Terug naar de homepage van Henri Floor Dordtrecht en omgeving

Dordrecht is een prachtige stad, die bezoekers een kijkje biedt in de geschiedenis van Holland. Niet alleen met de historische binnenstad, maar ook met de Hollandse Biesbosch. Met bijvoorbeeld de molens van Kinderdijk en het Nationaal Baggermuseum biedt de regio veel voor de (inter-) nationale bezoekers.

Ontdek Hollands oudste stad
Dordrecht is bijna duizend jaar geleden ontstaan aan het veenriviertje de Thuredrith en kreeg als eerste stad in Holland in 1220 stadsrechten.

Stad van historie, water en cultuur
De historische binnenstad ligt verscholen tussen machtige rivieren. Het mooiste begin van een ontdekkingstocht is het Groothoofd, waar de Oude Maas, Noord en Merwede samenvloeien.

1000 monumenten
De stad heeft in Holland lang een belangrijke rol gespeeld op het gebied van handel, politiek en religie. In de ruim 1000 monumenten die Dordrecht telt, is het rijke verleden goed terug te vinden, vooral in het historisch havengebied.

Nationaal Park De Biesbosch
De grootste groene trekpleister is het Nationaal Park De Biesbosch waarvan een groot deel ligt op Dordts grondgebied: de Hollandse Biesbosch.

Al eeuwenlang ligt Dordrecht op een kruispunt van rivieren te pronken met zijn opvallende Grote Kerk, Groothoofdspoort, herenhuizen en pakhuizen. In het oude havenkwartier liggen de monumenten op een kluitje bij elkaar, fraaie bruggen voeren je over het overal aanwezige water naar het hart van de stad met zijn gezellige winkelstraten.
Bijna 1000 monumenten bepalen het gezicht van deze stad die bijna duizend jaar geleden ontstond.

Dordrecht kreeg als eerste stad in het graafschap Holland stadsrechten en ontwikkelde zich in de vroege middeleeuwen tot Hollands belangrijkste handelscentrum. De handel in voornamelijk wijn, hout en graan legde de Dordtenaren geen windeieren en de vele monumenten en musea getuigen daarvan.

Smalste huis
Langs de Voorstraat staan huizen en winkelpanden uit de zeventiende, achttiende en negentiende eeuw. Grote voorname huizen maar ook heel smalle. Het pand nummer 87 spant de kroon: dit is het smalste huis van Dordrecht met als grote concurrent Voorstraat 113, dat ongeveer acht centimeter breder is. Het smalste huis is slechts 280 centimeter breed!

Smalste straatje
Het Zakkendragersstraatje, tussen de Voorstraat en de Doelstraat, is het smalste straatje van Dordrecht. Het straatje wordt al eeuwenlang zo genoemd, omdat hier het eerste gildehuis van het Zakkendragers- of Mazelaarsgilde stond. De zakkendragers verzamelden zich hier wanneer er scheepsladingen gelost moesten worden in de Wijn- en Voorstraatshaven. Later werkten de sjouwers vanuit het Zakkendragershuis bij de Mazelaarsbrug, bij de rivier Oude Maas. De zakkendragers werden in Dordrecht dan ook wel Mazelaars genoemd.
> Het Zakkendragershuisje bij de Mazelaarsbrug bestaat nog.

Beroemde Dordtenaren: Albert Cuyp en de Gebroeders de Witt
Waar is Aelbert Cuyp geboren?
De beroemde landschapsschilder Aelbert Cuyp is in 1620 geboren in Dordrecht. Het huis aan de Nieuwe Haven waarin hij geboren is, bestaat niet meer. Twee jaar na Aelberts geboorte verhuisde vader Jacob Cuyp (eveneens schilder) met zijn gezin naar een woonhuis op de Nieuwbrug. Later kreeg het huis de naam Samson. Aelbert woonde en werkte hier tot aan zijn huwelijk in 1658. Het huis werd in de negentiende eeuw gesloopt, maar de gevelsteen van het huis Samson is bewaard gebleven en aangebracht in het pand Nieuwstraat 54. De steen met het bijbelverhaal van Samson die de tempel van Gaza liet instorten is er nog steeds te zien. Aelbert Cuyp is evenals zijn vader Jacob begraven in de Augustijnenkerk.

Johan de Witt (1625-1672) was bijna twintig jaar Raadspensionaris van Holland en daardoor leider van het regeringsapparaat van de Republiek der Verenigde Provinci ën. Zijn broer Cornelis was ondermeer burgemeester van Dordrecht. In het rampjaar 1672 kwam stadhouder Willem III weer aan het bewind en werden de republikeinse Johan en zijn broer Cornelis op beestachtige wijze gelyncht door het gepeupel in Den Haag. In Dordrecht staan de Dordtse broers in brons vereeuwigd op de Visbrug.

Dordtse 'Schapekoppen'
Dordtenaren hebben al eeuwenlang de bijnaam 'schapekop'. Een oud volksverhaal vertelt hoe de inwoners van Hollands oudste stad aan deze naam kwamen. Hoewel er verschillende versies van bestaan en er in de oudste verhalen naast 'schapekop' ook wel gesproken wordt van 'schapedief' komt het er in het kort op neer dat een man en zijn zoon een aangekleed schaap de stad binnenhaalden om de belasting te ontduiken. Wie vlees of voor de slacht bestemde dieren invoerde, moest in de zeventiende eeuw accijns betalen. De twee mannen trokken het schaap dat zij buiten de stadsmuren gekocht hadden een jas aan, zetten het dier een hoed op en liepen ermee de stad in. Het dier verraadde zich door luid 'bèèè!' te roepen. Dordtse banketbakkers maken heerlijke schapenkopkoeken die in trommeltjes of los te koop zijn, een Dordts koekje in de vorm van een schapenkop, o.a. te koop bij VVV.

Geboortehuis Top Naeff
Met haar debuut 'Schoolidyllen' kreeg de Dordtse schrijfster en toneelcritica Top Naeff grote bekendheid. Anthonetta van Rhijn-Naeff werd in 1878 geboren in een huis aan de Nieuwe Haven. In de gevel van dit huis op nummer 38 zie je het gevleugelde paard Pegasus afgebeeld. Het mythische paard liet door zijn hoefslag een bron ontspringen waar dichters hun dorst konden lessen en is symbool geworden voor de poëzie. Top Naeff schreef meisjesboeken, romans, toneelstukken en kritieken. Het leven van de gegoede burgerij stond hierin centraal. Kort voor haar dood in 1953 werd zij benoemd tot ereburgeres van Dordrecht.

De Synode van Dordrecht
In de Grote Kerk is een expositie te zien over de Nationale Synode die in 1618/1619 in de Dordtse Kloveniersdoelen plaatsvond. Ook een gebrandschilderd raam in de kerk herinnert aan deze grote synode die bezocht werd door binnen- en buitenlandse theologen, hoogleraren van universiteiten, predikanten en afgevaardigden uit de zeven gewesten. Dit gebouw (aan de Steegoversloot) is in de negentiende eeuw afgebroken. De Synode moest een eind maken aan de godsdienstige geschillen tussen remonstranten en contra-remonstranten. Het conflict tussen de hoogleraren Gomarus en Arminius over de leer van de voorbeschikking (predestinatie), dat ten grondslag lag aan de religieuze twisten, leidde tot een politieke kwestie waarbij prins Maurits zich schaarde achter de gomaristen, de contra-remonstranten. De Nationale Synode nam het belangrijke besluit tot een nieuwe bijbelvertaling in het Nederlands, de in 1636 gereedgekomen Statenvertaling. Deze vertaling vormt de grondslag van de ontwikkeling van de Nederlandse taal, zoals wij die nu spreken en schrijven.

Oudste woonhuis
Een van Nederlands oudste woonhuizen is het rond 1495 gebouwde huis ‘t Zeepaert aan de Wijnstraat 113 in Dordrecht. Het is in elk geval het oudste woonhuis van Dordrecht. Het authentieke middeleeuwse huis heeft een laat-gotische natuurstenen voorgevel met gotische muurankers. De ramen zijn aan de bovenzijde versierd met klaverblad en lelie. Tot de bewoners behoorden een zeepzieder, een bierbrouwer, kooplieden, een geneesheer en een legerkapitein. In het begin van de achttiende eeuw zijn in een speciaal vertrek geschilderde behangsels van Aert Schouwman aangebracht. Ze zijn in 1903 verwijderd en bevinden zich nu in een villa in Santpoort. In het interieur zijn nog veel originele elementen bewaard gebleven, waaronder stucwerk, een eikenhouten spiltrap, gebeeldhouwde consoles van natuursteen en de eikenhouten kap. Het pand is gerestaureerd en in september 2005 officieel in gebruik genomen. In het verrassend ingerichte gebouw worden onder meer kleinschalige presentaties en bijeenkomsten georganiseerd. Op de eerste zondag van de maand is het tussen 12.00 en 17.00 uur te bezichtigen.

Schaapskudde in Hollandse Biesbosch
In de Hollandse Biesbosch loopt schaapherder Sjako van der Merwe met zijn schaapskudde door het natuurgebied van de Hollandse Biesbosch. De kudde, die bestaat uit zo'n 40 tot 60 schapen, zal het gras op de dijken rond de Hel- en Zuilespolder en in de buurt van golfbaan Crayenstein bijhouden. De schaapherder is in elk geval van woensdag tot en met zondag aanwezig tijdens de openingstijden van het Biesboschcentrum Dordrecht. Met zijn hond zal hij hier en daar de schapen in bedwang houden. Voor recreanten en bezoekers van de Hollandse Biesbosch is de schaapskudde een nieuwe attractie, die van maart t/m oktober voor extra levendigheid zorgt in het natuur- en recreatiegebied. Echte liefhebbers kunnen ook een lammetje adopteren.

Dordtse Skateroutes
In het buitengebied van Dordrecht zijn twee uitdagende skateroutes uitgezet, die ook met elkaar verbonden kunnen worden. De blauwe route (10 km) en rode route (20 km) leiden skaters dwars door de polders en over de dijken op het eiland van Dordrecht. De routes zijn in twee richtingen te rijden en herkenbaar aan borden langs de route die de rijrichting aangeven (zwarte hoek) of aangeven dat je een andere route kunt oppakken (gestreept).
Onderweg kun je halt houden bij een van de landelijk gelegen horecabdrijven, zoals De Viersprong bij Boswachterij De Elzen en café Fluitekruid nabij Kop van 't Land. Om aan je skatetocht te beginnen kun je parkeren op parkeerplaatsen langs de Schenkeldijk of bij de Oosthaven en Zuidhaven (Nieuwe Merwedeweg). De routes lopen ook langs NS station Dordrecht-Zuid.
Het skaten gebeurt op eigen risico, kijk voor alle regels, adviezen en andere informatie op www.dordrecht.nl/skaten. Er is ook een folder verkrijgbaar bij o.a. VVV.

VVV in Dordrecht als eerste op Second Life
Een dag na de officiële opening van Intree Dordrecht opende de burgemeester van Dordrecht de eerste VVV op Second Life met zijn eigen ‘Avatar', zijn virtuele evenbeeld. Intree Dordrecht is het gloednieuwe ontvangst- en informatiecentrum van Dordrecht, waarin de VVV nu gehuisvest is. VVV vervult hier de balie- en informatiefunctie voor de presentaties over toerisme, recreatie, cultuur, wonen en werken.
De VVV Zuid-Holland Zuid besloot eind vorig jaar een extra filiaal op Second Life te openen. Er werd contact gelegd met Dutch Maximus Vision, een groep Second Life ‘gebruikers', die al een eiland van Dordrecht op Second Life had gevestigd en het DaVinci College, dat met haar ICT studenten de ‘bouwwerkzaamheden' verricht. Met deze partners, en de gemeente Dordrecht op de achtergrond, is besloten om Intree Dordrecht na te bouwen om vandaar uit alle informatie over de werkelijke en de virtuele stad te kunnen verstrekken.
Dutch Maximum Vision (DMV) heeft al diverse Dordtse monumenten en bouwwerken nagebouwd, bedrijven zullen volgen. Nieuwe ‘eilanden' worden ingericht naar het werkelijke stratenpatroon in de historische binnenstad, waarna de reeds gebouwde monumenten op de juiste plaats worden gezet. Straks kun je bijvoorbeeld het Hofkwartier en het Groothoofd bekijken met het vernieuwde Hotel Bellevue naast de Groothoofdspoort.
Natuurlijk kan de bezoeker van de virtuele Intree Dordrecht bij de informatrices terecht voor alle informatie over de stad en de regio. Er worden twee informatrices, die ook in de werkelijke Intree aanwezig zijn, ingezet. Buiten de openingstijden (en bij grote drukte aan de balie) is er de mogelijkheid om via e-mail of via de site www.vvvdordrecht.nl de informatie te krijgen.

De collectie Nederlandse schilder- en tekenkunst van het Dordrechts Museum trekt internationale aandacht. In elf zalen en een prentenkabinet toont het vooral de Nederlandse schilder- en tekenkunst vanaf de zeventiende eeuw tot heden. I.v.m. een grootscheepse verbouwing is het Dordrechts Museum gesloten tot eind 2008.

Museum Simon van Gijn - museum aan huis is gevestigd in een stijlvol patriciërshuis aan de Nieuwe Haven. Het is geliefd om zijn bijzondere stijlkamers en antieke speelgoed, ooit verzameld door de kinderloos bankier en kunstliefhebber Van Gijn.

Naast deze publiekstrekkers telt de stad kleinere, particuliere musea. Het Museum '40-'45 schetst het bewogen beeld van de Drechtsteden in de oorlogsjaren. In het Natuur- en Milieucentrum Weizigt is de Newtonhoek ondergebracht, een natuurkundig museum voor jeugdige bezoekers. Het Nederlands landschap staat centraal in het Nationaal Landschapskundig Museum. Het op afspraak te bezoeken Naaimachinemuseum heeft een interessante collectie (antieke) huishoud-, industrie- en kindernaaimachines. Aan de rand van het Nationaal Park De Biesbosch ligt het Biesboschcentrum Dordrecht. Er is een speelse expositie ingericht over de historie en de bijzondere flora en fauna in het getijdengebied.

Historisch Dordrecht
De historische binnenstad ligt verscholen tussen machtige rivieren. Het mooiste begin om Dordrecht te ontdekken is het Groothoofd, waar de Oude Maas, Noord en Merwede samenvloeien.
Achter het Groothoofd is de historie tastbaar. De Wijnstraat met zijn koopmanshuizen, of de binnenhavens met de monumentale pakhuizen. De monumenten bepalen het gezicht van de stad, die bijna duizend jaar geleden ontstond. De beste tradities van een middeleeuwse handelsstad weerspiegelen zich in de duizend monumenten.

Dordrecht, de oudste stad van Holland
Als je in Dordrecht komt, proef je historie en beleef je het water. Die twee zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden. De stad dankt zijn ontstaan aan de imposante rivieren die het Eiland van Dordrecht van oudsher omringen.

Dordrecht is niet altijd een stad op een eiland geweest. Het was de Sint Elisabethsvloed van 1421 die de omgeving van de stad drastisch veranderde. Het nabij gelegen Nationaal Park de Biesbosch is ook een gevolg van de overstromingsramp. Het is nu een toeristische en recreatieve trekker.
Dordrecht is ontstaan in de 12e eeuw langs de Thure. De eeuw daarop kreeg Thuredriht stadsrechten.
De eerste Vrije Statenvergadering (1572), de Dordtse Synode (1618-1619), Johan en Cornelis de Witt zijn belangrijke jaartallen en personen in de vaderlandse geschiedenis en hebben alles te maken met Dordrecht.

In het historische havengebied wandelt de bezoeker als het ware door de geschiedenis. De stad telt meer dan 1000 monumenten. Het is een stad met een rijke historie, maar ook een eigentijdse stad die de functie vervult van centrumgemeente in de regio Dordrecht.

Veilinghuis Mak - oudste particuliere veilinghuis van Benelux
A. Mak Kunst- en Antiekveilingen sinds 1839 is het oudste particuliere veilinghuis van de Benelux. Het is gevestigd in een monumentaal pand, dat speciaal voor het veilinghuis door architect A. Reus (1901) is ontworpen. Vanwege de eenheid tussen pand en functie als veilinghuis is het gebouw ook rijksmonument geworden.
Er wordt 2x per jaar een Kunst- en Antiekveiling gehouden en 4x per jaar een Antiek- en Brocanteveiling. De veilingen zijn er voor iedereen, op de voorgevel van Mak staat dan ook: "Elck soecke sijn Gadingh".

1572
In het nog bestaande Hof heeft een belangrijk moment uit de Hollandse geschiedenis plaatsgevonden. In 1572, ten tijde van de Spaanse overheersing, bood het onderdak aan de Eerste Vrije Statenvergadering. Alle twaalf steden van Holland, met uitzondering van Amsterdam, namen deel aan een geheime, door Dordrecht georganiseerde bijeenkomst.
In de zomer van 1572 komen afgevaardigden van twaalf steden van Holland in het diepste geheim bijeen. Het Spaanse gezag weet van niets. Plaats van handeling is de refter van het Augustijnenklooster; nu de Statenzaal in 't Hof. Ook de adel en de watergeuzen schuiven aan, net zoals Marnix van St. Aldegonde, afgezant van Prins Willem van Oranje. Ze leggen de vrijheid van godsdienst vast en erkennen de Prins als stadhouder van Holland en Zeeland.
Eensgezind nemen ze het besluit om zich tegen de Spaanse bezetter te keren. Met de Unie van Dordrecht (1575), waarin de grondwet werd vastgelegd, geldt de Statenvergadering als het begin van de zelfstandige Nederlandse staat.

Dordtse Synode
In de kerkgeschiedenis heeft de stad een prominente rol gespeeld. In 1618 en 1619 beslechtten Hervormden uit heel Europa hier hun godsdienstige en politieke keuzes.
De Nationale Synode, een marathonvergadering van 180 zittingen, leidde tot grote maatschappelijke veranderingen. De calvinistische leer werd er vastgesteld en de (verlichte) remonstrantse visie verworpen. De leden van de Synode namen nog een ingrijpend besluit. Ze lieten de bijbel in het Nederlands vertalen. Deze zogenoemde “Statenvertaling” werd de grondslag voor het geschreven Nederlands.

Oudste stad van Holland
Zo’n duizend jaar geleden is Dordrecht ontstaan als nederzetting aan het riviertje de Thuredrith. Het plaatsje lag erg gunstig aan het kruispunt van handelswegen, die toen grotendeels over water liepen, en kreeg snel de omvang en de status van een echte stad.
In 1220 schonk de Hollandse graaf aan Dordrecht stadsrechten, twee jaar na Geertruidenberg, dat nu in Brabant ligt. Dordrecht mag zich daarom de oudste stad van Holland noemen.
De ligging aan de brede waterwegen heeft Dordrecht door de eeuwen heen welvaart gebracht. Tot de zestiende eeuw was de stad als handelsstad toonaangevend. Kooplieden en schippers ontmoetten elkaar hier en wisselden goederen uit.
Dordrecht was de belangrijkste stapelplaats voor hout, graan en wijnen. De stad had ook het vetorecht in de Staten van Holland, sloeg munten voor Holland en Zeeland en leverde vlaggenschepen aan De Ruijter in de Engelse zeeoorlogen.
Minder geliefd maakte de stad zich door de stapelrechten. Alle goederen die de stad passeerden moesten worden gelost en na betaling kon de vracht weer verder.

Raadspensionaris Johan de Witt
Johan de Witt werd in 1625 in Dordrecht geboren als tweede zoon uit een oud regentengeslacht. In 1650 werd hij, 25 jaar oud op dat moment, benoemd tot pensionaris van de stad Dordrecht. Zo kwam hij terecht in de Staten van Holland, waar hij opviel door zijn scherpe geest.

Raadspensionaris
Toen stadhouder Willem II plotseling stierf, was zijn erfzoon (de latere Willem III) nog niet geboren. De Staten van Holland benoemden in 1653 Johan de Witt als raadpensionaris. Hij trad aan in een periode waarin de Republiek de hoogtijdagen van haar macht en rijkdom beleefde. De Republiek kreeg intussen ook last van twee vijanden: Engeland en Frankrijk. Johan de Witt probeerde met beide mogendheden op goede voet te blijven, wat het meest gunstig was voor de handel.

Broer Cornelis
In het 'Rampjaar' 1672 werd de Republiek van alle kanten belaagd: door Engeland, Frankrijk en door de legers van de bisschoppen van Munster en Keulen. Johan de Witt kreeg van het volk de schuld van alle ellende. Begin augustus legde Johan de Witt zijn functie als raadpensionaris neer. Twee weken later werd zijn broer Cornelis gevangen gezet in de Gevangenpoort in Den Haag, waar hij op de pijnbank werd gelegd. Een barbier Tichelaar uit Piershil (Hoekse Waard) had het gerucht verspreid dat Cornelis de Witt een moordaanslag had beraamd op de Prins van Oranje. Hoewel vrijgesproken van deze aanklacht werd Cornelis tot verbanning uit Holland veroordeeld.

Johan vermoord
Op 20 augustus 1672 ging Johan naar de Gevangenpoort om zijn broer af te halen. Buiten de gevangenis had zich een massa woedend volk zich verzameld, dat het leven van de gebroeders De Witt eiste. Toen het volk de Gevangenpoort was binnengedrongen, trof men de gebroeders De Witt lezend aan. Cornelis de Witt werd letterlijk doodgetrapt en -gestoken. Zijn broer Johan werd gedood door een pistoolschot. De lijken werden naar de galgenpaal gesleept en aan de voeten opgehangen. Voor het gepeupel was het moorden nog niet genoeg. Men scheurde de kleren van de lichamen en sneed de lijken aan stukken.

Oudste uitleenbibliotheek van Nederland
Op 1 mei 1899 werd in de Koningin Wilhelminastraat de eerste openbare leeszaal en bibliotheek officieel geopend. Het was een mijlpaal voor stad en land. Voor het eerst werd het burgers mogelijk gemaakt boeken te lenen om ze rustig thuis te kunnen lezen. De huidige bibliotheek is te vinden aan de Groenmarkt en is gevestigd in het prachtige pand 'De vergulde Os'.

Oudste tekengenootschap van Nederland
Teekengenootschap PICTURA werd in 1774 opgericht door een aantal in Dordrecht wonende prominente kunstenaars. Het tekengenootschap is het oudste van Nederland en is gevestigd aan de Voorstraat 190 in het vroegere huis “Dit is in Oostenrijk”.
Verschillende kunstenaars, leden van Pictura (waar Otto Dicke ook lid van was), hebben hier hun atelier. Er is een grafische werkplaats en een sociëteitsruimte. In het gebouw zijn twee tentoonstellingsruimtes waar regelmatig tentoonstellingen te zien zijn.

Van boot naar auto
De rivieren rondom Dordrecht hebben altijd een belangrijke rol gespeeld in de ontwikkeling van de stad. Bezoekers maakten van oudsher gebruik van de entrees aan de rivierzijde. Daar werden prachtige gebouwen neergezet. Dat was de mooie voorkant van de stad. Maar in de loop van de twintigste eeuw ging de auto een steeds belangrijker rol spelen in het dagelijks leven. De trend van de jaren zestig was een strak, modern winkelcentrum waar auto’s doorheen reden om maar zo dicht mogelijk bij de winkels te komen.
Toen in de jaren zestig het stadshart van Dordrecht werd opengebroken en plaats moest maken voor moderne nieuwbouw, kwam de bezoeker vrijwel niet meer in contact met de rivier: de 'voordeur' van de stad verhuisde naar landzijde.
Om de auto ruim baan te geven, werden bredere wegen aangelegd zoals de Spuiboulevard, Achterom en de Sarisgang. Het plan was om van de Dordtse binnenstad een modern winkelcentrum te maken. Omdat echter te veel zou moeten wijken, werd deze doorbraak van de binnenstad gelukkig nooit afgemaakt.
Toen het winkelend publiek te veel overlast ondervond van het verkeer, werd een deel van de binnenstad ingericht als winkel-wandelgebied. (De Vriesestraat is al 30 jaar winkelwandelstraat) Inmiddels heeft het gemeentebestuur een vervolgstap gemaakt met het Verkeers Circulatie Plan. Dordrecht heeft gekozen voor een leefbare, goed toegankelijke binnenstad, waar de voetgangers meer ruimte krijgen en waar in het winkelgebied bijna geen auto’s komen. Met dit plan wil de gemeente de verkeersoverlast voor binnenstadsbewoners zoveel mogelijk beperken en de bezoekers, eenmaal uitgestapt, een zo aangenaam mogelijk verblijf bieden.
De vernieuwde Spuiboulevard en het in 2001 opgeleverde Statenplein laten de oude straten- en waterstructuur van de binnenstad weer herleven.

Rondje Hofjes
Dordrecht bezit zeven hofjes.

Clara en Maria-Hof (1880)
Koekbakker Marinus Kemp liet huizen bouwen voor ‘weduwen en vrouwelijke weezen uit den fatsoenlijken stand’. Hij gaf het hofje de namen van zijn vrouw en dochter.

De bewoner
Bijna verscholen achter de straatwand ligt dit hofje aan de Vrieseweg 1-22. Het is in 1880 gesticht door de Dordtse koekbakker Marinus Kemp. Hij vernoemde het naar zijn derde vrouw, Clara, en zijn oudste dochter, Maria. De woningen waren bestemd voor ’weduwen en vrouwelijke weezen uit den fatsoenlijken stand’ die geen eigen huis konden betalen.

Het ontwerp
Het neoclassicistische hofje was oorspronkelijk samengesteld uit 3 rijen met in totaal 19, in gepleisterde baksteen opgetrokken woningen. In de poortdoorgang waren poortwoningen en voor verhuur bestemde winkels. In 1944 werd de toegang naar het hofje zwaar beschadigd door een Engelse bom, bestemd voor de verderop - in het park - gelegen villa Merwestein. In 1955 is de poortdoorgang in gewijzigde vorm herbouwd.

Bezoekersinformatie:
Clara en Maria-Hof, Vrieseweg 1-22;
Toegankelijk voor publiek.


Wilhelminastichting (1926)
Na een dienstbaar leven in het huishouden van welgestelde families konden dienstbodes hun oude dag slijten in het hofje van het echtpaar Oldenborgh-Vriesendorp.

De bewoners
Het jongste hofje van Dordrecht ligt aan het Kasperspad 1-34. Het carrévormige hofje telde oorspronkelijk 30 woningen. Opdrachtgever voor de bouw was de Wilhelminastichting, die was opgericht door het echtpaar Oldenborgh-Vriesendorp. De huisjes waren aanvankelijk bestemd om dienstbodes een onbezorgde oude dag te bieden.

Het ontwerp
Het hofje is een ontwerp van B. van Bilderbeek van het Dordtse bureau Van Bilderbeek & Reus. De woningen staan rondom een centrale binnentuin. In het poortgebouw met hoofdingang is de regentenkamer op de verdieping in originele staat gebleven.

Aan de tuinzijde ligt boven de doorgang een eikenhouten draagbalk. Hierin staan het wapen van de stichting en versregels die verwijzen naar de stichters en het ‘geluk’ dat de bewoonsters ten deel valt. De gebeeldhouwde vrouwenfiguren op de uiteinden van de betonnen lateien symboliseren de ochtend en de avond.

De symboliek
De gevelsculpturen boven de hoofdingang aan de straatzijde zijn gemaakt door de Haarlemse beeldhouwer Van den Eynde. Ze hebben een symbolische betekenis. De vrouwenfiguur draagt in de ene hand een bouwwerk, in de andere een haardvuur: huis en haard als symbolen van de stichting. De hoekstenen aan weerszijden van de poortdoorgang verbeelden de levensfasen van de bewoonsters: kind, maagd, werkende en rustende vrouw.

Bezoekersinformatie:
Wilhelminastichting, Kasperspad 1-34;
Overdag toegankelijk voor publiek.


Van Slingelandthof (1519)
Hofjes werden over het algemeen uit liefdadigheidsoverwegingen gebouwd door welgestelde lieden. Aan de bewoners, meestal vrouwen, werden strenge eisen gesteld.

Van de nog bestaande hofjes is het Oude Vrouwenhof of Van Slingelandthof halverwege de Vriesestraat het oudste. Pieter Henricksz van Slingelandt liet de eerste huisjes in 1519 bouwen; daarna is het hofje nog uitgebreid.

De bewoners
Het hofje bestond uit ‘geefhuisjes’ voor armen die geen huur konden betalen; maar het bood ook onderdak aan oude dienstmaagden van stichters van hofjes. Deze liefdadigheid kwam vaak voort uit godsdienstige overtuiging.
Tot ver in de 20e eeuw woonden hier uitsluitend alleenstaande vrouwen. In 1989 is het hofje gerenoveerd; nu is het bestemd voor mensen die een nieuwe start maken in hun leven.

Bezoekersinformatie:
Van Slingelandthof, Vriesestraat;
Overdag toegankelijk voor publiek.


De Vereniging (1864)
Dit ‘hof’ was het eerste woningbouwproject van de half-kapitalistische, half-idealistische ‘Vereeniging tot Verbetering der Huisvesting van de Arbeidende Klasse’.

‘Hof de Vereeniging’, gelegen tussen Groenedijk en Godfried Schalckensingel, was in 1864 het eerste project van de ‘Vereeniging tot Verbetering der Huisvesting van de Arbeidende Klasse’ (1863-1972). Deze vereniging had als doel het ‘stoffelijk en zedelijk welzijn van de arbeiders’ te bevorderen en daardoor ook al te revolutionaire gedachtevorming te voorkomen.

Het ontwerp
De werkmanswoningen werden in fasen gebouwd op een voormalig Lijnbaanterrein, naar een ontwerp van de Dordtse architect H.W. Veth. Aanvankelijk ging het om acht zogenaamde modelhuizen op de begane grond en acht op de bovenverdieping. Maar in de loop der jaren werd het aantal uitgebreid. In 1875 telde het langgerekte gebouw 21 dubbele woningen. De huizen waren zelfs aangesloten op de riolering. De frontwoning met winkel aan de Singel 46-48 dateert uit 1911 en is ontworpen door architect Anthonie Ek Azn.

De bewoners
Alleen arbeiders konden een huisje huren. Huurprijs: fl. 1,30 per week. De meeste woningen in de Vereniging zijn nu in particulier eigendom.

Bezoekersinformatie:
De Vereniging, vanaf de Godfried Schalckensingel nabij Schouwburg Kunstmin;
Toegankelijk voor publiek.


Hallincqhof (1890/1902)
Het Hallincqhof was, na het aan de overzijde gelegen De Vereniging, het tweede woningcomplex van de ‘Vereeniging tot Verbetering der Huisvesting van de Arbeidende Klasse’.

Het ontwerp
Het wooncomplex Hallincqhof bestaat uit twee woonblokken met elk zestien arbeiderswoningen en staat haaks op de Groenedijk. De ‘Vereeniging tot Verbetering der Huisvesting van de Arbeidende Klasse’ (1863-1972) was de opdrachtgever. Het ontwerp was van de huisarchitect van de vereniging, H.W. Veth.

Oorspronkelijk waren er in elk blok acht benedenwoningen, met de entrees aan de ene langsgevel, en acht bovenwoningen met de entrees aan de andere zijde. Tegenwoordig zijn de woningen eigendom van particulieren die vaak van twee woningen één gemaakt hebben.

Gevelversieringen
Meest opvallend aan het Hallincqhof zijn de Jugendstil versieringen op de westelijke kopgevels die uit 1902 dateren. Kleurrijke, met de handgeschilderde tegeltableaus, met plantenmotieven, jaartalaanduiding en guirlandes met fruitstukken. De tableaus zijn gemaakt door plateelfabriek ‘Holland’ uit Utrecht.

Bezoekersinformatie
Hallincqhof, nabij hoek Groenedijk / Noordendijk;
Toegankelijk voor publiek.


Arend Maartenshof (1625)
Arend Maartenszoon stond als geldwolf bekend. Door het bouwen van 38 woningen voor armlastigen probeerde hij zijn geweten te sussen en zijn reputatie te verbeteren.

In de Museumstraat, op nummer 56, geeft een rijk versierd renaissancepoortje toegang tot de binnentuin van het Arend Maartenshof. Bezoekers worden er verwelkomd met de woorden ‘Naeckt kom ick, naeckt scheyde ick’. Ook de spreuk ‘Vita Vapor’ ofwel ‘het leven is een damp’ staat op het zandstenen poortje te lezen.

Door het stichten van dit hofje hoopte de naamgever zijn geweten te kunnen sussen. Arend Maartenszoon was namelijk lange tijd meer geïnteresseerd in het vergaren van zo veel mogelijk geld dan dat hij zich om zijn medemens bekommerde. Een slechte reputatie bij zijn stadgenoten en de kerk was het gevolg van zijn geldzuchtige houding.

Het ontwerp
Het hofje telt 38 woningen. Rechts van de ingang ligt de regentenkamer. Door op de knop in de muur te drukken gaat het licht aan in de kamer. Te zien zijn een interieur uit 1701 met een portrettengalerij van de stichter en eerste regenten. De schildering boven de schoorsteenmantel en de plafondschildering zijn gemaakt door Arnold Houbraken (1660-1719). De schilderingen verwijzen naar de goede daad van Arend Maartenszoon. In de tuin staan platanen rond de waterput.

De bewoners
De eerste eeuwen vonden alleen armlastige vrouwen en weduwen van soldaten die voor het vaderland waren gesneuveld onderdak in het Arend Maartenshof. Sinds de 80-er jaren van de vorige eeuw is daar verandering in gekomen. Nu mogen ook jongere vrouwen en echtparen en zélfs alleenstaande mannen in de huisjes wonen. Op één voorwaarde, of eigenlijk twee: bewoners moeten van onberispelijk gedrag zijn en ze moeten de woonomgeving liefdevol verzorgen.

Bezoekersinformatie:
Arend Maartenshof, Museumstraat 56;
Overdag toegankelijk voor publiek.


Regenten- en Lenghenhof (1755)
Gijsbert de Lengh gaf zijn geld en naam aan het uit vier hofjes bestaande Regenten- en Lenghenhof.

Het ontwerp
Ingeklemd tussen het Bagijnhof en de Vriesestraat ligt het uit 1755 daterende Regenten- of Lenghenhof. Het hof bestaat eigenlijk uit 4 hofjes die door poorten met elkaar verbonden zijn.
Aan de kant van het Bagijnhof geeft een poort in Lodewijk XV-stijl toegang tot het hof, dat in totaal 52 woningen telt, inclusief een regentenkamer in rococostijl.

De Dordtse koopman en reder Gijsbert de Lengh heeft zijn geld en naam aan het hofje gegeven.
In het jaar van zijn overlijden, 1755, werden langs het Bagijnhof de eerste huisjes gebouwd.

De bewoners
Aanvankelijk was het hofje bedoeld om berooide gezinnen een dak boven het hoofd te geven. Ook armlastige oude, ongetrouwde vrouwen, vaak gepensioneerde dienstbodes, kregen er een huisje toegewezen.
Tegenwoordig zijn het uitsluitend vrouwen die het Regenten- of Lenghenhofje bewonen.

Bezoekersinformatie:
Regenten- en Lengenhof,toegang via Bagijnhof en Vriesestraat;
Toegankelijk voor publiek tussen 9.00 en 18.00 uur.



't Zeepaert, ons pronkjuweel
Dordrecht heeft er een pronkjuweel bij: ´t Zeepaert, een groot, laatmiddeleeuws huis aan de Wijnstraat 113. De afgelopen jaren is het pand gerestaureerd door de eigenaar, Vereniging Hendrick de Keyser.
’t Zeepaert is een schitterend pand – bestaande uit een voor- en een achterhuis – met een geschiedenis waarover veel bekend is. Eind 15e eeuw werd het statige huis gebouwd. Uit bouwhistorisch onderzoek bleek tevens dat er delen bewaard zijn van een voorganger van ’t Zeepaert, die omstreeks 1300 is gebouwd. Het pand is sterk verbonden met de geschiedenis van de stad. Zowel de ontwikkeling van het gebied, de bewoners en de verschillende bouwfases van het pand brengen dit tot uitdrukking.
’t Zeepaert is een opvallende verschijning aan de Wijnstraat. De unieke, vrijwel ongeschonden hoge gotische trapgevel van Namens hardsteen is rijk versierd. Rond 1495 is de gevel waarschijnlijk kant-en-klaar verscheept vanuit de omgeving van Luik en hier gemonteerd. Naast de rijke gotische decoraties van de steenhouwer zijn ook de ankers door de smid rijkelijk versierd. Op de tweede verdieping zijn de oorspronkelijke hardstenen kruiskozijnen nog te zien.

De bewoners
Veel uiteenlopende lieden bewoonden het pand. De bewonersgeschiedenis is achterhaald tot 1555, maar onbekend is wie een halve eeuw eerder het huis liet bouwen. Aan het eind van de zestiende eeuw komt het gebouw in handen van een zeepzieder, Cornelis Pietersz Van den Bos geheten. Vermoedelijk kreeg het pand toen zijn naam. In de loop der eeuwen had het gebouw allerlei functies, uiteenlopend van zeepziederij, bierbrouwerij, bakkerij en drukkerij.

Het huis heeft talloze vertrekken, verbonden door oude trappen en smalle gangen. Jammer genoeg weten we niet precies wat zich allemaal in die vertrekken heeft afgespeeld. De muren moeten door de eeuwen heen klanken hebben opgevangen, gesprekken hebben weerkaatst, geuren hebben geabsorbeerd en stiekeme taferelen hebben beschermd voor de ogen van de buitenwereld. Allemaal menselijke bewegingen uit tijden die nu vervlogen lijken te zijn, of toch niet?

In ’t Zeepaert kunt u een reis terug in de tijd meemaken, waar niet alleen het gebouw maar ook de bewoners weer tot leven worden gewekt. Of u nu vergadert in ’t Zeepaert, een bijeenkomst bijwoont of speciaal het pand komt bekijken, een verblijf in dit historisch boeiende gebouw aan de Dordtse Wijnstraat is een belevenis voor jong én oud!
Uit archeologisch onderzoek, archieven en mondelinge overlevering is inmiddels een goed beeld te vormen over hoe mensen aan het eind van de 15e eeuw, begin 16e eeuw leefden. Helemaal ‘Zeker weten’ hoe de bewoners van ’t Zeepaert leefden is niet mogelijk, maar laten we onze verbeelding eens verplaatsen naar de tijdelijke werkelijkheid van de 15e eeuw…
De maaltijd
In één van de kamers van ’t Zeepaert zijn ongetwijfeld ooit prachtige feestmaaltijden en diners opgediend. Het tafelgerei was vast van goede kwaliteit, met import aardewerk (steengoed) uit Duitsland en fraai versierde messen. In het huis van een koopman was het meestal goed eten! Wellicht compleet met wild, speenvarkentjes, steur of snoek, een fazant, eend, gans en kip. Dure specerijen als cardamon, peper, kruidnagel en kaneel brachten de gerechten op smaak. Voor de kleur werd soms saffraan gebruikt. Roomtaartjes, kwarktaart, dadeltaart of kweeperentaart konden het maal completeren. Maar ook dit recept, dat in de vastentijd werd opgediend, was vast niet te versmaden:
Karper met rozijnensaus
Neem een grote karper en kook die goed. Laat hem dan staan in zijn kooknat. Neem voorts een peperkoek en zet dat te week in het vette sop van de karper dat met een lepel uit de pan wordt geschept. Wrijf de koek daarna fijn door een zeef en doe er een scheut wijn en wat azijn bij. Zet het daarna op het vuur en laat het koken tot het bind. Doe er dan gember, kaneel, een ons gewelde rozijnen en 5 eetlepels suiker bij. Giet bij het opdienen de saus over de karper.
Het huishouden
Het huishouden van de zeepzieder heeft zonder twijfel personeel gekend. Een jong meisje met blozende wangen voor het boenwerk? Een mollige oudere vrouw om te koken? Een struise meid voor de was?
Uit een keurboek van 1401 is bekend dat diegenen die vuilnis uit huizen of schepen in de haven of op steigers gooiden, of vuilnis of slijk voor de deur van een ander deponeerden, hiervoor een geldelijke boete werd opgelegd, ‘rechtevoort uut te panden’ (terplekke te betalen). Daarnaast zullen ‘alle jongwiven hare straeten schoon maken alle Saterdachs’, elk voor hun meesters huis.


Reis door de tijd
In ’t Zeepaert is een unieke historische presentatie te beleven. In een reis terug in de tijd wordt de bezoeker met een audio-tour door het gebouw en langs diverse authentieke objecten geleid.
De historische presentatie herinnert de bezoeker aan de sfeer van weleer, verhaalt over de geschiedenis van Dordrecht als handelsplaats aan de rivier en zee, vertelt over het gebouw en de restauratie, maar brengt bovenal de vroegere bewoners weer tot leven.
De bewoners
De zorgelijke weduwe van een korenhandelaar, de bedriegende Jan de Carpentier, twee hardwerkende stuwadoors, een stel ruziënde dienstmeiden en de geneugten van de kunstverzamelaar Ketelanus geven een sfeerbeeld van het vroegere Zeepaert. Geluidsfragmenten uit de stad, flarden van gesprekken, projecties van beelden, bouwhistorische en archeologische objecten brengen de geschiedenis dichtbij de bezoeker.
De audio tour
De tour is in zijn geheel te volgen, maar ook in de pauze van een vergadering of een bijeenkomst is het mogelijk een deel van de presentatie te beleven. De presentatie is ontworpen en uitgevoerd door de Di Colore Design Group.
’t Zeepaert is iedere eerste zondag van de maand geopend. Van 12.00 uur tot 17.00 uur tijdens het Kunstrondje Dordt.

De entree kost € 1,00.



Stadhuis
Het stadhuis van Dordrecht is in 1383 door Vlaamse kooplieden gebouwd.

Zij gebruikten het gebouw als markthal voor hun handel in lakense stoffen. Vanaf 1544 zetelden de bestuurders van de stad in het gebouw en vond het zijn huidige bestemming als stadhuis. Het plein voor het stadhuis is aangelegd in 1679. De gevel en trap met leeuwen dateren uit de 19e eeuw.

Open: Iedere eerste zondag van de maand 12.00 - 17.00 uur

Bezoekadres: Stadhuisplein 1

Geschiedenis
De rijke geschiedenis van stad en stadhuis is terug te vinden in het interieur. In de hal of Burgerzaal is een grote eikenhouten schouw te zien met links en rechts schilderijen. Er staat een borstbeeld van Johan de Witt en een achtiende-eeuws staand horloge van Cornelis Uijterweer. Ook is hier het Joods Monument te vinden met daarop de namen 221 Joodse Dordtenaren die tijdens WOII zijn omgekomen.

Trouwzaal
De Kennedyzaal, waar ooit schout en schepenen vergaderden, is nu in gebruik als trouwzaal. De wandschilderingen zijn van Reinier Kennedy en laten belangrijke episodes uit de Dordtse geschiedenis zien. Ook de Jachtkamer is in gebruik als (kleine) trouwzaal. Deze kamer is uitgevoerd in Louis XV-stijl. In de Raadzaal is nog te zien hoe het balkenplafond en het metselwerk er in de middeleeuwen uitzagen. In de 17e eeuw maakte de stadsgevangenis deel uit van het stadhuis. Op de zolder zijn de cellen te bezichtigen waarin de gevangenen zaten. Het grootste deel van de zolderbalken dateert uit 1383. Uit die tijd stammen ook de kruisgewelven die in de kelder zijn aangebracht. Verder zijn in het gehele stadhuis schilderijen te zien, die iets met de stad en haar geschiedenis te maken hebben.


Stadswerven
De Stadswerven is de naam voor een gebied waar de komende jaren een bruisende wijk moet ontstaan. Een wijk om te wonen, te werken en te ontspannen, waar diverse culturele activiteiten plaatsvinden.

Het maakt onderdeel uit van het centrum van de Drechtsteden dat zich rondom het Drierivierenpunt concentreert, waar de Beneden Merwede, de Noord en de Oude Maas samen komen.

Het gebied ligt aan de oostzijde van de historische binnenstad en beslaat het noordoostelijke deel van de 19e schil en - aan de overzijde van het Wantij - de westelijke punt van het gebied van de Staart.

Het gebied heeft van oudsher in het teken gestaan van bedrijvigheid, waarvan een belangrijk deel watergebonden. Verder werd binnen het gebied een belangrijke plaats ingenomen door het Gemeentelijk Energiebedrijf.

Diverse gebouwen verwijzen naar het verleden; de karakteristieke watertoren, het energiehuis, het enecogebouw en de hallen van de Biesbosch de voormalige scheepswerf.


Hofkwartier
Het deel van de binnenstad dat we het Hofkwartier noemen, wordt begrensd door de Voorstraat, de Nieuwstraat, het Steegoversloot en de Spuihaven. Het is een historisch woon-werkgebied met een museum en een aantal culturele en educatieve instellingen.
Al eeuwenlang is het Hofkwartier een broedplaats van bijzondere maatschappelijke en culturele ontwikkelingen. Het gemeentebestuur heeft grootse plannen met het gebied.
Het Hofkwartier moet de komende jaren historisch Dordrecht op de nationale kaart zetten. Het Hof en de omgeving wordt een ontmoetingsplek waar Geschiedenis, Maatschappij en Kunsten zijn gekoppeld aan wetenschap, cultuuroverdracht en ondernemerschap. Het resultaat leidt tot verrassende verbindingen die elkaar wederzijds bevruchten. Het Hofkwartier groeit daarmee uit tot een innovatieve, historische ontmoetingsplek voor heroriëntatie, reflectie en inspiratie. Het wordt een thuis voor immateriële zaken, passend bij de behoeften van vandaag en morgen. Nieuwe, ondernemende generaties zullen zich er thuis voelen. Bezoekers, bewoners, studenten, kunstenaars en ondernemers spelen er allemaal een rol. Ze zijn niet alleen voorbijganger en toeschouwer, maar ook producent en afnemer.
In december 2004 heeft de gemeente een nieuw structuurplan vastgesteld dat ruimte biedt voor nieuwe ontwikkelingen: uitbreiding van het Dordrechts Museum, de vestiging van een nieuw cultuur historisch centrum en een nieuwe inrichting van de tuinen en het openbaar gebied.


Hofkwartier
Ontmoetingsplek voor kunst, geschiedenis en wetenschap
Het Hofkwartier ligt tussen de Nieuwstraat, de Spuihaven, het Steegoversloot en de Voorstraat. Het gebied is een bijzonder stukje Dordrecht om te bezoeken en te ervaren. Hier ontmoeten kunst, geschiedenis en wetenschap elkaar. De thema's worden in het kwartier bewaard, onderzocht, ontwikkeld, zichtbaar gemaakt en overgedragen.
Het Dordrechts Museum, de Kunstkerk, Stadsarchief / DiEP, het Huis voor de Democratie werken nauw samen aan de invulling van het Hofkwartier. Daarnaast werken ook andere mensen en organisaties zoals Stichting 't Hof samen om het Hofkwartier tot een uniek gebied te maken. In 2010 is het Hofkwartier uitgegroeid tot een culturele ontmoetingsplek.
Bezoekers kunnen een kijkje nemen in de Statenzaal in ’t Hof, de politieke bakermat van Nederland, hier werd immers in 1572 de Eerste Vrije Statenvergadering gehouden. Ook ligt hier de Augustijnenkerk, onderdeel van het voormalige Augustijnenklooster. Wie door de Kloostertuin loopt, bereikt het Dordrechts Museum met zijn uitgebreide collectie schilderijen van de 17e tot heden. Tegenover het Dordrechts Museum ligt de Kunstkerk, waar allerlei culturele programma's worden georganiseerd.
DiEP, het nieuw regionaal cultuurhistorisch centrum, krijgt de ruimte in en rondom 't Hof. Het centrum maakt de komende jaren geschiedenis toegankelijk voor een breed publiek. DiEP laat het verleden leven in het Hofkwartier.
Dan is er ook plaats voor debat, zingeving en hoger onderwijs. Dit krijgt vorm in het Huis voor de Democratie en een Rederijkerskamer.
De Kunstkerk is een kerk met een hedendaags tintje. Publiek en bedrijven ontmoeten er op allerlei manieren kunst, geschiedenis en elkaar.
En vergeet het Dordrechts Museum niet. Dit museum gaat uitbreiden om straks zowel de vaste collectie als wisselende tentoonstellingen gelijktijdig te kunnen tonen. Ook komt er een auditorium en een kenniscentrum.
Maar ook horeca, winkels en galeries krijgen volop ruimte in het Hofkwartier. Zij zijn onmisbaar in het vergroten van de aantrekkingskracht van het Hofkwartier. Vernieuwend en cultureel zijn daarbij sleutelwoorden.



Achterom/Bagijnhof
"Achterom wordt voordeur"
Het Achterom/Bagijnhof wordt herontwikkeld tot een sfeervoller en kwalitatief hoogwaardiger woon- en winkelgebied. Dit wordt bereikt door nieuwbouw, verbouw en het opnieuw inrichten van de openbare ruimte.

Het totale (verbouw)programma omvat woningen, meer winkelruimte, een parkeergarage, een fietsenstalling, een vestiging van INHolland (HBO) en een Verborgen Museum. Bovendien wordt de entree naar de historische binnenstad en de entree naar het kernwinkelgebied, ter hoogte van de Johan de Wittstraat en het Achterom beter herkenbaar voor bezoekers.

Achterom/Bagijnhof onderdeel aantrekkelijke binnenstad
Eén van de speerpunten uit het Ondernemingsplan 1996 was de aanpak van het Kernwinkelgebied. Het in 1997 vastgestelde Masterplan Statenplein en omgeving was daarvoor de eerste aanzet. Fase I , Statenplein en Sarisgang, is in 2002 voltooid. Met fase II, Achterom - Bagijnhof, krijgt het Kernwinkelgebied verder vorm.

Entree binnenstad
Het gebied ligt bij de entree van de binnenstad. Bouwplannen zijn ontwikkeld voor beide zijden van het Achterom, het Bagijnhof (Hema en C&A), de Johan de Wittstraat en de binnenstadszijde van de Spuiboulevard. In al deze straten wordt het openbaar gebied aangepakt.

Achterom-westzijde
De winkels aan deze zijde zijn op de begane grond en eerste verdieping naar voren uitgebreid. In maart 2008 wordt de winkelgalerij geopend.

Op de kop van het pand is inmiddels de Hogeschool INHolland gevestigd. In de kelder, met de entree aan de Raamstraat, wordt een fietsenstalling voor ongeveer 850 fietsen gerealiseerd.

Achterom-oostzijde
Het bestaande woon en winkelblok wordt, evenals de kiosken, gesloopt. De nieuwbouw wordt meer naar voren geplaatst, ongeveer op de rooilijn van de bestaande kiosken. Hierdoor wordt het Achterom beduidend smaller en krijgt daarmee een maat die meer past in de binnenstad.

Bagijnhof
De Hema en C&A blijven op de huidige locatie. De gevels van beide winkels worden aangepakt, aan het plan wordt nog gewerkt.

Spuiboulevard/hoek Achterom
Op de plek van de huidige kiosk komt waarschijnlijk een nieuw appartementencomplex met 18 woningen, met daaronder winkelruimte.


Maak
HIER een fotowandeling door Dordrecht.

naar de top van deze pagina