Voeten als oude diesels.

Voeten als oude diesels. Samen goed voor 50.902 geregistreerde kilometers. Allemaal weggestapt tijdens officiële wandeltochten. De langste: 160 kilometer. Na een hersenbloeding moet Jan Entius uit Schellinkhout het nu rustiger aan doen. Vijf kilometer met zijn kleinkind is al héél wat. "Man, wat mis ik het."

Jan Entius is 68 jaar. Veertig jaar werkte hij als drukker. Een sportman in hart en nieren, want naast zijn werk kwam Noord-Holland hem tegen op het voetbalveld, als handballer of aan het volleybalnet. Inmiddels is hij al jaren lid van wandelvereniging UDI-SOS (Uitspanning Door Inspanning Samen Op Stap), waarvoor hij ook wandeltochten uitzet.
Hij vertelt dat die passie voor lange tochten ontstond in zijn soldatentijd. Want voor zijn loopbaan tussen inkt en papier zat hij als dienstplichtige militair bij de commando's. "Daar leerden we afzien. Ze lieten ons nachten lang lopen. En als je dan 's morgens dacht dat je bij het basiskamp terug was, kreeg je er nóg een opdracht bij. Wéér goed voor kilometers sjouwen. Op dat moment heb je de smoor in. Maar achteraf weet ik zeker dat die tijd me heeft gevormd. Nadat ik dat heb meegemaakt, mopperde ik nooit meer over een lange werkdag of een zware klus".
Eigenlijk is zijn huis een museumpje. Overal herinneringen aan zijn wandeltochten. In de bijkeuken een hele stapel schoenen waarmee hij kilometers aflegde. Maar het meest bijzondere is de verzameling van wat hij 'wandelboekjes' noemt. Het zijn 45 albumpjes vol aantekeningen, ansichtkaarten en foto's. Krabbels over wandelmaatjes en het eten tijdens de tochten. Goed voor ruim 50.000 kilometer in acht landen. Zoals 38 keer de Vierdaagse van Nijmegen. Een samenvatting? Daar hoeft hij echt de papieren niet voor na te slaan. Hij kent alle feiten uit zijn hoofd.

De langste tocht:
"Dat was die van Nijmegen naar Rotterdam. Samen 160 kilometer. Op zaterdagmiddag gingen we weg, op zondagmiddag kwamen we aan. En maar lopen. Onderweg heb ik twee keer een kwartiertje geslapen, bij boeren op het erf. Gelukkig was de verzorging onderweg prima. Op vaste punten kon je een warme maaltijd en broodjes krijgen. Maar een getrainde wandelaar zorgt zelf ook voor proviand. Ga nooit weg zonder een appeltje, wat brood en een flinke fles water. En zorg ook altijd voor een rolletje toiletpapier. Dan kun je jezelf overal redden."

De beroerdste tocht:
"Dwars door Zeeland ging die. Een wandeling van 125 kilometer van Roosendaal naar Spijkenisse. We hebben alleen maar regen gezien. Ik ben nog nooit zo nat geweest. Doorweekt kwamen we aan. Ik heb nooit blaren, maar toen ik bij aankomst mijn sokken uitdeed, trok ik tegelijk de vellen van mijn voeten."

De liever-niet-tocht
Voor mij geen bos of park. In mijn hart ben ik geen man voor bomen. Het is me te donker, te treurig. Dan ga ik bomen tellen. En dat is niet goed voor het koppie."

De nooit-meer-route:
"Over het strand. Dat mulle zand is niks voor mij".

De beste route:
"Gewoon over een onverhard graspad door het land of langs de dijk. Als je maar lekker kunt doorlopen en zolang er maar ruimte om je heen is. Dan hou je variatie in je hoofd".

De slechtste herinnering:
"De Nijmeegse Vierdaagse van drie jaar geleden. Na de derde dag moest ik opgeven. Mijn gezondheid liet me in de steek. Lange tochten zijn er daarom nu niet meer bij. Maar ik wil er niet chagrijnig onder worden. Samen met mijn kleinkind heb ik net een tocht van vijf kilometer gedaan. Want ik wil stap voor stap weer in het ritme komen."

De leukste tocht:
"Dat was die waarbij een kennis van me wandelend verliefd werd. Wij dachten dat hij altijd vrijgezel zou blijven. Maar hij liep letterlijk zijn grote liefde tegen het lijf!"

De zwaarste finish:
"Dat was een keer bij de Vierdaagse van Nijmegen. Het stuk tussen Oosterhout en de brug bij Nijmegen. Voor we de laatste kilometers zouden afleggen, belandden we met een stel in een cafeetje. De één gaf een rondje en toen wilden de anderen niet achterblijven. Dus iedereen kwam aan de beurt om te trakteren. Dat werd nog doordrinken, want we waren met zijn tienen. Dat laatste stuk werd daarom zwaarder dan ik had geacht".

De allermooiste route:
"Eigenlijk is er niks mooier dan mijn eigen West-Friesland. Gewoon een tochtje over de dijk".

Jan Vriend