Terug naar de homepage van Henri Floor Stertocht uit Overijssel en 100e 4-daagse


De Stertochten en de 100ste Vierdaagse van Nijmegen, geschreven door Marguerite Rose.  

Ter gelegenheid van de 100ste  Vierdaagse van Nijmegen was er een voorprogramma met o.a. de Stertochten ge­or­ga­ni­seerd. Vanuit elke provinciehoofdstad zou er in etappes naar De Wedren in Nijmegen gelopen worden. Op 9 juli 2016 startten de groepen vanaf de provinciehuizen.

We werden in Zwolle hartelijk welkom geheten met koffie of thee met gebak. Er werden enkele toespraken gehouden o.a. door oud-schaatster en Statenlid Moniek Kleinsman, door de heer Gerard Beelen van de Koninklijke Wandel Bond Nederland (KWBN) en door gedeputeerde de heer Bert Boerman. Van de provincie Overijssel hadden zich 69 wandelaars aangemeld voor één of meerdere etappes. Slechts één persoon zou de gehele route van Zwolle naar Nijmegen lopen: en dat was ik. Door Moniek werd ik naar voren geroepen met mooie woorden en vertelde ik de toehoorders over mijn beleving van het wandelen en hoe mooi Nederland als wandelland is.  Ik kreeg van haar officieel het eerste Stertocht T-shirt en de enveloppe met daarin alle routebeschrijvingen en de unieke zilveren Stertocht medaille uitgereikt . (De andere wandelaars kregen de medaille in brons.) Van de heer  Bert Boerman kreeg ik de vlag van Overijssel overhandigd met de bedoeling deze Nijmegen binnen te dragen in de Vlaggenparade. Hij noemde mij de ambassadeur van het wandelen in de provincie Overijssel, daar was ik wel heel erg trots op!

Om 10.00 uur precies klonk het startschot en gingen wij van start. De Stertocht coördinator voor Overijssel was Dick Achterkamp, ook wel bekend als “de Gladiator” bij het rustpunt van de KWBN tijdens de Vierdaagse.  

Zaterdag etappe 1. Ik vond het geweldig om lopend op weg te gaan helemaal naar Nijmegen. Het was een mooi en fleurig gezicht: alle wandelaars in het witte T-shirt met de Overijsselse vlag in de kleuren rood, geel en blauw erop gedrukt. We liepen een ronde Zwolle – Hattem - Zwolle, uitgezet door de “Zwolse Wandel Verenigingen”. Het was een prachtige route via de Katerveerdijk de ophaalbruggetjes over, door “Het Engelse Werk”, over de nieuwe rode spoorbrug en in Hattem door de historische Dijkpoort. Hier hebben we gerust. We moesten de IJssel over via de veerpont; de pontbaas vond het geweldig om ons over te zetten. Over de dijk liepen we naar Oldeneel en terug langs de Wetering. Het was een mooie zonnige dag zodat we prima in het T-shirt konden lopen. Ik vond het een heel bijzondere en unieke dag geweest.  

Zondag etappe 2. De tweede dag liepen we van Hattem naar Epe. Ik liep met een echtpaar samen. We liepen Hattem uit over de dijk een eind langs het kanaal om bij Wapenveld-Noord de bossen in te trekken. Over “landgoed Petrea” en door “het Zwolse Bosch” kwamen we over een groot heideveld “Natuurreservaat De Renderklippen”. Het laatste stuk ging via het “Bervoetsbos” en halfopen gebied naar de aftakking naar Epe.  Bij de bushalte in het centrum was de finish en lieten we ons naar Zwolle terug rijden.  

Maandag etappe 3. De derde dag was weer een rondje om nog in Overijssel te wandelen en wel Olst – Epe - Olst. Ik ging vroeg met de trein en startte om goed 7.00 uur in Olst. Door het dorp kwam ik al gauw bij de pont uit om de IJssel over te varen voor slechts 40 eurocent. Het was lekker rustig op de buitenwegen. Er stonden veel bloemen langs de waterkant van het fietspad Bartjesstraat. Ik liep door het dorp Oene waar ik nog nooit eerder geweest was. In Epe ben ik lekker op een bankje bij de kerk gaan zitten waar even later het carillon ging spelen. Ik kwam enkele andere Stertochtwandelaars tegen. Via het dorp Welsum en over het veer kwam ik in Olst terug. Deze tocht was uitgezet door w.s.v. Olst.  

Dinsdag etappe 4. De route ging op de vierde dag van de bushalte in Epe naar de gedenknaald in Apeldoorn. Er was regen en onweer verwacht dus ik was op mijn hoede. Eerst terug naar het bos waar ik twee dagen eerder de route had verlaten – het Maarten van Rossumpad. Over “Het Tongerense Veen” en “Het “Wisselse Veen”, voorbij het dorp Schaveren kwam ik bij het “kasteel Cannenburch” langs. Hier ging ik op een mooi plekje met zicht op het kasteel pauzeren. Verderop liep ik langs de Cannenburger Molen, een waterradmolen. Voorbij Vaassen kwam ik op het Veluwe Zwerfpad. Het begon te onweren en gelukkig maar één keer en zonder regen. Ik wachtte even af maar ik liep toch verder over zand- en bospaden. Een medestertochtwandelaarster uit Lemelerveld haalde mij in, maar we hebben wel even een praatje gemaakt. Toen ik bij Apeldoorn aankwam begon het te gieten met flink wat onweer. Dus ik schuilde een paar keer en met mijn museumkaart kon ik mooi “Paleis Het Loo” bezoeken. Het einde van de wandeling was bij de gedenknaald.  

Woensdag etappe 5. Deze etappe gedenknaald Apeldoorn – Hoenderloo liep ik vanwege verwachte onweer en veel regen op vrijdag. Dus vandaag nam ik mijn vrije dag van vrijdag op.  

Donderdag etappe 6.  Het leek me een bijzondere etappe te worden van Hoenderloo naar Arnhem met als eerste deel het Veluwe Zwerfpad van 19 km dwars over “Nationaal Park De Hoge Veluwe” naar uitgang Schaarsbergen. Voor 8.00 uur was ik er en de kassa moest nog open gaan. Ik kocht een plattegrond waar ik veel plezier en gemak van zou gaan hebben. Ik liep door bos, over heidevelden, en ik verliet de route om naar het bezoekerscentrum te gaan. Zoals altijd vond ik het interessant om wat meer over de natuur ter plaatse te weten te komen. Het was enorm zanderig en dus was het een erg zwaar parcours zo over de zandverstuiving. Ik liep rustig alleen en genoot van de natuur. Ik zag zelfs bij een bankje waar ik prachtig uitkeek over al het zand en de mooie wolkenluchten het piepkleine en zeldzame rode bekertjesmos. Ik moest verder en na een lekker Italiaans ijsje bij een ijscowagen heb ik er maar flink de pas ingezet. Via “landgoed en kasteel Zypendaal” en “landgoed Sonsbeek” kwam ik laat in Arnhem aan. Het was een prachtige route, weinig asfalt dus totaal on-Nijmeegs.  

Vrijdag etappe 5 ingehaald. Ik nam weer de eerste trein uit Steenwijk en om ongeveer 7.15 uur was ik met de bus bij de gedenknaald in Apeldoorn om naar Hoenderloo te wandelen. Ik liep verder over het Maarten van Rossumpad. Het begin ging over een laan met prachtige villa’s. Door de bossen kwam ik bij het “Orderbos” waar al veel auto’s geparkeerd stonden. Ik ontmoette hier Joke en Floris uit Amsterdam die de Apeldoornse Vierdaagse liepen. Het startterrein was vlakbij, de route liep er zelfs langs. Ik ben naar de starttent gegaan en ik heb er de voorzitter de hand geschud en een praatje gemaakt. Ik zag meer bekenden, want ja, ik heb deze vierdaagse ook al 23 keer gelopen. Ik ging verder naar de hamermolen en de sprengen, altijd erg mooi. Veel andere wandelaars kwamen mij tegemoet maar soms liepen we in dezelfde richting. Onderweg deed ik me af en toe maar eens tegoed  aan de lekkere bosbessen. De route ging over op het Marskramerpad. Een eindje verderop klopte de wit-rode markering niet meer met de routebeschrijving. Ik belde maar naar Dick die woensdag dit stuk wel had gelopen, hij wist precies waar ik was want hij raakte daar ook in de problemen. Hij bracht me op het goede pad, niet rechtsaf maar linksaf……. Dat is een heel verschil. Er kwamen nog meerdere mooie en hoog klimmende bospaadjes. Gelukkig kwam ik goed bij de bushalte in Hoenderloo aan.  

Zaterdag etappe 7. Van station Arnhem naar Lent. Hier kwam de groep uit Flevoland samen met ons verder lopen. Eerst liep ik alleen over de rustige dijk langs de Nederrijn en langs een uitgewerkte steenfabriek. Het deed me aan Nijmegen denken want ik liep over asfalt. Foto’s maken kost tijd en daardoor haalden enkele anderen mij in. Ik ben verder met ze mee gelopen, Overijsselse en Flevolandse wandelaars samen, een mooi groepje zo. We liepen langs het onlangs aangeplante “Vierdaagsebos”, het waren nog erg jonge boompjes.  Het station Lent was het eindpunt vandaag.  

Zondag etappe 8. Alle Stertochtgroepen verzamelden zich bij hotel Van der Valk naast station Lent. Na de aangeboden consumpties liepen we naar de plaats waar we in een stoet per provincie met “onze” vlag naar de Wedren zouden gaan lopen voor de Vlaggenparade. Het was heel bijzonder allemaal. Er sloten zich nog andere groepen bij ons aan. Dat waren Goudenkruisdragers met vlaggen, van alle deelnemende nationaliteiten waren er vlaggen. Maar er was ook een groep van de politie uit Den Haag die was komen lopen vanuit Den Haag naar Nijmegen. Ook bijzonder was een grote groep militairen uit Noorwegen, Zweden, Denemarken en Nederland die samen al twee weken aan het lopen waren vanuit Kopenhagen. We zagen ze om 15.00 uur aankomen bij hotel Van der Valk. Dat was een geweldige belevenis! We stelden ons op en ik mocht voor in onze groep lopen met de vlag. Ik probeerde de vlag zo goed mogelijk rechtop te houden zodat hij mooi wapperde. We liepen Lent uit en over de beroemde Waalbrug, hier stond af en toe een rukwindje. Ik vond dat zelf wel mooi, de vlag wapperde fier in de lucht! En ik was enorm trots!

We liepen nog een ommetje door de binnenstad van Nijmegen, ik vond het helemaal geweldig. We kwamen op de Wedren aan en daar moesten wij, de vlaggendragers, ons apart opstellen. Tegenover ons stonden Zweedse militairen opgesteld en de Goudenkruisdragers. Op het podium speelde een orkest met verschillende zangers en zangeressen. Daarna waren er enkele toespraken en dáárna mocht onze groep als eerste onze provincievlaggen naar de vlaggentableaus brengen. De eerste van ons werd naar het linkervak gewezen en ik werd naar het rechtervak gewezen. Ik heb mijn vlag mooi aan de zijkant in een houder gestoken, zodat iedereen elke dag onze vlag steeds goed kon zien. Alle vlaggen werden in de houders gestoken, het was heel bijzonder. Hierna hield de heer Johan Willemstein nog toespraken. En er werd natuurlijk ook de Vierdaagsevlag gehesen. Ook werd er een minuut stilte gehouden voor de slachtoffers van de aanslag in Nice en voor de twee overleden militairen in Mali. Dat vond ik een heel emotionele minuut. Het volkslied werd gespeeld.  De heer Willemstein verklaarde de Vierdaagse voor geopend.   Ik vond het allemaal heel bijzonder en geweldig. Het is tenslotte maar éénmalig dat de Vierdaagse voor de 100ste keer wordt georganiseerd. En dat ik dit zo mee mag maken en dat alleen maar door in 9 dagen tijd 8 dagen te wandelen en 175 kilometer vol te maken. Echt SUPER, echt UNIEK.  

Ik was die zondagavond laat thuis. Het was er niet eerder van gekomen om mijn koffer in te pakken dus moest ik dat maandagmorgen doen.  Ik nam de trein van 11.18 uur en was om ongeveer 13.30 uur in het Kolpinghuis in Nijmegen. Ik heb eerst mijn bed opgemaakt en ik ben daarna naar de Wedren gelopen om mijn startkaart en armband in ontvangst te nemen. Ik kreeg ook een bon voor een cadeautje en nog iets. Dat ging ik gelijk maar afhalen. Het grootste pak was een grote blauw met rode rugzak. Het kleine pakje was een pin van een gladiool met “100”. Ik ben terug naar het Kolpinghuis gelopen en heb de spullen onder mijn bed gelegd. Hierna ben ik even in de stad geweest en daarna terug voor de avondmaaltijd. Ik pakte vast mijn heuptas in en we pasten onderling ons  groen–gele T-shirt van de bank welke we op woensdag moesten dragen. Het werd dus niet het rose T-shirt op woensdag zoals ik dat elk jaar draag. ’s Avonds was er in “De Vereniging” een concert van de Marinierskapel waar ik met Jacques heen ben geweest. Daarna nog even de stad in en daarna slapen.  

 

Eerste dag. De dag van Elst.

Om zes uur opgestaan, gezellig ontbeten met de andere 30 km lopers. Naar de start gelopen en een half uur in de rij gestaan, om 7.45 uur werd ik gescand. Ik begon net en het stond al vast, dat had ik nog niet eerder daar meegemaakt. We liepen verder naar de Waalbrug en door Lent heen. Het feest was begonnen met meerdere dweilorkestjes en verderop door de Via Begonia. Vóór Bemmel zijn we al afgehaakt naar Elst. Dan belt radio Oost dat ik om 12.15 uur in de uitzending ”Sarah” kom. Ik ben in Elst en ik zoek de bank voor de rust. Ik ben blij als ik er ben, even gezellig met elkaar onder het genot van soep, cola, fruit, een koek en chips voor het zout. Ik ga weer verder en loop de hitte in. Gelukkig is het niet druk meer en kan ik zonder file doorlopen. Iets verder krijgen we van het Kruidvat een flaconnetje zonnebrandcrème en dat is toch erg welkom ondanks dat ik zelf iets bij me had. Verderop staan de mensen weer die “de hapjes van Heinz” uitdelen”  een lekker toastje met sandwichspread. Het wordt erg heet. Het is bijna 12.15 uur en ik zoek een scha­duw­plek­je om even te staan. Dan gaat de telefoon en loop ik gelijk naar de weg toe voor het vierdaagse gevoel.

Nog even een praatje en een plaatje en dan ben ik. Sarah praat nog wat over het hete weer en geeft wandeltips. Ik hoor mijn aankondiging en dan ben ik in de uitzending. Ze vraagt of ik nog tips heb tegen de hitte, ja, veel drinken, iets op je hoofd, rustig aan doen. Ze vraagt wat over wandelen en of ik al blaren heb, ik moet haar teleurstellen want ook over vier dagen heb ik vast geen blaren. We praten nog wat en dan hoor ik haar zeggen dat de verbinding is weggevallen en ze vertelt dan wie ze aan de telefoon had en zo. Dat is vreemd om te horen want ik hoor haar gewoon. Dan ben ik kennelijk weer terug in de uitzending en we praten nog wat. Ze wenst me veel succes en dan zijn de 5 minuten alweer om.  Na pas een paar uurtjes wandelen is er nog niet veel gebeurd, dus is er nog weinig nieuws. Bovendien zijn de wandelaars behoorlijk mat; dat komt vast door het hete weer. Ik loop door en realiseer mij dat eigenlijk de middengroep qua leeftijd, de gezelligste lopers zijn. En alle afstanden zijn er aan het begin van Elst weer bij gekomen.

We gaan naar Oosterhout; en daar staat de brandweer alles nat te spuiten, mijn hoed wil ik ook weer nat hebben. Dan roept de brandweerman heel hard: “jij geeft bloed en ik geef water”, waarop ik terug roep: “iedereen heeft water nodig en iedereen heeft bloed nodig”. Ik krijg een koude douche over me heen en mijn hoed is doornat. Heerlijk met dit weer, alleen: het duurt niet zo lang want alles droogt heel snel op. Ik kreeg dit jaar wel meer positieve reacties op mijn “ik geef bloed” T-shirt” van Sanquin bloeddonor. Halverwege staat weer een brandweerploeg klaar en ook daar maak ik gebruik van. Vooral in de middag worden de bewoners langs de route enthousiast en staan dan veel met een tuinslang klaar; de emmers met water mijd ik liever. Ook Vitens met de watertappunten staat geregeld onderweg. De dijk over is geen enkel probleem en de Waalbrug heeft wel weer wat. De finish nadert. Wat me vandaag opviel waren toch wel de vele ambulances die af en aan reden en dat er veel in het blauw was, want het bleek deze eerste dag “blauwe dinsdag” te zijn.  

Tweede dag.  De dag van Wychen.

Vanwege de nog grotere verwachte hitte van 32 graden mochten de 30 en 40 km een half uur eerder startten. Om 6.45 uur hoefde ik geen seconde te wachten maar werd ik gelijk gescand. Heerlijk………! Deze dag heeft veel meer schaduw onder bomen zoals in Alverna. Ik ben goed gestart. Vandaag is een matte dag, ’s morgens loop ik te slaapwandelen want ik heb slecht geslapen. We komen over het zandpad dat ik erg stoffig vind. We gaan er vanaf, ik loop door tot Wychen. Eerst gaan we daar het dorp in en het plein op. Voor ons komen van links de 40, 50 en 55 km lopers. In Wychen is het meestal behoorlijk druk. Ik kijk nog eens naar het “ kasteel Wychen” en ik loop het terrein en het gras op, ik vind het een mooi kasteel.  Dan ga ik in mijn groene ABN-AMRO T-shirt naar de overkant naar onze eigen rust”. Na een stukje fruit, chips en andere hapjes of drankjes bedank ik weer en loop ik verder. Naar Beuningen en naar Weurt zijn weer meer open stukken. Ik moet het ermee doen. Ik kom mensen tegen die de lopers aanmoedigen met borden zoals: “ik ken je niet , maar ben trots op je” en ”jullie gaan allemaal naar de gladiolen”. Het is vandaag “rose woensdag” en dat merk je wel. Voor me loopt een vrouw en die gooit iets van rose in de heg. Het is een hoedje en dat zet ik mooi op, dus heb ik toch iets in roze. De Waalkade lopen we af en het laatste stuk is een en al roze bij de toeschouwers. Een gezellig stuk om zo bij de finish uit te komen.  

Derde dag. De dag van Groesbeek.

Vandaag iets minder warm. We lopen langs een veld waar de gladiolen geplukt worden. Ik maak er een foto van.  Verderop gaan we langs het Maas-Waal kanaal waar nu grote schepen varen, maar ook een kleine boot met vrolijke mensen die zwaaien , een vrouw staat voorop en blaast zich schor op haar trompet. Het dorp Heumen ligt het laagste: 8 meter boven NAP. Er komt een splitsing aan en de 30 km loopt hier van Mook naar Groesbeek. Een brede asfaltweg tussen de bomen door, het is de Mookerheide Mookerschans in beheer bij Natuurmonumenten. Het loopt heerlijk zo’n 5 km in de schaduw. Hier groeit en bloeit de wespenorchis, een orchidee zo langs de kant van de weg.  Ik maak er foto’s van, gek toch dat wandelaars mij nooit geloven als ik zeg dat hier veel orchideeën groeien. Ook nu loopt iedereen door terwijl ik op mijn knieën lig. In Groesbeek komen van rechts de andere afstanden er weer bij en ook de militaire groepen. Het is er gigantisch druk en ik probeer over te steken omdat daar mijn vaste rust is. Het lukt en ik heb er een mooi uitzicht op de drukte. Lekker weer even kletsen en een cola met chips, koek en fruit er weer bij. De tijd gaat verder en dat moet ik ook.

We komen over de Zevenheuvelenweg langs de Canadese begraafplaats. Ik loop er naar toe en ik maak een paar kransleggingen mee van o.a. de politie uit Den Haag en militaire groepen. Dat blijft indrukwekkend. Bij het monument staat een groep Engelse politiemannen, sommigen lopen in korte broek maar wel met hun helm op. Ik loop Berg en Dal binnen en dat dorp ligt het hoogst: 95 meter boven NAP. Het is er een en al feest. Verderop zit een groepje Schotten in hun kilt. We komen Nijmegen als vanzelf in. Vandaag is het “witte donderdag” en de bewoners in de straten maken er ook hier een geweldig feest van. Ik loop door alle poortjes die de mensen maken. Zo loop ik door naar de finish. Ik vond het leuk om vandaag in mijn nieuw gekocht jubileumT-shirt 100jaar Vierdaagse te wandelen.  

Vierde dag. De dag van Cuijk.

Ik ben weer door de scan want daar waren ze al doorlopend mee bezig. Het weer is heel anders. Bewolkt en al snel rommelt het in de lucht en gaat het regenen. Eerst schuil ik bij een benzinestation, het wordt minder en ik loop door. Even later gaat het gieten en steviger onweren. Ik ga bij een gebouw staan met overstekende schuine muren. Er komen veel mensen bij staan. Het zakt af en ik ga verder. Het is niet fijn lopen want het blijft hangen. Ik vind het opvallend dat er toch veel mensen onder bomen staan te schuilen. Dan loop ik liever door want een ander alternatief is er gewoonweg niet. Na verloop van tijd kan ik mijn cape uitdoen. Daarna wordt het gelukkig een stralende dag. De 30 km lopers komen niet in Linden en Cuijk; ik vind dat jammer want dat zijn de leukste  plaatsen van alle dagen. Ook zit mijn rust op een vaste plaats in Cuijk en die mis ik dus. In Malden zit ik op de grote rust en krijgen we afgepast 4 kersen, ik moet er wel om lachen. Maar even later zie ik dat er geen kersen meer zijn. Vorig jaar waren ze er in overvloed.

Ik stap op en bij de uitgang krijgt iedereen een gladiool. Het laatste stuk nog, maar dat is groot feest: alleen maar mensen die de wandelaars toejuichen. Ik zie een banier van de Drentse Vierdaagse in Diever. Er zitten twee bekende mensen van hun organisatie en twee bekende wandelaars naast. Natuurlijk stop ik en ik krijg een lekker koud flesje sportdrank, dat heb ik snel leeg. Het is weer warm geworden. Verderop krijg ik van mensen hun laatste gladiool. De reden is dat ik uit Overijssel kom, ja, ik had het Stertocht T-shirt aan. Ik riep dan komen jullie ook uit Overijssel, en jawel: uit Kuinre. Verderop slaan de militairen af en gaan zich opmaken voor de intocht. Ik sta te kijken en er komt een groot muziekkorps aan. Ik ga er lekker achter lopen, zo loop ik over de Via Gladiola. Tot bijna aan het einde.

Daar haak ik af want ik wil onze koning wel zien. Maar helaas, hij is al weg en de burgemeester van Nijmegen ook. Er staan vier ”Bobo’s”. Naast Johan Willemstein staat Gerard Beelen die met de opening van de Stertochten in Zwolle aanwezig was. Ik ga er naar toe en ik geef alle vier een hand, zij feliciteren mij. Met Gerard maak ik een praatje en vertel hem dat mijn Stertochten goed waren verlopen en dat ik het allemaal heel mooi en bijzonder vond. Ik loop langs de VIP-tribune verder en ik krijg een gladiool. Nog even de bocht om langs de tribunes en die beginnen al aardig leeg te raken. Dat geeft niks, die mensen hebben het in de volle zon nog veel warmer gehad dan ik. Ik loop naar de finish waar het erg druk is. Bij mijn afmeldbureau staat niemand, dus kan ik er met de twee heel aardige dames nog een gezellig praatje maken. Ik krijg de felicitaties en mijn pin voor de 22ste keer. We zeggen elkaar gedag, ik bedank ze en met een “tot volgend jaar” ga ik de drukte in om mijn wandelboekje en het IML-boekje af te laten stempelen. De stand van zaken is dat ik in 14 dagen tijd 12 wandeldagen heb gehad van 175 km en 120 km. Mijn wandelboekje geeft aan dat ik nu totaal 76.190 km heb gewandeld. Ik ben er trots op!



Een plaatselijke krant in de woonplaats van Marguerite Rose schreef het volgende:

Marguerite Rose uit Steenwijk heeft een zeer bijzondere prestatie geleverd.

Ze heeft niet alleen voor de 22e keer de Vierdaagse van Nijmegen uitgelopen, een week ervoor was zij namens de provincie Overijssel Sterloopster en vaandeldraagster. Zo heeft de 65-jarige in twee weken 175 kilometer én 120 kilometer gelopen.

Deze stertocht was ter ere van de 100e editie van de Vierdaagse van Nijmegen. Uit elke provinciehoofdstad vertrokken de lopers naar Nijmegen. ‘Ik kreeg van gedeputeerde Bert Boerman de vlag van Overijssel overhandigd met de bedoeling deze Nijmegen binnen te dragen in de Vlaggenparade. Hij noemde mij de ambassadeur van het wandelen in de provincie Overijssel. Daar ben ik wel heel erg trots op!’

Zondag was de aankomst in Nijmegen. ‘Ik probeerde de vlag zo goed mogelijk rechtop te houden zodat hij mooi wapperde. We liepen Lent uit en over de beroemde Waalbrug. Hier stond af en toe een rukwindje. Ik vond dat zelf wel mooi, de vlag wapperde fier in de lucht! En ik was enorm trots! We liepen nog een ommetje door de binnenstad van Nijmegen, ik vond het helemaal geweldig.’

Alle vlaggendragers verzamelden zich op de Wedren, waar een minuut stilte werd gehouden voor de slachtoffers van de aanslag in Nice en voor de twee overleden militairen in Mali. ‘Dat vond ik een heel emotionele minuut.’ Na het volkslied werd de Vierdaagse voor geopend verklaard. ‘Ik vond het allemaal heel bijzonder en geweldig. Het is tenslotte maar éénmalig dat de Vierdaagse voor de 100e keer wordt georganiseerd. En dat ik dit zo mee mag maken en dat alleen maar door in 9 dagen tijd 8 dagen te wandelen en 175 kilometer vol te maken. Echt super, echt uniek.’

Dinsdag begon ze aan deze bijzondere Vierdaagse. Ze ging dagelijks 30 kilometer lopen. Het kostte haar geen moeite. ‘Het was warm, die eerste dag, maar ik ben wel wat gewend.’ Want al van jongs af aan loopt Marguerite wekelijks haar kilometers. Zo’n 20 tot 30 kilometer. ‘Ik vind het heerlijk om elke zaterdag en zondag ergens te wandelen.’ Ze wandelt elk weekend en neemt aan meerdere vierdaagsen deel, zoals Diever, Alkmaar, Haarlem.

Ze loopt vaak alleen, soms met een vriend. De Vierdaagse van Nijmegen liep ze alleen. ‘Je eigen tempo lopen is het allerbeste.’ Ze nam de tijd er voor. ‘Ik wil er ook de hele dag over doen. Even zitten, even kletsen met anderen. Loop niet te snel, ga lekker zitten onderweg, ga ook iets bekijken, ga eens een kerk binnen of een bezoekerscentrum van Natuurmonumenten of Staatsbosbeheer’, is haar advies. ‘Dat is voor mij genieten.’

Het was een zware vierdaagse, maar Marguerite heeft wel zwaardere meegemaakt. ‘Ik heb ook wel de 40 en de 50 kilometer gelopen.’ Er komen nog meerdere vierdaagsen, die ze gaat lopen. Ze houdt een wandelboekje bij. ‘Hier schrijf ik over mijn tochten en houd ik de afstanden bij. De teller staat nu op totaal 76.190 kilometer. Ik ga ervoor om de 100.000 kilometer vol te wandelen. Er moet een doel zijn en hopelijk haal ik dat ooit eens.’

Wandelen is haar lust en leven. ‘Echt letterlijk. Ik beleef er veel plezier aan. Elke meerdaagse is weer anders en heeft zijn eigen charme. Ik zou het iedereen aan willen raden. Maar ga dan zeker goed trainen. Vroeger kreeg ik ook blaren. Nu allang niet meer. Zeker tijdens de Vierdaagse van Nijmegen zie ik veel strompelende wandelaars. Dat vind ik hartstikke zonde. Met trainen loop je veel gemakkelijker en geniet je er veel meer van!’

Klik HIER voor de betekenis van de buttons die boven aan dit verslag staan.

Henri Floor