naar het overzicht van alle LAT-tochten Kennedy-mars Hilversum 1997

Wandelaars worden aangekeken door terrasbezoekers
Op vrijdag 17 mei 1997 was om 10 uur ‘s-avonds de start van de 12e Kennedymars vanuit Hilversum. Er waren flink veel deelnemers, namelijk 184. Wat betreft de temperatuur was dit het begin van een warme periode. Toen we door de binnenstad van Hilversum liepen, hadden we veel toeschouwers. Toeschouwers die heerlijk buiten zaten op terrasjes. Door de donkerte was de parkoersbeschrijving alleen leesbaar bij duidelijke verlichte lantaarnpalen. Tussen Hilversum en Bussum was het eerste donkere stuk zonder verlichting. Weliswaar reden hier auto’s langs, maar die zorgden meer voor verblinding dan verlichting.
Voor een rotonde in Bussum kwam de eerste duidelijke afsnijmogelijkheid aan het licht. Wandelaars willen wel graag een bepaalde afstand lopen, maar als er wat af te snijden valt, dan doen ze van harte mee. We zagen een hele tijd heel veel bliksemflitsen, maar voor alsnog bleef het droog. Toen we de gemeentegrens van Naarden overstaken, in de buurt van Naarde-vesting, was de straatverlichting al uitgeschakeld en moesten we de zaklampen weer tevoorschijn halen. In een industriewijk van Naarden was de eerste verzorgingspost op 13˝ km. We konden ons vochtgehalte goed op pijl brengen en de inwendige mens werd ook versterkt met een aantal lekker besmeerde boterhammen.
Hevige bliksemflitsen
We vervolgden ons parkoers en alras begon het te regenen. Gelukkig niet zo heel hard als elders in het land wel gebeurde. De regen zorgde voor extra donkerte en toen we ook nog eens onder bomen door liepen, moest ik Coos op een gegeven moment terugroepen. Ik heb meer problemen in donkerte als de gemiddelde wandelaar. Ik vroeg of Coos voor me wilde gaan lopen. Door met mijn zaklamp op haar reflectievest te schijnen, zorgde zij voor extra verlichting, namelijk het reflectielicht. Er waren een paar politieauto’s, die met hun koplampen op ons schenen. Dat kon voor hen wel goed zijn, opdat ze beter konden zien wat mensen bezielt om in het donker te wandelen. Maar voor ons was het irritant. Door de grote lichttegenstellingen leek het even nog veel donkerder.
Langs de noordkant van Muiderberg, met uitzicht op het IJmeer, liepen we naar Muiden. In Muiderberg hadden we even uitzicht op de karakteristieke Gooise brink met vlakbij het monument ter ere van Graaf Floris V, die in 1296 in deze buurt werd vermoord. Het onweer zette door en we gingen, naast het zien van alleen de lichtflitsen ook de bijbehorende gerommel steeds meer horen. Steeds meer kwamen er lichtflitsen, die ons even niets meer deed zien. Eenmaal sloeg een bliksem vlak naast ons in en schrokken ontzettend. Later hoorden we, dat er naast ons, ook een aantal anderen hevig geschrokken waren. Op een parkeerplaats in Muiden was bij het Muizenfort de 2e verzorgingspost op 23 km. Het was de eerste keer met de organisatie van deze tocht, dat gebruik werd gemaakt van een tent, vanwege de regen.
Trajecten van het Graaf Floris V pad
Naar Diemen volgden we eerst een traject van 5 km. We kwamen langs de Maxis. Daarna liepen we over een dijk langs de Westelijke Merwede (rechts) en Diemen Noord (links). We hadden daarbij uitzicht op de Overdiemer (elektriciteits) centrale. Daarbij liepen we langs het steeds maar verder uitbreidende Diemen. We herkenden vele trajecten van het Graaf Floris V pad. De laatste keer dat we dit pad liepen is al weer 8 jaar geleden en in de tussentijd is er weer heel wat veranderd.
De positieve punten waren vooral de smalle asfaltwegen, die vroeger nog opengesteld waren voor alle gemotoriseerd verkeer en nu alleen voor buurtbewoners en (brom-)fietsers. We zagen een aantal malen bruggetjes om de lange dijk langs Diemen te kunnen verlaten. Maar steeds stond daar dan weer een pijl die r.d. wees, ten teken dat we de dijk nog niet moesten verlaten. In het centrum van Diemen was in Verenigingsgebouw “De Schakel” de eerste grote rust op 35 km. Het was er nog druk, maar we vonden er nog wel één vrij tafeltje.
Coos ziet wandelaar op bankje langs de weg
Na een half uurtje vervolgden we onze tocht. Nu volgden we trajecten door “landelijk” Amsterdam. We liepen even verkeerd, maar het resultaat was, dat we hierdoor een stuk hadden afgesneden. Want wandelaars die eerst ver voor ons liepen, waren nu vlak voor ons. Eerst liepen we een eind langs het riviertje de Gaasp en kwamen langs Kinderboerderij Bijlmerweide. Daarna liepen we langs het riviertje de Gein.
Het begon nu al aardig licht te worden. We liepen naar het Amsterdam-Rijn Kanaal en kwamen langs het voormalige fort Nigtevecht. Op dit traject liepen we trouwens eens niet tezamen en op een gegeven moment zag Coos een wandelaar op een bankje langs de kant zitten. De wandelaar had een moeilijke tijd achter de rug door familieomstandigheden en had het nog moeilijk, maar wilde nu weer eens een lange tocht lopen. Coos pepte de man op en net toen ik de 3e verzorgingspost op 51 km langs het Amsterdam-Rijnkanaal had bereikt, arriveerde Coos met de man. Er werd hier een dame behandeld bij de EHBO en even later zakte ze door de stoel heen.
Jan Wandelaar kwam ons tegemoet
Ons volgende traject voerde eerst een kleine 5 km langs het Amsterdam-Rijn kanaal Er voer ons een schip tegemoet met de welluidende naam “Jan Wandelaar”. Het was weer gaan regenen. We staken het kanaal over en volgden daarna even een modderige asfaltweg. Dit was een asfaltweg die doodliep voor een weiland. We sloegen af naar Vreeland en liepen over een autovrij fietspad naar het centrum van Vreeland. Langs de kant van de weg zagen we weer volop fluitenkruid groeien.
We liepen door naar de Vecht, staken deze tweemaal over en volgden deze naar Loenen. We genoten hier met volle tuigen van de grote landhuizen langs de Vecht. Toen we Loenen binnenliepen, even na 8 uur, zagen we al enige klanten in de winkel van een slagerij staan. Na de 56 m hoge en 70 cm uit het lood hangende toren van de Ned. Hervormde kerk staken we een oude klapbrug over. Deze brug trekt veel amateur-fotografen. Op 58 km was in Loenen de 2e grote rust in Motel “Loenen”, restaurant “La Pineta”. We deden onze schoenen weer even uit om zo ook onze voeten goed uit te laten rusten. Dit was de rust met grote verkleedpartijen. Het weer was flink hersteld. De zon was doorgebroken en de weersvoorspelling (temperatuur tot 26°) was zodanig dat de regenkleding kon worden opgeborgen. Veel wandelaars deden de korte broek (weer) aan.
Johan van Oldenbarneveld en Kees de Tippelaar
We liepen verder langs de Vecht door Nieuwersluis naar Breukelen. In Nieuwersluis liepen we langs de Willem-III kazerne, een Penitentiair Centrum. Enige malen staken we een smalle sluis over waardoor boten van de Vecht naar de Loosdrechtse plassen konden varen en omgekeerd. De streek tussen Breukelen en Nieuwersluis wordt ook wel Mennistenhemel genoemd. In de 17e eeuw vestigden zich hier volgelingen van Menno Simons, een van de voorlopers van de tegenwoordige Doopsgezinden, een kerkelijke groepering.
We kwamen in Breukelen op een splitsing van het parkoers. Hier bij de splitsing lag Huize Gunterstein, een eenvoudige ridderhofstad uit de 13e eeuw waar Johan van Oldenbarnevelt eens heeft gewoond. Hij kocht dit gebouw in 1611. Het omgrachte vierkante gebouw dateert uit het einde van de 17e eeuw. Wij volgden het alternatieve parkoers. Nog voordat we de Vecht verlieten, moeten we het stadhuis van Breukelen, Huize Boom en Bosch hebben kunnen zien.
Sinds oktober 1991 staat tegenover de ingang van het gemeentehuis een standbeeld van Kees de Tippelaar, alias L.C. Dudok de Wit. Hij was een enthousiast wandelaar, die er niet tegenop zag om in 122˝ uur van Amsterdam naar Parijs te lopen. Ook zijn wandeling in 1875 van Amsterdam naar Wenen in 235˝ uur, oftewel met rustpauzes 26 dagen, vormde in die tijd voorpaginanieuws voor de kranten. Hij was naast beroemd wandelaar ook een verwoed zwemmer, die ‘s-winters rustig een bijt in de Vecht hakte om toch maar in het water te kunnen spartelen. Hij overleed in 1916.
Nadat we de Vecht hadden verlaten, volgden we een leuk smal, modderig pad door een strook bos in de Polder Breukelen-Proostdij. Dit vonden we een schitterend pad. We zagen hier ook wit/rode en geel/blauwe (wandel-)markeringen. Daarna liepen we om het voormalige Fort Tienhoven heen. We liepen langs natuurreservaat De Veenderij en zagen daar op een lange paal een groot ooievaarsnest. We zagen ook een ooievaar in het nest staan. Nu kregen we volop uitzicht op de Loosdrechtse Plassen.
In de jaren 1450 - 1850 werd het veengebied tussen Hilversum en de Vecht ontgonnen. Nadat de zogenaamde legakkers, de stroken tussen de afgravingen waarop de turf te drogen werd gelegd, werden weggestoken ontstond het prachtige watersportgebied de Loosdrechtse Plassen. Bij Huize Ruimzicht was de 4e verzorgingspost op 68 km.
Van dieptepunt naar hoogtepunt
We vervolgden het Tienhovenkanaal en kregen uitzicht op de Vijfde Loosdrechtsche Plas. Na de afslag naar Breukeleveen bereikten we het plaatsje Tienhoven. Hier dwaalden we door de Tienhovensche Plassen en liepen daarbij langs molen “De Trouwe Wachter”, een Hollandse wipwatermolen uit 1832/1833. Nu kwam eigenlijk het hoogtepunt van de tocht. Namelijk het pad door de Oostelijke Binnenpolder van Tienhoven. Eerst volgden we een grintweg. Deze ging over in een zandweg, die zeer modderig was. Maar naast de weg groeide gras en aan de sporen te zien was hier door wandelaars een graspad gemaakt. Het was hier wel zwaar lopen. De organisatie had zich verontschuldigd voor dit traject, maar er was geen andere mogelijkheid.
In hun ogen was dit pad een dieptepunt, terwijl wij het ervoeren als een hoogtepunt. WS78 zou jaloers zijn op zo’n mooi traject. De vele dierlijke geluiden, die we hier hoorden, gaven een enorm rustig gevoel. Bij boerderij Vredevest was de 5e en laatste verzorgingspost. We konden hier heerlijk in de schaduw van een grote boom rusten. Langs bosgebied Einde Gooi en de Hoorneboegsche Heide van het Goois Natuurreservaat bereikten we Hilversum. Op 80,238 km was de finish.
Nabeschouwing en aanbevelingen
De tocht was buitengewoon goed bepijld. Er werd gebruik gemaakt van verf pijlen waarin de letter L van LAT werd verwerkt. De verzorging was ook voortreffelijk. Je kon steeds zoveel mogelijk eten en drinken als je wilde. De verzorgers waren ook steeds vriendelijk. Positieve aanbevelingen voor de parkoersbeschrijving onzerzijds zijn: Na elk punt werd een tussenstand en een totaaltelling vermeld. Daarbij werden die afstanden exact in meters vermeld. Het zou rustiger lezen zijn, als die totaaltelling werd afgerond op 5 eenheden. Dus 46.300m in plaats van 46.298m. Verder zou bij vermelding van het nummer van een wegwijzer niet alleen het nummer vermeld moeten worden, maar ook waarheen de wegwijzer heen wijst. Bij voorbeeld bij punt 124 “ r.d. bij Y 2620, richting Tienhoven” in plaats van “r.d. bij Y 2620”. Vooral in de nacht zijn de nummers van de wegwijzers al helemaal niet te lezen en overdag ben je te vermoeid om daar nog naar te kijken.
naar de top van deze pagina

Henri Floor & Coos Verburg