Middelseetocht

Op zaterdag 19 oktober 2013 organiseerde de FLAL de Middelsee wandeltocht. De start was vanuit kinderboerderij Doniastate te Truerd. Truerd is gelegen onder de rook van de Friese plaats Stiens. Nadat de 50 km lopers om 8:45 uur waren vertrokken mochten wij een kwartier later starten.

Stiens werd aan de zuidoostkant verlaten. Spoe­dig werd Britsum bereikt. Na de plaatselijke kerk werd Britsum verlaten. Even later werd Kornjum bereikt. Hier stond een heel mooi ge­bouw, Mar­te­na­sta­te ge­naamd. Park Mar­te­na­sta­te werd door een fraai poortje met bovenop een wapen betreden. Meteen na het poortje wees een pijl naar rechts met daarop de tekst fo­to­mo­ment. Als de FLAL een verwijzing naar een fotogeniek plekje verwijst, dan moet het wel een mooie plekje zijn. En dat was het op een kasteeltje lijkend Mar­te­na­sta­te.

Deze state of landgoed is genoemd naar een van zijn eerste bewoners Duco Martena, ooit getypeerd als staatsman, held en geleerde in de geschiedschriften van Eekhof.

De laatste bewoner van de "oude" state was jonker Duco Martena van Burmania Vegelin van Claer­ber­gen. Aan­ge­zien hij geen nazaten had vermaakte deze Mar­te­na­sta­te aan de kerkvoogdij van Cornjum. Deze werd eigenaar van een vervallen en verpauperd hoofdge­bouw. De kerkvoogdij besluit in 1899 de state te slopen en te vervangen door een "slot". Dit ge­bouw bestaat nog steeds en is gelegen op het eiland in de slotgracht van het park van Mar­te­na­sta­te. Als vervanger ontwierp architect W.C. de Groot een miniatuur-kasteeltje in neo-re­nais­san­ce­stijl, met de opvallende "sipel`, de ui-vormige dak­be­dek­king van de toren.

De fraaie poort, met Barokke kenmerken, uit 1620 bij de ingang van het park heeft niet altijd op deze plek gestaan. Ooit sierde deze poort het Land­schapshuis te Leeuwarden naast de Kanselarij (Fries Museum). In het Landschaps­huis kwamen de Staten van Friesland in de 18e eeuw bijeen. Halverwege de 19e eeuw werd dit ge­bouw afgebroken en verhuisde de poort naar Mar­te­na­sta­te te Cornjum. Thans is Mar­te­na­sta­te in beheer bij de Stichting Mar­te­na­sta­te.

Met zo'n rijke cultuurhistorische geschiedenis is het logisch dat het park en de bebouwing van Mar­te­na­sta­te de beschermende status geniet als "rijksmonument". Niet alleen het slotje maar alle aanwezige bebouwing, als koetshuis, boerderij en poort zijn hierdoor wettelijk beschermd.

Het park wordt omlijst en doorsneden door een aantal lanen met ten dele zeer oude bomen. Daar­naast is het park één van de rijkste vindplaatsen van stinzen-planten in Fryslân. Onder de oude lanen vormt zich vroeg in het voorjaar een tapijt van duizenden bol- en knol­ge­was­sen. In totaal worden er op Mar­te­na­sta­te 12 verschillende soorten stinzenflora aangetroffen, zoals Haarlems klok­ken­spel, bostulp, holwortel, vin­ger­helm­bloem, daslook, gele anemoon, adderwortel en de boe­ren­kro­kus. Sinds 2001 wordt het beheer in opdracht van Stichting Mar­te­na­sta­te uitgevoerd door It Fryske Gea.

Voordat we Mar­te­na­sta­te bereikten kwamen we nog langs de voormalige tuinmanswoning van Mar­te­na­sta­te ge­naamd Túnmanswente.

Túnmanswente" is de voormalige tuinmanswoning van Mar­te­na­sta­te, gelegen in het dorpje Koarnjum (Cornjum) in Fryslân. In 2006 kwam de Túnmanswente leeg te staan. Stichting Túnmanswente werd opgericht en liet de woning verbouwen tot een multifunctionele leerplek. Een plek met Bêd & Brochje, Theetuin, Vergaderaccomodatie, Streekproductenwinkel, Toeristisch Informatiepunt en een tuin met groenten, kruiden en bollen. Túnmanswente wordt gerund door leerlingen van het Middelbare Hotelschool Friesland en MBO GROEN van AOC Friesland. Túnmanswente verhuurt twee tweepersoonskamers. Hier kunt u in alle rust genieten van de prachtige omgeving en de rijkelijke historie. De kamers zijn geschikt voor rustzoekers, senioren, romantici, wan­de­laars, maar ook voor zakenmensen. "Ontwaken in een natuurlijke omgeving met veel historie" 

Bij de start stonden we zodanig opgesteld dat we als eerste de start verlieten. Inmiddels hadden we 4 km afgelegd en na de voornoemde fo­to­ses­sie, waren we nu een van de laatste op de 40 km. En we hadden nu ook bijna geen wan­de­laars voor ons. Daarna slingerde we wat door het park. Na het Park Mar­te­na­sta­te kregen we nog een laatste zeer fraaie blik op het kasteeltje. Vervolgens kwamen we nog langs de kerk van Kornjum.

Daarna liepen we naar Jelsum en ook hier was de kerk bezienswaardig en voerde de wandelroute er vlak langs. Bij huize De­ke­ma­sta­te werd Jelsum verlaten.

Net als veel andere Friese States (en Groninger Borgen) is ook De­ke­ma State gegroeid uit een een­vou­di­ge rechthoekig verdedigbaar steenhuis, een "stins". State is een Friese naam voor een adellijke woning. De naam De­ke­ma is afkomstig uit de 16e eeuw toen een familie met deze naam de State bewoonde. Hoewel daarna nog andere families de State bewoond hebben is de naam De­ke­ma State gebleven. De laatste familie die De­ke­ma State heeft bewoond is de familie van Wageningen, van 1791 tot 1996.

Buiten Jelsum pas­seer­de een auto ons op een dood­lo­pen­de weg en even verderop stapten twee mannen met twee honden uit. Ze waren ge­wa­pend met een jachtgeweer en liepen een weide in en even later hoorden we enige schoten.

De Dok­ku­mer Ee werd bereikt en een tijdlang gevolgd. Na kruising met de Stienservaart pas­seer­den we Wyns dat aan de andere kant van de Dok­ku­mer Ee lag. We zagen daar een oude kerk en café De Winze. Er was zelfs een pontje. In Tichelwurk werd op 13 km de verzorgingspost bereikt. Even later troffen we hier ook de 50 km pijlophalers.

We vervolgden ons pad langs de Dok­ku­mer Ee en op een gegeven moment zagen een een soort rondvaartboot liggen met de naam Wetternocht.

"Salonboot Wetternocht" is van oorsprong een beurtvaart-stoomschip, dat ruim een eeuw geleden (1901) van stapel liep.  Na een lange periode van vrachtvaren kreeg het schip uiteindelijk een bestemming als rondvaartboot.

In 1997 werd het klassieke vaartuig volledig ge­res­tau­reerd en (onder toezicht van de Nederlandse Scheep­vaart­in­spec­tie) modern uitgerust voor pas­sa­giers­ver­voer. Sindsdien is de "Wetternocht" opnieuw in z'n e­le­ment en bevaart het schip als vanouds de Friese wateren.  Aan het roer een ervaren kapitein, die z"n gasten (groepen tot max. 40 personen) koersvast en veilig langs de mooiste plekjes van Friesland voert.

Verder heeft de "Wetternocht" als voordeel dat u boven de waterlijn zit, dit in tegenstelling tot de meeste andere rondvaartboten, zodat u niet alleen riet en water ziet maar kunt genieten van een wijds uitzicht. Op zonnige en warme dagen kan het grote schuifdak worden geopend, en voor koude dagen is er centrale verwarming aan boord.


Verschillende keren zagen we bordjes van de 240 km lange Elf­ste­den­fiets­tocht. Daarop werd Barthlehiem bereikt. We kwamen ook over het bekende elf­ste­den­schaats­tocht­brug­ge­tje. Vlak voor de brug was een cafeetje en een FLAL-pijl gaf aan dat we hier niet moeten rusten. Barthlehiem werd spoe­dig verlaten mede omdat het naar een heel klein plaatsje was.

Nabij Tergreft staken we de Hallumertrekvaart over. Hierlangs lagen enige woonboten. De Dok­ku­mer Ee volgend werd Burdaard bereikt. Aan de o­ver­kant van de Dok­ku­mer Ee zagen we supermarkt Oan 'e ie. Na de Protestantse kerk werd café restaurant It Posthus bereikt. Hier aten we soep en dronken Late Macchiato. De ser­veer­sters wer­den opgeschrikt door een ambulance met sirene en zwaailichten. Want een ambulance komt in dit 1100 inwoners tellend dorp niet zo vaak voor.

De volgende doorkomstplaats was Wanswert. Hier maakte ik een grappige foto waarbij een hangend vogelhuisje bijna net zo groot werd weer­ge­ge­ven als een achterliggende molen. Ook hier liepen we langs een oude kerk, een her­vorm­de. Een bordje langs de Kelnersdyk gaf aan dat we langs een groot ganzen fourageergebied kwamen en dat daar geen vrije toegang toe was. De agrarische natuurvereniging ANV Om 'e Koaien was hiermee belast.

De agrarische natuurvereniging ANV Om "e Koaien is opgericht in 2005 door boeren die actief zijn met agrarisch natuur- en landschapsbeheer. De leden van de vereniging willen de natuur en landschapwaarden in het agrarische gebied beheren en behouden. De vereniging omvat een gebied van ruim 3000 ha, gelegen vanaf Stiens tot aan Dokkum tussen de Dok­ku­mer Ee en de Ljouwerterdyk. De vereniging bestaat uit circa 100 leden en donateurs die betrokken zijn bij het agrarische natuurbeheer.

Nadat we de Kontribusjefeart waren o­ver­ge­sto­ken was het meer dan 4 km lopen naar Hallum. Evenals zoveel andere plaat­sen waar we door kwamen, kwamen we ook hier langs de plaat­se­lij­ke kerk. Om de kerk was een grote be­graaf­plaats. De kerk­to­ren was helemaal ingepakt van­we­ge renovatie. Opvallend hier was dat de be­graaf­plaats haast pal langs woningen was gelegen. In café De Viersprong te Hallum was een bin­nen­rust. Er was een aparte ruimte voor de wan­de­laars met open deur zodat het net leek alsof de rust in een grote boeren schuur was. We hoorden iemand van de catering tegen een ander zeggen, dat ze maar niet meer besmeerde broodjes hoefde klaar te maken. Dat leek ons een goed idee, want naast de pijlophalers liep nog slechts één wandelaar achter ons.

Na Hallumerhoek was de volgende doorkomstplaats Oudebildtzijl. Op weg daar naar toe kwamen we langs een akkerland waar keurig aardappels in rijen op de grond lagen en met een landbouwwerktuig wer­den de aardappels in wagens getransporteerd. Aan de andere kant van de weg naar Oudebildtzijl kwamen we langs een infobord over klooster Mariëngaarde dat hier dichtbij lag tussen 1163 en 1578. In het centrum van Oudebildtzijl was de brug over de Ouwe Rij recentelijk (2006) gerenoveerd inclusief sluisdeuren (2008).

Het Bildt ligt in de monding van de vroegere Mid­del­zee. De Middelzee slibde vanaf de 13e eeuw geleidelijk aan dicht. Tot de aanleg van de vijftien kilometer lange Oudebildtdijk werd in de 15e eeuw werd besloten het gebied van het huidige Bildt in te polderen. De Oude Rij was vroeger een zeeslenk. Vanuit Oude Leije liep deze in noordelijke richting naar zee. Tegenwoordig is het de vaart tussen Oudebildtzijl en Oude Leije. Het beschermde dorps­ge­zicht van Oudebildtdijk, ook wel Ouwe-Syl ge­naamd, is een van de beschermde stads- en dorps­ge­zich­ten in Friesland. Een opvallend punt in het centrum van Oudebildtdijk is de in 2006 ge­res­tau­reer­de Pyp, de voormalig Oude sluis. In 2006 is de sluis weer naar originele staat terug gebracht.

Langs de Ouwe Rij liepen we naar Vrouw­buurt­ster­mo­len. Hier stond de gelijknamige imposante molen. Bij café restaurant De molen was de laatste bin­nen­rust. Wij besloten hier buiten op een bankje even een kartonnetje met limonade te drinken en meteen verder te lopen. Want we wilden de bus van 17:14 uur naar Leeuwarden halen. En naar die bus was het vanaf de finish nog een kleine 2 km lopen.

Nadat we Vrouw­buurt­ster­mo­len hadden verlaten, wer­den we ingehaald door een groepje 50 km lopers, die de lus van de 50 km er al op hadden zitten. Nadat ze 50 meter voor ons liepen, bedachten we, dat als we bij hen zouden aansluiten we de bus zeker nog zouden kunnen halen. En dat is uiteindelijk ook gelukt. Om 16:40 uur werd de finish bereikt en niet veel later werd koers gezet naar de bushalte.

Hoewel de route vrijwel geheel over verharde wegen liep, was het toch een hele aardige tocht geworden en beslist de moeite waard om mee­ge­daan te hebben. Nog enige opvallende dingen die we onderweg hebben gezien of meegemaakt: We zagen vrij vaak bij huizen de was buiten hangen. Het was tijdens de wan­de­ling voor 99% droog geweest. Vlak voor het betreden van de rust in Burdaard waren enige regendruppels gevallen en later hebben we enkele keren wat spatten gevoeld. We willen de organisatie hartelijk danken voor deze tocht. Ook de vrijwilligers van de verzorgingspost die invielen en pas een week tevoren benaderd waren om mee te helpen.

Henri Floor