DROUWEN
Tochten informatie van de 31e winterserie 2003-2004 van de FLAL
Historie
Het is niet bekend, waar de naam Drouwen vandaan komt. Er zijn mensen,
die zeggen, dat de eerste inwoonsters drie oude vrouwen zijn geweest. Drie ouwen zou
dus Drouwen zijn geworden.
Drouwen ligt op de Hondsrug en was oorspronkelijk omgeven door heide
en zandverstuivingen. Het Drouwenerzand kent nog een kleine zandverstuiving,
waaraan het zijn naam dankt.
Door de Oranjebond van Orde werd bos aangepland, waardoor de zandverstuivingen
werden beteugeld.
Het Drouwenerzand is nu in het bezit van "Het Drentse Landschap". Op
de nog resterende heide graast een kudde schapen. Ook zijn er veel mooie
jeneverbesstruiken, die in de schemering mensen met een kwaad geweten de
schrik op het lijf jagen.
Het Drouwenerzand is een geliefd oord voor dagtripjes voor mensen uit
de wijde omgeving.
Verder is Drouwen "omringd" door een aantal hunebedden,
Rijkdom uit de prehistorie
De Drentse gemeente Drouwen is uitzonderlijk rijk aan archeologische
monumenten. Ten westen van het dorp liggen twee hunebedden vlakbij elkaar,
de zogenaamde D19 en D20. Ze werden al in 1912 op wetenschappelijke wijze
onderzocht, onder leiding van de befaamde Leidse archeoloog H. Holwerda,
destijds directeur van het Rijksmuseum van Oudheden.
In de grafkelder van
een van de hunebedden werden enkele reepjes koper aangetroffen; dit zijn
de oudste metalen voorwerpen die in ons land gevonden zijn. Beide hunebedden
zijn in de zestiger jaren van de twintigste eeuw gerestaureerd. Een ander
hunebed uit Drouwen, de zogenaamde D26, werd in 1968 uitgekozen voor een
nauwgezette opgraving. Men hoopte meer weten te komen over de bouw wijze
van de hunebedden en de grafgebruiken van de Drentse hunebedbouwers uit
de Trechterbekercultuuur (ca. 3450-2800 v.Chr.).
De opgraving leverde veel informatie op. De
vondsten bestonden o.a. uit een grote hoeveelheid Trechterbeker-aardewerk
en zeldzame kralen van barnsteen. Verder werd de plaats vastgesteld waar
ooit zestien kransstenen stonden (d.w.z. de stenen rond de voet van de
dekheuvel die het hunebed oorspronkelijk bedekten).
Tenslotte is Drouwen
bij archeologen bekend om de ontdekking (in 1927) van een bijzonder rijk
graf uit ca. 1500 v.Chr. (de vroege Bronstijd). Onder een grote grafheuvel,
die inmiddels niet meer bestaat, lag de dode begraven temidden van zijn
bronzen zwaard, een bijl, gouden oorsieraden en pijpunten. De vondsten
zijn te bezichtigen in het Drents Museum te Assen.
Nabeschouwing.
De tocht vanuit Drouwen de 7e tocht uit de 31e winterserie starte met
prachtig wandelweer. De opkomst was heel goed te noemen 410 wandelaars
hadden zich 's morgen ingeschreven waarvan 253 voor de 25 km en 157voor
de 35 km.
Er wandelen 319 voor de adm. 21voor de beker, 14voor het schildje,
22 voor het wandbord en 34voor een medaille.
Van de 410 wandelaars waren er 289 lid van de FLAL.