Terug naar wandellinks Terug naar de alternatieve homepage van de FLAL FLAL wandeltocht vanuit Noordwolde op 7 juni 2008  


datum 7 juni 2008 plaats Noordwolde
provincie Friesland gemeente Weststellingwerf
afstanden 25-35 km naam wandeltocht 7e lustrumtocht
starttijd 9 uur postcode start: 8391 BG
startadres: 't Vlechtwerk, Manderhof 13, 8391 BG Noordwolde
openbaar vervoer:  
kosten: € 10 voor niet-leden; leden gratis
route info over de omgeving nabeschouwing verslag foto-reportage

naar de top van deze pagina naar de top van deze pagina naar de top van deze pagina
















naar de top van deze pagina
7e lustrum wandeltocht op 7 juni 2008, route-informatie:



naar de top van deze pagina






























naar de top van deze pagina

7e lustrum wandeltocht op 7 juni 2008, info over de omgeving:

Noordwolde is een dorp in de gemeente Weststellingwerf, provincie Friesland. Noordwolde telt ongeveer 3788 inwoners.

Noordwolde ligt zo ongeveer op het 'drieprovinciënpunt' van de provincies Friesland, Drenthe en Overijssel in een aantrekkelijk besloten landschap met in het zuiden en oosten de bossen en heidevelden van Drenthe en in het westen de Lindevallei en het verdere waterrijke Friesland.

De rotanindustrie heeft Noordwolde landelijke bekendheid gegeven. Deze industrie ontstond bij toeval omstreeks 1825. Een Duitse veenarbeider verbleef een tijd in het dorp. Deze man kon mandjes vlechten van in het wild groeiende wilgentenen. Hij leerde een aantal inwoners wilgenmandjes maken. De verkoop van deze mandjes leverde geld op. Al snel keken anderen hen de kunst af. In 1860 hielden al zo'n tweehonderd gezinnen zich bezig met deze huisindustrie.

Later in de 19e eeuw kreeg een predikant, ds. Edema van der Tuuk, het idee om in deze omgeving rieten stoelen te gaan maken. Hij kreeg dat idee in Amsterdam toen hij voor een winkel stond waar uit Duitsland geïmporteerde stoelen werden verkocht. De materialen waren hier voorhanden, ook werkkrachten waren er in overvloed. Kleine ondernemingen kwamen van de grond.

Aan het einde van de 19e eeuw werden er in en rond Noordwolde zo'n 200.000 stoelen per jaar gemaakt.

WELKOM IN HET VLECHTDORP VAN NEDERLAND
Karakteristiek
Noordwolde is misschien niet het mooiste dorp van Nederland, maar ongetwijfeld wel het meest karakteristieke. Noordwolde staat namelijk bekend als het 'Vlechtdorp van Nederland'. Generaties lang zijn hier door de bevolking manden, stoelen, wiegen en andere producten gevlochten van wilgenteen uit de omgeving en rotan uit de tropen. Een groot aantal straatnamen, zoals de Rietvlechtstraat en de Pitrietstraat komen voort uit het vlechtambacht. Zelfs de hekjes voor de huizen in het centrum hebben een vlechtmotief.

'Drielandenpunt'
Noordwolde ligt zo ongeveer op het 'drielandenpunt'van de provincies Friesland,Drenthe en Overijssel, in een aantrekkelijk, besloten landschap met in het zuiden de bossen en heidevelden van Drenthe en in het noorden het waterrijke Friesland. Maar liefst drie Nationale Parken, het Drent-Friese Wold, het Dwingelerveld en de Wieden, met Giethoorn als centrum liggen op fietsafstand. Voor toeristen en recreanten heeft Noordwolde tal van faciliteiten.


Centrum vlechtambacht
Noordwolde manifesteert zich op tal van manieren als centrum van het vlechtambacht. Het meest in het oogspringend is wel het Nationaal Vlechtmuseum in het monumentale pand van de voormalige Rijksrietvlechtschool. Ook zijn er nog steeds een aantal vlechtbedrijven en winkels in het dorp gevestigd. Elk jaar worden in het laatste weekend van augustus de Nationale Vlechtdagen georganiseerd, met vlechters uit heel Europa. Ook het Nationaal Kenniscentrum Vlechten is gevestigd in Noordwolde. Noordwolde onderhoudt ook tal van contacten met vlechtorganisaties in binnen-en buitenland.


COLLECTIE
Diversiteit
Het Nationaal Vlechtmuseum toont vlechten in vele verschijningsvormen zoals meubilair, gebruiksvoorwerpen, kunstnijverheid, design, kleding, verpakkingen, architectuur, sieraden en mandwerk. Binnen dit brede gebied wordt niet alleen traditioneel vlechtwerk tentoonsteld maar in de wisselsxposities is ook veel aandacht voor hedendaagse toepassingen en materialen.




DEELCOLLECTIES
De verzameling van het Nationaal Vlechtmuseum is ingedeeld in de volgende deelcollecties:

Nederlands mandwerk
Verzameling mandwerk afkomstig uit Nederland. De manden hadden verschillende doelen, bijvoorbeeld verpakking, bescherming, vervoer, huishoudelijk gebruik, gebruik in de land- en tuinbouw en fuiken voor de visserij.
Het grootste gedeelte van deze collectie is afkomstig uit de periode voor het plastictijdperk toen alles nog verpakt, vervoerd en bewaard werd in manden.

Internationaal vlechtwerk
Vlechtwerk afkomstig uit alle delen van de wereld. De collectie bestaat uit gevlochten meubelen, manden, tassen, koffers, zeven, fuiken, maskers, hoeden, schoenen, waaiers, wannen en houders.

Collectie van den Doel
Collectie voorwerpen verzameld door Dhr. A van den Doel in voornamelijk Sulawesi in de periode 1970 tot 1980. Enkele voorwerpen zijn afkomstig uit Sumatra, Nigeria, Kameroen, Colombia, en Suriname. Het grootste gedeelte van deze collectie is vlechtwerk voor dagelijks gebruik., maar ook enkele andere voorwerpen , zoals lepels en instrumenten, hebben een plaats binnen deze collectie.

Gereedschap bij vlechtambacht en griendteelt
Gereedschap zoals klop- en buigijzers, schilijzers, kloofhoutjes, druktangen, mallen, schenenschaven, griendmessen en pootkettingen.

Teken- en schilderwerk van Harm Ellens, Jan Koerts en Jan Bakker.
Werk in verschillende technieken van kunstenaar die verbonden waren aan de Rijksrietvlechtschool. Harm Ellens, sierkunstenaar en eerste directeur van de Rijksrietvlechtschool. Jan Koerts, directeur en tekenleraar en Jan Bakker ook tekenleraar.

Boeken
De boeken die vallen onder de collectie gaan over o.a. interieurgeschiedenis, verschillende vlechttechnieken, griendcultuur en lesboeken waarvan sommige nog uit de eerste jaren van de Rijksrietvlechtschool.

Werktekeningen
De verzameling omvat werktekeningen van leerlingen van de Rijksrietvlechtschool en van de vlechtindustrie in Noordwolde.

Gevlochten kunstobjecten
Beeldende kunstobjecten van hedendaagse kunstenaars, allen van of met vlechtwerk.

Foto,s
Verzameling foto,s die de geschiedenis van Noordwolde belichten. Met name de industrie van de gevlochten meubelen en het vervoer van manden en meubels.

Gevlochten meubelen
De collectie bestaat uit o.a. gevlochten wiegen, tafels, stoelen, bankjes, lampen, plantenstandaards en kinderwagens. De meubelen zijn gemaakt van wilgenteen, biezen, rotan, pitriet, bananenblad, papiertouw, espartogras, kunststof en ijzerdraad. Deze meubelen geven een beeld van de ontwikkeling van het gevlochten meubel in Nederland van 1890 tot heden. Ontwerpen van Dirk van Sliedregt, Roderick Vos, Gerard van der Berg, van Gispen en Jan des Bouvrie.

Collectie Rijksrietvlechtschool
Vlechtwerk dat door de leerlingen van de Rijksrietvlechtschool werd gemaakt en vlechtwerk uit voornamelijk Nederlands-Indië dat werd verzameld rond 1910 teneinde als voorbeeld te dienen voor de leerlingen.


NATIONAAL KENNISCENTRUM VLECHTEN
Binnen het Nationaal Vlechtmuseum Noordwolde ontwikkelt zich het Kenniscentrum Vlechten. Het centrum wil het vlechten als ambacht in stand houden.Het centrum verzamelt en documenteert informatie over het vlechten, zodat de snel verdwijnende kennis niet helemaal verloren gaat
Het Kenniscentrum omvat de volgende onderdelen:

Een databank.
De databank geeft een overzicht van specifiek Nederlands vlechtwerk.
Website met digitale nieuwsgroep.
Hier kunnen vlechtgeinteresseerden informatie uitwisselen.
Vakbibliotheek
De boeken collectie van het Nationaal Kenniscentrum Vlechten en de Stichting Wilg en Mand zijn nu online opvraagbaar.
Documentatiecentrum
Het verzorgt informatie over restauratie van vlechtwerk, vlechtmaterialen, vlechtgereedschappen enz.
Geeft lezingen en seminars
Informeert inzake wilgenteelt
Geeft informatie over cursussen en opleidingen, educatieve programma's en nieuwe toepassingsvormen.
Verder organisseert het centrum een tweejaarlijks vlechtevenement


GEREEDSCHAP
Handwerk
Een mandenmaker heeft maar weinig gereedschap nodig, eigenlijk is een mes al voldoende. Het werk van de mandenmaker is handwerk en door middel van zijn of haar werk geeft de vlechter blijk van hand-, en kunstvaardigheid. Slechts een aantal machines zijn toegevoegd aan het gereedschap van de mandenmaker en dan v.n.l machines voor het voorbereiden van het materiaal. Onmisbaar voor de mandenmaker zijn een goed, scherp mes, een klopijzer en een priem.Naast specialistisch gereedschap heeft de mandenmaker ook een boormachine, hamer, nijptang, duimstok e.d nodig.

Werkplaats
De mandenmaker werkt zittend in een koele ruimte . De werkplaats moet ruim, luchtig en licht zijn. Hij doet zijn werk zittend op een laagwerk bankje of zittend op de grond . Op schoot heeft hij een zogenaamde schootplank. Deze plank loopt schuin af en dient als ondergrond voor het te vlechten voorwerp. Het vlechtwerk wordt met priem of mandijzer op de schootplank gefixeerd.

Specialistisch gereedschap
Het speciale gereedschap van de mandenmaker is niet zomaar in een gereedschapswinkel te koop. Het wordt vaak speciaal door een smid gemaakt. er zijn in Europa nog een handvol bedrijven die mandenmakersgereedschap verkopen.
Tot het standaard gereedschap van de mandenmaker behoren: een klopijzer, priem en werkmessen.
Voor speciaal werk gebruikt hij o.a. een kloofhoutje , schaaf en( houten) mallen. Verder zijn er nog enkele bijzondere gereedschappen en hulpstukken . Bijvoorbeeld een “paard”, deze wordt ook wel door kuipers gebruikt. Op het “paard”worden spanen van grof en zwaar materiaal als eikenhout en tamme kastanje geschaafd. Of worden met het haalmes dikke wilgen stokken aangeschalmd.


VLECHTMATERIAAL
Algemeen
Op de aarde heersen verschillende klimaten en topografische regionen, die droog of nat, warm of koud, vlak of bergachtig zijn. Elk herbergen ze bomen en planten die zich volledig aan hun omgeving hebben aangepast. Vlechtmateriaal en technieken verschillen daarom van regio tot regio.



Plaatselijk materiaal
Het eenvoudigst verkrijgbaar zijn de materialen welke in de eigen omgeving groeien. Bast, twijgen, wortels en bladeren van plaatselijke bomen en planten kunnen in het wild verzameld worden. Het materiaal voor manden werd vroeger veelal door de maker zelf verzameld in de bossen en velden.
In hete, vochtige gebieden zoals Zuid Oost Azië zijn de oerwouden een rijke bron voor snel, groeiende planten zoals Bamboe en Rotan. Op verschillende manieren worden ze vervlochten tot alledaagse gebruiksvoorwerpen als voorraadsmanden, muziek instrumenten, fuiken, slaapmatten enz.
Op de droge prairies en in de Savanne groeien weinig bomen en struiken, hier zijn grassen hét vlechtmateriaal. Hier word het gras tot een bundel gedraaid en spiraalvormig aan elkaar genaaid.
In nattere gebieden groeien planten als riet en wilgenteen, terwijl de woestijn Agave en Yucca als vlechtmateriaal voortbrengt. De tropen zijn de ideale plaats voor palmen terwijl gecultiveerde landerijen zorgen voor stro. Speciaal aangelegde grienden zorgen voor wilgen om mee te vlechten

Geïmporteerd materiaal
De handel en globalisering hebben een verschuiving veroorzaakt in het materiaal gebruik. De industrialisering veroorzaakte een verandering van vele natuurlijke groei-, en woonplaatsen van mens, dier en plant. Door import-, en export hebben we toegang tot veel verschillende materialen van plantaardige, en dierlijke oorsprong. De industrialisering bracht ook een nieuw vlechtmateriaal; kunststof met al zijn vormen en kleuren.

naar de top van deze pagina






























naar de top van deze pagina
7e lustrum wandeltocht op 7 juni 2008, nabeschouwing:
naar de top van deze pagina






























naar de top van deze pagina
7e lustrum wandeltocht op 7 juni 2008, verslag:
naar de top van deze pagina