Foto's alle foto's in het klein van de tocht diavoorstelling foto's nabestellen Picasa de ingetekende route zoals deze op www.afstandmeten.nl staat Terug naar de homepage van Henri Floor Kampinatocht vanuit Boxtel

Kampinatocht vanuit Boxtel op zaterdag 1 mei 2010 Op zaterdag 1 mei 2010 organiseerde de wan­del­sport­ver­e­ni­ging De Keistampers de Kampinatocht vanuit Boxtel. Met het openbaar vervoer reisden we naar de start alwaar we rond 8:40 uur aankwamen. Na de gebruikelijke formaliteiten lieten we de wan­del­rou­te, in vier delen, op ons GPS apparaat inladen, een prima service. Even na kwart voor negen begaven wij ons dan op pad voor de 40 km. Vrij snel na de start liepen we langs kasteel Stapelen.
Kasteel Stapelen is al bijna een eeuw lang een klooster. In 2010 verblijven er veertien paters in het kasteel. Het kasteel fungeert als klooster, als missiemuseum en als provincialaat van de Orde van de paters Assumptionisten. De orde houdt zich in Nederland bezig met zielzorg, parochiewerk en bedrijfsapostolaat en met de missie.
De naam van het kasteel is een beetje een raadsel. Verschillende etymologische woordenboeken geven verschillende betekenissen voor het woord stapel. Het zou onder meer fundament kunnen betekenen of stapelplaats, maar ook zuil of kerktoren. In 1134 heette Stapelen de Stapelo, de naam is dus al oud, maar een goede verklaring lijkt in de nevelen van de tijd verdwenen.
Het kasteel Stapelen werd in de veertiende eeuw gebouwd in een arm van de bochtige Dommel. Ook nu nog is het kasteel geheel omgracht. Het geheel doet bijzonder rommelig aan. Er is een veelheid aan gebouwtjes en gebouwen, oud en nieuw, die rond een binnenplaats zijn opgetrokken. Het huidige aanzien van het kasteel is grotendeels te danken aan de voorlaatste eigenaar. Dat was Hendrik Mahie, raadslid in ´s-Her­to­gen­bosch, die het kasteel in 1857 had aangekocht. Hij liet het kasteel geheel verbouwen in een neo-gotische stijl.
Kampinatocht vanuit Boxtel op zaterdag 1 mei 2010 Daarna liepen we onder de spoorlijn ’s-Hertogenbosch-Eindhoven door. Vervolgens werd een industrieterrein doorkruist.

Maar daarna werd het echt mooi. We volgden een traject langs het riviertje Beerze. Na enige veldwegen en –paden werd het natuurgebied Kampina bereikt. We liepen een lus door het gebied met de naam Huisvennen (Enige huisvennen hadden een eigen naam, te weten Lelieven, Flesven, Meeuwvennen, Groot Huisven, Duikersven en Kogelvangersven)
Bijzonder aan Kampina is de uitgestrektheid, de ongereptheid, de rust en vooral de variatie. Vooral bij de Huisvennen krijg je bij bijna elke bocht weer een andere beleving. Het landschap wisselt voortdurend van dicht bos tot open heide en van kletsnatte vennen tot gortdroge stuifzandheuvels. De afwisseling in vochtigheid en begroeiing brengt ook een grote variatie aan dieren met zich mee. Van bosuil tot kraanvogel en van heideblauwtje tot groene kikker voelen zich hier thuis. De natuurlijke rijkdom van dit gebied staat al lang bekend. Het was onder meer een favoriete plek van de heer Van Tienhoven. Deze (mede-)oprichter van Natuurmonumenten ligt inmiddels bij de Zandbergsvennen begraven en ‘zijn’ vereniging zet zich nog volledig in om Kampina zo adembenemend mooi te houden.
Het Groothuisven is een van de waardevolste vennen van Kampina. Hier is het water nog bijna net zo schoon als veertig jaar geleden, terwijl veel andere vennen door toestroom van meststoffen aanzienlijk zijn vervuild. In en rond het Groothuisven komen nog planten voor die elders zeldzaam zijn geworden, zoals beenbreek, veenpluis, klokjesgentiaan en veenbes.

Kampinatocht vanuit Boxtel op zaterdag 1 mei 2010 Op 11 km werd de eerste wagenrust bereikt. Naar later bleek, zou dit voor ons de enige wagenrust zijn. We werden hier al geattendeerd op steekvliegen/muggen. Dat zou er voor zorgen, dat we de rest van de tocht bijna niet meer stilstonden.
Vlak na deze verzorgingspost kwam we langs een gedenkteken uit de tweede wereldoorlog We vervolgden ons pad nu langs de Zandbergsvennen. Hier stond een soort hunebed. Het was de natuur begraafplaats of gedenkplaats van Pieter Gerbrand van Tienhoven.
Pieter Gerbrand van Tienhoven, natuurbeschermer (1875-1953) groeide op als vijfde van de negen kinderen in een intellectueel en artistiek gezin. Hij volgde een gymnasiale opleiding, eerst in zijn geboorteplaats en daarna in Gouda, waar hij in 1895 eindexamen deed. In 1895 liet hij zich inschrijven aan de Universiteit van Amsterdam en studeerde hier rechten en biologie. Op 30 juni 1902 promoveerde hij op stellingen tot doctor in de rechtswetenschappen. Vervolgens begon een loopbaan als assuradeur in het verzekeringswezen. Zo richtte Van Tienhoven in september 1904 de Nationale Zee- en Brand Assurantiemaatschappij NV op, waarvan hij tot in 1949 mededirecteur bleef. Verder was hij directeur bij de NV Hollandsche Brand- en Levensverzekering Societeit (1908-1935) en bij de Noord-, Zuid-Hollandsche en Zeeuwsche Zee- en Brandverzekering-maatschappij. Overigens liet Van Tienhoven de dagelijkse werkzaamheden van de 'Nationale' vrijwel geheel over aan zijn procuratiehouder. Zijn assurantiewerk bracht hem vaak op de Amsterdamse Beurs, waar hij evenwel de meeste tijd besteedde aan het onderhouden van contacten ten behoeve van de natuurbescherming.
Kampinatocht vanuit Boxtel op zaterdag 1 mei 2010 Het was namelijk niet als assuradeur, maar als natuurbeschermer dat Van Tienhoven bekend zou worden. Omstreeks 1905 was hij in contact gekomen met de onderwijzer en amateur-bioloog Jac.P. Thijsse, die in 1904 met succes had gestreden tegen een plan van het college van Burgemeester en Wethouders van Amsterdam om het Naardermeer als vuilstortplaats te bestemmen. Deze actie had in april 1905 geleid tot de oprichting van de Vereeniging tot Behoud van Na­tuur­mo­nu­men­ten in Nederland, en nog hetzelfde jaar nam Van Tienhoven zitting in het bestuur: van 1907 tot aan zijn dood in 1953 trad hij op als penningmeester en van 1923 tot 1927 als vice-voorzitter. Het kantoor van Na­tuur­mo­nu­men­ten kreeg aanvankelijk onderdak in het Amsterdamse pand van het as­su­ran­tie­kan­toor van Van Tienhoven.
In zijn bestuursfuncties bij Natuurmonumenten ging Van Tienhoven zich intensief bezighouden met het verwerven van terreinen. Hij beperkte het beleid van de vereniging niet tot wetenschappelijk interessante gebieden, maar liet met het oog op recreatie en exploitatie ook landgoederen, bossen en andere terreinen aankopen. Juist deze natuurgebieden spraken tot de verbeelding van de grote massa, en het was zijns inziens zaak dat de vereniging door brede lagen van de bevolking werd gedragen. Dit beleid, waarbij sterk werd gelet op de financiële mogelijkheden van de terreinen èn van de vereniging, bracht Van Tienhoven meer dan eens in conflict met de meer wetenschappelijk georiënteerde bestuursleden. Doorgaans slaagde hij er echter in zijn standpunt met vasthoudendheid en durf door te drukken. Deze eigenschappen, alsook zijn vele connecties en zijn gewiekst optreden als niet-aflatende onderhandelaar, zorgden ervoor dat Natuurmonumenten vele natuurgebieden in bezit wist te krijgen.

Kampinatocht vanuit Boxtel op zaterdag 1 mei 2010 Verderop kwamen we op korte afstand langs het Kromven. Op een splitsing zagen we een stikker van de NS wandelroute Kampina zitten. Verder kwamen we nog langs het Belversven

Daarop werd het aarkundig monument Wolfsputten bereikt.
In november 2006 werd in Oisterwijk het Wolfsputven benoemd als tweede aardkundig monument binnen de provincie en een informatief bord daarover onthuld. Dit monument is een onderdeel van het door de provincie Noord-Brabant als ‘aardkundig waardevol’ bestempelde gebied van de Oisterwijkse Bossen en Vennen en de Kampina op de grens van het bebouwde gebied. De Wijstgronden langs de Peelrandbreuk zijn als eerste in 2004 reeds tot aardkundig monument verklaard.
De Oisterwijkse bossen en de Kampina, met hun grote verscheidenheid aan vennen, meanderende beken en stuifzandheuvels, zijn van oudsher natuurgebieden met zeer hoge natuurwaarden. Ze zijn representatief voor wat ooit het oerlandschap van Brabant moet zijn geweest.
“Dit natuurschoon staat bekend als de ‘Parel van Brabant’ en wordt al vele jaren door recreanten gewaardeerd. We hebben het aan Mr. Van Tienhoven te danken, dat deze Parel is behouden. Want al in 1913 werd dit bossengebied bedreigd door woningbouw. Natuurmonumenten, de gemeenten Tilburg en Oisterwijk en de plaatselijke VVV hebben toen de eerste aankopen gedaan, van wat uiteindelijk een natuurgebied van ongeveer 395 ha groot is geworden. Kampinatocht vanuit Boxtel op zaterdag 1 mei 2010 De Van Tienhovenlaan, waar het bezoekerscentrum van Na­tuur­mo­nu­men­ten is gevestigd herinnert nog aan de rol van een van de eerste beschermers.”
Er zijn twee redenen voor Na­tuur­mo­nu­men­ten en de provincie Noord-Brabant om juist het Wolfsputven tot monument te benoemen. Allereerst is het in zijn soort representatief voor de vele vennen en stuifduinen in dit gebied. En ten tweede staat het symbool voor de huidige hoge druk op de ruimte door zijn ligging op de grens van de oprukkende verstedelijking aan de noordzijde van de Vennenlaan en het oude stuifzandgebied aan de zuidkant.
Na nog het Staalbergven werd de eerste café-rust bereikt op 18 km in café restaurant De Waterput te Oisterwijk. We besloten binnen te zitten, want op het buitenterras, waar bijna alle wandelaars zaten, zagen we een wandelaar naar een steekvlieg/mug slaan. We troffen hier enkele bekenden van WS78 tochten.

Na deze rust maakten we een lus, waarna we weer bij dit zelfde café, dat ook pension is, weer terugkwamen. Het eerste stuk van deze lus was dezelfde als het laatste stuk. Dat zorgde er nu voor dat we talrijke 40 km wandelaars tegemoet liepen. Nu werd het wel heel rustig op het parkoers. Tussen de 19 en 37 km hebben we vrijwel geen wandelaars van deze tocht gezien. We kwamen nu langs de vennen Klein Aderven, Witven en Groot Goorven. Het bezoekerscentrum zag er wat houterig uit.
Kampinatocht vanuit Boxtel op zaterdag 1 mei 2010
Een bezoek aan natuurgebied de Oisterwijkse Bossen en Vennen begint bij Bezoekerscentrum Oisterwijk of bij het startbureau van De Keistampers te Boxtel. Door de magnifieke ligging midden in het bos met op korte afstand vele vennen, is het bezoekerscentrum bij uitstek een ideaal vertrekpunt voor een wandeling of fietstocht in dit prachtige natuurgebied.
Na de verwoestende brand in 2007 zet het Bezoekerscentrum Oisterwijk haar activiteiten de komende jaren voort in een noodvoorziening. Als vanouds kunnen bezoekers hier terecht voor speurtochten en excursies, informatie over de natuur, wandel- en fietsmogelijkheden (nieuwe kaart), de winkel en een kop koffie. Natuurlijk kan je ook via internet op de webwinkel speuren naar leuke producten.
Het (tijdelijke) bezoekerscentrum wordt omringd door een uitgestrekt en gevarieerd bosgebied en tientallen vennen. Natuurmonumenten is bezig om het aangeplante naaldbos te laten veranderen in een gemengd bos, waar oorspronkelijke boomsoorten zoals eiken, lijsterbes, berken en vuilboom vanzelf weer opgroeien. Om plaats te maken voor deze bomen, maar ook struiken en bloemen, moeten eerst flink wat grove dennen gekapt worden. Vooral rond het Witven is al te zien hoe prachtig het bosgebied wordt. Het lijkt wel een oerbos, met jonge en oude bomen door elkaar, veel struiken en ook dode bomen waarop spechten naar insekten zoeken. In het voorjaar zult u versteld staan van het felle geroffel van de spechten die hun territorium afbakenen.
Kampinatocht vanuit Boxtel op zaterdag 1 mei 2010 Na natuurgebied Oude Hondsberg kwamen we langs de vennen Diaconieven, Brandven en Groot Kolkven Op 28½ km was de tweede café rust in CR De Waterput. Vlak voor deze rust lag de wandelroute vlak voor en vlak na deze rust vrij dicht bij elkaar. We zagen vlak voor de rust enige wandelaars op de vervo4route verder lopen

Het parkoers bleef mooi, hoewel we nu niet meer zo veel langs vennen kwamen. De laatste officiële wagenrust lag op 38 km. Wij kwamen hier om kwart voor vijf aan. Deze wagenrust was echter om half vijf opgeheven. De verzorgers waren druk bezig om de verzorgingspost af te breken. Wij konden hier dus zo doorlopen.

Aan het eind van de tocht moesten we opnieuw door het industriegebied lopen. Nadat we onder de spoorlijn waren doorgelopen, liepen we verkeerd en volgden de route, zoals we ook van het station naar de start hadden gelopen. Onze GPS gaf 42,7 km aan terwijl de afstand officieel 41,5 km was. Het was een schitterende tocht geworden, die beslist de moeite waard is om vaker te lopen. Nadat het tot half twee droog was gebleven, begon vanaf dat moment het licht te spetteren. Rond twee uur en later rond drie uur en half vijf kregen we drie buien te verwerken. We konden gelukkig volstaan met de paraplu.

Wij willen de organisatie hartelijk danken voor de organisatie van deze tocht. De tocht werd ook op zondag 2 mei 2010 georganiseerd.
Henri Floor naar de top van deze pagina