Gat van Waalre tocht

Op dinsdag 17 september 2013 or­ga­ni­seer­de OLAT de Gat van Waalre tocht. De start was vanuit de Geneperparken aan de Antoon Coo­len­laan te Eindhoven. De Antoon Coo­len­laan was ge­deel­te­lijk afgesloten. De bereikbaarheid van de start­lo­ca­tie was zowel voor automobilisten als o­pen­ baar vervoer reizigers een pro­bleem. De bus­hal­te voor de Geneperparken werd niet aangedaan door bus 17. Wel was er op ongeveer 500 meter afstand een tijdelijke halte. Door bovengenoemde pro­ble­men werd nu even na 10 uur ge­start.

Na de start werd de Ton­gel­reep opgezocht en even gevolgd. Na het Ton Smitspark werd de Ton­gel­reep heel breed. Hier verlieten we de Ton­gel­reep. Daarna lie­pen we op korte afstand van het Historisch Openluchtmuseum Eindhoven. In de beginjaren van de Kem­pi­sche Wan­del­da­gen, toen voor het Historisch Openluchtmuseum Eindhoven nog geen toegang werd geheven, voerde de rou­te hier ook door­heen.

Na het Frater Simon Deltour Heempark kwamen we bij de Genneper watermolen. Dit kwam ons bekend voor van het Airborne-pad. Via een smal bruggetje staken we de Dommel over en volg­den de Dommel zuidwaarts. We kwamen bij de Antoon Coo­len­laan op een paar honderd meter van ons start­a­dres vandaan en staken de­ze over.

Na een krui­sing volg­den we even de Professor Holstlaan en sloe­gen voor de Dommel af. Snel achter el­kaar staken we het Afwateringskanaal en de Dommel over en volg­den de Dommel nu aan de andere zijde. Op de plaats waar de Dommel even op een meer leek, staken we de Dommel over bij de een plek waar wier en dergelijke uit de Dommel wordt gevist en op de wal wordt op­ge­sla­gen. de zogenaamde zandvang.

In de Ton­gel­reep is rond 1960 de­ze zandvang gegraven. De­ze is bedoeld om zand af te vangen om verzanding van de rivier stroomafwaarts te­gen te gaan, met name de stad Eindhoven. Later bleek de zandvang nog een belangrijk effect te hebben: ze vangt naast zand ook slib met ver­ont­rei­ni­gen­de metalen af. In een deel van dit gebied is de waterbodem ver­ont­rei­nigd met zware metalen zoals cadmium en zink. Dit is een gevolg van lozingen van stoffen door de zinkindustrie in de Ne­der­land­se en Vlaamse Kempen. Zware metalen hechten zich vooral aan slib op de bodem van de rivier. Door het slib ge­con­tro­leerd af te vangen kan de verdere verspreiding van zware metalen wor­den tegegaan. Vlak voor de slibvang is nu een slimme zandvang aangelegd. De slimme zandvang wordt 5 tot 6 maal per jaar geleegd. Door de beperkte inhoud valt het licht ver­ont­rei­nig­de zand in de­ze vak en zakt het ver­ont­rei­nig­de slib in de slibvang De Vleut uit.

Nu kwamen we bij verkeersknooppunt de Hogt. We lie­pen hier onder de talrijke viaducten door. Sinds 2010 was dit gebied heringericht. Daarbij meanderende de Dommel weer. Hier had­den we een rust. Tot aan de Onze Lieve Vrouwe dijk te Veldhoven bleven we de meanderende Dommel volgen.

Bij partycen­trum ´t Witven had­den we een bin­nen­rust. Ik stelde vast dat ik een blaar had opgelo­pen en één van de medewandelaarsters was zo vriendelijk om mij hier heel vakkundig van te verlossen.

Na de­ze rust viel ons een bord op. Er stond een verkeersdriehoek met een koe afgebeeld. Er boven stond de tekst: "Let op! Werk langs de weg" en er onder stond: "Elke dag verse melk". We lie­pen onder een hoogspanning door en zagen toen een, voor Ne­der­land­se begrippen, groot zonnebloemenveld.

We kwamen weer bij de Dommel en volg­den de­ze naar de Volmolen, een watermolen. Waalre werd be­reikt en bij het Gat van Waalre stonden enige heel grote nieuwe huizen. Ook bij het meer Het Gat van Waalre had­den we een rust.

"Het gat van Waalre" is ontstaan door afgraving voor de dichtbij gelegen snel­weg. Het is een typische zoet­wa­ter­plas. Zandbodem met rietbegroeiïng langs de rand. Langs de randen is een afgegraven strook van 3 tot 9 meter.

Na de­ze rust lie­pen we naar de gecombineerde A2/A67-snel­wegen. Na golfterrein De Ton­gel­reep werd het riviertje Ton­gel­reep opgezocht en gevolgd tot nabij de finish. Daarbij moesten we ons een keer tus­sen takken door wurmen vanwege een omgevallen boom.

Op de parkeerplaats waar de meeste wandelaars hun auto had­den staan, werden de parkoersbouwers gehuldigd. Daarna ging ieder zijns weegs. Ik liep terug naar de bushalte en constateerde dat de bus pas na 25 minuten vertrok. Het was eer een aardige tocht gewor­den. We had­den onderweg geen druppel re­gen gehad. Dat troffen we want er was slechter weer voor­speld.

Henri Floor