Waterliniepad, trajekt: Leerdam-Gorinchem.
Omdat het openbaar vervoer vanuit het eindpunt Werkendam in het weekends slecht is, besloten we om de laatste etappe van het Waterliniepad op vrijdag 1 mei 2009 te lopen. De voorlaatste etappe zouden we dan op zaterdag 2 mei lopen. Met de trein reden we op zaterdag 2 mei 2009 naar Leerdam. De aanlooproute bedroeg ongeveer 2½ km. Het was al meteen stralend zonnig weer. Na een half uurtje zaten we weer op de hoofdroute. Langs de Nieuwe Steeg zagen we meerdere pony met jonkies in een weiland staan.
We kwamen in Acquoy. We volgden de doorgaande smalle weg over de Lingedijk. We passeerden Gasterij-Tapperij Lingezicht rond half tien. Het café was nog gesloten. We kwamen bij de kerktoren van Acquoy die 1 meter 15 uit het lood staat. Hier ligt Cornelia Pisa begraven. Zij was de echtgenoot van Nicolaas Hendrik Kuipéri, in leven predikant van Acquoy.
Een markant punt in Acquoy dat bij velen bekend is, is de scheve kerktoren. De toren staat al scheef sindsdat hij gebouwd is in de 15e eeuw. Aan de toren is nog te zien dat men halverwege de bouw een correctie heeft proberen toe te passen. De toren is ca. 17,5m hoog en staat aan de bovenkant, aldus een meting uit 1985, ongeveer 1,15 meter uit het lood. Dat is een helling van 6,6% oftewel ca. 3,8 graden. Dat is ca. 0,2 graden minder dan de toren van Pisa. Opvallend is dat op het kerkhof het graf van een mevrouw Pisa te vinden is.
Naast het voormalige stadhuis van Acquoy stonden in de tuin talrijke kaboutertjes. We kwamen nog langs Huize In de Koperen Koffiekom. Maar omdat het geen café was konden we hier geen koffie krijgen. Toen we Acquoy verlieten ging de asfaltweg over in een grintweg. Langs de kant stonden 2 schaapjes met heel aparte snuitjes.
We kwamen bij Fort Asperen en hielden hier een rust en dronken koffie met appelgebak. We liepen weer verder en even later staken we via een sluis in Asperen de Linge over. Hier hadden we mooi uitzicht op Asperen met zijn markante Nederlands Hervormde kerktoren.
Buiten Asperen voerde het pad weer heel mooi door weilanden, door riet en langs meren. Dit gebied heette Betuwe, Nieuwe Zuider Lingedijk. Het eerste traject voerde, net als bij het Naardermeer over een twee planken breed pad. Het pad dat we hier liepen was gedeeltelijk bij regenachtig weer slecht begaanbaar. In het Waterlinieboekje stond zelfs dat de route hier onbegaanbaar was bij regenachtig weer. Wij liepen hier in een droge periode. Slechts op 1 plek, daar waar een plank over een sloot lag, was het nat. Want de bovenkant van de plank lag net iets onder het water.
Het Waterliniepad kenmerkt zich onder andere door een ontzettend laag aantal bankjes langs de route. We keken al weer een hele tijd uit naar een geschikte rustplek. Halverwege Kedichem en Heukelum, op de geasfalteerde Nieuwe Zuider Lingedijk troffen we een bankje in een bushokje. Het bushokje had zijn beste tijd gehad. Het bushokje bestond oorspronkelijk uit 10 platen van glas. 3 platen waren geheel weg en in 2 andere platen waren delen uit. Op de grond lagen een heleboel glassplinters waarop we onze dagrukzakken niet wensten te plaatsen.
Na deze rust zagen we 100 meter verderop een gewone zitbank met leuning. Hierop zaten weliswaar twee fietsers. Maar toen ze ons zagen aankomen boden ze bij voorbaat al ruimte vrij te maken opdat wij erbij konden zitten.
We kwamen in het gehucht Vogelswerf. Hier liep verlaagd een asfaltweg parallel aan de doorgaande asfaltweg over de dijk waarover ons pad liep. Nabij het Lingebos stond in het Waterliniepadboekje een kopje nabij een manage. We liepen het terrein van de manage op en we konden er inderdaad koffie drinken. Toen we verder liepen bleek een paar honderd meter verderop een pannenkoekenrestaurant te zijn waarvoor dat kopje eigenlijk bedoeld was. We kwamen hier 2 wandelaars tegen. Eén van hen herkenden we als één van de organisatoren van de Ronde van Zuid-Limburg. We spraken even met hen en bij ons afscheid zeiden we: "tot over twee weken". Want dan is de Ronde van Zuid-Limburg weer en daaraan willen wij ook dit jaar weer meedoen.
We staken de A15-snelweg over en even later werd het plaatsje Vuren bereikt. We liepen Fort Vuren voorbij zonder hier te rusten en koffie te drinken, want we hadden nog niet lang daarvoor een rust gehad. Op de Waaldijk kregen we nog uitzicht op Slot Loevestein en het plaatsje Woudrichem. We kwamen daarna nog door buurtschap Dalem en staken de Dalemsluis over. Ook passeerden we de Hervormde Kerk van Dalem. Hier hadden we de dag tevoren al een foto vanaf de Waal gemaakt, maar toen wisten we nog niet dat dit het hervormde kerkje van Dalem was.
Bij het naderen van Gorinchem viel de molen heel erg op. We zagen in de verte nog een oude watertoren. Door de Dalempoort werd Gorinchem betreden.
De Dalempoort in Gorinchem is de enig overgebleven stadspoort van de oorspronkelijke vier die de vestingstad telde na de verbetering van de omwalling die in 1609 was afgerond. De andere drie waren de Kanselpoort, de Arkelpoort en de Waterpoort. De overgebleven poorten zijn afgebroken om ruimte te maken voor het groeiende verkeer. De Dalempoort dateert van 1597 en heeft een torentje met een uurwerk. Tegenwoordig loopt er onder de poort slechts een voetpad in de richting van de rivier de Merwede.
Nabij het centrum lagen talrijke luxe sportjachten. In het centrum aten we nog een paar lekkere pannenkoeken. Na het veer naar Woudrichem werd koers gezet naar het treinstation. Met een bus, een Q-liner reden we in ruim een half uur naar NS Utrecht en vandaar verder huiswaarts. Het was een hele mooie zonnige dag geworden met een maximum temperatuur van 18 graden. Het bleef de hele dag droog.

Henri Floor