Op woensdag 7 januari 2015 organiseerde Samen op Pad (SOP) een rondwandeling vanuit Bilthoven. De start was vanuit café Van Miltenburg. Normaliter is de start om klokslag 10 uur. Maar nu werd om 10 uur een kort toespraakje gehouden met enige huishoudelijke zaken. Voor SOP-tochten was deze keer een hoog aantal wandelaars naar Bilthoven afgereisd, in totaal 126.
In het begin van deze Nieuwjaarstocht leek het wel een kerkentocht te worden, want we kwamen achtereenvolgens langs de Zuiderkapel, de Rooms Katholieke Onze Lieve Vrouwe van de Altijd Durende Bijstand kerk en De Woudkapel. Daarna volgden we de spoorlijn Utrecht-Amersfoort in de richting van Den Dolder. Nabij de Sint Theresiaschool liepen we door Het Tunneltje onder de spoorlijn door.
Aan de noordoostkant van Bilthoven werd de bebouwde kom van Bilthoven definitief verlaten. Even volgden we de Hercules Segherslaan parallel aan de N234. Daarbij kwamen we langs het Te Koop staande restaurant Ma Cuisine. De vraagprijs bedraagt 675.000 euro. Spoedig verlieten we de provinciale weg en volgden de Vuursche weg. Ook deze weg verlieten we spoedig en dwaalden daarop door de bossen van landgoed Vijverhof.
We staken de Embranchementsweg over en dwaalden nu over landgoed Venwoude. Om onverklaarbare reden voor de wandelaars verlieten we de officiële route en liepen toen met 126 man over privé terrein. Gelukkig keek de eigenaar op dat moment niet uit zijn raam. Na het verlaten van voornoemd landgoed dwaalden we door het Nonnenland. Een grote modderplas werd door het gros van de wandelaars omzeild middels een alternatieve route, maar de die-hards trokken zich van de modder niets aan.
Vanaf omstreeks het jaar 1300 begon de turfwinning in dit gebied en daarmee ook de ontwatering. Dit in opdracht van het Nonnenklooster in Oostbroek in De Bilt, want zij waren de grondeigenaren. Hieraan is ook de naam Nonnenland ontleend.
Zo rond het jaar 1000 voor Chr. was dit gebied onderdeel van een zeer vochtig hoogveenmoeras dat ten westen van Soest en Baarn lag in een soort kom, een uitstuivingsvlakte achter de stuwwal van de Utrechtse Heuvelrug.
Uit oude kaarten blijkt dat er in die tijd twee beekjes door het gebied liepen.
Vanaf omstreeks het jaar 1300 begon de turfwinning in dit gebied en daarmee ook de ontwatering. Ontginning gebeurde na het graven van lange van zuid naar noord lopende watergangen, de zogenaamde groepen, die de naam Nonnegroep meekregen.
De Nonnegroepen dienden niet alleen voor afwatering, maar ook voor vervoer van de geoogste turf. De turf werd verder via een west-oost-vaart (nu de Praamgracht of Pijnenburger Grift geheten) naar Utrecht of de Eem getransporteerd. Deze vaart is nu de zuidgrens van Het Nonneland en de oostelijke Nonnegroep, die langs het Dolderse Laantje loopt, is de oostgrens van het gebied.
Op de kruising met de 300 Roedenlaan bij een hoek van het hekwerk om kasteel Drakesteijn stond een wandelaar tegen opgestapelde bomen aan. Hij had de voorinformatie dat we op dat punt na een km weer terugkwamen en had geen zin in dat lusje. Spoedig werd het centrum van Lage Vuursche bereikt. Hier was in dorpshuis "de Furs", ook wel genoemd "huis van het dorp" de grote rust. Niet alle wandelaars konden hier een zitplaats krijgen. Maar er waren talrijke wandelaars die voor een luxere rust kozen en in één van de restaurants rusten.
Na een rust van ruim een half uur vervolgden we ons pad. Al na een paar honderd meten kwamen we langs de Hervormde Stulpkerk. In een hoek van de omringende begraafplaats was het graf van wijlen prins Johan Friso. Belangstellende konden hier een bezoek aan brengen, dat door enige tientallen wandelaars ook daadwerkelijk gedaan werd.
Na Kattenhotel Vuursche werd de verharde weg weer verlaten. De wandelgroep stond nu een paar maal stil. Het was niet duidelijk waarom. We maakten een ruime bocht om Lage Vuursche heen en kwamen daarbij nog langs het Natuurvriendenhuis Koos Vorrink. Door het Maartendijkse bos en de Eijkensteinse bossen dwaalden we naar restaurant Mauritshoeve en het nabijgelegen Eijkenstein.
Het oude landhuis Eyckenstein is een buitenhuis (dat is een huis buiten de stad waar vroeger rijke mensen uit de stad hun zomer doorbrachten). Samen met het park vormt het een buitenplaats (dat is een buitenhuis met een park van minimaal 1 ha). Tevens vormt het met het bijbehorende gebied een landgoed (minimaal 5 ha met bijgebouwen).
Het gehele landgoed beslaat in totaal 365 ha grond, bestaande uit bossen, park en boerderijen met landbouwgronden. Achter het statige landhuis ligt het grootste deel aaneengesloten van 180 ha. Eyckenstein heeft een rijke geschiedenis van meer dan 400 jaar achter de rug.
Door de Ridderoordse bossen en het Heidepark met daarin een meertje werd Bilthoven weer bereikt. Een paar honderd meter voor de finish verlieten we de wandelgroep en liepen de kortste weg naar bushalte Gemeentehuis en reisden met de bus huiswaarts.
Het was een mooie bossentocht geworden. Het was de hele dag droog en zonnig geweest. Het eerste uur van de wandeling hadden we wat last van gladde wegen en het laatste uur kwam meer bewolking opzetten.
Klik HIER voor de betekenis van de buttons die boven aan dit verslag staan.