Op dinsdag 2 april 2013 kwam ik rond kwart voor negen op NS station Weert aan. Omdat de start van de wandeltocht om 10 uur was en ik uitgerekend had dat de startlocatie op 3,6 km van het station lag besloot ik naar de start te lopen. Ik had de looproute op mijn GPS ingevoerd. Toen ik op de geplande startlocatie aankwam bleek dit niet te kloppen, maar een km verderop te leggen. Ik legde de ruim 4˝ km in 50 minuten af en had nog tijd over om een kop koffie te drinken alvorens om 10 uur gestart werd.
De start was gelegen in café-zaal Schuttershoeve te Weert. De zaal was niet geopend, zodat we ons in het café gedeelte moesten proppen. We waren zeer welkom want we konden (echte) paaseieren eten. Ook werd er rondgegaan met kleine chocolade paaseieren. We verlieten de start in noord-oostelijke richting over de Grotesteeg. Aanvankelijke liepen we door open gebied. Zandwegen, zoals de Karelkeweg en de Vertebrugsteeg werden afgewisseld met asfaltwegen zoals de Hoogbeemdenweg (gedeeltelijk asfalt), de Mastenbroekweg en de Bocholterweg.
Over de Horstweg liepen de door natuurgebied Mastenbroek. Na het Grootvenweg en de Dijkerpeelweg werd natuurgebied Tungelerwallen bereikt. Aan de rand hiervan hadden we een korte rust, mede om achterliggers bij te laten komen en om een wandelaar de gelegenheid te geven een heerlijke lekkernij uit te delen. Zo kreeg ik van hem een chocolade paaskuiken.
Bijenwolf, harkwesp, mierenleeuw en de grote rupsendoder, de ene naam is nog vreemder dan de andere en deze insecten vindt je op de Tungelerwallen.
Dit aangeplante dennenbos wordt afgewisseld met stukken heide en stuifzand. De open delen zijn belangrijk voor de mierenleeuw en graafwespen zoals de bijenwolf, de harkwesp en de grote rupsendoder. Verder zitten in het gebied veel sprinkhanen. Op de heide broeden boomleeuwerik, boompieper en roodborsttapuit.
Ook de veldkrekel voelt zich thuis op de Tungelerwallen.
Om deze vegetatie in stand te houden, maakt Natuurmonumenten het stuifzand dat met bos en heide dreigt dicht te groeien regelmatig open. De mossen geven het gebied in de herfst een prachtige kleur.
Op de overgangen van stuivend zand naar heide groeien veel (korst-)mossen. Enkele soorten zijn grijs kronkelsteeltje, peermos, ruig haarmos en het zeldzame IJslands mos.
Nu dwaalden we fraai door heuvelachtig gebied. De Tungelerwallen bestaan onder andere uit bos- en heidegebied en een kleine zandverstuiving. We liepen hier westelijk van het plaatsje Tungelroy waarnaar ook de Tungelerwallen zijn genoemd. Toen ik begin jaren tachtig een keer alleen het huidige pelgrimspad2 van Den Bosch naar Eijsden liep met rugzak, trof ik in Tungelroy een paar kinderen van een jaar of 12 die aan mij vroegen of ik met een parachute naar beneden was gekomen.
Na de Wallenweg liepen we opnieuw door het natuurgebied Tungelerwallen. Zuidelijk langs Altweerderheide werd op 12˝ km de grote rust bereikt. Dit was tevens de start- en finishlocatie. Na de rust liepen we in noordelijke richting en liepen daarbij door bosgebied Altweerderheide. Na een bruggetje volgden we een smal graspad langs een kassencomplex.
Nu werd het natuurgebied IJzeren man en de Kempen-Broek bereikt. Bij het Geurtsven liepen we bijna helemaal om het ven heen. Daarna liepen we langs een beekje dat heel diep (naar Nederlandse begrippen) in de grond was uitgeschuurd.