Het verslag begint onder de foto

Klompenmakerij te Wilp

p 18 oktober 2021 wandelde ik samen met Antoine Hunting de Landgoederen langs de IJsseltocht vanuit het Gelderse Twello. De laatste kilometers van die tocht liepen we samen met Cees v.d. Berg, organisator en woonachtig in Twello, waardoor wij niet meer op de WS78 lintjes, schildjes en parcoursbeschrijving hoefden te letten. Gewoon lekker doorstappen, om je heen kijken en van de natuur genieten. Het werden gezellige kilometers die nog in ons geheugen gegrift staan. Tijdens die tocht maakte Cees ons enthousiast voor de klompenfeestwandeltocht van vandaag en Antoine en ik gaven meteen aan dat wij bij leven en welzijn aanwezig zijn. Belofte maakt schuld. De dag voorafgaand aan de wandeling togen Cisca en ik op naar Twello om intrek te nemen in hotel Taverne, waar we al diverse keren gelogeerd hebben. Een prima adres en ik ben ‘s morgens op tijd bij de startgelegenheid. Met Antoine heb ik een afspraak om samen vanaf het hotel naar het sportpark te rijden waar het startbureau bij s.v. Voorwaarts is ingericht. Als wij het sportpark betreden zijn er al een boel wandelaars op pad. Even later geldt dat ook voor ons. We wandelen door een woonwijk met veel groen, bomen en vogels. Het zonnetje laat zich steeds nadrukkelijker zien en met een heerlijk briesje zijn dat ingrediënten om het de wandelaar gerieflijk te maken. Bij korenmolen De Volharding uit 1898 is alles nog in ruste. Al snel bevinden we ons in het kabouterbos. Overal staan kleine kereltjes met witte baarden en puntmutsjes. Langs het wandelpad, achter bomen en struiken, bij paddenstoelen en voor hun woninkjes. Ze zien er leuk en schattig uit, maar als er meer bijkomen en niet inburgeren kan het een probleem worden. In het bos ontdek ik schildjes van het Fliertpad, een klompenpad met een opstappunt bij het station van Twello. Het paadje kronkelt door het bos. Tussen de hoge beplanting proberen we ons een weg te zoeken.
Klompenmakerij te Wilp
Klompenmakerij te Wilp

enmaal op een asfaltweg uitgekomen wandelen we langs Huize Kruisvoorde, een monumentaal landhuis. Oorspronkelijk was het bouwwerk een havezate, een versterkt huis, hofstede of hoeve waar de adel zich vestigde. Na 8 km staan we bij de koffie- en soeppost. De verzorgingspost is ingericht bij Stoomhoutzagerij ‘Wilpsche Dijk’ in Wilp. Een prima locatie. Een dame meldt ons dat ze de eerste wandelaars pas om 09:30 uur verwachten en dat de koffie daarom nog niet klaar is. Wel een beetje vreemd als andere wandelaars het vocht al uit een kartonnen bekertje slurpen. Maar we hebben er geen problemen mee. Omdat we er toch zijn gaan we bij de houtzagerij en klompenmakerij een bezoekje brengen. Uit de schoorsteen van een stoommachine komt rook en dat trekt onze aandacht. Door middel van die stoommachine wordt een honderd jaar oude horizontaalzaag aangedreven en het hout van populieren en wilgen wordt tot planken gezaagd. Ook nemen we een kijkje bij het oude ambacht waar klompen uit een boomstam worden gemaakt. Lawaaierig, maar indrukwekkend! Na de bezichtiging gaan we niet gelaafd weer op pad.
Koeien in de modder
Blik op de IJssel

ia een grasdijk stiefelen we naar de buurtschap Steenenkamer en even later komt de Bolwerksmolen Deventer in ons vizier. We lopen langs de aanlegsteiger van voetveer Deventer De Welle-De Worp en langs de stadscamping om daarna door de uiterwaarden van de IJssel te struinen. Jemig, wat is het hier fantastisch. Over een aantal bruggetjes bereiken we het Eiland de Binding. Twee koeien zakken daar diep weg in de modder en hebben opeens kleine pootjes. Toch weten ze zelf uit de prut te komen om er even later weer in weg te zakken. Het pad langs de rivier blijven we volgen tot bij het Toevoerkanaal en gemaal Terwolde ofwel gemaal Mr. A.C. Baron van der Feltz. Hier halen we een wandelvriendin in en gezamenlijk lopen we via de Bandijk naar de rustpost bij Brasserie Kriebelz in Terwolde. Een imposante locatie waar het heerlijk toeven is. Eenmaal uitgerust gaan we nu gelaafd weer op pad. We volgen leuke paadjes van het Tuylermarker- en Niebroekerpad om weer terug te komen bij gemaal Terwolde. Na eerst een klaphekje achter ons te hebben gesloten, klimmen we over een hekwerk om over een smal paadje langs het Toevoerkanaal te struinen. Het is warm en de dorst neemt bij ons toe. De temperatuur is inmiddels opgelopen tot 29° Celsius. Op circa 24 km is er een rustpost bij korenmolen De Ooievaar. Ook dat is een prima locatie en we nemen plaats op het terras om van een welverdiend drankje te genieten. Als we willen mogen we de molen bezoeken, maar dat aanbod slaan we vriendelijk af. Via de buurtschap De Wijk wandelen we in noordelijke richting. Ik vraag Antoine of hij soms trek heeft in een flesje perensap. Hij kijkt mij verbaasd aan en vraagt: ‘Hoe kom jij nu aan perensap?’ ‘Nou gewoon, ergens uit een koelkast’, is mijn antwoord. Dus wij op weg naar de koelkast. Bij een afslag voor een weiland verlaten we het parcours en wandelen nog een honderdtal meter rechtdoor.
Paadje langs maďsvelden
Paadje langs maďsvelden

ij een theetuin staat een kraampje met ernaast een koelkast. Ik open de deur en een aantal flesjes met perensap lacht me tegemoet. Hoe wist je dat? Ach, toen Willibrordus met zijn gevolg de dorst wilde lessen sloeg hij met zijn staf op de grond waardoor er een bron met water ontstond. En ik had even contact met de broer van Zanussi. Antoine gooit een aantal muntstukken in een spaarpot en ik pak de gekoelde flesjes uit een rek. Het is een godendrank. Vanaf de andere richting komt een groepje wandelaars aanzetten. Ze zien ons drinken. Een van hen vraagt of dit een verzorgingspost van de vereniging is. Waarop ik mijn hoofd schud. Neen, we zijn hier bij een theetuin en daar is wel het een en ander te verkrijgen. Is het gratis, vraagt een van de wandelaars. Jezus, daar zijn wandelaars die alles gratis willen. Dat is ook de reden waarom ik een hekel heb aan georganiseerde tochten met korte afstanden. Gratis, gratis, ja voor niks gaat de zon op en ik verwijder me van de groep gevolgd door Antoine. Hij kan dat in vloeiend Achterhoeks beamen. We volgen een aantal smalle paadjes met hier en daar een opstapje om over een hek te klauteren en in het volgend weiland verder te struinen. Bij zo’n opstapje staat een vrouwtje van gering postuur. Eigenlijk is ze klein. Ze heeft moeite om op het opstapje te komen. Na diverse pogingen houdt ze het voor gezien en ziet ons naderen. Ik kom niet over het hek heen, zouden jullie mij willen helpen, vraagt ze. Nou, wij zijn niet te beroerd en steken een helpende hand toe. Eerst klimt Antoine over het hek en kan haar daar eventueel opvangen. Ik sta voor het opstapje en aarzel. Tja, wat moet ik doen? Het klassieke kontje geven of haar bij de rugzak omhoog duwen. Het eerste is eenvoudig, maar dat kan problemen opleveren. Ik kies voor de veiligste weg en duw haar tegen haar rugzak omhoog. Hopelijk worden we op deze manier niet aangeklaagd, zeg ik terloops. Aha, bedoelt u met aanklagen soms ongewenste intimiteiten, zegt ze! Neen hoor, onze hulp is nooit ongewenst. Blij om veilig aan de andere kant van het hek te staan, bedankt ze ons vriendelijk. Dat genoegen was wederzijds, maar er volgen straks nog drie hekjes. Ach, dan helpen jullie me zeker weer, zegt ze op een vragende toon. Ja hoor, en ongemerkt verhogen we ons tempo. We stiefelen langs landerijen waar stroken zijn begroeit met bloemen. De bloemenstroken bevorderen de biodiversiteit en zorgen voor een vermindering van schadelijke meststoffen. De stroken trekken wormen, kevers en larven aan, maar ook bijen en vlinders. Insecten trekken weer vogels aan waardoor er een bloeiende en boeiende natuur ontstaat.
Tuylermarkerpad ten zuiden van de buurtschap De Wijk
Theetuin met verfrissende producten

ij de koffie- en soeppost op 29,7 km zijn we terug in Wilp bij de Stoomhoutzagerij. Behoudens een kopje koffie is er niets te verkrijgen. Met grote uitzondering krijg ik een bekertje water aangereikt. Deze brave mensen met goede bedoelingen zijn niet gewend om wandelaars te ontvangen. Het is warm en het blijft dorstig weer. De keel schuurt en moet gesmeerd worden. Dan hoor ik het bekende melodietje van mijn mobiele telefoon. Cisca belt om te vragen op welke afstand we ons bevinden. Nog vier kilometer en dan is de klus geklaard, weten we haar te melden. Cisca zit als een vorstin op het terras bij Hotel Taverne in Twello en wacht tot wij komen. Als we arriveren staat er in enkele ogenblikken een koel drankje voor ons klaar. Alsof er een engel over je tong fietst. We hebben nog 1,6 km te gaan en moeten ons in het centrum van het dorp, waar allerlei kraampjes langs de weg staan, door een drukke menigte persen. Daardoor missen we de fruitpost en dan zijn we terug op de plek waar we ons kunnen afmelden. Ik ontvang een plaatje voor het wandelboekje en lever al mijn ongebruikte fiches in. Het was een magnifieke wandeling onder prachtige weersomstandigheden. Tot slot wil ik iedereen bedanken die deze tocht mogelijk heeft gemaakt en tot ziens bij de Zwolse zwerftocht in Zwolle. Maar dat is pas rond half oktober.


Alex Wijsman