9e Lustrumtocht met de FLAL vanuit Kropswolde op 9 juni 2018  

datum 9 juni 2018 plaats Kropswolde
provincie Groningen gemeente Hoogezand-Sappemeer
postcode start: 9606 PR naam wandeltocht 9e Lustrumtocht
afstand met starttijd 25 km: 9:15 uur, 35 km: 9:00 uur.
finishtijd uiterlijk 17:00 uur.
startadres: Strandpaviljoen Meerwijck, Strandweg 2, 9606 PR Kropswolde, ( 0598-323225.
info over de omgeving en/of de route           Fotolinks staan boven in het verslag verslag


































Geschiedenis Hoogezand-Sappemeer

De gemeente Hoogezand-Sappemeer maakte oorspronkelijk deel uit van het gebied het Gorecht dat vanaf de late middeleeuwen bestuurd werd door de stad Groningen. De dorpen Westerbroek en Kropswolde waren destijds al kerspelen in het Gorecht, en ook van het latere Foxhol werd al melding gemaakt. De rest van de huidige gemeente bestond uit woeste gronden. In de 17e eeuw werd begonnen met de ontginning van het hoogveengebied ten zuidoosten van de stad Groningen. Er werd een kanaal gegraven om van daaruit het gebied te ontginnen en turf te steken. Op 26 maart 1628 voer het eerste schip door dit ‘oude’ Winschoterdiep, dat nu grotendeels gedempt is. Dit moment wordt gezien als het officiële ontstaan van de gemeente. Het kanaal liep vanuit Groningen in de richting van het ‘Sappe Meer’, ook wel ‘Duivelsmeer’ genoemd. Bij het graven van dit diep stootte men op een hoger gelegen zandstrook, het ‘Hooge Sant’. Zo ontstonden dus de namen Hoogezand en Sappemeer. In deze veenkoloniën nam in de achtiende eeuw de veenderij af en kwamen landbouw en scheepvaart op. Gedurende de Franse tijd vormden Hoogezand en Sappemeer korte tijd één gemeente (1808-1811) om vervolgens als twee afzonderlijke gemeenten verder te gaan.

Door de opkomst van de aardappelmeel- en strokartonindustrie groeiden Hoogezand en Sappemeer flink. Zo stichtte W.A. Scholten in Foxhol in 1842 de eerste aardappelmeelfabriek en werden er in respectievelijk 1869 en 1878 in Hoogezand en Sappemeer strokartonfabrieken opgericht.. Inmiddels ontwikkelde zich uit de achttiende eeuwse bouw van turfschepen ook de bouw van kleine zeeschepen.

De werven die eerst nog centraal aan het Winschoterdiep lagen verplaatsten zich met de komst van de eerste ijzeren schepen richting Martenshoek. Rond 1900 ontwikkelde zich de metaalindustrie sterk en kwam ook de tuinbouw tot bloei.

In de loop der tijd waren Hoogezand en Sappemeer steeds meer met elkaar vergroeid geraakt. Nadat eerdere pogingen op niets uitgelopen waren, werden Hoogezand en Sappemeer in 1949 uiteindelijk samengevoegd tot één gemeente.

Een waarschijnlijk nog grotere verandering vormde de demping van de kanalen, waarmee ze haar zo karakteristieke veenkoloniale structuurelement heeft verloren. Wel kwam er zo een eind aan de stankoverlast en nam de verkeersveiligheid toe. Alleen de lange hoofdweg van Martenshoek via Hoogezand naar Sappemeer herinnert ons nog aan het oude winschoterdiep.

In de loop van de jaren groeide Hoogezand-Sappemeer uit tot een belangrijk werkgelegenheidscentrum. Vooral na 1960 ging de ontwikkeling snel en vestigden zich ondermeer bedrijven uit Amerika en Zweden. Door de sterke bevolkingsgroei in de jaren zestig en zeventig werden ten zuiden van de oude lintbebouwing nieuwe woonwijken aangelegd. De directe omgeving van het nieuwe winkelcentrum in de wijk Gorecht-Oost, gevolgd door de realisatie van een gemeentehuis en cultureel centrum, en monde uiteindelijk uit in de ontwikkeling van een nieuw stadscentrum. Op recreatief gebied moet in dit verband de opzet en uitbouw van plan Meerwijck genoemd worden.

De laatste jaren probeert de gemeente zich steeds meer te profileren als woongemeente en moet met de voorgenomen bouw van het Huis voor Cultuur en Bestuur het stadscentrum een impuls worden gegeven.

Kropswolde

Kropswolde is de oudste veenkolonie in de gemeente Hoogezand-Sappemeer. In een oorkonde van 1249 wordt voor het eerst gesproken over ‘Crepeswalda’.

Al vanaf de 13e eeuw vinden in Kropswolde verveningsactiviteiten plaats. In de eeuwen daarna ging men hiermee door. De dalgronden die door de ontginning ontstonden gebruikte men later voor akkerbouw.

Men vermoedt dat Kropswolde in de Middeleeuwen een bedevaartplaats kan zijn geweest. Een Mariabeeld in een kapel op een uithof van het cisterciënzerinnenklooster Essen, ten noorden van de parochiekerk van Kropswolde, getuigde hiervan. Misschien dat dit het beeld in Essen was waar Caesarius van Heisterbach (één van de beste vertellers van de Middellatijnse literatuur) over sprak?

Onder kropswolde hoort het voormalige kerspel Wolfsbarge, waar in het verleden eveneens een kapel heeft gestaan. Ook de nieuwe buurt Meerwijck met gelijknamig recreatiegebied wordt onder Kropswolde gerekend.

Westerbroek

Westerbroek wordt al in de 14e eeuw (in 1323 vermeld als ‘Broke’) bewoond. Ook dit dorp groeide door de vervening uit tot een langgerekt dorpje. In de 18e en 19e eeuw heeft Westerbroek tien buitenplaatsen met hoven, tuinen, vijvers en grachten. Eén van deze buitenplaatsen is Vaartwijk, welke nog altijd te bewonderen is. Daarnaast vond men er wei- en bouwlanden, baggerveen, boerenhutten en bossen, wijken en plassen. In 1889 werd de huidige hervormde kerk gebouwd, welke in 1982 grondig werd gerestaureerd. Het dorpshuis, het ‘Aalmanshuus’ (voor alleman) werd in 1972 door de bevolking zelf gebouwd en zorgde voor een hecht sociaal-cultureel verenigingsleven.

Foxhol

Men leest het eerst over het dorp ‘Vossehol’ in 1460. Waar de Hunze het Foxholster- of Boelenmeer verliet, stonden aan de oever een aantal vissershutten.

Ook Foxhol werd slachtoffer van de ontginningswerkzaamheden van het veen. In 1594 zag de stad Groningen kans om over te gaan tot de ontginning van het veengebied van Foxhol tot en met de Duitse grens. Hiervoor legde men een vaarweg aan tussen het Foxholstermeer en het Sappe Meer. Alle turf die werd afgegraven moest langs Foxhol vervoerd worden. Het dorp moet destijds een levendig dorp zijn geweest. Toen in 1635 het afscheidingskanaal Waterhuizen-Foxhol gereed was, kwam een einde aan deze bedrijvigheid.

Na de tweede wereldoorlog ontstond er nieuwe reuring met de komst van veel immigranten. Er werd een Molukse wijk gebouwd, met een eigen kerk.

Het dorp is nu nog altijd bekend door de aardappelmeelfabriek die werd gesticht door W.A. Scholten (nu Avebe) in 1841. Ook de scheepswerven hebben Foxhol bekendheid gegeven. Het Foxholstermeer trekt nog weinig toeristen van buitenaf, maar de inwoners zelf genieten wel van de watersportmogelijkheid.

Kiel-Windeweer

In het jaar 1647 wordt begonnen met het graven van het Kieldiep. Het graafwerk wordt echter vertraagd door verschillende conflicten met vermeende grondeigenaren. Hierdoor staan er voor het jaar 1700 nog maar weinig huizen langs het Kieldiep. Als de vervening kort daarna op gang komt, breidt het aantal woningen zich geleidelijk uit.

De veenkolonie Kiel-Windeweer bestaat uit de vroegere dorpen De Kiel en Windeweer. Van 1812-1821 was Kiel-Windeweer een zelfstandige gemeente onder de naam Windeweer, aan het Kieldiep gelegen. Het dorp wordt gekenmerkt door lintbebouwing, karakteristieke boerderijen en arbeiderswoningen.

Waterhuizen

Waterhuizen is vermoedelijk in de 17e eeuw ontstaan. Vroeger noemde men deze buurt ‘De drie Waterhuizen’. Op de plek van de latere scheepswerven ‘Pattje’ en ‘van Diepen’ , stonden drie boerderijtjes, die in het najaar werden omsloten door het water. Waterhuizen was een standplaats van de stadsopzichters over het vervoer van turf uit de venen van Kropswolde en Westerbroek. In de negentiende eeuw groeide het gehucht sterk en waren er zoals ook nu het geval is al twee scheepswerven. In de periode 1914-1973 was er zelfs een school. Waterhuizen (dorp) valt sinds 1969 onder Hoogezand-Sappemeer, daarvoor behoorde het tot de gemeenten Haren en Noorddijk.

Met de tijd slonk het inwonertal van Waterhuizen meer en meer, nu zijn er nog een tiental huizen en een paar boerderijtjes.