eerste wandeldag Foto's van de Meinweg naar het overzicht van de NS-tochten Terug naar de homepage van Henri Floor NS-tweedaagse De Meinweg, tweede dag, zondag 30 juli 2006

tijdens de NS-tweedaagse, de Meinweg NS-tweedaagse De Meinweg, tweede dag, zondag 30 juli 2006
We konden pas om 8.45 uur ontbijten. Dat kwam, achteraf gezien, mede doordat we in een hotel overnachtten dat achteraf lag. Lydia sliep in een aparte kamer die dichter bij het terras lag. Vanwege het warme weer bleven gasten tot 2 uur ’s-nachts op het terras zitten met het nodige lawaai. Het ontbijt was wel heel goed, maar dat mocht ook wel voor die prijs. Coos en ik sliepen in een hemelbed, zie foto.
Rond half 10 verlieten we dan het overnachtingadres. In Brüggen aangekomen bekeken we nogmaals verschillende gebouwen waaronder natuurlijk de burcht.
Burg Brüggen
Op 24-12-1289 werd de burcht samen met de molen voor het eerst per oorkonde genoemd. Rond 1350 volgde dan de uitbreiding van de burcht tot een vesting met vier torens. Wilhelm von Wied verkocht in 1494 de burcht met land aan hertog Wilhelm von Jülich und Berg. De burcht bleef gedurende 3 eeuwen bijna ononderbroken in het bezit van het geslacht von Jülich en vormde als landburcht tot 1794 een grensvesting en het noordelijk steunpunt van het hertogdom Jülich. De Franse regering verkocht in 1801 de burcht aan de laatste beheerder.
De gemeente Brüggen pachtte de burcht met het land in 1974 voor 40 jaar van het echtpaar Stroetges. In 1979 werd hier een jacht- en natuurkundemuseum ingericht.
tijdens de NS-tweedaagse, de Meinweg Verder ook de St. Nicolaskerk, het voormalige klooster, nu stadhuis en de watermolen.
St. Nikolauskerk
In 1479 schonk graaf Vinzenz von Moers und Saarwerden de kruisbroeders een kloosterkerk, die in 1756, na een brand (1751), weer kon worden opgebouwd. Deze kerk is een tonachtige baksteenzaal met aan de noord- en zuidzijde 6 ramen met rondbogen, waarop motieven van heiligen te zien zijn. In 1967 volgde zowel de westwaartse uitbreiding van de kerk als ook de aanbouw van een nieuwe koorruimte, waarbij de voormalige kapittelzaal van het klooster er als zijschip werd bijgetrokken. De inrichting van de kerk werd vervaardigd in een werkplaats in Erkelenz en dateert van de tijd rond 1756. Het barokke hoogaltaar van donker hout is in zijn oorsprong behouden gebleven. Het pronkstuk van de kerk is het door Joh.Heinrich Titz gebouwde orgel en is afkomstig uit het jaar 1741.

Kreuzherrenklooster
Graaf Vinzenz von Moers und Saarwerden stichtte in 1479 dit klooster der kruis broeders, wat later het kruisherrenkloster werd, dat door deze orde tot het jaar 1802 werd beheerd. Het klooster, de bibliotheek en de kerk echter brandden op 26 april 1751 evenals 33 huizen in de bebouwde kom van Brüggen - tot op de grondvesten af. In 1756 werd het klooster weer opgericht. In dit bouwwerk werd vanaf 1840 de eerste mechanische zijdeweverij van het vasteland ingericht. Later kreeg het huis de functie van weeshuis, school, postkantoor en pastorie. Thans is het gemeentebestuur hier gevestigd.

Molen van Brüggen
De watermolen van Brüggen werd voor het eerst in 1289 schriftelijk vermeld toen Walram von Kessel de burcht en de molen overdroeg aan hertog Johann 111 von Brabant. Alle boeren van de parochie Born en Brüggen waren door de zogenaamde maaldwang verplicht, hun koren in Brüggen te laten malen.
Hierdoor werden de hertog aanzienlijke inkomsten gegarandeerd. In 1801 werd de molen door de laatste beheerder Joh. Ludwig Dortans gekocht. In 1975 volgde de ombouw van de molen tot een café-restaurant, waar het mechanisme van de molen thans nog te bezichtigen is.
tijdens de NS-tweedaagse, de Meinweg Het zal toch zeker half elf zijn geweest dat we ons echt op weg begaven en het centrum van Brüggen verlieten.
Spoedig kwamen we bij een afslag met een verwijzing naar slot Dilborn. Omdat dit slechts 0,3 kilometer was, besloten we hier naar toe te lopen. Het slot viel echter flink tegen. We hadden ons hier veel meer van voorgesteld.
We vervolgden ons pad en passeerden een bordje met de tekst “Doorgang verboden bij hoge waterstand”. Het nu volgende traject voerde door de “uiterwaarden” van de rivier de Schwalm. Ons grintpad voerde hier door overwegend grasland en door de zon voelde het hier heel warm aan.
Swalm
Net buiten Brüggen openbaart het Swalmdal zich aan de wandelaar. Vanaf Nordrhein-Westfalen verzamelt de Duitse Schwalm over een afstand van 33 kilometer flink wat bron- en regenwater. Vroeger werd de Swalm gebruikt als drijfkracht voor watermolens, die graan maalden en lijnolie persten. Grote stukken van het riviertje werden in Duitsland gekanaliseerd, zodat het water sneller ging stromen en de molens harder konden draaien. In Nederland bleef de Swalm tot op de dag van vandaag rustig meanderen om na 12 kilometer uiteindelijk in de Maas uit te monden.
Een tijdlang liepen we wisselend langs de noordkant of zuidkant van de Schwalm. Hoewel het landschap afwisselender was dan de eerste dag, voerde de route in Duitsland voor 99% over wegen en paden waar ook fietsers reden. En dat hebben we geweten. Mede door het mooie fietsweer was het heel druk. Alleen al om deze reden is het het overwegen waard om in de zomer deze tocht niet in het weekend en vooral niet op zondag te lopen.
In de parkoersbeschrijving stond dat er onderweg alleen op 4 kilometer voor het einde een lokaliteit was om koffie te drinken. Maar op ongeveer 4 kilometer na Brüggen stond bij een brug langs de Schwalm in Elmpt/Overhetfeld een verwijzing om wat te drinken. Dat was een café’tje bij de Elmter Tennis Club (ETC). We waren daar één van de weinigen op het terras en lieten ons de koffie goed smaken. tijdens de NS-tweedaagse, de Meinweg
We vervolgden ons pad en kwamen verderop langs de Vennekotensee. Ondanks verbodsborden om te zwemmen zagen we talrijke zonaanbidders langs de kant van het meer, pootje baders en zwemmers.
Na het meer stond verderop een piknikbank in het bos. Hier troffen we wandelaars die de weg naar het Vennekoten-meer zochten. Omdat we daar net waren langs gekomen konden we hen de weg wijzen.
Ons pad verliet de Swalm om door bos en verderop ook door heidegebied te lopen. Op een heuvel stond een uitkijktoren van waar we uitzicht hadden op een bos vol met alleen maar jeneverbessen.
Uitkijktoren met zicht op de jeneverbessen
Aan de rand van het reservaat staat een tien meter hoge uitkijktoren. Wie de uit zware balken opgetrokken toren beklimt, heeft een mooi uitzicht op de grillig gevormde jeneverbesstruiken: bol, plat, of zuilvormig. De struik dankt zijn naam aan het feit dat de bessen vroeger werden gebruikt voor de bereiding van jenever. Tegenwoordig geniet de jeneverbes in Nederland wettelijke bescherming.
tijdens de NS-tweedaagse, de Meinweg We kwamen bij een afslag waar ons pad over een lange vlonder liep. Aan het einde van dit pad kwamen we uit op het verlengde van het pad waar we eerder al op liepen.
We volgden een slingerend pad dat op de kaart werd aangeduid met Schwalmbruch. Hier lagen opvallend veel takken hout op stapels. Bij een vennetje stond een boom op een eilandje waarbij de boom met takken fraai in het water weerspiegelde.
We kwamen uit in een weilandengebied. Langs de bosrand zagen we een paar maal houten jachthutjes staan op 3 tot 4 meter hoge palen. We kwamen bij de grens met Nederland en volgden deze ruim een km nog op Duits grondgebied. We kwamen achtereenvolgens langs de grenspalen 417, 416, 415c, 415b, 415a en 415. Bij grenspaal 414 was een doorgang in het hekwerk en betraden we Nederland weer.
Op het nu volgende pad, dat omzoomd was door eikenbomen, voelden we de enige regendruppels van betekenis. De rust werd verderop verstoord door geschreeuw. Lydia herkende dit geluid als eerste. Het waren de geluiden die je hoort van mensen op een zwembad. En opnieuw bij de Swalm aangekomen lag een groot bosbad.
We verlieten hier de route even voor een bezoek aan een café. Er kwamen wandelaars voorbij gelopen met een boekje van het Pieterpad in hun hand. We hadden vlak daarvoor al wit/rode markeringen op een paal zien zitten en vroegen ons af van welk pad dat was.
We konden in het café onze flesjes niet met drinkwater vullen bij het toilet omdat het geen drinkwater was. In het café zelf stond een automaat waar we onze flesjes wel met water konden vullen. Lauw water kostte 50 cent en koud water was 75 cent.
We liepen verder langs de Swalm en later achter huizen langs naar de N271. Via het centrum van Swalm werd het NS-station bereikt om 16.50 uur. Met de trein van 16.53 uur reden we naar Roermond. Daar namen we de trein van 17.02 uur die ons om 18.29 in Utrecht CS bracht.
’s-Avonds lazen we op het nieuws op internet dat er hoosbuien in Roermond waren geweest. Wat hadden wij het getroffen.

naar de top van deze pagina

Henri Floor & Coos Verburg