Waterliniepad, trajekt: Naarden-Breukelen.
Op zondag 26 april 2009 reden we met de trein naar NS Naarden-Bussum. We kwamen hier aan om 8:52 uur. Ik kwam er achter dat ik het eerste deel van deze dagetappe niet had meegenomen. Wel hadden we het Waterlinieboekje bij ons als reserve, dus we zaten niet geheel onthand. Wij maken vooraf fotokopieën van de routebeschrijving. We vinden dit makkelijker hanteerbaar tijdens de wandeling, zeker als het eventueel zou regenen, want we zijn zuinig op de boekjes met de routebeschrijving.
Op weg naar Bussum met de trein was het droog gebleven, maar nu begon het wat te druppelen. We verlieten de bebouwde kom van Naarden en liepen naar natuurgebied Naardermeer. Voor het natuurgebied passeerden we de Batterijen aan de Karnemelksloot.
De Karnemelksloot sloot werd in 1600 gegraven voor transport van turf naar Naarden en Muiden. De Karnemelksloot heeft een dominerende rol in het gebied gehad. In de 18de eeuw is de sloot voorzien van een sluis en kade (eerst van hout, later van steen) om in oorlogstijd het omliggende land onder water te kunnen zetten. Men plaatste lunetten bij de sluis en groef rondom een flink stuk terrein af om het makkelijker onder water te kunnen zetten. In de 19de eeuw werden de lunetten in puin geschoten, en daarna verbouwd tot de huidige forten (aanleg Verlengde Fortlaan). In de 20e eeuw waren de weilanden rond de sloot vaker drassig. Men hoopte door de bouw van een gemaal het gebied ( Naardermeer) droog te krijgen. Dat lukte niet. Daarna is geprobeerd het hele gebied te egaliseren en op te hogen om het geschikter te maken voor veeteelt. Sinds die tijd krijgt de sloot steeds meer een poldervaart functie.
Door natuurgebied Naardermeer volgden we een fraai pad dat aanvankelijk uit twee planken naast elkaar met gaaswerk op de planken bestond. In het pad zaten diverse bochten. Toen we het traject door het bos verlieten was de markering niet echt duidelijk. Zeker op een driesprong die iets verderop kwamen. Er stond 1 markering op die driesprong, maar er stond niet bij welke kant het routevervolg was. We kwamen uit op een asfaltfietspad en dat volgden we nu een tijdlang. We passeerden een huis, waar een aantal auto's op de parkeerplaats stonden waaronder een Citroen 11BL uit 1955.
We liepen naar een asfaltfietspad en volgden dit westwaarts door de Hilversumse Bovenmeent. Het regende nog steeds licht waar door ons fototoestel in de rugzak bleef zitten.
Op een gegeven moment voerde het pad steil omlaag via een trappetje. Het trappetje was redelijk nieuw. Doordat het zo steil was besloten we achteruit naar beneden te lopen.
Het nu volgende pad was wel mooi maar moeilijk te lopen. Door de droogte was de bodem heel droog, ondanks de nu gestaag neervallende lichte regen. Daardoor leek het lopen nu net alsof de ondergrond bevroren was. Het pad was hier erg ongelijk.
Verderop was een parkoerswijziging aangegeven op internet dat niet klopte.
In plaats van dat we LA op de asfaltweg moesten we RA. Op bladzijde 28 in het Waterliniepadboekje staat "… linksaf de asfaltweg op. Einde weg LA en na 50 meter RA de houten loopbrug over. 200 meter verder …
Het moet zijn: "rechtsaf de asfaltweg op. Asfaltweg met bocht naar rechts volgen, waar RD een zandweg met slagboom loopt. Nu LA 1e pad over vlonders. Later brug over. Fort rechts houden tot de Vecht. 200 meter verder …"
We waren inmiddels 3 uur onderweg en even later rustten we op een bankje. Er was een toertocht van porsche-auto's wat voor veel lawaai zorgde. De porsches reden meerdere keren verkeert en trokken steeds hard op met veel lawaai.
We volgden nu een tijdlang de Vecht. De in de routebeschrijving vermelde Fort Hinderstein op een eiland is door ons niet opgevallen.
Bij het begin van het Googpad, nabij Hinderdam, was een parkeerplaats waar duikers zich klaarmaakten voor een duik in het Spiegel- en Blijkpolderplas. Het eerste traject van het Googpad was een grintweg met grof grint. Dit liep niet zo lekker. Later sloegen we af en volgden een fraai graspad langs een sloot. We liepen inmiddels in natuurgebied Ankeveense plassen
We kwamen bij Nederhorst den Berg en voor het kasteel met een mooi toegangshek sloegen we af.
Het kasteel Nederhorst komt niet alleen voor in kastelenboeken over Utrecht, maar ook in die van Noord-Holland. Dat komt omdat het kasteel in het verleden enkele malen onder invloed kwam van een andere heer. Kasteel Nederhorst behoorde aanvankelijk tot Amstelland, dat aan de bisschop van Urecht toebehoorde. Later wordt het kasteel een leen van Noord-Holland, maar in het begin van negentiende eeuw behoorde het kasteel wederom tot de provincie Utrecht. Tenslotte werd in 1819 Nederhorst den Berg, en daarmee het kasteel Nederhorst, definitief bij Noord-Holland gevoegd.
Nederhorst is een indrukwekkend kasteel. Het is gebouwd in een vierkant. Op iedere hoek bevindt zich een zeskantige hoektoren. Het kasteel wordt omgeven door een slotgracht. Een fraaie stenen brug met bogen leidt van het voorterrein naar de burcht. Vanaf deze brug moeten dan weer vele treden worden beklommen om de hoofdverdieping te bereiken. Naast de trappartij op de brug zijn toegangen aangebracht, die naar de benedenverdiepingen voeren: de dienstingangen.
Het kasteel heeft in het begin van de zeventiende eeuw haar huidige aanzien gekregen, waarschijnlijk door toedoen van Baron Godart van Reede. Op de noordoostelijke toren bevindt zich een enorme wijzerplaat, die zo groot is, dat ze eigenlijk afbreuk doet aan het oude statige karakter van deze toren. Kasteel Nederhorst heette aanvankelijk gewoon Horst, maar omdat er verschillende kastelen met deze naam in het Utrechtse voorkomen, werd het op een gegeven moment, ter voorkoming van verwarring, Nederhorst genoemd.
We liepen niet naar het centrum waar mogelijk een café was voor een rust omdat deze dag de langste dagetappe was. We vervolgden over een fraai smal grintpad achter huizen en de Vecht langs. Daarbij kwamen we langs café 't Jaagpad, maar dat ging pas om 14:00 uur open terwijl wij daar om 13:30 uur langs liepen. We kwamen bij de kantine van de plaatselijke voetbalclub die gelukkig geopend was en hadden hier een lange rust van drie kwartier.
We vervolgden de wandeling naar Loenen nu langs de Vecht. Daarbij zagen we verschillende malen grote huizen. In Loenen liepen we van de route af voor een caférust. Later vervolgden we ons pad naar Nieuwersluis en kwamen langs de gevangenis. Voor vrouwen is een aparte vrouwengevangenis.
Het oude fort Nieuwersluis is oorspronkelijk een torenfort met een aarden omwalling. Het fort is gebouwd tussen 1849 en 1851. In de jaren 1880 - 1882 is het fort sterk uitgebreid en voorzien van een bomvrije kazerne en remises voor het geschut. Het fort diende voor de verdediging van de sluizen in de Nieuwe Wetering en de Vecht. Het kon tevens de wegen langs beide zijden van de rivier, de spoorweg Utrecht - Amsterdam en het later aangelegde kanaal, onder schut nemen. Omstreeks 1885 bedoeld voor een bezetting van 447 man met 30 stukken geschut.
In de 17e en 18e eeuw werd om Nieuwersluis , aan beide zijden van de Vecht, een uitgebreid stelsel van verdedigingswerken aangelegd dat de naam 'Fort Nieuwersluis"kreeg. Het is nu grotendeels verdwenen. Wel zijn in de omgeving nog restanten van de fortgrachten te vinden. Het vroegere fort maakte deel uit van de Oude Hollandse Waterlinie, die zich in westelijke richting voortzette. Het huidige fort werd aangelegd in de zuidwesthoek van het oorspronkelijke werk.
Voor Breukelen sloegen we af en na een begraafplaats liepen we over een grasdijk langs het Waterleidingkanaal. Nabij landgoed Gunterstein verlieten we de route en liepen langs kasteel Gunterstein naar het centrum van Breukelen. Hier dineerden we en aten een pannenkoek. Daarna liepen we door Breukelen naar het station. De trein van 18:30 misten we ruimschoots.
Na tweemaal te zijn verwoest, is in 1680 in opdracht van Magdalena Poulle het huidige kasteel Gunterstein gebouwd. Behalve het kasteel liet zij ook de tuinen opnieuw aanleggen in Franse stijl. De strakke en rechte lanen, ruime grasvelden met doorzichten en ronde vijvers zijn hiervoor typerend. Bovenop het kasteel staan in het torentje vier beelden. Deze stellen de vier jaargetijden voor. Het beeld aan de noordzijde (de winter) is gemaakt van teakhout. De beelden aan de zuidzijde (de zomer) en de oostkant (lente) zijn van terracotta en hol, terwijl het beeld aan de westzijde (de herfst) van massief grenen is. De terracottabeelden dateren mogelijk al van 1680.
Toen we naar het perron liepen kwam net een bus aangereden met bezoekers van de fancyfair van kasteel Ter Haar, Velen waren heel speciaal gekleed en uitgedost.
In kasteel de Haar bij Haarzuilens (Utrecht) vond op zaterdag 25 en zondag 26 april 2009 de Elf Fantasy Fair 2009 plaats: het grootste Fantasy festival van Europa. Een aardig uitje tijdens de meivakantie, maar niet bepaald goedkoop. Ieder jaar komen duizenden bezoekers uit heel Europa verkleed als ridder, elf, pitraat, vampier, eenhoorn, orc, tovenaar, draak, gothic figuur, Romein of ‘kruisingen’. Park en tuinen van De Haar heten dit weekend koninkrijk Elfië. Sinds 2001 komen ieder jaar in april een groeiend aantal mensen: vorig jaar kwamen er 23.500 naar het weekend met middeleeuwse muziek, dans, lezingen, theatervoorstellingen en optochten.
I.v.m. werkzaamheden aan het spoor tussen Utrecht en Gouda, reden de pendelbussen tijdens de Elf Fantasy Fair niet vanaf Station Vleuten, maar tussen Station Breukelen en Kasteel de Haar.
In de trein kwam later de conducteur langs. Hij zei dat hij niet de kaartjes kwam controleren maar hij kwam kijken naar de fraaie uitdossingen van voornoemde (inmiddels) treinpassagiers. Met de trein van 19:00 uur reden we huiswaarts.

Henri Floor