Skāns en Waterlinie wandeltocht

Op zaterdag 6 februari 2016 organiseerde de FLAL de Skāns en Waterlinie wandeltocht. De start was vanuit Cultureel Centrum De Skāns te Gorredijk. Omdat de startaccommodatie aan de kleine kant was, mochten de 50 km lopers al voor half negen starten en de 40 km lopers voor kwart voor negen. Wij behoorden tot deze laatste groep.

De Friese Waterlinie is rond 1580 aangelegd. Deze waterlinie loopt vanaf de Zuiderzee, volgde de Linde tot De Blessebrug. Verder noordwaarts naar de Kuinre en de Schoterbrug en via Heerenveen en Terband naar Gorredijk. Daarna via Donkerbroek en Bakkeveen naar Frieschepalen. In het oosten sloot de linie in het Westerkwartier aan op de Groninger waterlinie die doorliep tot Delfzijl.

Langs de Nije Feart en de Jodocus Heeringastrjitte werd de bebouwde kom van Gorredijk verlaten. We kwamen bij de Hervormde kerk uit 1797. Normaliter staan kerken in het centrum van plaatsen. Maar deze kerk stond ver buiten het centrum van Gorredijk. Verderop sloegen we een zand/graspad in, het Jan de Vries Paed. Er deed ook een wandelaar mee die Jan de Vries heette, dus die vond het heel mooi dat er naar hem een pad was genoemd. Of zouden er meerdere Jan de Vries zijn ?

Al snel werd duidelijk dat de parkoersbouwer elk onverhard paadje in de route had meegenomen. We kwamen in Oudehorne langs een begraafplaats met klokkenstoel. Dat was natuurlijk een bijzonderheid. We besloten de begraafplaats op te lopen en de klokkenstoel van dichtbij te bekijken. Op de begraafplaats lagen talrijke personen die in de 19e eeuw geboren waren.

Toen de kerk, die op deze plaats stond, gesloopt werd in 1788, werd de bestaande klokkenstoel in 1843 vervangen en die op zijn beurt in 1918 door de huidige betonnen klokkenstoel. Tot in 1775 bezaten de dorpen Oude- en Nieuwehorne ieder een kerk met een eigen predikant. Oude-en Nieuwehorne waren voor de Reformatie ieder een zelfstandige parochie met één gezamelijke pastoor. De beide kerken waren omstreeks 1775 in zeer slechte staat door gebrekkig onderhoud. De toenmalige kerkvoogden besloten de beide kerken af te breken, de klokkenstoel in Oudehorne te laten staan. Er wordt nog wel begraven. De klok wordt geluid bij begrafenissen en sinds 1967 het Sint Thomasluiden van 21 tot en met 31 december. Op 31 december vinden jaarlijks de luidwedstrijden voor de jeugd plaats.

Bij het tweede heideveld bevonden we ons in natuurgebied Kiekenberg. We werden ingehaald door een groepje wandelaars waarbij een dame zat met zwarte kleding en een fototoestel met een grote toeter er op. Met toeter bedoel ik dan lenzen die op het toestel waren geschroefd waarmee je foto“s met veraf gelegen objecten kan fotograferen. Vlak daarop was de splitsing met de 25 km. Nu werd het rustiger op het parkoers omdat wij de 40 km route liepen.



Verder liepen we door natuurgebied Kiekenberg, dat onderdeel is van de Tjongervallei. Over een smal bruggetje werd De Tjonger of De Kuunder bereikt. Deze volgden we over een fietspad naar Sluis 1. Hier werd De Tjonger via een ophaalbrug overgestoken. Bij een boerderij stond een pypskoft, maar deze was gesloten. Zo te zien is een pypskoft een huisje waar fietsers of voetgangers even kunnen rusten en mogelijk wat drinken.

Aan het eind van het Molenbosch te Oldeberkoop stonden een paar mensen bij een auto met aanhangwagen. We hadden verwacht dat hier door de organisatie iets te eten of te drinken werd aangeboden. Maar je kon er een langwerpige koek kopen dat door de plaatselijke bakker was vervaardigd en waarmee de plaatselijk ijsclub extra geld probeerde te vergaren. We kwamen nog langs een beukenboom waarin een gezicht was gesneden.

Het snijden in een levende boom lijkt een misdaad, maar hoe vaak gebeurt dit niet uit liefde? In 2010 kerfde Gert Sennema niet een hart in de beuk, maar gaf hij de boom een menselijk gezicht. Het portret van Jan Hesselink, die in Oldeberkoop woont.

Op 16 km was de eerste binnenrust in Multi Functionele Accommodatie Oldeberkoop MeJander. Toen ik mijn nummer doorgaf bij de controlepost reageerde de man met : "wat, nummer 13". En je hebt dat ongeluksgetal zomaar geaccepteerd ? Heb je niet om een ander nummer gevraagd ? Of heb je gevraagd of je met dit nummer voor half geld kon meedoen ?" Voor het naastgelegen sportterrein stond een fraai toegangshekwerk. Ik sloot een openstaande deur van het toegangshekwerk om er een mooie foto van te maken.

Nu liepen we naar de fraaie Bonifatiuskerk. Even voor de kerk stond een stalen beeld van een geit, het snoesje genaamd. Dit beeld werd op 2 april 1971 aangeboden door de Geitenfokvereniging, een vrijgezellenclub. In het gras rondom de kerk stond heel veel krokussen die op springen stonden. Ik schat het aantal toch zeker op 1000. Bekijk de foto“s maar in de fotoreportage. Naast de kerk stond een fraaie oude villa uit 1899, Vredewoud genaamd. Langs de Diaconietuin werd Oldeberkoop weer verlaten.

De Bonifatiuskerk behoort tot de oudste kerken van zuidoost Friesland. Het kerkgebouw vormt het historisch middelpunt van het dorp. De kerk werd bij zijn oprichting gewijd aan Bonifatius. In een document uit 1553 wordt de kerk aangeduid als de Parochiekerk van de H.Vitus te Antiqua Bercoop in Stellingwerf. De bouw van de oudste delen van de kerk is waarschijnlijk rond het jaar 1125 voltooid.

Het oude kerkhof rondom de kerk is omgeven door een rustieke ringmuur, opgetrokken uit Friese geeltjes. De ringmuur stamt waarschijnlijk uit het begin van de 17e eeuw, dezelfde periode waarin de toren na eerdere vernietiging werd hersteld. De ommuring was bedoeld om de gewijde aarde rondom de kerk te scheiden van de ongewijde grond daarbuiten. In 2011/2012 is de ringmuur gerestaureerd.

Nu volgden we ongeveer een km een minder aantrekkelijk deel van de route met de Bovenweg/N351 over een fietspad. Maar daarna werd het parkoers weer mooier. Het Stuttebosch werd betreden in het Beekdal Linde. Bij het verlaten van het Stuttebosch kwamen we volgens een infopaneel langs de Bekhofschans. Op dat moment interesseerden wij ons meer voor de nabijgelegen picknickbank. We hadden de eerste rust overgeslagen, maar nu wilden we wel even rusten en wat drinken. Er kwamen maar liefst drie fotografen langs, die mij op de gevoelige plaat wilden vastleggen.

We kwamen bij de Lende en volgden deze ruim een km. Nijeberkoop werd bereikt. Op 25 km was de tweede rust in café restaurant Boszicht. Aan de achterzijde was een ruimte voor de wandelaars. Wij lieten ons een kommetje erwtensoep (snert) goed smaken. Ook dronken we wat. Na de rust werd spoedig een begraafplaats met een klokkenstoel bereikt. Ook op deze begraafplaats lagen talrijke mensen die in de 19e eeuw waren geboren. Toen we de begraafplaats verlieten moesten we over een grote plas/sloot springen. Het leek even op een week tevoren met de WS78 tocht vanuit Ermelo.

Heel vroeger was Nijeberkoop een dochternederzetting van Oldeberkoop. Oldeberkoop werd voor het eerst genoemd in 1228, als Friese strijders in "Brokope" bij elkaar komen om Drenthe in te trekken. De naam “Brokope” en later dus Berkoop is ontstaan uit twee andere woorden. Namelijk "broek", dat "stuk grasland" betekent en "ope", afgeleid van water. Dit historische dorp is zo’n 900 jaar geleden ontstaan op de zandruggen tussen de riviertjes de Linde en de Tjonger.

Tussen 1228 en 1320 is Nijeberkoop een zelfstandig kerkdorp geworden. Zoals in veel dorpen in Friesland en de kop van Overijssel is ook hier een klokkenstoel te vinden. Hij staat op de begraafplaats. In tweede wereldoorlog is de klok uit de klokkenstoel weggevoerd en niet meer teruggekomen. Later is de klokkenstoel weer voorzien van een nieuwe klok.

De vrijstaande klokkenstoel, van boven voorzien van een dak, komt op kerkhoven in het noorden van Nederland veel voor, voornamelijk in Friesland en de kop van Overijssel. Vrijstaande klokkenstoelen werden vaak gebouwd omdat armere dorpen zich wel een eenvoudig kerkgebouwtje konden veroorloven, maar geen toren waarin de luidklok zou moeten hangen. Bovendien was de ondergrond zacht en veenachtig, waardoor er met verzakking rekening gehouden moest worden.

De Bovenweg, die Nijeberkoop doorsnijdt, schijnt een oude Romeinse weg te zijn geweest van Makkinga naar Spanga. Nijeberkoop is een van de kleinste dorpen van de gemeente Ooststellingwerf en geniet landelijke bekendheid door roofdierenopvangcentrum Pantera.

Daarna werd het fraaie natuurgebied Bosch Hoeve bereikt. Hier liepen we langs het grote Diaconieven. En hier waren talrijke mooie foto“s te maken. De Tjonger werd weer bereikt. Nu bevonden we ons op een taalgrens. Hier was de taalgrens tussen het Stellingwerfs en het Fries. Er was hier ook een taalgrensmonument opgericht.

Voordat het centrum van Jubbega werd bereikt, liepen we nog langs de natuurijsbaan, die er nu waterig bij lag. In MFG De Kompenije was op 34 km de laatste rust. Na de rust liepen we naar de Skoatterlānse Compagnonsfeart en volgden deze. Achter een cateringwagen stond nog het standbeeld van Paulus Jakje. In fotoreportages van collega wandelfotografen vond ik hier geen foto van.

Paulus Blaauw, vroeger beter bekend onder de naam “Spylman Paulus”, en ook als “Paulus Jakje”. De naam spylman Paulus is gemakkelijk te verklaren. Paulus is en was de bekendste harmonicaspeler van het begin van de vorige eeuw uit de “Kompanije”. Waar de naam “Jakje” vandaan komt is tot op heden niet te achterhalen. Gedacht wordt hierbij aan het liedje “altijd is Kortjakje ziek”, maar ook zou het kunnen zijn dat Paulus herkenbaar was aan een bepaald kledingstuk. Paulus werd geboren op 22 juni 1878 te Jubbega in de Kompanije.

Jubbega werd over de Singel verlaten. Daarbij kwamen we nog langs een boerderij met Heeckeren Dwerggeiten. Ik was benieuwd naar de naam Heeckeren, want mijn schoonouders hebben in de Van Heeckerenlaan gewoond. Lees De geschiedenis van dwerggeitenstal Heeckeren .

Met toestemming van melkveebedrijf "Nij Hoarnleger van maatschap van den Bosch" liepen we over zijn landerijen en over de Tjalling Harkseswei naar buurtschap Haneburen. We staken de Compagnonsfeart over via de Eppingadraai. Het centrum van Lippenhuizen werd bereikt nabij de Piterkerk. Voordat Gorredijk weer werd bereikt, kwamen we nog langs de Tramhalte Trijehoek te Lippenhuizen. Dat is tegenwoordig een bijzonder tramhalte, want de rails van de tram is al helemaal weg. Er komt dus ook geen (echte) tram meer langs.

Nu was het niet ver meer naar de finish. De afgelegde afstand bedroeg ongeveer 41 km. Het was een prachtig parkoers geworden. We danken de parkoersbouwer hiervoor hartelijk en natuurlijk ook de organisatoren. Er deden 704 wandelaars mee.

Klik HIER voor de betekenis van de buttons die boven aan dit verslag staan.

Henri Floor