Het verslag begint onder de foto

Start- en landingsbaan vliegbasis Soesterberg

lle seizoenen zijn prachtig en met name de herfst. Bomen en struiken zijn dan op z’n mooist, een kleurenpracht in een ongepolijste natuur. Als de verkleuring is voltooid vallen de bladeren van de bomen, zelfs bij windstil weer. Naast dit fraaie natuurverschijnsel gaan we tijdens onze wandeling verschillende landgoederen met imposante landhuizen bekijken en als moment suprême stiefelen over de brede start- en landingsbaan van de voormalige militaire vliegbasis Soesterberg. Dit vindt allemaal plaats bij de Dolderse Boschtocht in en rondom de Utrechtse plaats Den Dolder, waar we te gast zijn bij voetbalvereniging D.O.S.C. Hier heeft WS78 haar start- en finishbureau in de kantine van de club mogen inrichten. Voor ons is dat geen onbekend adres, want op 10 februari 2018 tijdens de WS-wandeling ‘Sporen bij een vliegbasis’ vanuit Amersfoort hebben we hier een rustpost gehad. De goede samenwerking was beide partijen uitstekend bevallen en voor herhaling vatbaar. Hemelsbreed ligt Den Dolder nog geen 30 km van mijn woonplaats. Het is nog donker als ik de voordeur achter me dicht trek en naar het station loop. Op station Weesp ontmoet ik Martijn Biesmans in een opvallend outfit. Vandaag is hij ook weer eens van de partij en samen reizen we via Amersfoort naar Den Dolder. In Den Dolder verlaten we uitgerust het treinstel en de wandeling naar de kantine van de sportclub kan beginnen. Aldaar ligt een drietal tokens op iedere deelnemer te wachten. Het plastic geld is, onderweg, in te leveren bij de verzorgingsposten en goed voor een kopje soep, een bekertje koffie of limonade en een stukje fruit. Kortom, WS voldoet aan haar zorgplicht.
Zandverstuiving
Zandverstuiving

ok vandaag zijn de eerste wandelaars al op pad als we het startbureau binnenstappen. Nadat we ons hebben aangemeld gaan we over tot actie. Inmiddels heb ik m’n rugzak vastgebonden en de routebeschrijving ter hand genomen. Qua weer zit het vandaag wel goed. De verwachting is dat het kwik kan oplopen tot zelfs 22° Celsius en dat voor eind oktober. Samen met Martijn verlaat ik het sportpark en ga op weg naar het Okkersbos. We volgen de schildjes en gele lintjes van de route en weldra bevinden we ons in het bos. Het eerste dat opvalt is het palet aan herfstkleuren. De paden liggen bedekt met bladeren. Plotseling klapt mijn enkel dubbel gevolgd door een hevige pijnscheut. Onder het bladerdek trapte ik op een boomwortel en juist die liggen nu verscholen aan het zicht van de wandelaar. Met m’n spierenstelsel zit het wel goed en langzaam ga ik verder. Geleidelijk verdwijnt de pijn tot ik niets meer voel. Door die misstap ben ik alert. We stiefelen door het Okkersbos en halen enkele wandelaars in. Het is wel een kwestie van het juiste pad volgen. Maar ja, zo gaat dat ook in het gewone leven, nietwaar! Over diverse bospaadjes komen we bij een open vlakte. Het zijn de Biltse Duinen waar we door een zandverstuiving ploeteren. Het is een woestijn op postzegelformaat. De duinen is een plek waar de wind de zandgronden streelt. In de 19e eeuw had Nederland 78.600 ha aan stuifzandgronden. Thans is er nog zo’n 1400 ha over. Stuifzanden zijn Europees beschermd en op die vlaktes moeten we zuinig zijn. De plekken dienen goed te worden onderhouden. De grootste bedreiging is het dichtgroeien van het gebied, daarom worden jonge boompjes regelmatig verwijderd. Naast het stuifzandgebied van de Biltse Duinen en de Lange- en Korte Duinen zijn stuifzandgebieden met name te vinden op de Veluwe en in Noord-Brabant. Ook vindt men gebieden in de provincies Drenthe, Overijssel, Limburg en op de grens van Friesland-Drenthe.
Heideveld met kudde schapen
Meidoornbesgeweizwam

woegend door het indrukwekkende landschap naderen we de plaats Huis ter Heide. Na 9,9 km staan we bij de soeppost en krijgen van een de crewleden een bekertje met tomatensoep aangereikt. Martijn had liever pomodorisoep gehad. In een plastic bakje ligt een aantal tokens van wandelaars die ons zijn voorgegaan. De soep smaakt prima. Het behoort tot de categorie verwennerij. Eigenlijk liepen we ons er al een poosje op te verheugen. Gelaafd gaan we op weg met het doel de volgende rustpost in Zeist. In een gelijke tred marcheren we als een tweemansleger voorwaarts. Als de plaats Huis ter Heide achter ons ligt struinen we weer door een bos. Het ene na het andere bospaadje volgt. Voor ons is het momenteel bos-, bos-, bos-, bos-, bos-, bos-, bos-, bos-, bos-, en nog eens bos-, bos-, bospaadjes volgen tot we aan de rand van het bos bij een heideveld arriveren. Hier graast een kudde schapen. Even blijf ik staan om van het panorama te genieten. Daarna is het weer de ene voet voor de ander plaatsen. We hebben zo’n 17 km afgelegd, waarvan 21 km door het bos. Haha! Langs de kant ziet Martijn een bijzondere zwam. Zijn blik is scherper dan die van mij. Dat moet een geweizwam zijn, meld ik. Later zal ik het uitzoeken. Mijn zoekwerk duurde nog geen halve minuut voor ik het juiste zwammetje te pakken had. Voor toelatingsexamen van de quiz ‘Twee voor twaalf’ ben ik glansrijk geslaagd. Het is een zwam die behoort tot de groep knots- en koraalzwammen. Eigenlijk verraden de rode besjes al haar naam, een ‘meidoornbesgeweizwam’.
Tunnel gegraven in aarden wal
Uitzicht boven op de aarden wal

nmiddels heeft een andere wandelaar zich bij ons aangesloten. We volgen de markeringen. Een geel lintje is van schrik wit geworden. We klimmen over een aantal afrasteringen die voorzien is van een trapje met direct daar achter een klaphekje en bevinden ons dan in een prachtig weids gebied. Even later lopen we door een tunnel. De tunnel is gegraven in een aarden wal. In de tunnel maakt het pad een bocht naar links. Het is er pikkedonker en we zien geen hand voor ogen. Tjonge, dit is een hoogtepunt in de wandeling. Midden in de tunnel staat Erik Dikken. Hij schijnt met een zaklamp om het lopen voor de wandelaars makkelijker te maken. Dat noem ik nog eens meedenken. Na de tunnel betreden we een trap om boven op een heuvel te komen. Hier hebben we een riant uitzicht op de omgeving met diverse vijvers. Wederom een zenitmoment. Gaan een trap af en komen vervolgens bij een andere tunnel. Deze is korter en maakt geen bocht. Daar is licht aan het eind van de tunnel. Over een smal paadje blijven we rechtdoor lopen. Bij een viersprong hangt een lintje naar rechts en gaan het pad volgen. Ik krijg een naar gevoel als ik geen lintjes of schildjes meer ontdek. In de verte loopt een wandelaarster, hopelijk gaat ze goed. Op een brede viersprong weten we het zeker, we zijn fout. Later blijkt dat paljassen enkele lintjes hebben verhangen om de boel in de war te schoppen. Achter ons heeft Erik de wanorde hersteld waardoor andere wandelaars niet in dezelfde fout gaan. De wandelaar die eerder bij ons tweeën is aangesloten blijkt over een geheim wapen te beschikken, een smartphone met googlemaps. We zijn 1,8 km in de verkeerde richting gelopen. Geluk dwing je af en pech onderga je. Als Antoine erbij was, had ik een aantal nieuwe varianten op een bijbeltekst gehoord. Met de smartphone in de hand lopen we terug en zijn na ongeveer een kwartier bij de rustpost waar sv Phoenix Hockeyclub zetelt. We zijn in Zeist, officieel zouden we hier 21 km hebben afgelegd. Baas boven baas, wij doen het voor 24,6 km. In de kantine bevinden zich heel wat wandelaars die we eerder gepasseerd zijn, maar we krijgen een tweede kans. Een frisdrankje en een broodje kroket en we gaan op pad voor de tweede helft.
Smalpaadje over aarden wal langs vijver
Start- en landingsbaan vliegbasis Soesterberg

e rugzak om de schouders en in de achtervolging. De komende kilometers gaan door bos en ... . Bij een park zoeken we naar een markering. Kijken naar links en naar rechts, maar kunnen niets ontdekken. We gaan niet stomweg een pad volgen, want we hebben ons lesje inmiddels geleerd. Nu moet ik toch echt naar Specsavers toe. Nee hoor, ergens aan een boom wappert een geel lintje. Het hangt er een beetje ongelukkig, volgens ons. In het park vinden herinrichtingswerkzaamheden plaats en sommige bruggetjes zijn met hoge hekken afgezet. Via de Lindenlaan — wie leerde daar lotje lopen — zijn we op weg naar de koffiepost in Huis ter Heide. Inmiddels hebben we verschillende wandelaars voor de tweede maal ingehaald. Bij de koffiepost drink ik een beker limonade en daarnaast werkt Martijn een warme worst weg. Begrijp me niet verkeerd, het is een HEMA-worst. Zo’n vette, gelardeerd met een klodder mosterd. Na 500 meter staan we voor het Keienhuisje. Het theehuisje is voorzien van een fronton als verwijzing naar een Griekse tempel. Het romeinse jaartal MDCC (=1700) verwijst naar een gefingeerd bouwjaar. We laten het bouwwerk links liggen en stiefelen door het Blookerpark. Twee kilometer verder bevinden we ons op de voormalige vliegbasis Soesterberg. Het volgende hoogtepunt in de wandeling is het struinen over de start- en landingsbaan. Jemig, wat een lengte en een breedte. Het vliegveld was de bakermat van de militaire luchtvaart in Nederland. In 2008 is de vliegbasis vanwege bezuinigingen op defensie gesloten en opgeheven. Bezuinigen, bezuinigen, tot de boel kapot is. Na de startbaan is een aantal andere brede wegen met shelters aan de beurt. Via een onverhard pad wandelen we langs een landingsbaan waar zojuist een zweefvliegtuig de landing heeft ingezet. Je hoort het toestel voorbij suizen en dan raken de wielen de grond en de piloot heeft zijn toestel veilig aan de grond gezet.
Zweefvliegtuig
Piloot zet de landing in

ver een radarheuvel verlaten we de vliegbasis en volgen enkele bos- en heidepaadjes. De HEMA-worst is Martijn goed bekomen. Over een stuwwal volgen we een smal pad. Het paadje gaat alsmaar op en af, een aanslag op de conditie. Het is oppassen voor de boomwortels die op het pad liggen. Ons tempo is daarom gezakt. Martijn loopt vooruit en is opeens niet meer te bekennen. De fruitpost bevindt zich op 37,4 km en daar ligt een heerlijke mandarijn of peer op ons te wachten. Uit een doos mogen we een van die vruchten pakken. Ik kies voor een peer daar ben ik namelijk dol op. Het is warm en Martijn heeft gezorgd voor een flesje bronwater. We nemen samen plaats op een bankje. Het struinen door zand en over heuvelachtige paden heeft daaraan meegewerkt. Een peer tegen de dorst peuzel ik op en daarna gaan we op pad voor de laatste kilometers. Stap voor stap naderen we het eindpunt. Hier bestaat de route uit een aantal bospaden tot de buitenwijk van Den Dolder in beeld komt. Een paar minuten voor op ons schema — die we tweemaal hebben verlegd — bereiken we de finish. Aldaar melden we ons af en hebben tijd in overvloed eer de Sprinter in de richting van Baarn vertrekt. Deze minuten gebruiken we om onze onderdanen ietwat rust te gunnen en met enkele wandelcollegae een babbeltje te onderhouden. Dan breekt de thuisreis aan en mogen we gefaseerd nog twee kilometer wandelen voor de cooling-down. Dit gebeurt langzaam met een rolkoffertje achter me aan. Kortom, het is een dag waar we veel plezier aan hebben beleefd. Dat kan men ons niet meer afpakken. Tot ziens bij de ‘Gooi en Eemlandtocht in Bussum.
Alex Wijsman