|
|
De 75 km van Hengelo 1995
|
Met de Hengelose Wandel Unie door Dinkelland
Weinig lange dagtochten in Nederland van tussen de 65 en 80 km
Op zaterdag 6 mei 1995 organiseerde de Hengelose Wandel Unie voor de 6e keer de
De 75 van Hengelo. Voor ons was de belangrìjkste reden om aan deze tocht mee te
doen het feit dat deze tocht als dagtocht wordt georganiseerd. Dagtochten in de
afstanden van tussen de 65 en 80 zìjn er nog maar erg weinig in Nederland. Je
kon aan deze tocht alleen meedoen als je van te voren had ingeschreven.
Bovendien moest je opgeven binnen welke uurtìjd je de tocht zou uitlopen. Er
waren 6 uurgroepen, te weten 10, 11, 12, 13, 14 en 15 uur. Wìj hadden 15 uur
opgegeven.
Even na 6.00 uur werden we "weggeschoten"
Na een toespraakje even voor de start werd vanaf 6.00 uur ieder persoonlìjk
"weggeschoten" vanuit het Wandelhuis aan de Twekkelerweg. We verlieten Hengelo
in oostelìjke richting en staken een brede 4-baans verkeersweg
(Enschedesestraat) over. Hoewel het op dat tìjdstip nog niet erg druk was, stond
er wel politie omdat de weinige auto's die er rìjden vaak wel heel hard rìjden.
We dwaalden eerst door het bosgebied rond Haverriet, overgaand in het
Lonnekerveld. Verderop kwamen we langs het Lonnekermeer. We naderden de eerste
wagenrust. Deze lag op 10 km. Ongeveer 100 meter voor de wagenrust stond een man
van de verzorging die vroeg wat je wilde drinken. Daarop gaf hìj het via een
(soort) draagbare telefoon door aan de verzorgingspost. Toen we daar arriveerde
stond iemand met de gevraagde drank klaar. Zo mooi hadden wìj het nog niet
eerder meegemaakt.
Het parkoers was geheel gepìjld met ìjzeren of metalen pìjlen
die op staanders in de grond waren gezet. Bovendien hadden we een
parkoersbeschrìjving. Deze parkoersbeschrìjving was ruim voldoende in combinatie
met de bepìjling. Alleen de routebeschrìjving, dus zonder bepìjling was niet
goed mogelìjk. Weliswaar was met de routebeschrìjving zeker 90% gedekt. Zo was
er een keer dat we bìj een zandweg linksaf moesten. Maar daarvoor hadden we wel
3 boswegen gepasseerd die we niet waren ingeslagen.
Halve rondwandeling om Luchthaven Twente
Maar goed, we vervolgden onze tocht met een wìjde boog om de Luchthaven Twente.
Onder Oldenzaal liepen we door het 135 ha grote bosgebied Boerskotten. In dit
gebied ontspringt de Snoeyingsbeek. De eerste grote rust lag op 26,8 km. Deze
was gelegen in Café
Restaurant Het Grote Zwaantje. Hier konden we over onze tassen beschikken. Daar
haalden we een flesje zonnecreme uit (beschermfaktor 12) en smeerden de meeste
blote plekken in. Dat waren er deze dag vrìj veel door het warme weer.
Bìj de start om 6 uur was het al 16°. De temperatuur zou nog doorstìjgen naar de 25°.
Na deze rust liepen we verder. Eerst langs de Paasberg. Daarop door landgoed
Egheria.
Dit 262 ha grote landgoed is eigendom van de Vereniging tot Behoud van
Natuurmonumenten en ligt in de gemeente Losser.
Bìj boerderìj "De Tichelaar"
zagen we nog een oude militaire vrachtauto staan met op de voorbumper een rond
plaatje met de tekst: Keep them Roling 1944/1994. Daarop volgden we een lang
eind langs de verkeersweg Oldenzaal-Denekamp. Daarbìj hadden we aan onze
linkerhand uitzicht op het 87 ha grote Roderveld.
Het riviertje de Dinkel, die zich in talrìjke lussen een weg baant
Nu kwamen we in het Dinkelland, het land waar de rivier de Dinkel doorheen
stroomt.
Veel van de schoonheid van het landschap is te danken aan het riviertje
de Dinkel, die zich in talrìjke lussen vanaf Glane naar Lattrop een weg baant
door deze streek. De oevers zìjn begroeid met een rìjke vegetatie waarin vele
vogelsoorten huizen.
Op 35 km was een verzorgingspost vlak bìj een brug over de
Dinkel. We zagen hier een paar wandelaars met rugzakken, die het Twente pad
liepen en daarbìj de geel/rode markeringen volgden.
We kruisten een oude
Kasteellaan die naar kasteel Singraven liep.
Kasteel Singraven was
oorspronkelìjk een havezate uit 1381. Hier vlakbìj lag ook een waterradmolen met
een gezellig restaurant. Deze dubbele houtzaag- en korenmolen uit 1448 is één
van de mooiste molens van Twente.
Maar hier was voor ons geen rustpost gepland.
We kwamen bìj het Kanaal Almelo-Nordhorn en volgden het fietspad langs de mulle
zandweg waar we ons af en toe zandhappers voelden als een auto passeerde.
Door het Voltherbroek en het Agelerveld bereikten we het natuurgebied
Rossumermeden.
Even voorbìj de 45 km verzorgingspost zag ik een mooi grasveldje
liggen uit het zicht van de wandelaars en deed daar wat oefeningen speciaal voor
mìjn rug. Dit grasveld werd als klootschietbaan gebruikt. Klootschieten is een
balwerpspel van met lood verzwaarde ballen. Bìj dit spel worden vele kilometers
afgelegd.
Karakteristieke Saksische boerderijen
We zagen regelmatig karakteristieke Saksische boerderijen, die kenmerkend zìjn
voor de oude bouwstìjl in Overìjssel. Dit boerderìjtype is opgebouwd uit een
netwerk van houten balken waartussen metselwerk wordt aangebracht.Daarnaast zìjn
ze herkenbaar aan de hoge puntdaken en houten witomlìjste topgevels, vaak
gesierd door een gevelteken met een oeroud motief, dat zìjn oorsprong vindt in
een oud volksgeloof. Daarop bereikten we 't Stift te Weerselo.
Het Stift met
Stiftskerkje en bìjgebouwen zìjn overblìjfselen van een in 1150 gestichte
Benedictìjnerabdìj. Nadat het dienst had gedaan als nonnenklooster is het in
gebruik genomen door de "Stiftsjuffers", godsdienstige dochters uit adellìjke
families. De vervallen bìjgebouwen zìjn in 1975 gerestaureerd. Het Stiftskerkje
uit de 14e eeuw
verkeert nog in originele staat. Naast het kerkje staat "De Stiftsschuur" in
Saksische bouwstìjl.
Op 55 km lag de 2e grote rust op camping Erve Holtkamp te
Saasveld, gemeente Weerselo.
Borne is de bakermat van de Twentse textielindustrie
Via het plaatsje Hertme liep we naar de buitenwìjken van de plaats
Borne.
Borne is de bakermat van de Twentse textielindustrie. De bloei van dit
dorp lag in de 17e eeuw, waarin het de rìjkste plaats van Twente was. Vermogende
doopsgezinde linnenwevers en fabrikeurs hebben er toen gewoond en gewerkt.
Hier,
in Borne, stonden enige toeschouwers en één van hen, een jongen van een jaar of
twaalf zei: "nog 12 km hè".
Bìj punt 169 op de parkoersbeschrìjving stond geen
pìjl (meer), waar aan de hand van die parkoersbeschrìjving wisten we dat we hier
een verkeersweg moesten oversteken. Bovendien zeiden wandelaars, die we net
hadden gepasseerd dat we de weg moesten oversteken. We staken de Azeloer beek
over en langs de oostkant van Delden liepen we weer terug naar de finish. We
finishten nog net binnen de 14 uur, voorwaar een bìjzondere prestatie voor
ons zelf.
Oudste deelnemer was 79 jaar
Onderweg hadden we een keer gehoord dat een wandelaar van 79 jaar had
ingeschreven op de 12-uurs tìjd. Later lazen we in het april 1995 nummer van het
blad "Wandelsportblad Nederland", een uitgave van de NNWB en de NUW, een
artikel over Hennie Zuidema, 79 jaar uit Warffum die in 1994 bìj De 75 van
Hengelo een tìjd van 11 uur en 7 minuten had gelopen.
Deze De 75 van Hengelo zit
organisatorisch zeer goed in elkaar. Naast de twee grote rusten op ongeveer 25
en 55 km is er vanaf de 10 km om de 5 km een wagenrusten. Er waren dus
wagenrusten op respectievelìjk 10, 15, 20, 30, 35, 40, 45, 50, 60, 65 en 70 km.
Op elke wagenrust waren drie duidelìjke herkenbare EHBO'ers. Op alle wagenrusten
kreeg je te drinken en op verschillende posten kon je ook belegde boterhammen
krìjgen. Veelal waren er ook stukje appel, sinaasappel, banaan of komkommer. Van
de 118 inschrìjvers waren er 6 niet komen opdagen. Er waren rond de 10
uitvallers, zodat rond de 100 man de finish haalden. De laatste wandelaars
kwamen binnen na 14 uur en 45 minuten lopen.
|
Henri Floor & Coos Verburg
|