|
3e (alternatieve) Hanzestadtocht
|
In 1993 en 1994 had de LAT met groot succes een wandeltocht van 40 en 60 km
vanuit Zutphen georganiseerd. Wij vonden dat toen een hele mooie tocht. Omdat
deze tocht dit jaar niet officieel werd georganiseerd besloten wij zelf de tocht
na te lopen aan de hand van de routebeschrijving van het vorig jaar. Ook hadden
we een vrij nauwkeurige ingetekende route aan de hand van de eigen aantekeningen
in de jaren 1993 en 1994 tijdens de tocht gemaakt.
We konden nu zelf onze
starttijd bepalen. Omdat we met de trein op zaterdag 22 april 1995
naar Zutphen gingen, konden we niet
voor 8.03 starten, de aankomsttijd van de eerste treinmogelijkheid vanuit
Driebergen. Bij het overstappen in Arnhem troffen we wandelaars die of weg waren
naar een wandeltocht in Velp. Zij waren ook benieuwd waar wij heen gingen. Even
na acht uur vertrokken we uit Zutphen. We kozen voor het 60 km parkoers.
We hielden een Euraudax-tempo aan
Om zo goed mogelijk op tempo te lopen, hadden we vooraf achter elke
tussenafstand een doorkomsttijd neergezet op basis van een Euraudax tocht, dus
met een gemiddelde snelheid van 6 km per uur. De eerste 2 km voerde door de
fraaie binnenstad van Zutphen. In een buitenwijk, aan de Paulus Potterstraat,
stond een echtpaar op een hoek en opeens kwam de vrouw naar ons toegelopen en
zij vroeg ons geïnteresseerd of wij een wandeltocht liepen. Wij vertelden ons
verhaal en zij zei dat ze het vorige jaar ook aan die tocht had meegedaan. We
verlieten Zutphen en dwaalden nu een tijd door Warnsveld. Op de ramen van een
basisschool zaten twee grote kabouters geplakt met tussen hen in een
kabouterhuisje in de vorm van een grote paddestoel, compleet met ramen en een
deur. Door de bossen van Warnsveld verlieten we deze plaats. En op korte afstand
langs Huize "t Velde liepen we een stuk over het fietspad langs de N346
verkeersweg. We sloegen af en volgden ruim 2 km de Lage Lochemseweg.
Eerste rustpost op 11 km
We zagen enige grote boerderijen en even voorbij de Warkense molen hadden we op
11 km onze eerste rustpost van 10 minuten op een bankje. We aten wat boterhammen
en dronken het eerste van de drie AA-flesjes die we in onze heuptasjes hadden
meegenomen. Bij zo'n nalooptocht moet je je drankjes zelf meenemen. We staken
opnieuw de N346 over, hier Lochemse weg geheten, en liepen langs een schuur,
waar het vorige jaar de eerste officiële verzorgingspost van de LAT was. Nu was
hier een keuring van caravans door Veilig Verkeer Nederland. Eerst liepen we
daarop door het 16 ha grote landgoed Lacerta gevolgd door het 4 ha grote
landgoed Hackfort. Dit bosgebied is eigendom van Staatsbosbeheer en behoort niet
tot veel grotere landgoed Hackfort dat bij het gelijknamige kasteel ligt. We
verlieten de gemeente Warnsveld en over de Gazoorweg liepen we de gemeente
Vorden in.
Eerste afwijking ten opzichte van het voorgaande jaar
We kwamen bij het 28 ha grote landgoed Den Bramel. Een recent opnieuw geverfde
toegangshek sloot het landgoed af, waar wij het vorige jaar het landgoed
betraden. We moesten nu een omweg maken van enige honderden meters. Maar het
voordeel was, dat we nu langs twee "Anton Pieck"-bomen kwamen. We liepen voor
Huis den Bramel langs. Hier waren nieuwe houten afrasteringen gemaakt om
opdringerige mensen beter tegen te houden. We zagen hier heel veel wilde
bosanemonen bloeien. Van landgoed Den Bramel stapten we over op landgoed
Enzerinck. Na een korte bospassage op dit landgoed kregen we, op weg naar
Vorden, wat meer open terrein. In Vorden liepen we naar het centrum. Bij een supermarkt
lesten we onze ergste dorst. Daarna dronken we nog in alle rust een kopje koffie
bij Hotel Bakker. Hier in Vorden was tevens onze eerste grote rust van een half
uur. Langs een beekje verlieten we Vorden weer.
Veel wandelaars bij omgeving kasteel Vorden
Vlak voor Kasteel Vorden passeerden we een houten wandelwijzer. Hier wordt het
Pieterpad (LAW-9.1 en 9.2) gekruist door het Gelre
pad (LAW 2-3). We zagen in deze omgeving flink wat wandelaars, al of niet met
rugzakje. We liepen om Kasteel Vorden heen, waarin tegenwoordig het gemeentehuis
is gevestigd. We staken de Baakse Beek over. Langs een smal en rustig bospad zat
een paartje te genieten. Ze waren daar nog niet zo lang, want we hadden hen
ongeveer een half uur tevoren nog in het centrum van Vorden gezien. Hij viel op
doordat hij drinkend uit een limonadefles naar zijn auto liep. Even voor
buurtschap Linde stond een gedenksteen op de plaats van de in 1837 afgebroken
ruïne van de Lindense Kapel. Op 26 km hadden we een semi grote rust in Café 't
Proathuis te Linde. Deze rust werd maar 15 minuten omdat ik deze rust per
ongeluk op 10 minuten had gezet in ons te wandelen schema. Over rustige wegen
wandelden we nu eerst door de Lindese Enk overgaand in landgoed Onstein met
uitzicht op het grote Huize Onstein. Dit is een statig, omgracht landhuis uit
1711. De omringende tuinen zijn een goed voorbeeld van de strenge parkaanleg in
Le Nôtre-stijl (18e eeuw).
Een drietal rondjes
Op onze ingetekende kaart viel het op hoe dicht sommige punten bij elkaar
liggen. Punt 95 met een afgelegde afstand van 25,030 km ligt op maar 50 meter
afstand van punt 108 met een afgelegde afstand van 30,435 km. En punt 105, met
een afgelegde afstand van 29,235 km lag op maar 25 meter van punt 110 met een
afgelegde afstand van 31,535 meter. Later zou zoiets nog een keer voorkomen bij
de tussenafstanden 53,560 en 55,185 km. Bij buurtschap Kranenburg liepen we om
een kerkhof, waarvan de toegangspoort bewaakt werd door twee beelden in de vorm
van een engel met (lof)trompet. Net buiten Kranenburg troffen we bij een
spoorlijn op een hoek van een straat een bankje. En het was al weer tijd voor
een korte 10 minuten rust. We hadden nu 33½ km afgelegd. Via het vervallen
Huis Wientjesvoort kwamen we langs een kleine oude Joodse begraafplaats met zo'n
acht stenen.
Het pad liep dood
Even verderop liep ons parkoers dood, doordat de route afgezet was met hekwerk.
Gelukkig hadden we een (helaas enigszins onduidelijke) ingetekende route bij
ons. En daarmee konden we zo goed als het ging in ieder geval de goede richting
oplopen. Daarbij kwamen we nog langs het fraaie Pinetum op landgoed De Belten,
een botanische tuin waarin 1500 soorten naaldbomen bijeen zijn gebracht.
Uiteindelijk kwamen we toch op de Oude Borculoseweg uit. Op een vijfsprong
sloegen we af. Na 1½ km staken we de N346 (Vorden-Lochem) over en dwaalden nu
een kort tijdje over het grondgebied van de gemeente Lochem. Eerst liepen we
daarbij door de oostkant van het Klein Dochterensche Veld. Bij Huize Veldhuis
staken we de Berkel over en kwamen nu bij een voormalig ziekenhuis. Nu was dit
grotendeels een huis voor asielzoekers. Nu kwamen we bij het Twentekanaal.
Lopen over verboden gebied
Aan de toegangszandweg langs dit kanaal werden we verwelkomd door de borden: een
rond wit verbodsbord met rode rand en een blauw bordje met de tekst "verboden
toegang, ook voor hengelaars" en als laatste troffen we ook nog het bordje
"eigen weg" aan. We hadden hier geen zin om naar een variant te kijken, mede
doordat het voorgaande jaar het parkoers hier ook liep en het toen volgens de
bordjes ook al verboden was. Na ruim een km langs het kanaal te hebben gelopen
sloegen we af en kwamen nu in Almen aan. Op 48 km was daar de tweede grote rust
van een half uur. Het liefst hadden we hier weer wat bij de plaatselijke
supermarkt willen kopen. Maar de supermarkt was gesloten door het late uur
(17.50 uur) dat wij er aankwamen, want een andere rustmogelijkheid was Café De
Hoofdige Boer met pittige prijzen. Maar net voorbij de kerk zagen we een
friettent. We besloten daar wat drank te kopen. Voorbij Almen zat Coos maar uit
te kijken naar een grote plas waar we r.a. moesten. Het voorgaande jaar hadden
we de plas ook al niet aangetroffen en de tekst stond tussen haakjes.
Daardoor kregen we het idee, dat er tijdens het uitzetten van de tocht hier een
grote plas lag en dat dit toen voor de grap in de parkoersbeschrijving was
opgenomen. Maar dat men later vergeten was deze tekst weg te halen.
Paleisachtig landhuis
We staken opnieuw de spoorlijn Zutphen Vorden over en kwamen de bij het fraaie
Huis de Voorst. Dit is een paleisachtig landhuis dat kort voor 1700 werd gebouwd
op last van koning stadhouder Willem III. Het is een uniek voorbeeld van
barokarchitectuur in Nederland. De grootste opzet in
formele stijl van landgoed De Voorst is ontworpen door Arnold Joost van Keppel.
In de omgeving van het huis liggen restanten van de eerdere 17e-eeuwse formele
parkaanleg van de architecten Roman en Marot, ook in opdracht van Willem III.
Bij Huize Den Dam hadden we uitzicht op de sluizen van Eefde aan de IJssel. Na
Huize klaphek kwamen we wat meer in de bewoonde wereld. Langs de Politieschool
en de ijsbaan bereikten we het centrum van Zutphen. Toen we langs huisnummer 104
van de Graaf Ottosingel liepen, hoorden we een man aan de overkant tegen zijn
wandelmaat zeggen "hier op nummer 104 ben ik geboren".
Japanse Keizerlijke Garde, Brits-Indische bergartillerie en Zoeloeoorlog
Een paar honderd meter voor de finish kwamen we nog langs de Kruittoren. In deze
toren is een permanente expositie van ouderwetse speelgoedsoldaatjes
ondergebracht. Duizenden van deze soldaatjes, voornamelijk uit de periode 1874-
1914, staan in ruime vitrines tentoongesteld en zijn in originele
regimentskleuren beschilderd. Zo ziet u hier o.a. een boerenruiterij met
wagentransport, de Japanse Keizerlijke Garde (1910), een Brits-Indische
bergartillerie op muilezels, een olifantenwerkgroep uit Brits Indië, beelden uit
de Zoeloe-oorlog (1879), de Turks-Ottomaanse Infanterie (1896), een
woestijnoperatie en het Brits Legioen voor Garibaldi's Engelse
vrijwilligersleger. Na 12 uur en 20 minuten bereikten we de finish. De totale
afstand bedroeg 60,765 km.
|
Henri Floor & Coos Verburg |