De gezondheidstoestand van Gerrie van den Brink

Hier treft u brieven aan die door Gerrie van den Brink zijn geschreven over haar gezondheidstoestand.

10 mei 2008
3 juni 2008
3 juli 2008
8 september 2008
10 september 2008
15 september 2008
21 november 2008
11 januari 2009
22 april 2009
23 april 2009

4e Sagambiara-walk op 19 december 2009































































Nijkerkerveen.

Datum: 11 januari 2009

Dag allemaal.

Vele van jullie weten dat ik op dit moment even uitgewandeld ben. Al enige tijd ging het wandelen me niet meer van een leie dakje, maar was het een lijden dakje. 31 maart 2008 was mijn laatste werkdag. Op 1 april, nee, geen april grap, stond ik 's morgens op en was het met de beentjes echt gedaan. Na enige hete douches dacht ik wel weer aan het werk te kunnen gaan. Maar, het verloop van die ochtend verliep anders dan ik had gewild. Er was geen willen meer. "s middags, nadat ik flauw was gevallen, kwam de huisarts en moest ik daarna naar het ziekenhuis, waar ik enkele dagen ben gebleven. Ik heb een hersenscan, een been echo, een beenröntgen, een rug en nekwervelonderzoek, EMG, verschillende malen bloed prikken gehad. Tot op heden weet niemand wat er met me aan de hand is. Ik ga steeds verder bergafwaarts. Zelfs mijn hersenen doen vreemd.
Gisteren wilde ik gloor op mijn brood gieten, en ik wil nog zo graag leven. Er gebeuren vreemde dingen in en met me. Maar, ik heb geen MS, geen klein herseninfarct, geen hersenbloeding, geen Parkinson, geen laag ijzergehalte, (9.8) geen tekort aan neurotransmitters. Dus, wat is er loos met me??? Nu hebben ze weer bloed geprikt. Ditmaal voor onderzoek op "de ziekte van Lyme". Veel dingen beginnen in die richting te wijzen. Ik heb nu nog altijd morfine en pijnstillers, dat doet een mens ook niet goed. Ik hoop dat ze nu iets ontdekken, zodat ik weet wat er aan de hand is. Dan kun je er aan gaan werken, genezing of het een plaats geven.

Zo, nu genoeg geklaagd. Ik kan dan wel even niet meer wandelen, maar ik kan me wel nuttig maken. Als ik mij kan concentreren, doe ik de map van de rijtijdenboekjes. Dat is voor mijn werk (taxichauffeur). Dat is voor de RVI, nu inspectie verkeer en waterstaat. Al heb je met de taxi niet zo veel met water te maken.

Ik ben begonnen met het gereed maken van de volgende SAGAMBIARA-WALK. Want jullie weten, die gaat er weer aankomen. Er zijn voldoende dingen die ik vanaf mijn hangplekje kan doen. Daarnaast heb ik 43 pagina's (nu 86 pagina's gereed) van mijn kinderboek gemaakt. En heb weer verschillende schilderwerken klaar.(Al weet ik niet wat ik daarmee moet)

Ik begin de dag, na mijn medicijnen, met een speurpuzzel, 3 sterren, droevig, maar ja. Dan lees ik 2 bladzijden van een boek, daarna kan ik het verhaal niet meer oppakken, dan schilder of schrijf ik een stukje en dan wordt ik weer moe en slaap een poosje. Ik doe veel arm en been oefeningen. Wat goed is hou ik graag goed.

Wat mis ik? Ondanks dat ik me hier doorheen probeer te slaan, mis ik de collega's, mijn werk, de klanten, wandelen, al mijn wandelvrienden, het wildgebied, de jonge zwijntjes, de herten, de bossen, auto rijden, het weg kunnen gaan wanneer jij dat wil.

Ik heb mezelf ten doel gesteld, niet verder aankomen (ben weer van 85 naar 81 kilo gegaan), mijn benen er (geestelijk) onder te houden.(zie activiteiten welke ik opzoek) en wat goed is, zo goed mogelijk te onderhouden (bewegen, oefeningen e.d.)

Het is mooi weer, ik kan niet in de zon zitten, het daglicht is te fel.

Maar, met mij gaat het goed. Al laat dat lijf mij wat zitten, mijn geest blijft opgeruimd. Ik blijf moed houden. Ik geef niet op. Ik weet ook niet wat ik op moet geven, er is immers nog niets vastgesteld.

Lieve allemaal. wie weet hou ik eens een expositie van mijn (kunst)werken. hihihihi. Grapje. Maar wat geen grapje is, SAGAMBIARA-WALK 2008 is in zijn voorbereiding, weer begonnen. Nu ben ik nog alleen bezig, houd me van de straat. Als oprichter moet je een aantal zaken zelf doen, maar, ik reken weer op de vele handen van de hulptroepen van vorig jaar. Want, al kan ik dingen zelf doen, ik kan nimmer nooit zoiets alleen doen. Zo'n tocht maken we met z'n allen.
Ik ga er weer voor. Jullie ook? Ik hoop een ieder weer spoedig te zien. Of in de taxi, op de werkvloer, op de wandelvloer of elders.

Ik hou van jullie allen.

Een lieve groet, Gerrie.



































































Nijkerkerveen.

3 juni 2008

Dag alle lieve, medelevende familie en vriend(inn)en, allen die mij dierbaar zijn.

Het is een lang schrijven geworden, maar dan zijn jullie weer helemaal bij.

Allereerst wil ik allen die mij met vele telefoontjes, vele mails, de vele kaarten/brieven, de vele bezoeken en de vele bloemen, heel, heel hartelijk bedanken. Vele van jullie hebben al zoveel meegeleefd op menige wijze. Nogmaals, daarvoor mijn grote dank. Het maakt het als maar wachten op enig antwoord van mijn ziek zijn, een stuk dragelijker. Ik wist niet dat er zoveel mensen mee zouden leven. Het is heel bijzonder. Dank jullie allen heel hartelijk daarvoor.

Zoals jullie weten, zit ik al vanaf januari 2008 in de molen van de medici. Al bijna 6 maanden. En nog altijd geen duidelijkheid. Hoe is het mogelijk?

Ik heb inmiddels al vele onderzoeken gehad. Tot op heden, zonder enig duidelijk resultaat. Een hersenscan, een been echo, een beenröntgen, een rug en nekwervelonderzoek, EMG op beenspieren, (helaas was de neuroloog hier niet bereid om naar me te luisteren. Ik had immers nog tot 30 maart gewandeld (20 km)! En de EMG werd op 2 april genomen. verschillende malen bloed prikken/onderzoeken gehad. Op 27 mei kreeg ik de uitslag van een bloedonderzoek naar de ziekte van Lyme. Eindelijk wilde hij dat wel doen. Maar, volgens neuroloog van Gulik, heb ik geen Lyme. Toen ik hem vertelde dat je dat niet altijd uit bloed kunt halen en er verder onderzoek voor uitsluitsel van Lyme nodig was, antwoordde hij mij door de telefoon: "Ik zeg u dat u dat niet heeft. Op mijn gebied ben ik uitgewerkt. Ik wens u veel succes met het zoeken naar wat u wel heeft. Een prettige dag verder". En dat was het dan in grote lijnen. En nu? Hoe nu verder? Een dag later moest ik bij de orthopeed komen, voor de uitslag van de beenscan. Daar kwam nogmaals dat scheurtje van 2½ cm uit en 3 plekken die de neuroloog had moeten zien. (daar krijgt de neuroloog van de orthopeed nog een schrijven over) Dat scheurtje kan gehecht worden, maar het weefsel er omheen is zo dun, dat er uiteindelijk meer schade zal ontstaan, omdat het er naast opnieuw zal scheuren. Verder kan hij mij een injectie geven. Waarvoor? Ze weten immers nog niet eens wat ik heb!

Vanmorgen was ik bij de huisarts. Ik wil Lyme uitgesloten hebben. En ga naar Weert, naar een laboratorium aldaar. De checklist van de vereniging van de ziekte van Lyme, is gestegen van 31 naar 43 van de 50 punten, in 3 weken tijd. Zelfs had ik 2 nachten hartkloppingen, werd er wakker van. Ik wilde een briefje schrijven voor mijn gezin, maar ik realiseerde me, dat, als ik lag te slapen en zij het briefje zouden lezen, er grote paniek zou ontstaan. Dus dat heb ik niet gedaan. En ik zit er nog. Alle aangestreepte punten zijn pas gemarkeerd, nadat ze meer dan 10 dagen aanwezig en/of aangehouden hebben. Alles wat maar even of eenmalig gebeurt, staat daar niet bij op geschreven, zo ook niet het hiervoor genoemde.

Ik ga steeds verder bergafwaarts. Zelfs mijn hersenen doen vreemd. Ook dat schreef ik jullie op 10 mei. Inmiddels moet ik het van de goede momenten hebben. Lezen, schrijven, schilderen, het is heel moeilijk geworden, ik, de schrijver/schilder. Deze brief is dan ook niet in zijn geheel in één keer geschreven. Ik moet vaak vragen, lees dit even voor. Het schrijven doe ik alleen als ik dat kan, de goede momenten. Zo deed ik voor Taxi Eemland de nieuwe map van het 2e kwartaal 2008, van de inspectie van verkeer en waterstaat. Normaal een klusje van zo'n 2 uur. Ik heb daar 3 weken over gedaan. Misschien zijn er die denken; ja, kun je wel zeggen, maar laat je het niet gewoon liggen. Of wat je er ook op kunt bedenken. Nee, ik heb zolang werk gehad, omdat ik alle namen van de werknemers op de lijsten moet zetten en dat is niet eenvoudig geweest, dat kan ik je zeggen. Maar het is me uiteindelijk toch gelukt. Ook de speurpuzzel valt nu buiten mijn kunnen. Ik schilder graag en daar hoef ik eigenlijk normaal niet bij na te denken. Maar op één schilderij had ik bloemen en een vogel geschilderd en wilde verder gaan met dat schilderwerk. Nou, of de bloemen groeien uit de hemel, of er is een vogel die rugslag vliegt. Het lijkt grappig, maar dat doet pijn. Ook de medailles voor de SAGAMBIARA-WALK, zij hebben het zwaar te verduren gehad. De één zat op z'n kop, de ander achterstevoren. Man man, wat een gedoe. Nu ook maar weer mee gestopt. Intussen, denk ik vaak nog nauwelijks, heeft een voordeel, ook niet piekeren, maar daarmee vergeet ik ook veel. Ja, mijn kinderboekje ligt stil. Want ik schreef al, schrijven, concentratie, lezen, denken, het is heel moeilijk geworden. Dus, geen pagina's meer bij die 86 die ik al had geschreven. Ook al lijkt het dat ik, zoals nu, goed kan schrijven, ik zei al, dat is allemaal niet zomaar even op papier. Dat kost veel tijd.

Al heb ik dan geen MS, geen klein herseninfarct, geen hersenbloeding, geen Parkinson, geen laag ijzergehalte, (9.8) geen tekort aan neurotransmitters en volgens die neuroloog, geen Lyme, wat is er dan wel loos met me??? Ik heb nu nog altijd een soort morfinetablet en pijnstillers 500 mg, dat doet een mens ook niet goed. Ik ga donderdag met Raymond naar het laboratorium in Weert. Wat en hoe het verder gaat weet ik nog niet. Ik kan niet meer goed onthouden. Voor alles wat ik moet onthouden, gaat een alarm op mijn telefoon af, anders kom ik niets meer na. Sorry, als ik ook maar iemand iets beloofd heb en dat nog niet na gekomen ben, help me dat aub zelf te herinneren. Ik hoop dat ze in Weert er achter komen wat er met mij aan de hand is. Dan kan ik hopelijk weer trap opwaarts. En weer genezen of het een plaats geven. Daarna weer werken, wandelen en wat niet meer.

Met mijn gewicht ben ik van 85 kilo, naar 79 kilo gezakt, dat is wel goed. Wel heb ik een opgezette buik. Ik eet per dag een halve zak gedroogde pruimen, vers fruit en een halve ontbijtkoek om één keer in de twee dagen naar toilet te kunnen. Geen lekker onderwerp, maar wel aanwezig. Ik zet m'n alarm aan voor medicijnen, eten en drinken, anders gaat dat niet goed. Ook het oefenen wat ik eerst deed, gaat steeds minder goed. Ik ben veel misselijk en heb temperatuurswisselingen van 36.2 naar 38 graden. Daar voel je je zelfs bij 29 graden (gisteren) soms erg koud bij.

Gisteren had ik weer bezoek, Zo zeg, heel gezellig, zeker weten. Toen heb ik langdurig buiten, met mijn zonnebril op, in een stoel (schuine leuning) gezeten. Ik voelde me steeds beroerder worden. Op een gegeven moment ben ik naar binnen gegaan, met het verhaal, even een filmpje van de boot te kijken (oudste zoon) Wat ik ook graag wilde delen. Was best lachen. Maar wat was ik blij dat ik weer op mijn bedje lag. Ja, soms heb ik het gevoel dat men onderschat hoe ik me werkelijk voel. Maar dat is mijn gedachte en zeker en vast mijn eigen schuld. Altijd je maar flinker voor doen dan het werkelijk is. Maar is een zin als; nu lig je daar weer, dan ga ik weer naar weer huis, nee hoor, een grapje, soms wel moeilijk te plaatsen. Het is heel moeilijk om toe te geven dat het niet meer zo goed gaat. Ach, het komt natuurlijk ook door de naweeën van die zaterdag. Ik doe enorm mijn best om de dingen te doen die echt moeten, soms ook toch nog te veel, al pas ik nog zo op. Zo was ik, met heel veel medicijnen, naar Vriezenveen, een heel lieve stiefbroer van mijn pa, geweest. Die heeft niet lang meer te leven. Dan heb je geen excuus dat je zelf ziek bent. En 's avonds, daar had die lieve collega ook naar gevraagd, een 35 jarige bruiloft. Zo gezellig, maar op die dag 2 maal een bijzonder bezoek en 2 maal de hoeveelheid medicatie als normaal. Dan ben je de eerste dagen daarna, volledig van slag.

Goed, ik heb wel heel veel geschreven, maar dat heb je als je er langer over je brief doet, dan krijg je toch bijna dat boek.

Op moederdag en op mijn verjaardag hebben mijn kinderen mij enorm verrast. Ik ben meegenomen op één van de boten van mijn oudste zoon. Ik heb hen getrakteerd op een BBQ, welke zij zelf moesten verzorgen. Ik heb een rekenapparaat, geurtjes, bloemen, euro's, verrekijker en nu niet schrikken, zelfs een vliegles gekregen. Te gek allemaal. Alles staat op een film en er zijn diverse foto's van een heel gelukkige Gerrie te zien. Dus, wie ervan mee wil genieten, je bent welkom. Dank jullie allen wel voor het vele mij gegeven. Mijn lieve kinderen, kleinkinderen, man en vrienden.
Positief is, ik ga met de avondvierdaagse in Putten meedoen. Nee, natuurlijk niet lopend. Raymond heeft mij al enkele malen aangeboden om mij met een rolstoel te duwen. Dat wilde ik eerst niet. Ik ben geen invalide zei ik tegen hem. Nee, ik ben alleen maar manke Lotta. Kan minder, maar toch. Ik mis mijn eigen dorp en mijn dorps/oud-klasgenoten en heb ik een keus om anders mee te doen en erbij te zijn? Nee, dat heb ik niet en ik heb, na een tijdje heftig proberen te denken, Raymond zijn aanbod dan ook met beide handen aangenomen. Dank je wel voor alles, lieve Raymond.

Ik ga jullie allen groeten. Ik mis jullie allen. Ik hou van jullie allen.


Voor nu.......................een lieve groet, voor jullie allen, Gerrie.




































































Nijkerkerveen.

Datum: 3 juli 2008

Dag alle lieve, medelevende familie en vriend(inn)en, allen die mij dierbaar zijn.

Hier is weer een verslag van mijn momentele situatie.

Opnieuw wil ik allereerst allen die mij met de vele telefoontjes, vele mails, de vele kaarten/brieven, de vele bezoeken en de vele bloemen, heel, heel hartelijk bedanken. Vele van jullie hebben al zoveel meegeleefd op menige wijze. Wederom daarvoor mijn grote dank.
Het maakt het als maar wachten op enig antwoordt van mijn ziek zijn, een stuk dragelijker. Al duurt het nu toch wel heel erg lang en kost het me steeds meer energie om het positief vol te houden. Maar, het zal toch moeten. Heb ik een keuze? Nee, daarom.

Al vanaf januari 2008 zit ik in de molen van de medici. Nu 6 maanden. En nog altijd is er geen antwoord op mijn ziektebeeld. Hoe is het mogelijk, in een land dat zegt zover vooruitstrevend te zijn met van alles en nog wat.

Ik heb al zoveel onderzoeken gehad, tot op heden zonder enig resultaat.

Ik was bij de huisarts geweest. Ik wil Lyme uitgesloten hebben. Wij zijn naar Weert geweest, naar een laboratorium aldaar. De checklist van de vereniging van der ziekte van Lyme, is gestegen van 31 naar 44 van de 49 punten. Het blijft nu redelijk stabiel. Alles wat er al aanwezig was en op de lijst vermeld staat, is niet verbeterd of verdwenen. Wel zijn de aangestreepte punten soms even iets minder aanwezig, maar deze komen weer terug.
Ook de hartkloppingen zijn er nog zo nu en dan. Inmiddels is er vreemd dromen, of wat het ook zijn mag, bijgekomen. Lig ik gewoon op mijn hangplek naar het voetbal te kijken, omdat ze thuis allemaal voetbal wilde zien, verbrand ik ineens mijn been aan een loei hete magnetron, die op mijn benen staat. Ik kreeg een enorme schok en was weer bij de werkelijkheid. En, er was geen magnetron te bekennen. Ik ben regelmatig in een andere wereld, waarvoor ik geen verklaring heb. Het is allemaal levensecht en ik ben, als men mij wekt, in 2 werelden. Ik vraag hen die mij wekken dan me even 5 min te geven en me dan opnieuw te wekken. Alleen dat al is erg vermoeiend en soms ook heel angstig.

Ik moet het nog altijd van de goede momenten hebben. Lezen, schrijven, schilderen, het is soms heel moeilijk. Al het schrijven wat ik moet doen, wordt dan ook niet in één keer geschreven. Ik moet nog altijd vaak vragen, lees dit of dat eens even voor.
Wederom drie weken deed ik over een map voor Taxi Eemland. Alle namen opschrijven, een inlegvel maken, met daarop alle namen en weken die de chauffeurs van taxi Eemland hebben gewerkt, daarin te kunnen verwerken. De nieuwe map van het 2e en 3e kwartaal 2008, van de inspectie van verkeer en waterstaat. Er werd door Richard, mijn werkgever, gebeld, hoever ik met de mappen was. En er zat een brief in, die opgestuurd moet worden, die ik in moet vullen. Ik kon hem niet vinden, maar hij zat er gewoon in. Ik zie de dingen niet meer, zoals ik dat toch wel behoor te doen. Er zijn er die denken dat ik dit zomaar doe, dat het me goed uit komt. Maar waarom? Ik heb daar toch geen gegronde rede voor? Er gaat nu een praatje rond dat, als ik straks terug kom op de werkvloer, ik ontslagen zal worden, omdat men toch niets meer aan me heeft. Volgens onze centralist is dit niet het geval. Ik geloof Willem, hij zal mij niet naaien. Een goeie vent, die Willem, een kanjer. Maar, dit werd toch wel bij een bouwmarkt in Hoevelaken verteld, door een inmiddels, ex collega. Waar komt zo’n verhaal dan vandaan, ga je je afvragen. Dat is best schrikken, als je bedenkt dat jij je lichaam, voor je werkgevers, je gezin en je sport, kats aan het vergiftigen was met de vele pijnstillers, om maar zolang als mogelijk uit de ziektewet en mogelijk helemaal daar niet in te hoeven komen. Maar goed, de mappen, het is me uiteindelijk toch weer gelukt, ze staan weer klaar voor vertrek naar Soest. Als er tenminste iemand ze daarheen wil brengen. Dat doen we niet met onze privé auto, met deze brandstofprijzen. Maar, het komt wel goed met die mappen.

Speur puzzelen Wil af en toe weer wat lukken. Ik schilder nog altijd graag en daar hoef ik eigenlijk normaal niet bij na te denken. Maar ook dat is nog altijd niet meer van zelfsprekend. Nu maak ik kaartjes, die teken ik op dikker, gekleurd papier. Deze stuur ik dan naar andere zieken, zodat ook zij zich aan een kleine strohalm kunnen optrekken. Ze zien er best wel leuk uit. Maar, ik kan het maar even doen, omdat ik bij elke eis aan mij ogen/hersenen, heel veel hoofdpijn krijg. Zelfs bij mijn grote liefde, tekenen. Zo ook nog steeds de medailles voor de 3e SAGAMBIARA-WALK, zij liggen te rusten en wachten op betere tijden van het vrouwtje. Mijn denkvermogen is nog altijd niet op peil. Als er iemand iets tegen me zegt, of ik moet iets onthouden (medicijnen/eten, e.d.) moet ik direct doen of direct opslaan op mijn alarm van mijn telefoon. Beloof ik je iets? Ik kom het niet na. Domweg, ik weet het niet meer. Ik beloof dan ook maar niets meer. Kan ik ook niets fout doen. Ik doe enorm mijn best er weer de benen onder te krijgen, maar tot nu toe ter vergeefs. Apeldoornse en Nijmeegse vierdaagse staan voor de deur. Wie weet hoe dat voelt? Een medewandelaar weet wat ik bedoel. O, o, o, wat is het nu toch moeilijk.
En wat te denken van het wildgebied, mijn bossen. Er gaan vanaf 1 juli 500 zwijnen aan. Afgeschoten gaan ze worden. Ik heb tot eind maart daar kunnen lopen. Even mocht ik genieten van de jonge, nog zo kleinen nozems van het bos. Daarna heb ik er geen meer gezien, Wat mis ik mijn kleine vriendjes. Zijn ze straks allemaal afgeschoten? Het wordt nu met de dag moeilijker om het zo vol te houden. Ik wil zo graag, maar het zit er nog altijd niet in. De beide vierdaagsen zijn betaald, zo ook de camping voor tijdens de vierdaagse. Kan ik er nog heen? Mag ik van de Arbo en mijn werkgever dan toch nog naar die camping? Ontspannen in de tent, op dezelfde stoel slapen, waar ik thuis ook op slaap? Of ben ik nu al mijn geld kwijt en is er helemaal niets meer over? Wat is er nog over van mijn hele wandelschema over 2008?

Wat is er met me mis? Ik heb de uitslag van Weert binnen en inmiddels zijn alle papieren opgestuurd naar het AMC. Wat er nu gaat gebeuren, of wat me nu weer staat te wachten? Weten jullie het? Ik ook niet. Ook in Weert is er geen aantoonbaar Lyme gevonden. Wel heeft men daar een sterk vermoeden dat het wel Lyme is, maar in een verder gevorderd stadium, die je mogelijk uit beenmerg of hersenvocht kunt halen. Maar daarover beslist weer het AMC. De huisarts wilde me naar één of andere professor in het UMC hebben, maar daar is de vader van Frank aan Lyme overleden. Dus, nee, dank u vriendelijk. Dan liever het AMC. Nog altijd heb ik dezelfde medicijnen tegen de pijnen. Wel krijg ik, na een hevige pijnaanval op mijn rug/buik/heupen, een heel opgeblazen buik. Dat is weer van de laatste paar weken. Ik weeg wel weer 81 kilo, jammer, maar niet extreem, dus daar ligt het niet aan.

Sommige weten het, andere nog niet, ik liep al op krukken en zit bij een verdere afstand als 1 km, in de rolstoel. Nu wil het kruiswerk zijn stoel weer terug. Er is een aanvraag naar de AGIS, voor een eigen, aangepaste rolstoel en krukken. Als deze worden afgewezen, ben ik aan huis gekluisterd. Maar, we lopen niet op de zaken vooruit. Eerst afwachten wat zij zeggen. Ik hoop dat ik voor die tijd weer op de been ben.

Oké, ik heb toch weer veel geschreven, maar goed, wel in de loop van de afgelopen dagen.

O ja, de avondvierdaagse in Putten. Wat is dat moeilijk zeg, zeker als andere beginnen te huilen, maar ook als jij hen ziet lopen en jij in de stoel moet zitten. Maar, ook heel bijzonder. Ik zat gelijk de eerste avond tussen de ouwtjes van Elim (bejaardenhuis). Toch best heel erg gezellig. Dan reed Raymond, aan wie ik deze avondvierdaagse te danken heb, achter de schoolkinderen aan. Wat keken die raar op dat er een ouwtje met de rolstoel naast hun kwam rijden. Maar als je dan een geintje en een babbeltje met ze maakt, is het voor hun maar zeker ook voor jou, toch best wel heel leuk. Wel was ik blij dat het niet verder was dan 5 km per avond, omdat het me na 2 dagen al op begon te breken. Geen optie om zo aan andere wandeltochten deel te nemen. Dat levert een enorme terugslag op. Niet doen meer dus. Even geduld A.U.B. Toch heb ik geen spijt van deze A4D. Ik kreeg na afloop, als enige van de bijna 2500 deelnemers, een beker aangeboden. Hij staat naast mijn hangplekje, dan kan ik er elke dag naar kijken. Toch heel bijzonder allemaal. En wat heb ik een lieve man, die dat toch allemaal maar voor mij gedaan heeft. Drie maal hoera voor Raymond. Hoera, hoera, hoera. Wel verdiend toch! En niet te verheten, mijn 6 kinderen. Wat een rijkdom, als je toch zulke kinderen mag hebben. Ook voor hen geldt het bovengenoemde hoera. Echt wel.

Ik ga jullie weer allen groeten, met de mijn vertrouwde woorden.
Ik mis jullie allen.
Ik hou van jullie allen.
Ik wens een ieder een heel goede (wandel) zomer, met veel mooi weer.


Voor nu.......................een lieve groet, voor jullie allen, Gerrie.



































































Nijkerkerveen.

Datum: 8 september 2008

Dag lieve allemaal

Ik geniet nog even na. Wat was dat een grote verrassing. Sebastiaan en Frank hebben me meegenomen naar het gebied wat ik altijd mijn thuis noem. Wat heb ik in die regen veel tranen laten vloeien zeg. Wat een emotie. Ik had er niet meer op gerekend er zowieso dit seisoen nog in te komen. Wat een zware gang voor de jongens. 85 kilo in die stoel en dan nog het gewicht van de fotocamera's en lenzen. Voor hen was het heel erg moelijk om mij te zien lopen, wat ik, verspreid over de dag enkele kleine stukjes heb gedaan.
(totaal misschien 1½ km, maar toch gedaan)

Eerst naar de opa boom, mijn vriend, daarna naar de steen van Haarschema de Wit en vervolgens naar de Hut van Venemastoeltje. Zaterdag willen ze me mee nemen naar de Hoog Soerensehei. Het plekje waar ik de laatste open avond van dit gebied lang uitkijk over het grote dal.

Ik ben erg ontroert door gisteren. Maar wel met grote blijdschap vervuld, dat iemand het aandurfde met mij dit gebied met de rolstoel in te gaan. Daar ligt mijn hart. Daarom ook die grote emotiegolf die ik niet meer in bedwang had toen ik uitkeek over de langgestrekte bossen van dit gebied. Ik kon kijken tot Emst, zag de kerktoren in de diepe verte.

Ik geniet nog heerlijk na.

Voor nu een lieve groet, Gerrie.




































































Nijkerkerveen.

Datum: 10 september 2008

Altijd kon ik er zelf in lopen.
Vele wildwissels heb ik gekropen.
Achtervolgd diep in de nacht.
Omdat ik dat ene varken niet had verwacht.
De maan hoog boven het Veluwse woud.
Ach mensen, wat voelde het gisteren koud.
Niet zelf kunnen lopen.
Al die maanden maar blijven hopen.
Op die ene dag.
Waarop jijzelf weer lopen mag.
Mijn hart was blij, maar verdrietig tegelijk.
Huilende tranen onder die oude eik.
Niemand kent mijn verdriet.
Niemand die het ziet.
Huilen onder de OPA-boom.
Ja, ik zeg het zonder schroom.
Dat een ieder maar weten mag.
Dat ik uitkijk naar die ene dag.
Waarop mij stappers het weer doen.
Dan ga ik weer in mijn wandelschoen.
Loop ik over ongebaande wegen.
Wie weet kom ik jullie daar wel tegen.
Dan is gedroogd die diepe traan.
Want dan mag ik weer door mijn mooie Veluwe gaan.


Een heel lieve groet, jullie Gerrie.

Woensdag, 10 september moet ik naar het AMC. Als ik iets meer weet zal ik jullie daarover berichten.

































































Nijkerkerveen.

Datum: 15-09-2008

Dag alle lieve, medelevende familie en vriend(inn)en, allen die mij dierbaar zijn.

Het heeft even geduurd, maar er was dan ook weinig nieuws te vermelden.
Maar hier is dan toch verslag nr. 4.

Nog altijd gaat het op en neer met mijn gestel. Dan heb ik koorts, dan weer niet. Soms is het net of ik op kan staan en zo weg kan lopen, maar de realiteit leert dat het anders is. Wandelen zit er helaas dan ook nog altijd niet in. De laatste keer dat ik geschreven heb, moesten de Apeldoornse en Nijmeegse vierdaagse nog gelopen worden. En nu zijn vele maatjes reeds op weg voor de 110 km van de van Z tot Z tocht.

Hoe is het in die tijd met me gegaan?

Ik begin bij de Apeldoornse vierdaagse. Het deed enorm veel pijn dat je weet dat je ingeschreven hebt voor 4 X 50 km, voor je 10e X en dat je niet eens in staat bent om er maar 5, of liever 1 km per dag van te kunnen lopen. Maar Gerrie zou Gerrie niet zijn, als ze daar dan toch maar weer het beste van weet te maken. Elke dag sprak ik verschillende wandelvrienden. Er was gevraagd of ik ook even een bezoekje aan Apeldoorn kwam brengen. Dit was ik op de 2e dag van plan. Maar plannen zijn er om gewijzigd te worden, echter, deze wijziging was zeer droevig. De zondag voor de vierdaagse was een vader, een vriend, een dierbaar iemand op de leeftijd van 51 jaar, van de trap gevallen en aan de gevolgen van een hartstilstand overleden. De 2e dag dat jullie liepen, waren wij in Putten voor zijn begrafenis. Het was een zware gang, jij bent ziek en hij gaat.

Gelukkig was het niet alleen droefenis, want op de laatste dag van de vierdaagse mocht ik dan toch nog naar Apeldoorn komen.

Gebracht door Daniël, één van mijn zoons, die zo snel over de weg reed, dat ik nauwelijks de gelegenheid kreeg om te zien wie er allemaal waren. Maar, mijn dank Daniël, dat je me, zo kort voor het begin van je werktijd, toch even weg wilde brengen naar mijn vele van mijn vrienden en vriendinnen.

Ik was uitgenodigd bij de OLAT stand en daar ben ik dan ook neergestreken. Mijn dank aan de liefde volle verzorging die ik mocht ontvangen van gastheer en gastdame, Johan en Conny.
Ik ben zo’n beetje achter aan gaan zitten. En hoe ze ’t wisten weet ik niet, maar wat heb ik, in die tijd dat ik daar was, veel mensen gezien, die me groeten, een hand of een knuffel gaven. Ik zat echt niet in het zicht. Het verbaast me tot op de dag van vandaag hoeveel lieve mensen er die dag even bij me geweest zijn. Er was zelfs een echte bezembus geregeld. Ik werd met een busje naar de finish gebracht. Daar kreeg ik mooie bloemen en kocht ik een boek. Ik haalde een grapje uit met Jan Olthuis, door met mijn startkaart naar hem toe te gaan. Moet kunnen niet waar. Hij had er ook plezier aan.

Ik was weer thuis en kijk, in de brievenbus zat een enorme envelop, een kaart. Vele namen stonden erop geschreven. En elke keer, als ik het even een beetje moeilijk heb, kijk ik naar die kaart en de meer dan honderd die boven mijn hoofd hangen. Wat ben ik een gelukkig mens. Allen, zoveel dank dat ik het toch zo fijn mocht beleven, dank jullie wel.
Toen kwam Nijmegen. Wij hadden toestemming van de Arbo gekregen om naar Nijmegen te mogen gaan. Het was wederom enorm emotioneel om al die wandelkaars daar te zien staan en jij zit daar, in je rolstoel. Te weten dat je ook hier 4 X 50 km had zullen gaan lopen. Ik kan je zeggen, wat is dat moeilijk, ongelooflijk, maar niet onmogelijk.

Er waren vrouwen uit Nijkerk en uit Nijkerkerveen, Vele uit het noorden, het oosten, het zuiden en het westen. Vele vrienden en vriendinnen. Verschillende huilden toen ze me zo zagen zitten. Ja, toen kon ik ook niet meer mezelf goed houden. En er stond een dweilorkest aan de 50 km kant. We zaten gezellig te doen op de wedren, toen de telefoon ging. Henk Meupelenberg is overleden. Henk, die zich de stiefbroer van mijn pa noemde, een vriend die er altijd voor je was, iemand die bij het ontstaan van het door mij opgezette feest en de wandeltocht vanaf den beginnen betrokken was. Die Henk, die was er niet meer. Wat een verdriet, wat maakt het dan uit dat jezelf niet kunt lopen. Henk is er niet meer.

De dagen verstreken. Woensdag moesten we naar huis. Zwarte kleding aan doen en door naar de plaats waar Henk bij zijn Barbara begraven zou worden. We reden, stil naast elkaar zittend, helemaal naar Vriezenveen. Samen met Gerjanne, Remco, Raymond. Wat was die weg zwaar. Voor de tweede achtereen volgende week gaan we de weg naar het graf. En jij? Jij wordt opnieuw vooraan bij het graf gezet. Wat is het leeg. Waar zijn mijn gedachten? Waar het begrijpen van? Alles verliep rustig, maar zwaar. We keerden na afloop terug naar huis. Wel zijn we daarna weer terug gegaan naar de camping. Alles was nu zo anders. Thieme weg, Henk weg. Ik ben er nog. Donderdag zijn we even op het parkoers in Groesbeek wezen kijken. Weer een moeilijke dag. Het regende stevig. Ik huilde, niemand die het zag, het was immers toch nat. Vrijdag zijn we naar Malden gegaan, waar we al vrij snel de eerste bekende wandelmaatjes zagen binnen komen. De hele dag zag ik zovele van jullie op weg naar de Via Gladiola. Wat wilde ik toch graag met jullie mee lopen, maar dat ging nou eenmaal niet. Van vele kreeg ik een gladiool. Nog nooit in al die jaren heb ik er zoveel gekregen. Daarbovenop nog een bos bloemen, een roos en zovele knuffels, handdrukken, groeten, lieve woorden, bemoedigende woorden. Kortom, te veel om op te noemen. We bleven wachten tot het einde, want, immers zouden er nog twee langs moeten komen. Ik had zeer veel pijn, maar ik bleef wachten. Totdat het telefoontje kwam…..Ach, laat maar, gewoon nooit meer zolang wachten. De afloop in Nijmegen verliep zeer droevig. Gelukkig heb ik een lieve man en kwam alles wel goed, alleen, bleef ik met de vraag zitten, waarom? Maar goed, zo kon het dus ook. Het deed enorm veel pijn. Maar, mijn grote dank voor ook in Nijmegen, de vele die even bij mijn stoel hebben gehurkt. Wat ben ik jullie dankbaar dat jullie er ook nu weer voor me waren. Daar heb ik enorm veel kracht uit gehaald. Dank jullie met heel mijn hart daarvoor. Zoveel lieve mensen, daar heb ik veel kracht vandaan gehaald. Nogmaals, dank jullie zo.

Eenmaal thuis, ging ik verder wachten op antwoord van het AMC. Aan het einde van de week, daar kwam een brief. De afspraak was op 10 september 2008.

Het wachten op die datum was best zwaar. Ik ben de tijd doorgekomen met schilderen, tekenen, kleien, houtsnijwerk, al moest ik wel met dat laatste stoppen. Meer gaten in mijn handen, dan in dat plankje. Vaak was ik te ziek, was ik te moe, kon ik me niet concentreren. Dan lag ik maar wat te slapen. Maar met de betere dagen, dan was ik meer in beweging, anders wordt je zo stijf en weet je zeker dat alles het straks niet maar doet.

Wat te denken van twee grandioze wandelmaatjes, die mij even, vanuit het verre oosten en westen op kwamen halen. Voor een ritje, een bezoekje, of een ritje met de auto naar het strand Samen op de route van het rolstoelpad. (Wat een kapotte voet opleverde. Niet voor mij hoor. ) Wat was dat hijgen zeg. Maar wat heb ik met jullie beide een plezier beleefd. Ja, vanuit het westen, even naar Amersfoort, om bij je kleindochter te kunnen zijn. Dan breng je me vaak even een bezoek, wat een plezier hebben we dan. Die ex collega, die me zo vaak even bezoekt, zo na zijn zeer vroege dienst, me verblijd met een broodje. Af en toe ook van twee andere (ex) collega’s, die me bezoeken. Dan degene waar ik zo welkom ben, van hun achtertuin mag genieten. Zomaar in dat fijne Speuld. Of, als je lekker ligt te slapen, krijg je plotseling bezoek. Nee, nu niet als paashaas of kerstman. Die lieve kaarten, van degene, die me een warm hart toedragen, degene die me mist bij WS78. Of van degene die me een vaarkaart stuurt met die altijd weer mooie bemoedigende mooie verzen. Of degene die een kaart stuurt met voorbedachte raden, voor een toekomstig soepje. Ja hoor, jullie zijn altijd welkom. Ja, ik kan nog uren zo doorgaan, Ik wil niemand bij naam noemen, maar ik denk dat jullie je er wel in zullen herkennen. Als ik het moeilijk heb, kijk ik naar jullie kaarten. Lees ik de laatste smsjes. Als ik op mijn zolder geklommen ben, lees ik jullie vele lieve mailtjes.
Wat ben ik toch een rijk mens.

In de tussentijd hebben gezin en vrienden me een onvergetelijke boottocht gegeven. Wat heb ik daarvan genoten. De blauwe gloed van de ijsvogel glanst nog in mijn ogen. Ook heeft mijn zoon en een kameraad van de jongens, mij meegenomen naar mijn plekje, mijn hart, het wildgebied. Zondag hebben ze me meegenomen, wel over een andere route als ik normaal in deze periode loop, maar ik ben op verschillende plaatsen in het grote bos geweest en daar hebben we gezeten bij de OPA-boom, de steen van Haersma de Wit, de hut van Venema stoeltje. Voor degene die het gebied kennen, weten waar dat is, voor andere zal het zijn, het zal wel. Ik had nooit durven dromen daar dit seizoen nog in het gebied te komen. Zondag sluit het gebied voor drie maanden, daarna, wie weet, loop ik weer een stukje.
(ps, wat ben ik gelukkig. Sebastiaan heeft mij meegenomen naar mijn gebied. Ik mocht zitten, op de plaats waar ik elk jaar, samen met mijn vader en later met mijn kinderen, op die laatste avond dat je in dit gebied mag komen. Er liep die avond alleen een kleine beer en vier reeën. Niet te min, we hoorden de herten burlen door het donkere woud van mijn Veluwe. Wat gaat er dat door je heen. Tranen van geluk, dat je er, dankzij Sebastiaan, toch nog mocht komen, tranen van verdriet, dat jij degene was, die altijd iedereen mee nam tijdens de bronsttijd of in andere perioden. Nu ben je afhankelijk geworden. En dat is heel erg moeilijk.

Zo kom ik dan bij het AMC van woensdag j.l. Ik had een afspraak om half twee, maar was al eerder binnen. Tegen half vijf was ik weer buiten de kamer. Het waren twee specialisten, een man en een vrouw. Ze hebben allerlei testen gedaan. Ik moest lopen, stil staan, zitten, recht vooruit kijken en de dame ging bloed prikken.
Ene kant helaas hebben ze geen aanwijsbare rede voor de blokkade gevonden. Wat niet wil zeggen dat ze nog iets over het hoofd hebben gezien. Ik heb kleine scheurtjes in mijn scheenbeenweefsel, die kunnen niet verholpen worden, omdat het, na een operatie, ernaast verder zal scheuren. Verder is mijn schouder voor wat hij nu is. Deze zal nooit meer de oude worden. Wat betreft mijn lopen, koorts, gezichtsverlies, duizelingen, nou ja, laat ik maar niet de lijst met 44 punten opnoemen, maar daar is geen medische verklaring voor.
Arts: “U bent een enorme doorzetter. U bent enorm hard voor uzelf. Wij hebben grote bewondering voor de wijze waarop u dit allemaal ondergaat.”

En nu?

Nu moet ik naar een revalidatiecentrum (geen fysiotherapeut) Daar moet men mij opnieuw gaan leren lopen. Daar zal uit moeten komen of men toch nog iets over het hoofd heeft gezien. De kans bestaat dat ik intern moet. Ik zal alles ondergaan met hetzelfde geduld, kracht en moed, als ik in de afgelopen periode van onzekerheid heb gedragen al zal het absoluut geen gemakkelijke weg worden. Ik mag er niet keihard tegen aan gaan. Hiervoor zijn geen pilletjes, die je weer even op je benen helpen. Dit gaat langer duren. Ik moet er een half jaar voor uittrekken. Het klinkt erg lang, maar wat is een half jaar op een mensenleven. Ikzelf zal dit nooit op eigen kracht weer recht kunnen krijgen, daar is zeer professionele hulp van verschillende artsen voor nodig. Het lijkt zo dat je zelf zeggenschap over je lijf hebt en men zegt toch altijd, lichaam en geest is één! Nou, niet dus. Ik heb maanden op mijn tenen gelopen. Er passeerde nogal wat de revue. Iets in mijn naaste familie, onder vrienden, op mijn werk. Er was genoeg negativiteit, maar Gerrie moest flink zijn, niet zeuren, wordt je hard van. Dat zijn altijd mijn eigen woorden. Ja, zo voelt het in de geest. Ik overleefde alles. Maar, op één april was het mijn eigen lichaam die mij zei: “Nou, Gerrie, ik weet niet waar je mee bezig bent, maar ik heb hier geen zin meer in. Ik kap ermee.”

En zo gebeurden het. Gerrie’s benen en lichaam hielden er voor een deel mee op. Ja, al heb je dan nog zo’n opgeruimde geest, heb je geen zichtbaar/voelbare stress, geen vreemde gedachten, je lijf kan meer de baas zijn als je geest. Ik heb jullie al een sms gestuurd met hetgeen er in het ziekenhuis is verteld. (Dus daar zijn jullie mee op de hoogte)

Ik dank jullie allen voor de steun die een ieder, op zijn/haar eigen wijze heeft gegeven. Zonder maar één naam te noemen. De kans dat ik dan iemand vergeet is mij te riskant. Daar zijn jullie allen me te dierbaar voor.

Tot slot, maar in hoofdzaak, wil ik mijn dierbare man en mijn liefdevolle kinderen/schoon en kleinkinderen bedanken voor alles wat zij al bijna een half jaar voor mij doen.

Ik zit niet zomaar thuis. Ik ben geen profiteur Ik ben geen aansteller. Wel ben ik heel erg dankbaar, dat door mijn ziek zijn, mijn gezin en verschillende vrienden/vriendinnen, zo heel bijzonder, zoveel voor me doen.

Ik was altijd maar werken, maakte veel uren. Altijd druk met van alles en nog wat. En, nog altijd is daar die sterke liefdesband, die zo kenmerkend is voor dit, mijn, ons gezin.

Ik mag onze GROTE VADER zo dankbaar zijn, voor alles wat hij, ondanks het zo vaak zware leven, mij zo rijkelijk heeft gegeven. Dank, duizend maal dank.

Jullie altijd liefhebbende Gerrie
































































Dag lieve medelevende vriend(inn)en,
Hier is even een bericht van hoe het momenteel met me gaat.

Alles is, wat mij aan gaat, nog altijd onveranderd.

Wat wel veranderd is, is dat de molen weer is gaan draaien. Maar wel in een andere richting als ikzelf verwacht had.

Zoals jullie weten is alles begonnen na mijn schoudergedoe, daarna een gebeuren op therapie, daarna zeiden verschillende, ook arts, leek op ms, daarna leek het op parkinson en ga zo maar door, daarna het niet luisteren naar mijn lichaam en maar doorgaan, je kan immers niet nog een keer ziek thuis gaan zitten. Mijn gedachte, 1 X zolang is al veel te veel. Kost allemaal maar geld. Niet zeuren, maar gewoon doorgaan.

Nu heeft op 1 april mijn lijf er zelf een stokje voor gestoken en heeft de brui eraan gegeven.

Zover even een terugblik.

Wat nu?

Ik ben 19 november weer naar het ziekenhuis geweest, nadat ik 10 oktober in het revalidatiecentrum was geweest.

Ik heb een gesprek gehad met dr Hokken (revalidatiearts). Ik moest vertellen wat er mis was. Iemand die met me mee was werd hetzelfde gevraagd en antwoorde op de sugestie van dr Hokken: " Ze heeft zoooooo ontzettend veel mee gemaakt in haar 52 jaar ".

Ik had een éénmalige afspraak bij dr Witte (psychiater). Maar naar aanleiding van vorig genoemde zin en het feit dat ik veel te hard voor mezelf ben, komt er een tweede afspraak bij deze arts.

Vanochtend, 21 november 2008, heb ik een telefonisch gesprek gehad met dr Hokken.

Zijn advies: Ik moet voor behandeling naar PAAS en wordt voor evt revalidatie alvast op een wachtlijst geplaatst.

Dat mijn duim de andere kant op groeid, dat mijn been scheurtjes heeft, dat mijn rug zo'n pijn doet en dat, sorry, maar ik ga het toch benoemen, mijn schouder nog steeds, na inspanning (rolstoelen, nu mijn rolstoel, krukken enz.) achterwaards blijft hangen, wordt nu dus, door één zin, naar achtere verschoven.

Ik heb inmiddels weer andere medicijnen gekregen, niet lachen aub, anti depressieva.

Mensen die niks hebben mee gemaakt worden gevrijwaard van....., als je veel achter je kiezen hebt, moet je naar......

Een ding zal ik nu alvast gaan vertellen. Ik ga niet in mijn beerput van vroeger wroeten, dan is het niet meer te overzien. Dat kan ik onmogelijk mijn gezin aandoen. Sorry.

Ik heb gezien dat mijn werkgever 1 X gebeld heeft en een sms heeft gezonden. En wel op die 19e november. Ik had mijn tel. op stil en heb er twee dagen niet naar gekeken. Ik hoop dat iedereen dat een beetje begrijpt.

Ik weet nu verder ook weer niets. Ik onderga nu alles maar. Ik weet van mezelf, dat ik alles uit de kast heb gehaald om beter te worden. Zelfs rust deze lange maanden.

Volgende afspraak staat voor 4 december 2008.

Ik heb, sorry, helaas even genoeg aan mezelf en moet alles goed verwerken. Het pakt heel anders uit en ik zal het nu moeten ondergaan en zal dat ook doen.

Alle lieve vrienden, heel veel dank dat jullie er al die maanden voor me geweest zijn. Het heeft mij echt enorm geholpen. Al die kaarten de bezoekjes de telefoontjes, de mailtjes, de smsjes, en niet te vergeten, al die warme, hartelijke knuffels die ik van vele van jullie in ontvangst heb mogen nemen. Ik ben gelukkig geen depressief iemand, ook al zal dat nu misschien toch nog ergens gedacht gaan worden. Al deze maanden hier in huis, als buitenmens, wie doet het me na. Ik heb gekleit, geschilderd, kaarten en kalenders gemaakt, houtsnijden, vogelhuisjes gemaakt. Als dat niet een optimisme is, weet ik niet meer wat dat woordt dan wel inhoudt.

Hoe lief de zin ook bedoeld was, ik ga nu een andere weg in. Ik hoop dat ik jullie ook daar nog mag tegen komen.
Dank jullie wel.

Gelukkig mogen we wel doorgaan met de SAGAMBIARA-WALK. Ik hoop dat ik erbij mag en kan zijn. Komen jullie ook?

Lieve groet, Gerrie.
































































Hoi hoi,

hoe gaat ie? Hier zo z'n gangetje.

Ik heb wat, nou ja, een heleboel, maar met deze mail een paar leuke ijsfoto's.

1: Er valt een kindje op het ijs, op het moment dat ik een foto in de namiddag maak,
2: ijsschotsen op het Nuldernauw,
3: Rolstoelschaatsen,
4: en een parkeerplaats voor invalide.

Ik hoop dat je ze leuk vind. Was zomaar even wat.

Alleen om te laten zien dat, als j e niet meer mee kan doen aan de actievieteiten die je altijd deed, de wereld niet ophoud.

Ik ben, helemaal alleen, met de rolstoel 15 km aan het rolstoelschaatsen geweest. Ik ben in Nijkerk afgezet en helemaal naar Horst gerolstoelschaatst.

Wel heb ik nu spierpijn in mijn armen, hihihi. Een beetje vreemd bij schaatsen. En......... zijn er schaatsers die kunnen zeggen dat ze een veiligheidsgordel om hadden tijdens het schaatsen? Ik wel.

Het belangrijkste is dat je plezier hebt in hetgeen je doet. En dat heb ik echt wel gehad. Zeker om de mensen die niet wisten wat ze zagen langs komen en achterom bleven kijken totdat er verschillende met hun schaats verkeerd gingen en onderuit op het ijs lagen, brrrr.

Vele mensen hebben een foto van me gemaakt. Ja, zoiets zie je ook niet elke dag.

Maar, ik had lol, en daar gaat het om.

Voor nu, een heel lieve groet, mij, Gerrie
En HIER de fotoreportage.

































































Als het stil is geworden

Langzaam, na een tijd, is het stil geworden
Hoor je even nergens bij
Al die vrienden, hele horden
Wat was het toen warm in mij
Taxi rijden, dat was mijn leven
Vele mensen, jong en oud, mocht ik rijden
En in wandelen kon ik alles geven
Kon ik mijn innerlijke mens verblijden

Nu is het stil geworden, na ruim één jaar
Ben je bij vele al vergeten
Nu weet jij, dat wat je passagiers zeiden was waar
En nu is het jou beurt om van dat bordje te eten
Gelukkig zijn er nog die aan jou denken
"t kleine beetje delen, zo hun wandeling jou ook een beetje schenken

Vlieg mee met de wind
Jij het wandelende kind
Geniet van alles jou gegeven
En mag daarin de rijke hand van jou schepper beleven
Wees dankbaar met elke dag
Die jij in dit leven doende genieten mag
Straal uit naar hen die jou dierbaar zijn
En deel met hen jou liefde, dat vinden ze heus wel fijn
Genieten van de stappen die je zo jong al mocht leren
Waarvan je er hebt gezet, vele, ook zovele keren
Want pas als dat allemaal voorbij is gegaan
En jij niet meer de wijde wereld in kunt gaan
Dan zal je beseffen wat was het toch fijn
En realiseer je je eerste pasjes, ook al waren ze nog zo klein
Daarom lieve vrienden besef wat je kan
En geniet van je kunnen, lieve vrienden, vrouw en man


Gerrie
Alle lieve vrienden, geniet van jullie zomer en ik wens jullie alle goeds bij één of beide vierdaagsen.
Maar zeker ook bij alles wat jullie daarvoor en daarna zullen gaan wandelen.

Een lieve groet, nog even jullie maatje, Gerrie


Ik heb aan Gerrie gevraagd of ze al in de Sint Maartenskliniek was geweest en daarop kreeg ik onderstaand antwoord.

Als je zelf niets meer laat horen, ja, dan wordt het stil om je heen.

ik beschouw jou schrijven als een schrijven van een wandelvriend. Ja, want zo zie ik allen nog steeds en ook velen mij nog.

Inderdaad heb ik gezegd dat ik naar de Sint Maartenskliniek ga en dat gaat nog steeds gebeuren. Ik heb een schrijven gekregen van de Sint Maartenskliniek dat er een wachttijd is van 3 tot 6 maanden. Misschien kun je je voorstellen dat dat de zoveelste teleurstelling is. Ik moest dat even een plekje geven, na al die zeer vervelende dingen van de laatste maanden, eind november.

Het was een hele zware tijd voor me, ook al heb ik dat hopelijk niet al te veel laten blijken. Er is met mij in de tussentijd meer achteruit gegaan. Zo kan ik bijvoorbeeld niet meer iets verder lopen dan aan het einde van mijn tuinpad. Zo heb ik inmiddels een koude rechterhand, heb ik inmiddels 2 slapende onderarmen, heb ik inmiddels een enkel in het elastiek, tevens mijn polsen. Als ik zelf een stuk met de rolstoel rijd, heb ik ontdekt dat je in de bewoonde wereld er met je rolstoel niet op uit kunt, in verband met aflopende stoepen en ronde straten. Je beland steeds in de goot, heb ik nog minder kracht in mijn linker arm dan al was, van na de operatie.

Zo kan ik nog even doorgaan, maar dat wil ik juist iedereen besparen. Het klinkt zo negatief. Ik heb in deze tijd moeten leren dat er heel andere dingen zijn, die ik wel kan doen. Dat heeft me nogal wat energie gekost. Ik ben gevraagd door DES Ugchelen, om er toch bij te zijn, wat ik ook gedaan heb, mijn dank aan hun en de uitnodigende wandelaars. Ik ben gevraagd door de marsleider van Amsterdam-Hoorn om bij Amsterdam-Hoorn aanwezig te zijn. Dat heb ik ook gedaan en ik heb er foto's gemaakt, die ze mogelijk voor hun website gaan gebruiken. (de fotolink staat nu op de website van de LAT, er zijn 59 foto's geplaats - redactie).

Ik heb dan wel niet een heel stuk geschreven voor de webpagina, wel heb ik velen persoonlijk geschreven. Daar merk je dat je langzaam uit het beeld verdwijnt, wat ook begrijpelijk is, want een ieder, ik ook voorheen, heeft zo zijn / haar eigen werkzaamheden. Er komen dan heel weinig reacties terug, terwijl mijn schrijven juist positief is, over de sport. Wat ik ook merk is, dat het éénrichtingverkeer is geworden. Er komt geen mail, geen kaart, geen telefoon, als ik niet zelf aktie pleeg. Ik heb met pasen 25 kaarten verzonden naar verschillende mensen, daar zijn tot nu toe 2 kaarten op terug gekomen. Op de vele, lieve mails, die ik schrijf over en met belangstelling naar hen die lopen, komen er hooguit 4 mails terug. De telefoontjes heb ik al gemeld. Met bezoekjes is het hetzelfde.

Maar, zoals ik al schreef, een ieder heeft zo zijn / haar drukke bezigheden in het leven. Dat het stil om me, ook andere heen wordt, hoeft dus niet aan jezelf te liggen.

Kijk op mijn hyves, daar schrijf ik zovaak iets leuks, stuur mensen een berichtje met leuke foto's van mijn hand en een lieve boodschap. Wat komt daar op terug?

Ik koester de vrienden die zijn overgebleven. (Er worden vier namen genoemd, redactie). Daar houdt het wat bezoek aan gaat nu ook bij op.

Ik heb ook gewerkt, ik was ook aan de wandel. De telefoontjes die ik pleegden naar hen die ziek of oud thuis zaten, kwamen uit de lange ritten in mijn taxi. Elke dag één. Maar, een bezoekje? Altijd te druk.

Dus, van mij echt geen veroordeling aan hen die lopen of wat meer.

Waarom dan wel dit gedicht (Als het stil is geworden), vers?

Met dit schrijven wil ik duidelijk maken dat we zo vaak aan de hele kleine dingen in het leven voorbij gaan. Dat we alles maar van zelf sprekend vinden. Dat onze pasjes van toen toch wel heel bijzonder waren, ook al waren ze nog zo klein. Ik wil alleen maar zeggen, geniet van wat je kan, het kan zomaar over zijn. En.......als je niet meer kunt wat je voorheen wel kon, leer dan dat er veel meer is wat je ineens ontdekt en waar je lopende zo vele malen aan voorbij gegaan bent.

Het is een harde leerschool, ik heb hem zonder menselijk leerkracht moeten afleggen. Maar, ik heb mensen ontmoet die ik lopende nooit had ontmoet, een heel verhaal op zich, ik kan nu dingen doen, die ik werkende nooit had kunnen doen, ook een heel verhaal op zich, ik heb geleerd hoe bijvoorbeeld een psychiater niet weet dat, als je honderd normale mensen op één rij zet, waarvan er geen één hetzelfde is, welke daarvan dan de normale persoon is.

Ik kan heel veel schrijven, er is zoveel gebeurd, maar misschien vinden de mensen dat juist zeuren en krijgen ze juist een hekel aan je. Dat is de rede dat ik wel persoonlijk even niet voor de site heb geschreven.

Ik waardeer het zeer dat je hebt gereageerd. Ik vind het heel bijzonder dat er nog altijd mensen zijn die wel de moeite nemen even iets te laten horen, ook al is de start wel vanaf mijn kant.

Wilt u ook reageren? Het emailadres van Gerrie is e­d­e­l­h­e­r­t­3­4­@­h­o­t­m­a­i­l­.­c­o­m

Ik wens jullie een heel fijne dag.

Een lieve groet, Gerrie