Rottige Meente wandeltocht

Op zaterdag 5 maart 2016 organiseerde FLAL de Rottige Meente wandeltocht. De start was vanuit zalencentrum Dalzicht te Oldemarkt.

De Friese veenpolders - Brandemeer en Rottige Meente - waren minder dan een eeuw geleden het toneel van mensonterende om­stan­dig­he­den, nu zijn het rijke natuurgebieden. Een uitbundig planten- en dierenleven, met in de Rottige Meente zelfs otters die vanuit de nabijgelegen Weerribben zijn komen aanzwemmen. Drie Friese natuurparels, met dank aan de veenarbeiders.

De mannen zwoegden van donker tot donker in het natte laagveen om zo veel mogelijk turven uit de bodem te halen. Genieten was er voor de veenarbeiders niet bij. Turfwinnen was méér dan hard werken. Het landschap dat zij achterlieten is wel degelijk om te genieten. De uitbundige natuur van de Veenpolders is een mozaïek van water en land, riet en trilvenen, bloeiende graslanden en petgaten

De startlocatie werd niet probleemloos bereikt. We hadden om 8.30 uur een regiotaxi gereserveerd vanaf station Steenwijk. Met de trein waren we in Zwolle met een vertraging van 20 minuten gearriveerd. In Zwolle hadden we een overstaptijd van 11 minuten op de trein naar Steenwijk, waardoor deze overstap niet gehaald werd. Vanuit de trein had ik al opgebeld naar de regiotaxi en had deze nu voor 9 uur gereserveerd. Maar toen ik in Zwolle aankwam bleek de trein van een half uur later uitgevallen te zijn. Opnieuw belde ik naar de regiotaxi en verzette de reservering naar 9.30 uur. Niet veel later werd ik door Connexxion, de vervoerder van de regiotaxi, gebeld. Hij vroeg of ik in Zwolle opgehaald wilde worden. Dat wilde ik natuurlijk wel. Een half uur later, zo rond 8.55 uur kwam de regiotaxi aangereden. De rit naar Oldemarkt duurde 35 minuten zodat ik even na half tien bij de start arriveerde. Ik kon zowaar nog op de 40 km startten.

De dame van de taxi bleek in Zwolle te wonen. Zij was eerst naar Steenwijk gereden omdat ik daar had afgesproken. Daarop werd ze gebeld of ze naar Zwolle wilde rijden om mij op te halen. Hoewel het vanaf Zwolle veel verder rijden is naar Oldemarkt dan vanaf Steenwijk, werd toch de afgesproken ritprijs van € 7,35 gerekend.

Even na half tien begaven wij ons op pad. Meteen bij de start was de splitsing van de 25 km met de overige afstanden. Omdat wij de 40 km liepen, was het heel rustig. Vlak voor ons liep een persoon alleen. Maar nog voor het bereiken van de eerste bospassage was hij al uit het zicht verdwenen. Het was deze dag behoorlijk fris bij de start. Het was flink mistig en de temperatuur lag nog onder nul. Na een oude begraafplaats sloegen we af en na een km lopen, gerekend vanaf de start, werd de eerste bospassage bereikt. Over een smal pad langs een afrastering liepen we het bos in. Door de vele regen in de voorgaande periode was het pad flink modderig. Langs de rand van het pad of door een tijdelijk gemaakt pad door voorgangers, liepen we behoedzaam door het bos. Het had niet zo hard gevroren dat de paden bevroren waren.

Na de eerste bospassage was de splitsing met de 60 km route. Tweemaal een afslag naar links naar landgoed Spin­ners­kaam­pe negeerden we. Het fotograferen beperkten we nu tot objecten dichterbij vanwege de mist. We kwamen uit op de Oosterpaaslooërweg. Op een splitsing met de Lijsterbeslaan heette de weg Eikenlaan. Deze werd spoedig verlaten voor een fraai pad door bosgebied Blesdijkerheide. De 60 km lopers hadden de eerste lus erop zitten en voegden zich hier bij de 40 km lopers. Nabij buurtschap Blesdijke haalden talrijke 60 km lopers ons in.

Op 6½ km was er een rustpost aan de rand van De Blesse. Deze was alleen voor de 60 km lopers. Wij vonden het nog te vroeg voor een rust. Nadat we door De Blesse waren gelopen, kregen we toch trek om wat te eten. We hadden 's ochtends om kwart over vijf ontbeten. Inmiddels was het al half elf geweest. Net voor het verlaten van de bebouwde kom van De Blesse was weer een splitsing van de 60 km lopers en even later hadden we op een bankje een rust en aten wat.

Nu kwam een wat minder interessant traject van een overigens in zijn totaliteit schitterend parkoers. Ruim een km volgden we, over een fietspad, de Steenwijkerweg. Parallel rechts van ons liep de spoorlijn Steenwijk-Leeuwarden en de A32 snelweg. We sloegen af en volgden nu een tijdlang het Stroomkantpad, een fietspad. We kregen eerst nog uitzicht op molen De Gooyer. We kwamen na een paar km langs gemaal Stroomkant. We volgden de rivier Lende zo'n 7 km.

We staken de Lende over via een smalle brug. Bij een bankje hadden we op 13 km weer een rust en aten wat. We bleven de Lende volgen, die nu heel breed was geworden en hier ook wel Het Wijd wordt genoemd. We volgden het Overlendepad naar paviljoen Driewegsluis. Hier was op 17 km een officiële rustpost. We hoorden iemand van de organisatie zeggen "daar komen de eerste wandelaars van de 60 km". Want er waren twee wandelaars achter ons aangekomen. Een van hen bestelde vijf flesjes Coca-Cola. Die hadden een grote dorst, dachten we in eerste instantie. Niet veel later kwamen nog drie andere wandelaars aangelopen. Het bleek dat ze met z'n vijven liepen en toen was het aantal van vijf flesjes Coca-Cola duidelijker te plaatsen. We waren van mening dat voor deze groep van 60 km lopers nog twee andere snellere lopers zaten, maar die hebben hier kennelijk niet gerust. Een van die twee snelle lopers was volgens mij Xavier Neys. Toen ik met de regiotaxi van Zwolle naar Oldemarkt reed, zag ik heb lopen langs de verkeersweg in buurtschap Witte Paarden.

Wijzelf lieten ons twee Latte Macchiato's goed smaken. Op de balie zagen we een klomp staan met de kleuren van de Friese Vlag. We vroegen in welke provincie we ons nu eigenlijk bevonden, want we waren in de provincie Overijssel gestart. Het bleek dat paviljoen Driewegsluis zich in de provincie Friesland bevond. Maar de provincie Overijssel lag op maar een paar honderd meter afstand.

De schutsluis werd in 1927 ontworpen door de Provinciale Waterstaatsdienst. De schutsluis is van het type driewegsluizen, waarvan er drie in Nederland bekend zijn. Overname (1917) en verbetering (1922) van de in deplorabele staat verkerende Jonkersvaart met de daarin gelegen kunstwerken van de familie Heloma door het Provinciaal Bestuur, de kanalisatie van de Linde (1927) en een wijziging in de waterhuishouding in het Land van Vollenhove (Ov.), namelijk de voorgenomen ruiming van de Ossenzijl in 1922, leidden tot de aanleg van de driewegsluis, waarbij een oude sluis en sas (Helomasluis en Helomasas, 1775; sas = keersluis) werden vervangen. De bouw van de huidige sluis werd in 1927 aangevangen en kwam in 1928 gereed. Behalve de betekenis als scheepvaartverbinding had de sluis ook een zeewerende functie, namelijk ter wering van opstuwend zeewater uit de Zuiderzee. Het sluishoofd naar de Helomavaart kreeg een stel eb- en (storm)­vloed­deu­ren. Ten behoeve van de zeewerende functie was ook het sluishoofd hoger (2.48 +NAP) opgetrokken dan beide andere, terwijl rond de kolk een dijk was aangelegd. Het sluishoofd aan de Beneden-Lindezijde is in 1930 verlengd en voorzien van een tweede stel ebdeuren, die thans ontbreken. Na het ontstaan van het IJsselmeer en de Noordoostpolder werd de dijk rond de kolk afgegraven (tot 0.88 +NAP) en het verhoogde sluishoofd verlengd. De afsluiting van het bovenpand van de Linde en de aanleg van de Mr. H.P. Linthorst Homansluis (1973) maakte de Driewegsluis overbodig.

Een half jaar tevoren waren we hier ook al eens geweest. Toen was dat met een rust van de Waterreijk wan­del­drie­daag­se. Deze driedaagse wordt begin september georganiseerd. Op 3 september 2015 liepen wij tijdens die driedaagse ongeveer 20 km hetzelfde traject. In vergelijking met deze wandelroute was dat van een afgelegde afstand van 9 km t/m 29 km.

We vervolgden ons pad langs de Jonkers Helomavaart, nadat we eerst nog over de Driewegsluis waren gelopen. We kwamen in buurtschap Nijetrijne. Na oversteek van de Peter Stuyvesantweg was een parkoerswijziging. Nu volgden we de Veendijk, een smal pad dat langs molens De Reiger en De Rietvink voerde. De zon was inmiddels doorgebroken en het was hier fantastisch mooi. Veel beter dan de 25 km lopers, die hier eerder op de dag, nog met mist, langs liepen.

Nu volgden we een tijdlang het Scheenepad. Af en toe stond er langs het pad een woonhuis. Maar we kregen de indruk dat de bevoorrading wellicht ook via het water verliep. We zagen nog twee mannen die bezig waren het riet te kappen. Een bordje bij een brug over de brede Scheene gaf aan waar de oorspronkelijke route er bij kwam. We waren blij dat er een omleiding was. Want de brug was grotendeels brugleuningloos. En met mijn watervrees en evenwichtproblemen had ik niet over die brug durven lopen.

Het Scheenepad voerde naar de plaats Munnekeburen. Grappig was de rode schop waarbij stond: "te leen, poepschep". Nabij de PKN Hervormde Kerk werd de Grindweg bereikt en gevolgd naar dorpshuis 't Polderhuus. Het dorpshuis lag ruim buiten de bebouwde kom. Bij het bord van de bebouwde kom was ook nog het bordje Veenhappersgat bevestigd, de car­na­vals­naam voor Munnekeburen.

In 1243 wordt het dorp genoemd als Monkeburen en in 1320 als Monekeburen. In een oorkonde uit 1408 heet het dorp: Monickebuer. Later komen we ook namen tegen als Munnickebuyerum, Munnekebueren, Monkebuer, Moniekebueert, Munkebaerdt, Monkever, Monckebuert en Muntkebuert.

Het eerste deel van de naam van het dorp betekent dat dit gebied vroeger in het bezit was van monniken (van het klooster van Sunt-Odulf in Stavoren). Buren betekent buurtschap. Plaatsnamen met 'buren' hebben een Oudfriese of Oudsaksische herkomst. Buren komt weer van het Oudgermaans boer, dat dorpsgenoot betekent. Deze oude naam boer komen we nog tegen bij de Stellingwerfse naam voor Delleburen (Delleboeren) bij Nijeberkoop.
De Grindweg is de hoofdweg in Munnekeburen. Het was oorspronkelijk een binnendijk achter de kaden langs de Kuunder (Tsonger). Waarschijnlijk is de dijk door monniken aangelegd vanaf Oldelamer. In 1854 werd de weg bestraat met een platte steenlaag, daarop kwam puin en daarop weer een grindlaag. Hieraan heeft de weg zijn naam te danken.
De Scheene is een riviertje in het westelijke deel van Weststellingwerf. Scheen betekent grensscheiding. Het vormde de grens tussen de noordelijk en zuidelijk gelegen plaatsen.
Voetpad is een van de oudste paden in de gemeente Weststellingwerf. Doordat het pad door een moerassig gebied liep kon het nooit verbreed worden tot een rijweg.

Op 24 km was de tweede binnenrust. Van de rode kruis man vernamen we dat de eerste twee wandelaars daar al om 13 uur langs kwamen. Zij hadden daar 44 km van de route afgelegd. Omdat de 60 km lopers om 8 uur gestart waren, betekende dat dus, dat zij met een gemiddelde snelheid van bijna 9 km per uur liepen. Wij deden het in ieder geval een stuk rustiger met net geen 5 km per uur.

Na Munnekeburen liepen we over een mooi pad met de naam Voetpad langs buurtschap Scherpenzeel. Op een ooievaarsnest zagen we mooi een ooievaar zitten. We staken de Peter Stuyvesantweg (weer) over. Nu werd de begraafplaats Spanga bij de gelijknamige plaats Spanga bereikt. Hier stond een fraaie klokkenstoel. Een graf was versierd met een opvallende zilverkleurige schroef. Zoiets hadden we nog niet eerder op een graf gezien. We staken de Lende (weer) over. Daarop werd Ossenzijl bereikt. In Dorpshuis De Slinger was op 29 km de laatste rustpost. Na de PKN Hervormde kerk werd het standbeeld "bij de waterput" van kunstenaar Hanneke Pereboom bereikt. Dit standbeeld stond op een grasveld met honderden prachtig bloeiende narcissen.

Na het fraaie centrum van Ossenzijl werd koers gezet naar het nationale park Weerribben. Net buiten Ossenzijl werden we ingehaald door een wandelaar uit Lelystad. Toen we recreatiecentrum De Kluft naderden zei de wandelaar uit Lelystad, dat daar vermoedelijk een rust was. Ik maakte hem erop attent dat we net een rust hadden gehad, maar dat deze inderdaad niet goed opviel. Even later besloot hij naar de rust terug te lopen omdat een medewandelaar daar vermoedelijk op hem wachtte.

Nu volgde een heel fraai parkoers door Nationaal Park De Weerribben. Hierbij liepen we grotendeels over de smalle Hoogeweg. Ook hierlangs zagen we balen stro langs de kant van de weg liggen. Bij café restaurant De Weerribben sloegen we af en volgden de Meenteweg. We kruisten het Kanaal Steenwijk-Ossenzijl. Over het Lange Pad werd Oldemarkt weer bereikt. Met de wandelaar uit Lelystad kon ik meerijden naar station Steenwijk. Bij aankomst op station Steenwijk bleek dat een paar minuten tevoren net een trein vertrokken was, zodat ik bijna een half uur later met de volgende trein huiswaarts kon reizen. Maar ik was allang blij dat ik met iemand naar een treinstation kon meerijden. Want de dichtstbijzijnde bushalte, waar in het weekend een bus langs reed, lag op 5 km afstand.

Het was een prachtige tocht geworden. Mede door het zonnige weer gedurende de laatste 4 uur van de tocht was het mooi weer om te fotograferen. Er waren 605 deelnemers. We danken de organisatie hartelijk voor deze tocht.

Klik HIER voor de betekenis van de buttons die boven aan dit verslag staan.

Henri Floor