Na deze grote rustpost op 18 km liepen we verder in de richting van de Westerschelde. Af en toe liepen we over de dijk langs de Westerschelde. Grote delen van de dijk waren echter afgezet voor de schapen.
Even voor Hoedekenskerke zagen we een ouderwetse stoomlocomotief rijden. In Hoedekenskerke was vlak voor de derde grote rust het plaatselijke stationnetje. Hier stond de stoomlocomotief stil. Later bleek dit het eindpunt te zijn van het toeristische spoorlijntje. De stoomtrein Goes-Borsele bestond 25 jaar en deze dag was het nationale stoomtreindag. Tussen Goes en Hoedekenskerke werd gereden met de locomotieven Bison, Enter en Bello. Hier in Hoedekenskerke was op 25 km de derde grote rust. De haven zag er niet groot uit en een oude roestige boot lag dwars op het zand in de haven. Buiten het café stond nog een feesttent en er stonden op de terrasjes een heleboel stoelen en tafels. Maar bij een temperatuur van rond de 9 graden was het maar een koude bedoening.
We zakten verder af in de Zak van Zuid-Beveland, zoals dit gedeelte van Zuid- Beveland wordt genoemd. Bij een monument van geallieerde militairen op de dijk bij Schellewoutsdijk verlieten we de dijk. We kwamen door het romantische dorpje Baarland. In de 14e eeuw stond hier het kasteel van de heren van Baarland. De resten zijn fraai gerestaureerd. In de Slotstraat kwamen we langs Huis Baarland, het voormalig koetshuis van Slot Baarland. Bij de verzorgingspost buiten Baarland hoorden we dat dit gedeelte van de spoorlijn particulier bezit was.
Op 35 km was de vierde grote rust in café 's-Lands Welvaren te Kwadendamme. We kruisten nog een paar keer het toeristische spoorlijntje en zagen, opnieuw bij een verzorgingspost een stoomlocomotief. Ditmaal trok de locomotief een geel/blauw gekleurd NS-treinstel. Voordat we in 's-Heer Abtskerke op 43 km de vijfde grote rust in de kantine van tennisvereniging De Lichte Wolk hadden, liepen we nog langs korenmolen De Korenhalm (die dateert uit 1876) te 's- Gravenpolder.
's-Heer Abtskerke is een klein dorp met een goed bewaard gebleven dorpskern. Op de kerkring bevindt zich nog de vaete, de drinkplaats voor de paarden. De totale afstand bedroeg die dag 48,5 km. Het zou de mooiste dag worden met vrij veel zonneschijn, doch met een maximum temperatuur van 12 graden. De eerste dag waren er ongeveer 640 deelnemers. Dat waren de deelnemers van de 3-daagse en de Ganzestaddagtocht.
Bij het afmelden kreeg iedere wandelaar een plastic zakje met een programmaboekje over de zeeuwse driedaagse en een aantal proefzakjes/flakons die allemaal te maken had met de voetverzorging.

Tweede wandeldag, vrijdag 17 mei 1996.
Na de start liepen we als eerste naar de spoorlijn in de richting van Vlissingen. Door natuurgebied Het Poelbos met wel 7 knuppelbruggetjes in het parkoers liepen we naar de A58-snelweg en staken deze over. Op 9 km was de eerste grote rust bij de sportvereniging te Heinkenszand. Buiten stond op een bord geschreven: Koffie plus Bolus 2,50. Wat een bolus precies was, wisten we niet. Maar we gingen er van uit, dat het een lekkernij was. Vaak was alleen de koffie al zo duur. Na een wat te lange rust (de bolus en de koffie smaakten zo lekker, zodat er nog een tweede volgde) vervolgden we en kwamen aan de rand van Heinkenszand langs een klompenmakerij.
Aangezien wij het 50 km parkoers volgden en ons tempo niet al te hoog lag, besloten wij hier voorbij te lopen, maar in de parkoersbeschrijving werden we van harte uitgenodigd. Na een aantal landbouwwegen kwamen we in een natuurgebied met enkele grasdijken. Tenslotte kwamen we bij een boerderij annex schaapskooi uit, De Kamerse Kooi. Dit was het winterverblijf van de rondtrekkende schaapskudde. De schaapskooi is in een oude stijl opgetrokken kooi, met zwarte gepotdekselde houten delen en een oud-hollands pannendak. Ook de informatiepost, die hier was, lieten we voor wat het was. De verzorgingspost was hier in de schaapskooi gevestigd. We zagen, dat hier schapen van onderen werden geschoren. De wol werd er nog niet afgeschoren, omdat het nog te koud was. Maar wel de vele modder die er onderaan hing.
Daarna liepen we verder naar Ovezande. Hier was in restaurant bar dancing R2 de tweede (en derde) grote rust op 21 km. Nu liepen we vrijwel rechttoe rechtaan op het plaatsje Ellewoutsdijk. Aan de waterkant, dus achter de dijk aan de Westerschelde lag troosteloos, in de motregen Fort Ellewoutsdijk en daarbij ook een verzorgingspost. Op 34 km was in Overzande de derde grote rust. Over onder ander de Brilletjesdijk liepen we naar Nisse.
Toen we Nisse binnen liepen kwamen we langs een groot fraai uitgevoerd hekwerk. Dit was het toegangshek in Lodewijk XV-stijl van het Huis Ter Nisse, dat het restant is van een oud kasteel. Nisse is één van de mooiste dorpen op Zuid-Beveland en heeft een prachtige 11e-eeuwse dorpsring. Midden op het dorpsplein staat een pomp in Louis XII-stijl, die in verbinding staat met de vaete, de paardendrinkplaats. Daarna liepen we naar de rand van Nisse waar in de kantine van een tennisclub de vierde grote rust was op 39 km.
Even voor deze rust zaten twee jongetjes van een jaar of 10 ieder in een rolstoel en daarbij was nog een meisje van een jaar of twaalf. Ze hadden het over een extra controlepost. We moesten van hen op een papiertje invullen welke afstand we liepen en uit welke plaats we kwamen. Via opnieuw een natuurgebiedje verlieten we Nisse. Bij kwekerij Westhof, de Fuchsia specialist bij uitstek, was nog een show van bloeiend assortiment. Maar door tijdnood lieten we deze show voor was die was en snelden verder richting finish. Langs 's-Heer Arendskerke werd 's-Heer Hendrikskinderen bereikt waar op 49 km de vijfde grote rust was. Hier lieten we alleen onze controlekaart afstempelen en snelden verder. We wilden namelijk op tijd (voor de officiële sluitingstijd van 17.30 uur) binnen komen.
Tot onze grote verbazing zat hier in alle rust nog de drankploeg. Groot was onze verbazing bij de finish toen de drankploeg daar ook al zat. Zij waren door de bezemwagen naar de finish gereden met de mededeling dat dit wel zo kon. Deze dag bleek de langste te zijn met 51,8 km. Na afloop zaten we de fotokopieën te bekijken waarop we de route, al wandelend hadden ingetekend. Eén van de organisatoren zag dat en vroeg of we de officiële ingetekende route wilden hebben. Nadat hij deze voor ons had gehaald, haalde hij ook de ingetekende routes van de eerste en de laatste wandeldag. De temperatuur bleef deze dag op 11 graden steken. Er waren ongeveer 525 deelnemers.

Derde wandeldag, zaterdag 18 mei 1996.
We vertrokken weer meteen nadat de meute vertrokken was. Door buitenwijken kwamen we eerst langs molen de Koornbloem. Aan de rand van de buitenwijken gekomen volgden we die rand over een dijk. Aan de ene kant zagen we weilanden waar koeien graasden en aan de andere kant die buitenwijken. Voor het Havenkanaal sloegen we af en volgde deze tot even voor Wilhelminadorp. Even voor Wilhelminadorp hadden we nog uitzicht gehad op het Goese Meer met daar omheen zeer luxueuze woningen.
Wilhelminadorp is een vrij nieuw dorp, dat in de 19e eeuw is ontstaan toen de Wilhelminapolder werd bedijkt. Oorspronkelijk heette de polder Lodewijkspolder, omdat Lodewijk Napoleon in 1809 besloot het gebied in te polderen. In 1815 kreeg de polder zijn huidige naam, naar de echtgenote van Koning Willem I. In Wilhelminadorp kregen we een krentenbol. Daarna liepen we door naar de jachthaven van Wilhelminadorp, Goesse Sas. Hier was de eerste grote rust in Café 't Loze Vissertje op 9 km.
Daarna staken we sluizen over en volgden de dijk langs de Oosterschelde. Hier waren verschillende mensen bezig met wormsteken op het wad van de Oosterschelde. Bij Kattendijke sloegen we af en via een omweg kwamen we opnieuw in Kattendijke (misschien om de 50 km vol te maken). Ons pad voerde hier over een grintweg met grove stenen. Daarnaast liep een grasdijk waar bovenop een mooi graspad liep. Maar daarvoor moesten we wel over een toegangshek klimmen. Dat was geen probleem. Maar aan het einde van die dijk gekomen, bleek hier geen normale uitgang te zijn. Alleen maar een prikkeldraadhek. Door liggend onder het prikkeldraad te kruipen konden we verder en hoefden niet terug te lopen.
Daarna zaten we weer op het normale parkoers. Over een polderweg liepen we opnieuw naar de Oosterschelde maar zagen deze nu niet. Het was hier enorm druk. Eerst dachten we even aan een striptease show. Maar het waren mannen en vrouwen die zich bij hun auto aan het omkleden waren en hun duikerspakken aantrokken. Het waren hier voornamelijk auto's met Belgische kentekens.
Via een camping en een natuurparkje bereikten we in Wemeldinge Hotel Vredebest. Hier was op 17 km de tweede grote rust. De groentesoep smaakte hier prima en was niet al te duur voor een hotel. We liepen door en om Wemeldinge heen. Vlak langs twee bij elkaar staande molens verlieten we Wemeldinge weer. Dat waren respectievelijke de Koren- en pelmolen Aelos, een stellingmolen uit 1869 en Korenmolen De Hoop, eveneens een stellingmolen, deze echter uit 1866.
In het nu komende gebied tussen Wemeldinge, Kapelle en Schore is veel fruitteelt. En dat was ook te zien aan de vele bloeiende appelbomen. We hadden nu wisselend motregen en gewone regen. Het woei niet al te hard en de paraplu's deden nu prima dienst. De temperatuur bleef, evenals de vorige dag op ongeveer 11 graden steken. In Kapelle bereikten we de derde grote rust op 24 km in de kantine van sporthal Groenewoud. Hier was tevens een verwarmd zwembad en het was hier flink warm.
Vanuit Kapelle zetten we (opnieuw) koers naar het Kanaal door Zuid-Beveland. Dit kanaal loopt van Wemeldinge naar Hansweert/Kruiningen. We staken het aquaviadukt over de A58-snelweg over en liepen even later door Schore. Hier was bij een kerk, vlak na een supermarkt, een verzorgingspost. Bij de verzorgingspost haalde ik wat extra's te drinken, maar Coos keek uit naar de verzorgingspost, die ze elk moment verwachte. Hier hoorden we dat we nog niet de laatsten waren, maar dat er nog drie man werden verwacht. We zaten hier in de lus voor alleen de 50 km lopers. Later hoorden we dat drie deelnemers waren overgestapt naar het 40- of 30 km parkoers. We waren dus, achteraf gezien toch de laatsten.
Buiten Schore liepen we recht op een dijk af en ik was zeer geïnteresseerd hoe het uitzicht achter die dijk zou zijn. Want die lange asfaltwegen begon mij al aardig te vervelen. Boven op de dijk gekomen, die we bereikten door dwars door het hoogstaande (natte) gras te klimmen, liep geen pad. Maar aan de binnenzijde van de dijk liep wel een pad. We hadden hier uitzicht op het Middelgat, een gedeelte dat tot de Westerschelde behoort.
We staken opnieuw de A58 snelweg over en liepen Biezelinge in. Maar voordat we goed en wel de plaats waren binnengelopen, verlieten we de plaats weer en via een omweg en een natuurgebiedje bereikten we de derde grote rust op 36 km. Deze was eveneens in sporthal Groenewoud te Kapelle. Nu zagen we enige jonge kinderen hier in badpak rondlopen. We verlieten Kapelle in noordelijke richting. In buurtschap Monnikendijk hadden we een verzorgingspost. Hier werd door één van de organisatoren meegedeeld dat we even voor de finish nog een ijsje kregen, als ze inmiddels al niet op waren.
In Kloetinge was de vierde grote rust op 46 km in de kantine van de plaatselijke voetbal vereniging. De voetbalwedstrijden, die daar die dag werden georganiseerd waren bijna ten einde en het was een enorme drukte van belang. Met moeite konden we in de mensenmassa's de mensen van de controle vinden. Ook de drankploeg zat hier nog. Later bleek dat zij zich 20 minuten na de officiële tijd zouden afmelden.
In 1817 werd Buys Ballot, de beroemde natuurkundige en de eerste directeur van het KNMI, hier, in Kloetinge, geboren. Via het recreatiegebied De Hollandsche Hoeve, waar op 49 km in Eethuis De Vierlinden de laatste grote rust was, kwamen we in het oude centrum van Goes met de haven en karakteristieke oude huisjes. We waren te vermoeid om hier rustig van te genieten.
Willem van Beieren verleende in 1342 stadsrechten aan de Zuidbevelandse havenplaats Goes, die in de loop der eeuwen kon uitgroeien tot een belangrijk handelscentrum. De totale afstand bedroeg deze dag 51 km. Bij het nadere van de finish begon de dag zich nog te herstellen en brak de zon door. Na een kwartier op de finish te hebben doorgebracht kwam iemand van de organisatie langs met de melding dat de ijsco's op moesten. Ondanks het feit dat de ijsjes nu gratis waren, waren er meer ijsjes dan belangstellenden.
De tocht was in het algemeen goed georganiseerd. Er waren elke dag vijf grote rusten. Deze waren echter niet altijd even gelijkmatig verdeeld over de totale afstand. Verder waren er tussen de grote rusten, verzorgingsposten. 95% van het parkoers was verhard. Als in de parkoersbeschrijving werd gesproken over onverharde wegen of paden, dan bleken het wegen of paden te zijn die verhard waren met grint of schelpen. Als wandelplaatje kregen we in kleurendruk, het Zeeuwse volkslied.
naar de top van deze pagina

Henri Floor & Coos Verburg