Vorig WS78 verslag Volgend WS78 verslag. Terug naar de homepage van Henri Floor Terug naar de overzicht van alle WS78 wandeltochten De Veluwse Buurtschaptocht, met WS78 vanuit Nijkerk
Wandelplaatje van de  40 km lange wandeltocht De Veluwse Buurtschaptocht, met WS78 vanuit Nijkerk Op zaterdag 2 oktober 2004 organiseerde WS78 een 40 km wandeltocht vanuit Nijkerk. De start was vanuit 't Koetshuis, op zeer korte afstand van het plaatselijke NS-station gelegen.
In de 17e eeuw legden Kilean van Renselaer en Arendt van Curler, inwoners van Nijkerk, in Amerika de grondslag voor Nieuw-Amsterdam, het latere New York. Kilean van Renselaer, juwelier en diamantslijper te Amsterdam was één van de bewindhebbers van de in 1621 opgerichte West-Indische Compagne. Hij stichtte Renselaerswijk, een uitgebreide landbouwkolonie aan weerszijden van de Hudson. Nijkerkers zijn zeer godsdienstig en streng calvinistisch. Uiteraard namen de emigranten hun geloof mee de oceaan over. Vandaar dat ook nu nog de Dutch Reformed Church een belangrijke kerkgenootschap is in de staat New York. In de hervormde kerk van Nijkerk hangt een bronzen gedenkplaat waarmee de stad Schenectady (N.Y.) Arendt van Curler, ook een oud Nijkerker, herdenkt. Hij stichtte Schenectady in 1661 en sloot een vredesverdrag met de Iroquois Indianen.
Tegen kwart voor negen werd gemeld dat we mochten starten. Buitengekomen werd ons de vervroegde start medegedeeld. Er werd vanuit Nijkerk nog een wandeltocht georganiseerd met als grootste afstand van 15 km. En om nu te voorkomen dat wandelaars "door elkaar" zouden kunnen gaan lopen werd tot deze vervroegde start besloten.
Nadat we de spoorlijn Amersfoort-Zwolle waren overgestoken bevonden we ons al buiten de bebouwde kom. Via de boerderij Klein Bloemendaal werd boerderij Deuverden bereikt. Vanuit een grote schuur met onder andere paarden kwam een man aangelopen en keek naar een pijl die aan de schuur bevestigd was. Hierop stond 124-Fruit vermeld. Daarop wisten we dat hier 's-middags de fruitpost zou zijn.
Een eind verderop liepen we over het boerenerf van boerderij Veldhuizen. In een gevelsteen stond het jaar 1887 vermeld. Nu betraden we landgoed Hell. Delen van dit natuurgebied waren eenmalig opengesteld voor de wandelaars van WS78.
Dit grondgebied is eigendom van Barones van Lijnden uit Engeland. Zij is in het bezit gekomen van dit uitgestrekte grondgebied door erving van eerder Jonker Haarma de With en daarna van Schimmelpenninck. Barones van Lijnden bewoont als tweede woning boerderij ‘Gagelwijk’. Het gebied bestaat uit landbouw en natuurontwikkeling. Voor 1900 bestond dit gebied grotendeels uit heide en er stroomden veel heldere beekjes. Hiervan werd bij de ontginning van dit gebied weer veel gebruik gemaakt. Water was van levensbelang voor de bewoners van de nieuw gebouwde boerderijen op deze zand- en heidegronden. De ontginning was ook de oorzaak van het ontstaan van rechte akkers.
Na boerderij Renselaar wordt boerderij Groot Boeyen bereikt. Een gevelsteen gaf hier het jaar 1857 aan. Op 9½ km werd de soeppost bereikt in buurtschap Huinen, behorend tot de gemeente Putten. We zaten kennelijk ver in de achterhoede, want de bankjes waren al opgeruimd en lagen duidelijk zichtbaar in een bestelbusje. Verder stonden er nog twee stoelen met leuningen voor de armen en rug. Na ongeveer 5 minuten kwam zo'n stoel vrij en kon ik me er in settelen. Ik was er deze keer echt aan toe. De soep smaakte hier heerlijk, maar doordat ik aan de praat raakte met de eigenaar van het huis waar de verzorgingspost was ingericht, vergat ik een tweede bekertje soep te nemen. In een mandje lagen op een tafeltje parten van besmeerde boterhammen. Op de bruine molenbrood-boterhammen zat kaas of honing gesmeerd. Dit was verzorgd door de eigenaren waar we te gast waren. Naast het mandje met parten boterhammen lag in een ander mandje kleine folders met goddelijke lectuur.
Putten in de vroege middeleeuwen
Putten komt van Puthem of Putheim, woonplaats bij een put. Achter de kerk bevindt zich een symbolische waterput. Putten werd voor het eerst genoemd in 855 als een zekere Folckerus zijn goederen, waaronder het "vico Puthem", schenkt aan een klooster te Werden (bij Essen). In 1031 wordt Putten opnieuw vermeld als Bisschop Meinwerk, uit dankbaarheid dat hij de pest heeft overleefd, zijn Puttense goederen schenkt aan het klooster Abdinckhof te Paderborn (Westfalen). Omdat het moeilijk is deze goederen te beheren van zo verre afstand, sticht het klooster een dependance, het Hof van Putten, met aan het hoofd een soort rentmeester, die cellularius of op z’n Nederlands kellenaar wordt genoemd. Het Hof van Putten heette dan ook wel kelnarij. Na de Franse revolutie kwam er een einde aan deze toestand en verviel de kelnarij aan de staat. Van de bijbehorende gebouwen, de burcht, het huis en de kapel bleef geen steen overeind. Zo eindigde de eeuwenoude relatie van Putten met Paderborn.
Putten in de tweede wereldoorlog
In 1944 is het de Duitse plaats Ladelund, die een rol gaat spelen in Puttens historie. Ladelund ligt even ten zuiden van de Deense grens in Sleeswijk Holstein. Het begint op zaterdagavond 30 september 1944. Een Puttense verzetsgroep pleegt een aanslag op een Duitse legerauto, waarbij twee hoge Duitse officieren ernstig worden gewond. De Duitsers zijn razend en willen een voorbeeld stellen. Tijdens de kerkdienst de volgende ochtend omsingelen ze het dorp Putten en sluiten het hermetisch af. Alle bewoners worden in de kerk bijeengedreven. In het begin van de avond mogen de vrouwen en kinderen naar huis, maar ze moeten de volgende ochtend terugkomen. Maandagochtend 2 oktober leest een hoge Duitse officier het vonnis voor. Als represaille voor de aanslag zullen alle mannelijke inwoners tussen de 18 en 50 jaar worden weggevoerd. Het dorp Putten moet binnen twee uur volledig geëvacueerd zijn en zal daarna worden platgebrand. Aldus gebeurt.
Maandag 2 oktober 1944 is de zwartste dag in de geschiedenis van Putten. Een gedenksteen in de kerkmuur en een monument met een beeldhouwwerk van Mari Andriessen voorstellende een treurende Puttense vrouw in klederdracht herinneren ons er aan. De weggevoerde mannen, 660 in totaal, gaan eerst naar het concentratiekamp in Amersfoort en worden later verder doorgezonden naar verschillende concentratiekampen in Duitsland. Slechts 108 overleven het. Eén van de concentratiekampen waar veel Puttenaren terecht komen is nabij het dorp Ladelund. Daar protesteert de plaatselijke Duitse predikant Pastor Johannes Meijer fel als hij voor het eerst een grote groep uitgemergelde gevangenen door het dorp ziet komen. Zijn protest haalt niets uit. Hij wordt door de commandant van het kamp bedreigd met represailles als hij zo lastig blijft. Toch weet hij gedaan te krijgen dat de overleden gevangenen op het kerkhof van Ladelund begraven mogen worden. Nauwkeurig houdt hij de lijsten bij met namen van de overledenen. Tijdens de begrafenissen weet hij uit het zicht van de SS de gevangenen voedsel toe te stoppeen.
Na de bevrijding brengt Pastor Meijer samen met zijn vrouw en dochter een bezoek aan Putten. Dit legt de grondslag voor een brug die geslagen wordt tussen Putten en Ladelund, een brug van liefde over alle leed heen. Er worden verschillende pelgrimages gemaakt van Puttenaren naar Ladelund. En ook de inwoners van Ladelund komen op bezoek in Putten. Deze wederzijdse bezoeken duren voort tot op de dag van vandaag.
We verlieten de soeppost (uiteraard) weer en zetten nu koers naar de Huiner-enk. Daarop liepen we langs een groot bungalowpark behorend tot het Landal concern en heette de Veluwse Hoevengaerde. We bevonden ons hier in de plaats Krachtighuizen, behorend tot de gemeente Putten.
Dit is het wapen van Putten. 
Dit wapen is te vinden 
op de lokatie www.ngw.nl/indexgb.htm  
Deze site is mogelijk gemaakt door de 
Bank Nederlandse Gemeente te Den Haag
Krachtighuizen bleef tot het begin van de 20e eeuw een armoedige buurt. De buurtnaam werd ontleend aan de naam van een oud goed. De naam van dat goed werd in 1325 genoteerd in de herkomstnaam Henric van Craftighusen.
Putten omvat de volgende buurtschappen: Bijsteren, Diermen, Gerven, Halvinkhuizen, Hell, Hoef, Huinen, Koudhoorn, Krachtighuizen, Steenenkamer en Veenhuizerveld.
We volgden enige smalle bospaden. Na het passeren van natuurgebied Groote Ark werd even voor buurtschap Koudhoorn afgeslagen en dwaalden terug in westelijke richting tot aan de grote rust op sportpark De Eendracht in Krachtighuizen.
Na de grote rust, die op 21 km was, vervolgden we ons pad en dwaalden nu in oostelijke richting door de bossen naar het Huinerveld. Tussen de bomen zagen we enige oude grafheuvels. We liepen hier in het Speulder en Sprielder bos. Verschillende keren zagen we wit/rode markeringen van het Zuiderzeepad. In buurtschap Veenhuizerveld verlieten we het bosgebied. We kwamen langs een terrein waar allemaal huifkarren stonden in diverse uitvoeringen. Er stonden ook enige oude rijtuigen bij. Het landschap kreeg nu weer een agrarisch karakter.
Op 29 km was de koffiepost in buurtschap Gerven behorend tot de gemeente Putten. In een te kleine vijver zwommen twee zwarte zwanen. Maar ze hadden buiten de vijver wel voldoende loopruimte. Op deze verzorgingspost stonden nog wel twee banken, ondanks het feit dat we ver in de achterhoede liepen. Er zaten nog ongeveer 5 wandelaars achter ons.
Bij boerderij ‘De Keut’ liepen we over een boerenerf en betraden het rustgebied ‘Gerven’. Via afwisselend zand- en klinkerwegen kwamen we uit bij landgoed ‘Oldenaller’. De tocht voerde verder nog fraai over en langs de Kruishaarse Heide.
Dit is het wapen van Nijkerk. 
Dit wapen is te vinden 
op de lokatie www.ngw.nl/indexgb.htm  
Deze site is mogelijk gemaakt door de 
Bank Nederlandse Gemeente te Den Haag We passeerden een stenen paaltje met daarop het wapen van Nijkerk ten teken dat we in de gemeente Nijkerk liepen. Maar een paar honderd meter verderop was de fruitpost. En deze lag weer in de gemeente Putten.
De fruitpost was op 37 km bij boerderij Deuverden. Hier kregen we een banaan. Daarna volgden we nog even een traject van de ANWB fietsroute Arkenheem. We passeerden nog een boerderij met de naam Kokkehut. Rond kwart voor zes werd de finish bereikt na 40,610 km.
Mijn GPS apparaat gaf aan dat de afstand 41,25 km bedroeg. Daarbij moet nog aangetekend worden, dat we de grote rust oversloegen en zo 300 meter minder liepen. Van de 8½ uur dat we onderweg waren, hebben we 70 minuten gerust. De gemiddelde wandelsnelheid bedroeg 5,6 km en 4,8 km inclusief rusten. Het IVV-nummer was 11543.
Deze keer, en waarschijnlijk deze hele serie, was er een nieuw wandelplaatje. Dit keer geen stikker. Maar een foto van een plek onderweg met daarbij het wapen van Nijkerk en het WS78 embleem. En dat alles in kleur.
Het was een hele mooie wandeldag geworden met vrij veel zonneschijn en een maximum temperatuur van 17 graden. Het parkoers was ook best aardig. Er hadden wat ons betreft meer onverharde wegen in gemogen, maar die moesten er natuurlijk wel zijn. Veel bospassages waren heel mooi. Hoewel er al flink wat bladeren op de grond lagen in de bossen, waren de meeste bladeren aan de bomen nog groen gekleurd.
naar de top van deze pagina

Henri Floor & Coos Verburg