Op zaterdag 25 februari 2012 organiseerde WS78 de 40 km lange De Sijtwendetocht. De start was vanuit het Wellantcollege te Den Haag. Bij de start zagen we weer talrijke bekenden. Rond 8:55 uur kon gestart worden. We verlieten de start langs Sportpark Westvliet, de Voorburgse Cricketclub en Atletiekvereniging Sparta. Bij Dierenspeciaalzaak / Tuincentrum Hofstede werden honden getraind achter een hekwerk. We kwamen uit op de Westvlietweg. Hier volgden we de Trekvliet of Zuidvliet oostwaarts. Aan de overzijde van het water stonden talrijke luxe optrekjes. Bij de spoorlijn van Randstadrail staken we de Zuidvliet over. Vanaf de brug zagen we de RK Sint Martinuskerk te Voorburg fraai in het water weerspiegelen. Na de brug vervolgden we ons pad langs de Trekvliet.
We kwamen nu door het gebied met de naam Sijtwende, waarnaar deze tocht ook genoemd is. Er was hier ook een lange tunnel onder de grond met de naam Sijtwende Tunnel.
De Sijtwende tunnel bestaat uit drie afzonderlijke tunnels in de provinciale weg N14. Van zuid naar noord zijn dat de Vliettunnel (lengte 1200 meter), de Parktunnel (lengte 275 meter) en de Spoortunnel (lengte 400 meter). De naam Sijtwende is afkomstig van het gelijknamige bouwproject dat hier gerealiseerd is.
Over de hoogste toppen van het Sijtwendepark vervolgden we ons pad. Nu kregen we Molen De Vlieger in het zicht. Maat we moesten hier in de rij staan om een foto te kunnen maken vanwege de wandelaars voor ons die er ook een foto van maakten.
De in 1446 gebouwde "Veenmolen" bleek niet in staat het omvangrijke poldergebied op de grens van het Voorburgsch en Haagsch Ambacht te bemalen. Dit poldergebied strekte zich uit tussen de Haagsche Vaart, de Landscheiding tussen Rijnland en Delfland, de Broeksloot en de Scheywetering.
Het gebied werd daarom verdeeld in twee polders, te weten de Veenpolder met de Veenmolen en de Binckhorstpolder met de Binckhorstmolen. De Binckhorstkade vormde de scheiding.
De huidige molen De Vlieger werd in 1621 gebouwd onder de naam "Binckhorstmolen", ter vervanging van de in 1461 gebouwde voorganger met de zelfde naam, die stond aan de Haagsche Vaart (de huidige Trekvliet).
Als plaats voor deze molen koos men ongeveer het midden van de polder aan de kant van de Broeksloot, waarmee de molen met een ongeveer 100 meter lange molensloot was verbonden. De molen heeft enige eeuwen zijn werk gedaan, zij het met regelmatige reparaties en aanpassingen. Ook veranderde de naam van de molen waarschijnlijk ergens in de achttiende eeuw in "molen De Vlieger" soms ook "Vliegermolen" genoemd.
In 1872 werd een stoomgemaal gebouwd in de Binckhorstpolder om de Veen- en Binckhorstpolder te bemalen. Om het overtollige water uit de Veenpolder bij dit gemaal te brengen, werd een nieuwe watergang naar het gemaal gegraven (de Machinesloot). Het gemaal werd met een ruim 200 meter lange voorboezem aangesloten op de Broeksloot. Samen met de twee molens te weten de Nieuwe Veenmolen gebouwd in 1654 en molen De Vlieger zorgde het gemaal voor de bemaling van de Veen- en Binckhorstpolder.
In 1989, bij de reconstructie van het gebied, deed de gelegenheid zich voor om de molen te verplaatsen naar de polder Essesteijn. Deze spectaculaire verplaatsing, waarbij de romp en de kap over de spoorlijn moesten worden getild, kreeg veel aandacht van de Voorburgers maar ook van de pers en de televisie. Nu staat molen De Vlieger al weer vele jaren op zijn nieuwe plaats, in goede conditie gehouden door regelmatige onderhoud van de gemeente.
Na de Oosterbegraafplaats liepen we verder langs de Prins Bernhardlaan. We bleven de N14 nu een tijdlang volgen. Nabij NS station Den Haag-Mariahoeve liepen we onder de spoorlijn door.
Na zo'n 7 km werd het parkoers mooier en minder stedelijk. Door een wijk met oudere en luxe huizen werd het park Marlot doorkruist. De zon, die volop scheen, zorgde voor fraaie weerspiegelingen. Verderop kwamen we langs het Nationaal Automobielmuseum Louman. Een jongeman die samen met nog een andere jongeman en een jonge vrouw voor ons liepen, zei tegen de vrouw "maak hier een foto van ons". Want in dit gebouw staat een motor. Toen de vrouw vroeg of ze de foto horizontaal of vertikaal zou maken antwoordde de jongeman met "doe maar wat. Daarop maakte ik de opmerking om de foto diagonaal te maken. Daarop zei de jongeman tegen de vrouw "die meneer zegt dat je de foto diagonaal moet maken".
Het Louwman Museum herbergt 's werelds oudste privé-collectie automobielen, bijeengebracht door twee generaties van de familie Louwman. De basis werd reeds in 1934 gelegd en inmiddels omvat de collectie ruim tweehonderddertig antieke en klassieke automobielen. Kenners beschouwen de collectie als één van de mooiste ter wereld. Het museum straalt passie uit. Elke automobiel vertelt zijn eigen verhaal en levert daarmee zijn eigen bijdrage aan de geschiedenis. Het zijn spiegels van de cultuur.
De collectie is gehuisvest in een specifiek voor dat doel gebouwd museum in Den Haag, de stad waar P.W. Louwman een importschap voor Dodge- en Chrysler-automobielen begon. Het museumgebouw, ontworpen door de Amerikaanse architect Michael Graves, is in harmonie met de historische omgeving. Ook de omringende landschapsarchitectuur van Lodewijk Baljon is in evenwicht met het gebouwontwerp.
Na bosgebied Reigersbergen liepen we onder de Leidsestraatweg door en volgden deze even westwaarts. Aan onze rechterhand lag nu Sportpark Oosterbeek in de gemeente Wassenaar. Na het Oosterbeekpark, Park Clingendael en het Duinbosch werd de soeppost bereikt. Deze was gelegen bij Haagsch Handboogschuttersgilde "Sint Sebastiaan" te Wassenaar. De afgelegde afstand bedroeg hier 11 km. Het was hier druk en erg gezellig. Daardoor duurde het wat langer dan gepland alvorens deze rustpost werd verlaten.
Nu dwaalden we een lange tijd door duingebied van de Waalsdorpervlakte. We liepen op relatief korte afstand langs het oorlogsmonument en de Herdenkingsklok maar we zagen ze niet. We hadden hier af en toe fraaie vergezichten.
Met afgedwongen medewerking van bij de executies betrokken Duitsers werden door de `Dienst Identificatie en Berging` opgravingen gedaan in en rond de duinpan waar de executies hebben plaatsgevonden. De opsporing van een groot aantal slachtoffers werd vergemakkelijkt doordat een helmplanter (de heer Kuit uit Katwijk), die zich vanwege zijn werk veel op de Waalsdorpervlakte bevond, van een afstand een aantal keren getuige is geweest van executies. Dankzij het feit dat hij de plaatsen, waar deze verzetshelden vervolgens werden begraven, op slimme wijze heeft gemarkeerd, zijn er vele slachtoffers moeiteloos teruggevonden.
De ´Duinpan´ werd omgeven door een eenvoudige afrastering. De Commissie Nationale Herdenking 1940 - 1945 heeft zich ingespannen de fusilladeplaatsen op natuurlijke wijze te beschermen door middel van beplanting. Ook voor het plaatsen van de kruisen van het monument was uiteraard toestemming nodig.
Eén kruis geeft de plaats aan waar op 8 maart 1945 de 38 executies als represaille wegens de ´Rauter-ramp´ d.d. 6 maart 1945 plaatsvonden
Een ander kruis Geef de meest gebruikte fusilladeplaats aan.
Vier kruisen kregen een plaats buiten de duinpan, aan de voet van een nabij gelegen duin. Een muurtje met de jaartallen 1940 – 1945, alsmede een eenvoudige gedenksteen, kregen een plaats vóór de kruisen.
Van meergenoemde vier kruisen werden in 1980 verbronsde replica's gemaakt; de oorspronkelijke kruisen werden in 1981 overgebracht naar het Fries Verzetsmuseum te Leeuwarden; zij kregen in een van de zalen een ereplaats.
We kwamen uit bij Boerderij Meyendel dat geen ouderwetse boerderij is maar een restaurant. Verder dwaalden we door landgoed Meyendel. Nu volgden we een paar km de Ganzenhoekweg, een grintpad dat op korte afstand parallel liep met een fietspad. Uiteraard waren er talrijke wandelaars die het fietspad volgden omdat dat makkelijker loopt, alsof het hen alleen ging om de te lopen afstand. Zij misten daardoor meerdere malen fraaie uitzichten op de duinmeren.
Er was een uitzichtpunt vanaf een duintop waarheen een trap naar boven voerde. Wij lieten dit uitzichtpunt schieten vanwege onze conditie. De Ganzenhoekweg voerde ons naar bosgebied Ganzenhoek. Even voor de geasfalteerde Wassenaarseslag sloegen we af en volgden een grintpad naar Wassenaar. Aan de rand van Wassenaar stonden een paar infopanelen met een bankje in de zon. Wij lasten hier een rust in en genoten hier extra van het zonnetje.
Voor café De Klip sloegen we af en volgden nog een fraaie bospassage, waarbij we achter Duinrell liepen. Aan het einde van het bos, bij de stoplichten, besloot ik de wandeling voor gezien te houden wegens lichamelijke problemen, die ik niet wilde forceren. Ik had hier vooraf al rekening mee gehouden. Daardoor wist ik dat hier vlakbij een bushalte was. Vanwege het afgelegen gebied in de Randstad reed de bus maar eenmaal per uur. Hierdoor moest ik een klein half uur wachten. De bushalte lag halverwege de heenroute naar de grote rust in Sporthal de Schulpwei van voetbalvereniging Blauw Zwart en de vervolgroute. Toen ik Coos zag lopen, gaf ik aan haar door dat ik gestopt was. Zij zou het dan aan de finish doorgeven. Vijf minuten voordat bus 90 arriveerde, zag ik rond 14:00 uur de 4 pijlophalers lopen en een pijl verwijderen. Met de bus reed ik naar NS Den Haag Centraal. Onderweg daar naar toe zag ik nog wandelaars op een bankje bij de koffiepost zitten.
Het was een hele aardige tocht geworden. Nadat het in de ochtend en begin van de middag erg zonnig was geweest, kwam in de loop van de dag bewolking opzetten en werd het daardoor ook frisser. Het IVV-nummer was 11360.