|
Breda en omgeving
|
Straten, huizen en groenvoorzieningen. Geen stad is wat ze lijkt te zijn. Een stad is één en al verandering. Altijd worden wel ergens pleinen of plantsoenen gerenoveerd. Leidingen vernieuwd. Er gaan huizen tegen de vlakte. Oude gevels krijgen een opknapbeurt. Ergens weerklinkt het slaan van de heipalen. Nieuwe gebouwen verrijzen. Complete wijken. Een industrieterrein. Er is druk verkeer. In winkelcentra en promenades banen mensen zich een weg in de menigte. Verder weg, in de nabijheid van een park leggen archeologen de resten bloot van een Middeleeuws Begijnhof... U bevindt zich in Breda.
Ziet u het voor U? Breda is een stad met een veelbewogen verleden. Een verleden dat niet onder de grond verborgen ligt. Integendeel. Breda is rijk aan sporen uit vervlogen tijden. Monumenten, verwijzingen en gedenktekens. Samen geven ze u - in fragmenten - een beeld van hoe het geweest kan zijn... Wandelt u de Historische Kilometer, dan gaat u - op een enkele uitzondering na - door het oudste stadsdeel van Breda. Breda. De naam is ontstaan uit de samentrekking Brede Aa. En duidt op de plaats waar de Mark en Aa samenstromen. Hier bouwde ooit een Brabantse edelman een burcht en vestigden zich gaandeweg boeren, vissers en schippers die op hun beurt koop- en ambachtslieden aantrokken...
In de 16e eeuw worden de verdedigingswerken bij de haven versterkt met twee zware vijfhoekige torens, verbonden door een tussenmuur. Een eeuw later wordt in deze muur een waterpoort naar de binnengracht aangelegd. En ontstaat -wat nu heet- het Spanjaardsgat. In de strijd tussen de Noordelijke Nederlanden en de Spanjaarden is Breda maar liefst zes keer van bezetter gewisseld. Eénmaal door de list van de turfschipper. Die de belegeraars onder zijn lading tot achter de vijandelijke linie wist te smokkelen. Dit alles zou bij het Spanjaardsgat hebben plaatsgevonden... In de tweede helft van de 19e eeuw begint voor Breda een bloeiperiode van handel en nijverheid. De aansluiting op het spoor ontsluit Breda voor nieuwe industrieën: Kwatta. Etna. Hero. In de stad worden tramnetten aangelegd voor de aanvoer van goederen. Paardetrams. En stoomtrams. U hoort ze naderen. Het gesis van ontsnappend stoom. Het gestamp van de zuigers. U ruikt brandende kolen. Een tram raast voorbij... In 1942 worden Ginneken en Princenhage geannexeerd. En ook na de Tweede Wereldoorlog blijft de stad zich uitbreiden. In de jaren '60 verrijzen complete wijken: Heusdenhout, De Hoge Vucht en IJpelaar. En 10 jaar later start de bouw in de Haagse Beemden. Inmiddels Breda's grootste wijk. In het zuidoosten van de stad komt de komende jaren de nieuwbouwwijk Nieuw Wolfslaar van de grond; ook in het noordoosten (tot aan Teteringen) wordt volop gebouwd. Monumenten
Breda verwerft stadsrechten in 1252. Is daarmee één van de eerste stadjes van noordelijk Brabant. Om het plaatsje goed te kunnen verdedigen, wordt het aan het begin van de 14e eeuw ommuurd. Rondom de stad liggen de singels. Op strategische punten staan houten wachttorentjes. Onder invloed van de Hollandse Edelman Jan van Polanen ontstaat een klein Middeleeuws stadje. Ziet u het voor u? Houten huizen. Herbergen. Druk bevolkt. Nauwe straatjes en deels onbestrate paden. Zonder riolering. U hoort het slaan der koperslagers. De ketellappers. De schoenmakers. U wandelt langs lakenwevers, mandenmakers en andere ambachtslieden.
En op dinsdagochtend (precies zoals nu) bezoekt u de weekmarkt. Die is er sinds 1321 tot op de dag van vandaag.
Of u nu in de Middeleeuwen leeft of in de 90-er jaren van de 20e eeuw... er is één monument waaraan u als naderende reiziger Breda al van verre herkent.
De toren van de Grote of Onze Lieve Vrouwe Kerk. Overigens ook dominant in beeld vanaf vrijwel elk punt in Breda. In totaal is er 125 jaar aan gewerkt. Het bouwwerk is rijk bewerkt aan de buitenzijde en heeft, zelfs na de beeldenstorm van 1566, een indrukwekkend interieur.