Vorig WS78 verslag volgend WS78 verslag Terug naar de overzicht van alle WS78 wandeltochten Terug naar de homepage van Henri Floor Het voorlopen van de WS78 wandeltocht vanuit Veenendaal-West.

embleem WS78 Dit is het wapen van Veenendaal. 
Dit wapen is te vinden 
op de lokatie www.ngw.nl/indexgb.htm  
Deze site is mogelijk gemaakt door de 
Bank Nederlandse Gemeente te Den Haag Op zaterdag 7 juli 1990 werd het WS78 parkoers van Veenendaal-West door het voltallige WS78-bestuur voorgelopen tezamen met de parkoers architecten (ondergetekenden). Op 9 februari 1991 is de officiële tocht. Rond 9 uur vertrokken we aan de tocht, want enige bestuursleden kwamen met de trein. Al enige honderden meters na de start was het parkoers volledig overhoop gehaald. Wegens stadsuitbreiding waren brede gleuven in de grond uitgegraven voor de aanleg van riolering. We moesten zo'n gleuf in de grond kruisen. Even verderop liepen we langs zo'n gleuf, waarnaast het zand opgehoogd was. Met wat verbeelding leek dit wel een beetje op een smal pad langs een afgrond in de bergen. We kregen nu vaste grond onder onze voeten.
Op 2½ km bereikten we de Prattenburgse bossen. Aan de rand van de Prattenburgse bossen staat een kasteel. Voordat dit kasteel er stond lag op deze plaats een versterkte boerderij. Nu doet het verhaal de ronde dat van deze versterkte boerderij een (vlucht-)gang loopt onder de berg (de Prattenburgse bossen liggen op een berg) naar de Rijn. Deze gang is echter nooit gevonden. Verder zou hier in de 80 jarige oorlog Spanjaarden gelegerd zijn die er een goudschat zouden hebben verstopt. Hoewel enige losse Spaanse munten in de loop der tijden er zijn gevonden, is de goudschat nog niet gevonden.
Nu is het echter ook niet aanbevelingswaardig om met detectoren naar de goudschat te gaan zoeken. In de tweede wereldoorlog heeft het Duitse leger bezit genomen van de Prattenburgse bossen. Ze hebben er een weg aangelegd en veel munitie hebben ze er verstopt. Aan het eind van de tweede wereldoor log hebben ook Canadezen hier munitie verstopt. Bij zoekacties door "gouddelvers" is derhalve vaak op munitie gestoten.
Verder staat er in de Prattenburgse bossen één huis. Dit huis is in 1840 gebouwd. Naar dit huis lopen wegen waarvan is vastgesteld dat deze al voor 1840 bestonden. Daaruit wordt afgeleid dat op deze plaats in het verleden een groot of bijzonder gebouw moet hebben gestaan. Daarbij gaan de gedachten uit naar de Cunera-legende. De Cunera-legende herinnert aan Cunera, een lieftallige Schotse prinses, die met 11.000 maagden ter bedevaart naar Rome trok onder leiding van haar vriendin de Heilige Ursula. Op de terugweg werden alle maagden bij Keulen door de Hunnen vermoord, op Cunera na. Zij werd gered door de Frankische "koning" Haymo, die haar meenam naar zijn hoeve bij Rhenen, waar zij door haar goedheid zeer geliefd werd bij de bevolking. Maar Haymo's vrouw ontstak in giftige jaloezie, wurgde Cunera met een halsdoek en begroef haar in een stal. De paarden wilden 's avonds de stal niet meer in en er verscheen een teken van twee gekruiste fakkels boven de plaats waar zij begraven was. Zo werd het lichaam gevonden en plechtig her begraven op de Cuneraheuvel, die door een kapel werd gekroond. Al gauw gingen verhalen rond, dat aanraking van de bij het altaar hangende halsdoek genezing bracht. Pelgrims stroomden toe uit het hele land en er kwam zoveel geld binnen, dat een kerk kon worden gebouwd met een fantastisch mooie toren ter herinnering aan de als een heilige ver eerde Cunera. Genoemde hoeve van de Frankische 'koning' Haymo of de genoemde kapel zou de plaats kunnen zijn geweest op de plaats waar nu dat huis uit 1840 staat. Genoemde fantastisch mooie toren zou de huidige Cunera toren te Rhenen zijn.
We staken de verkeersweg Veenendaal - Elst over ter hoogte van Het Koetshuis en vervolgden ons parkoers door het vrij opengestelde gedeelte van de Prattenburgse bossen. Voor het eerste deel zijn toegangskaarten verplicht. Weldra bereikten we een prachtig uitzicht bij een zandgroeve. We waren hier gestegen tot 50 meter boven N.A.P. en hadden uitzicht op Veenendaal. Bij helder weer heb je ook uitzicht op (hoge flatgebouwen van) Wageningen. Door het zwaarbewolkte weer op deze dag konden we van deze en volgende uitzichtpunten niet optimaal genieten.
Door het Remmersteinse bos bereikten we eerst de Paasheuvel. Even later passeerden we Leemkuil. Het vennetje zagen we net niet omdat we de Leemkuil passeerden door een er vlak langs lopende "holleweg". Over de 48m hoge heuvel "Lijster" bereikten we een maïsveld. De eigenaar had het ernaast liggende pad meegezaaid, waardoor we nu tussen de hoge maïsplanten doorliepen. Het leek of ons parkoers dood liep als we niet onze parkoersbeschrijving hadden gepakt dat vermeld de "r.a. einde bosweg, smal zeer onopvallend stijgend bospad".
Even later bereikten we op 11 km de geplande soeppost, even voor Rhenen, aan de bosrand. Langs de zuidkant van de Utrechtse Heuvelrug vervolg den we onze tocht. Regelmatig hadden we nu vergezichten op de Rijn en de Betuwe. Even kwamen we weer in de bewoonde wereld. Langs de rand van Elst betraden we weer de bossen op weg naar de ± 45m hoge Galgen berg. Van achteren hoorden we op een gegeven moment "dit kan beslist niet". Dat sloeg op een smal pad waarbij je met de handen takken moest wegduwen. Nu was het nog een kilometer naar de grote rust 't Berghuis.
Vlak voor het Berghuis kwamen we langs een stenen kolom. Dit monument was oorspronkelijk opgericht door Gravinne Douarière van Athlone. Ter nagedachtenis van de overwinning behaald over Bonaparte en de Fransche Armée door den Kroonprins van Oranje en de gecombineerde Armeen onder bevel van den hertog van Wellington en Prins Blücher te Quatre Bras en in de velden van Waterloo, den 18 juni 1813. In 1846 is dit monument hernieuwd ter vereering van onze dierbare moeder A.E.C. Gravinne Douarière van Athlone door haar laatst o vergebleven kinderen M.W. en C.R. Gravinnen van Reede Ginkel. In het 150ste herdenkingsjaar is door samenwerking van de inwoners van Amerongen dit monument heropgericht en door de erven Graaf G.J.G.C. van Aldenburg Bentinck aan de gemeente overgedragen op 3 augustus 1963.
Na de grote rust bestegen we de 68,9 meter hoge Amerongense berg. Nu begaven we ons op weg naar de noordflank van de 62m hoge Elsterberg. Bij helder weer heb je van dit uitzichtspunt zicht op de Lange Jan, een kerktoren te Amersfoort. Ook de kerktoren van Scherpenzeel is dan zichtbaar. Verschillende malen waren nu onze paden geblokkeerd door omgewaaide bomen door de voorjaarsstormen van 1990. Na eerst tot 12 meter afgedaald te zijn ging het parkoers weer langzaam omhoog naar de ruim 60m hoge Vlakke berg. We kruisten een verkeersweg met de toepasselijke naam "Bergweg" en kwamen langs een hondenkennel.
Nadat we een tijd wat bredere boswegen hadden gevolgd was het nu weer de beurt aan enige smalle bospaden. De paden werden steeds nauwer en even dachten we dat ze doodliepen. Maar bij een parkeerplaats pakten we weer bredere boswegen op. Op 32 km hadden we de noordrand van de Utrechtse heuvelrug bereikt. Bij een boerderij met weilanden was hier de koffiepost in de gemeente Leersum. Lang konden we niet van deze "wijde blik" genieten want we werden weer het bos ingestuurd door onze parkoersbeschrijving.
Na weer een grasparkoers waar de bosbessenstruiken langs en zelfs op het pad groeiden bereikten we een afgezet gebied waar Schotse hooglanders, een bepaalde koeiensoort, graasden. We zagen deze dieren echter niet. Op 37 km bereikten we de geplande fruitpost op een soort boerderijcamping. Bij het naderen van de finish van een wandelparkoers gaat het parkoers in het algemeen langzaam over in verharde wegen. Maar dat gebeurde hier pas op het aller laatste moment. Evenals vlak na de start kwamen we ook nu weer door het gebied waar de nieuwe riolering werd aangelegd. Rond half zes waren we bij de finish. Hoewel het in de loop van de dag regenachtig was geworden, was de regenintensiteit niet van grote omvang geworden. Bij een temperatuur van rond de 16° en een hoge vochtigheidsgraad had het niet koud aangevoeld.
naar de top van deze pagina

Henri Floor & Coos Verburg